No. 60. Zaterdag 29 Juli 1905. 2e Jaargang Wees U Zelf! Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER". i Het scheurt. FEUILLETON. IDESGHOEN VANDEJONGEMAAGD. VAN MIJN EENZAMEN POST. DE MLANDER. Verschijnt IWoensdags en Zaterdags. Bureau Hendrik van Viandenstraat 28 Abonnementsprijs Per jaarf 3-00 Franco per post- 3.50 Per 3 maanden- 0.75 Franco per post- 0.90 Prijs der advertentie» Van 1 tot 5 regels0.40 vooi iederen regel meer0.08 (Bij abonnement aanmerkelijke korting Wat to voorzien was, doch niet zóó spoedig werd verwacht, is thans een feit geworden. Het kraakt in het coalitie-blok cn een diepe scheur is reeds voor het oog zichtbaar. Dat de houding vandeFriescheChristel. Histor. bij de herstemming en het twist geschrijf daardoor uitgelokt om niet te spreken van de Christen-Democraten wezen op diepgaande verdeeldheid on derling, was voor ieder duidelijk. Doch men mocht meenen hier te doen te heb ben met een afgedwaald schaap, reeds vroeger onder 't geblaf en gebijt van den herdershond, Je Standaard, in de coa- litiekooi teruggedreven, dat ook nu, na de .Afrekening" in dat blad, wel weder tot inkeer zou worden gebracht. De scheur, thans met het bloote oog waar te nemen, gaat echter dieper en, let men op den persoon die haar deed uutstaan, is van ernstiger beteekenis. De Standaard had doen verstaan, dat I Je coalitie ook na de verkiezing moest worden bestendigd, en voud gereede in stemming bij de organen der katholieke staatspartij. De Nederlanderhet clirist. hist, or- I gaan, betwijfelde evenwel of de bedoeliug van het antirevol. blad wel juist was ver staan het kon toch niet willen dat „de coalitie altoos en onder alle omstandig heden moet blijven En de Standaard zag zich genoodzaakt tegen wil en dank Je bittere pil te slikkeu en te verklaren Jat zij dit werkelijk niet bedoelde. I Het orgaan van rar. de Savornin Loh- I taan constateert nu met genoegen, dat I het goed gezien heeft en „acht het zeker 1 niet onnoodig duidelijk te doen uitko men waartoe de coalitie is aangegaan". I Het vindt daartoe aanleiding in het vol- I gende artikeltje van het R. h. blad I De Tij d. „Hoelang de coalitie moet stand houden, werd nimmer bepaald, maar steeds werd toch op den voorgrond gesteld, dat aan de christelijke partijen de tijd moet worden gelaten om haai' gezamenlijk christelijk-sociaal program te verwezenlijken, om de evolutie van het moderne sociale leven zooveel mo gelijk in de moderne richting te leiden om een sociale wetgeving op christe- lijken grondslag tot stand te brengen Dat betcekeuden de woorden: voort- Het geluk heeft vleugélthet is een vogel die zich nooit tweemaal op denzelfden tak neerzet bouwen op de christelijke grondsla gen; dat wilden de christelijke voor mannen zeggen, (oen zij gewaagden van de roeping des Christendoms in ons vaderland om de vorming van den nieuwen toestand, die staat gebo ren te worden, zelf ter hand te nemen en die niet over te laten aan de ver tegenwoordigersvan rationalistische en materialistische wereldbeschouwing". Zooals men ziet, een program dat in de eerste halve eeuw wel niet is af te werken en de voortzetting der coalitie tot in een verre toekomst noodzakelijk maakt. Hiervan wil de Nederlander echter niets weten. „Dit onderstelt, dunkt ons, zegt het blad dat als een liberaal Kabinet optreedt, ook in formeelen zin „de coalitie' moet voortduren. Zou dat juist en zou dat wensche- lijk zijn? In 1901, vóór de optreding van het huidig Kabinet, bestond die coalitie zoo weinig, dat, ofschoon de groepen elkander steunden hij de stembus, dr. Kuyper in de Deputaten-vergadering het openlijk uitsprak niet te weten of hij wel met de Chr.