Stadsnieuws. Varia. Allerlei. den libéralen huisraad in de buurt blijven vliegen. De devote dagblad schrijvers profiteeren een „apperitiefken" op de mogelijkheid van een aanstaand haarkenpluk tusschen menschen van do- zelfde overtuiging en in den Katholie ken Kring wordt er een lekker fleschje afgetrokken in de hoop dat de roede van den klerikalen rug zal afgekeerd worden. Hoewel, we gunnen aan onze tegen strevers dit tijdelijk plezier Hoop doet leven en we kunnen heel wel begrijpen dat het kerkvolk met wellust achter de gordijn staat te luisteren naar 't straat- lawijd en af te piepen hoe wij met het vuur spelen. Een drenkeling klampt zich wel vast aan een stroohalm. Waarom zou hot zinkende Meetingkraam geen redding betrachten door liberale verdeeldheid. Zie toch eens hoe het verbreken der 30 jarige stevige liberale eendracht een kolfje naar papemans hand zou ziju. De redding van het reaktionnair ministerie en, wie weet. misschien eenmaal de verovering van ons liberaal stadhuis, welke verrukkelijke apotheose voor een klerikale zieli De vetpottekeus zijn reeds van onge duld een cavalier-seuï aan 't dansen op den zolder van het „Koninksken." Maar van den beker tot de lippen ligt er soms vrij een afstand en wij ge- looven dat, zoo de klerikalen hun boontjes te weeken gelegd hebben, ze al den tijd zullen viuden om te rotten." Ik kon niet verder spreken, aan het applaus, de hoera's en bravo's kwam gewoon weg geen einde. Ik zei den menschen niet, dat ik die mooie rede voering eenvoudig had voorgelezen uit het Antwerpsche blad: „De Nieuwe Quiet" want ik begreep dat het juist zoo'n indruk maakte, omdat ik het ge zegd had. Zoodat ik maar zoggen wil, dat ik wel hoop heb, dat dat zaakje daar weer in orde zal komen. En waarom ik jullie dat nou allemaal vertel? Wel eenvoudig omdat jullie Amersfoortsche Vrijzinnigen ook nog wel es ruzie hebben. Jullie denken ook nog wel eens dat Piet te langzaam loopt en Jan te hard. En ondertussclien je daar over aan 't vechten bent, komen de „zwartjes" oftewel klerikalen en be halen het eene voordeeltje voor het ander. Amersfoort is geen plaats waar je de weelde kunt veroorlooven onder ling ruzie te maken. Vecht niet met je vrienden, maar met je vijanden. Zoekt voor alles: eenheid onderling, togen liet clericale gevaar. Dat is de eerste wensch van Mr. K. K. DORIS. Japansche lyriek. Otto Hauscr, de man, die naar zijn eigen zeggen „ongeveer tachtig" talen verstaat en die ook over Nederlandsche litteratuur geschreven heeft, waarbij hij zich natuurlijk herhaalde malen schuldig maakte aan cardiuale vergissingen, heeft zich thans ook aan de Japausche dicht kunst gewaagd en daarmee voor het eerst op groote schaal Japansche poëzie in een Europeesehe taal overgebracht. Absoluut vertrouwbaar zijn de vertalingen en be weringen van den Weenschen Otto natuurlijk niet. Doch dat heeft met het interrest, dat zijn boekje ten deel valt niet veel te maken. Het heet „De Japansche Lyriek van 1880 tot 1900. Een studie en vertalingen van Otto Ilausor Grottenhain, Baumert, Range u. Berlin. De vertalingen worden geroemd als ongedwongen en wegens haar metriek. Philologische en aesthetischc redenen hebben Hauser afgebracht van zijn aan vankelijk voornemen, de origineele Ja pansche metriek te behouden, terwijl hij daarbij consckwent gestreefd heeft naar kortheid en scherpte van uitdrukking. Inderdaad onderscheidt hij zich daarin ten goede van veel andere vertalers uit Oostersche talen, die alle moeilijkheden ontgingen door het origineel woord voor woord over te brengen, waardoor een soort rijuilooze verzen werden verkregen, die evengoed proza konden zijn. Hauser heeft zich verder bij de samenstelling van zijn bloemlezing be paald tot de laatste 20 jaren van de vorige eeuw en slechts voorbeelden ge kozen uit het werk van de acht meest bekende dichters. Daaronder zijn Jamada Taketaro, Nakomura Akika en Tetsujira Inouje. De meeste van deze dichters vertegen woordigen de moderne periode en de moderne lyriek. Belangrijk als overgang tot den nieuwe- ren tijd is een gedicht van Toyama Masakusas, mede in den bundel geciteerd en wiens gedicht „De Aardbeving van 1855' indertijd baanbrekend heeft ge werkt. Een aantal volksliederen vormen hot slot van den bundel. Deze zijn alle gcdichtop een zachten, weeken toon jliefde en verlangen vormen het hoofdmotief en de meeste ziju kort, 6 tot 3 regels. De geisha's dragen ze in de theehuizen voor, en vaak zijn zij het die de een voudige woorden hebben sainengerijuid. Kaar men namelijk weet, staan althans de geisha's uit den vroegeren tijd en'ook de bewoonsters van de zoogen. „groene hui zen' op een tamelijk hoog peil van ont wikkeling. De gestikte en de Japansche prostituee in den ouden stijl, zijn ongeveer te vergelijken met de Gneksche hetaere. Een pointe, een dramatische verwikke ling ontbreekt het dezen volkswijzen totaal, en Hauser meent, dat het toe komstig heil der Japansche poozie juist in deze eenvoudige versjes ligt. Den moderucn Japanschen dichters raadt hij aan juist deze vormen van litteraire kunst ijverig te bestudeoren, en de daarin neergelegde motieven op hun wijs te verwerken. Daardoor, zoo zegt hij, kau de Japansche littteratuui voor het „archaiseerend formalisme" en de onvoorwaarlijke nabootsing van het Europeesehe bewaard blijven. Inderdaad blijkt dan ook in de meeste gedichten