-Hist. partij genoeg zou kunnen opschieten. Nadat de rcchtschc groepen de meer derheid hadden verkregen, kwam er overleg op een bepaald regeerings- program. Zoolang de regeering er is, die dat program ontwierp, mag men verwach- ten dat de rechtsche groepen aan el kander verbonden blijven. Maar tegenover een liberaal1 Kabinet houdt, dunkt ons, de coalitie op. Daar tegenover staan de groepen precies zoo, als ze stonden vóór het optreden van het Kabinet-Kuyper. Zeggen wij dit, omdat wij zoo ver langen dat de partijen weer „vrij" worden. Geenszins. Maar omdat, zoodra de partijen niet rechtstreeks tot de leiding der zaken geroepen zijn, wij weer als voorheen op den voorgrond willen plaatsen, dat het ons om onze beginselen, niet om machtsuitoefening te doen is. Het is absoluut onwaar later ho pen wij dat nog eens aan te toonen, dat de rechtsche groepen door „dik en dun" zijn meegegaan met Uit het Engelseh naar A. COLBECK. 1 De Chineesche Keizerin-weduwe was I met de hofhouding en den jongen Prins Inaar Si-ngan gevlucht. Allerlei gele en Iblanke vreemdelingen moesten in de I 'traten de orde bewaren en men zag vele nieuwsgierige en hebzuchtige lieden |>an poort tot poort, van het eene paleis lMar het andere dwalen. En-alsof „de r'ad der Hemelingen" geen Hof, geen |feizerin-weduwe en geen jonge Prins verloren, de hemel viel niet in lai geen enkel der gele daken werd Iswart van schrik over de ongewone lbeiligschennis. Ook mijn vriend loster len ik wandelden door de verlaten wijken, eigenlijk steden genoemd. En dat waren ze ook, kleine steden in grootere gezet en deze in nog grootere, als doosjes in elkaar passende. Foster had lang in Peking gewoond, hij had zich ook dapper gedragen in de twee vreese- lijke maanden toen de Boksers zoo tegen de „vreemde duivels" te keer giugen. Hij wist heel wat te vertellen van de Chineezen, van hun heerschers, de Mandschoerijnen, van de Tibetauen en Mongolen, die zich in de Tartaarsche stad hadden gevestigd, enz. een heele geleerdheid Nu zaten wij in zqn kamer en praatten over wat wij dien middag hadden gezien en gehoord. Over de Chineezen waren wij het niet eens. „Ze zijn een slecht troepje Foster," zei ik. „Niet erger dan anderen," was het antwoord. Onder hun gele huid vindt men spoedig het menschelijk laagje." „En het duivelscho laagje ook, te oordeelen naar hetgeen hier pas is gebeurd," meende ik. „Ja," sprak hij langzaam, „maar daarvan hebben zij geen monopolie! En ik heb in Peking mannen en vrouwen ge kend, die al zóó weing duivelsch had den als men maar kan verwachten van het wezen dat mensch heet." „De heidensche Chinees is heel eigen aardig," hield ik vol. „Dat is hij!" riep Forster uit, „je het Kabiuet-Kuyper. Betamelijke zelf standigheid is gebleven. Toch hebben uiteraard meermalen de partijen zich moeten onthouden van onderlinge be strijding, en in sommige gevallen de kritiek moeten overlaten aan de op positie. Dat was een bewijs van haar staatkundig inzicht. Waarom zou men dat blijven doen, zoodra men zelve oppositiepartij is geworden? Waarom zou men afstand doen van het recht, datgene wat men zelf voor juist houdt, in vollen omvang na te streven, nu daardoor niet meer het gevaar ontstaat ter ongelegener ure de voor een regeeringspartij zoo noodige samenwerking in de waagschaal te stellen? Indien .wij de noodzakelijkheid in zagen om, ter wille van de op gods dienstig gebied verdeelde natie, aan te sturen op het vormen van twee duurzaam met die verdeeling samen vallende staatspartijen, dan ware ook bij het optreden van een liberaal Kabinet die gebondenheid der partijen onmisbaar. Dit zou dan leiden tot fusie. Ons komt het echter voldoende voor naar vermogen te waken, dat, door wien dan ook, op de christelijke grondslagen van ons staatsleven worde voortgebouwd, en dat uiemaud, wegens zijn godsdienstige gevoelens of christe lijke belijdenis, van het publieke erf worde verwijderd. Daartoe zullen, ook zonder speciale coalitie, de recht sche goepen krachtens haar beginselen van zelf meewerken. Eu daarmee kunnen wij tevreden zijn." Het opschrift van dit artikel in de Nederlander luidt: „Klaarheid". Inder daad, het laat aanduidelijkhcid niet te wenschen ovex1. De breuk in het eoali- tieblok ligt open en bloot en valt niet meer te bepleisteren. IV. Ende het was in den jare negentien honderd vijf, dat er oen geweldige be roering kwam onder Amersfoort's vroede vadei'en. De oorzaak dezer twiste was gelegen in een diepgaand verschil over de wijze van behandelen van sommige zaken in den Gemeenteraad. moet hem leeren verstaan. Hij is eigen aardig. Hij zou een slang les knnnen geven in listigheid; daarin overtreft hij zoo'n dier, maar hij is niet heelemaal slang. Er steekt nog wat anders in hem." „Een tijger dunkt mij." „Nu ja, een tijger, als men dieu in hem opwekt. Maar ik dacht aau iets dat ons meer aantrektHij praatte nog een poosje door over dat iets hetwelk volgens hem de toewijding der zendelingen wel verdiende. „Luister!" Een klok sloeg het uur van midder nacht. Haar raadselachtige klank trok mijn aandacht. „Wat een geheimzinnig geluid is dat, Foster. Vaiuiacht hoorde ik het ook, en het deed mij huiveren." „Niet waar? Het is alsof men een geest hoort roepen om iets dat hij verloren heeft en niet terug kan vin den, terwijl hij het toch niet wil op geven." „Ja, 't is precies zooals je zegt." „Hsie! hsie!" zong mijn vriend en haalde evenals de klok een klagenden toon uit. Er is een geschiedenis aan verbonden. Zal ik je die vertellen?" „O, dat zou ik heerlijk vinden." „Ik zal je den heidenschen Chinees van een andere zijde laten zien; van de zijde die we zooeven hebben bespro ken. Je herinnert je den klokketoren dien wij vandaag zagen, toen wij van VVant de eene zei, dat men over een zaak, waarover men het eens was, niet meer behoefde te praten, en de ander zei, dat men er wel over moest praten, overmits de mogelijkheid kon bestaan, dat er onder de vroede vaderen zwakke broeders waren, die bij een bespreken van de kwestie wellicht tot andere ge dachten zouden komen. Hoewel dus de meest edele gedachten bij dien ander ten grondslag lagen, toch wist de een zijn zin door te drijven en moest besloten worden over een kwestie waar men in den grond van de zaak allen voor was. Ende de tegenstanders van een der gelijk misdadig streven waren vijf in getal, die echter in hun verzet gesteund werden door de christelijke partijen. Weshalve zij besloten ernstig protest aan te teekenen tegen het recht van de meerderheid. Dit protest zoude bestaan in het wegloopen uit den Raad en verder niets te doen, zelfs de kiezers niet in te lichten over de beteekenis van deez' daad. Maar zie, daar zou scheuring kunnen komen onder de christelijke partijen. Want twee anti-revolutionairen hadden meegedaan aau het misdadig drijven der meerderheid. Een goedkeuring van het wegloopen der vijf zou dus tevens in zich houden een veroordcolen van twee eigen afgevaardigden. Daarom moest een uitweg worden gevonden. Ende toen de wijste mannen der weg- looperspartij uren en uren ernstig had den nagedacht, meenden zij de oplossing dezer moeilijke kwestie te hebben ge vonden. De oplossing was als volgt: Alle vijf zouden worden teruggebracht in de Vroedschap, met een compliment van de kiezers dat zij flinke degelijke en bovenal, zuinige mannen waren. De grootc moeilijkheid was nu echter, om de chiistelijke kiezers iu 't vuur te krijgen voor de twee pagunisten Kleber en Plomp. Dank zij het scherp vernuft der mannen broeders werd ook deze moeielijkheid uit den weg geruimd. Voor het hardloopen voor de paga- nisten zou een winste worden gesteld van een zetel voor broeder Koning, waar voor in district I het aftiedetid lid van Esveld zijn congé zou krijgen, overmits deze meer dan eens getoond had mee te gaan met voorstellen, die van Burg. en Wethouders kwamen hetgeen als een de Keizerlijke stad naar den Tartaar- schen muur wandelden?" Ik kuikte toestemmend. De kreunende zucht met den vraag toon erin, dien wij beiden gehoord hebben, kwam van de klok in dien toren. Zij is een van de vijf die Keizer IJnng-lo liet maken, hij regeerde van 17231745. Die had groote lieffhebbe- rij in groote klokken. Deze onder andere, die te middernacht slaat, is geen dwergje. Ik zon daarin eon vrij groot gezelschap te eten kunnen vragen. Zij is 14 voet hoog, de rand is 24 voet in den omtrek; ze is overal 1 yard dik en weegt ongeveer 54 ton „Je bent verbazend nauwkeurig!" „Ik geef maat en gewicht op, om je vooruit allen twijfel aan de waarheid van mijn verhaal te benemen en over je aangeboren ongeloof te zegevieren, want dat is zeker: je bent een echt scepticus, Dick! Alzoo: het gieten van deze wonder bare klok werd opgedragen aan een Mandarijn, Kuan-yin genaamd. Er be stond voor hem een hinderpaal die hem steeds belette gelukkig te zijn: hij had maar één kind en dat was een dochter." 'k Moet je in de rede vallen, dat kun je toch geen hinderpaal noemen? „Gaf ik je geen gelijk toen je beweerde dat de Chineezen eigenaardig zijn? Zei ik niet dat het eenige moeite kost hem te leeren kennen. groot euvel moest worden aangemerkt. Maar ziet, de Roomschcn waren toen weer niet tevreden. Koning, de man, die zich eens tegen over hun Hamers had laten stellen, zouden ze desnoods slikken, maar geheel be langloos konden ze hun diensten toch niet aanbieden. Anders zouden zij trou wens ook geen goede Roomschcn zijn. En weder vergaderden de wijze man nen. En zij werkten naarstiglijk om ook aan deze moeilijkheid te ontkomen. Na lange pijniging der hersenen werd met algemcene stemmen besloten, dat het Wethouderschap zou zijn voor doctor Jorissen, die een waardig figuur zou maken op de plaats van den grijzen paganist Celosse. Zoodat dan toch eindelijk de over eenstemming was verkregen. En zoo geschiedde het in de dagen der antithese, dat de christenen hard liepen voor de paganisten. Alle geestelijke belangen werden met verloochening van twee eigen partijgenooten op zijde gezet, en het botte materialisme viei'de hoogtij onder de mannen van het geestelijk goed. En zie, hoe treurig werd hun begiu- selverzaking beloond. Koning bleef als altijd weer ver achter in stemmental, zoodat hij niet eens iu herstemming kwam, en Kleber kwam te liggen op zijn zitvlak. Dat was het loon voor al de moeite. Daarvoor had men alle eigen principes laten rusten, daar voor had men zich nu iu 't vuur be geven voor de partij van den satan. Het was mijn plan niet, nog op de nu gelukkig afgeloopen gemeente-raads verkiezing terug to komen. Eerlijk gezegd ben ik wat blij, dat het heele zaakje achter den rug is. Maar nu moet je weten, de Wilde is bezig met het schrijven van een nieuwe geschiedenis der anti-revolutionaire partij. Wanneer hij nu een gedeelte af heeft, komt hij bij me en leest het mij voor, natuurlijk om mijn oordeel er over te vernemen. Zoo ook van de week. Ik zat rustigjes te lezen, 's Avonds, zoo na het eten, stil en eenzaam in mijn studeerkamer zijnde, zoek ik nog wel eens mijn oude vrienden op. Dat zijn mijn boeken uit mijn studententijd. En bijna raecBtal is het dan het Buch der Lieder dat ik ter lezing neem. Ja Ja, de dochter, hoe schoon ze ook was, en in heel Peking bestond zulk een mooi meisje niet, was de eenige bittere druppel in Kuan-yins levcnsbe- ker. Een zoon zou de geheele wereld voor hem veranderd hebben, de chi neesche wereld natuurlijk, een andere kent hij niet. Doch ouder het schitterend kleed van dezen zondeilingen Mandarijn was nog genoeg van een m e nsc h overgebleven, want hij hield van zijn dochter; al was zij de bittere droppel, hij had haar innig lief en in de verborgenheid van zijn eigen woning gaf hij haar overvloedige bewijzen van een teederheid die hij in het openbaar heel zorgvuldig verloochen de. Een dochter! O neen! dat d i ng kon hij niet noemen, als hij onder de men- schen verkeerde; hij kon zelfs geen zinspeling op het bestaan van zulk een familielid maken; ondanks dit alles was de innemende Ko-ai de vreugde van zijn hart en het licht zijner oogen. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1905 | | pagina 1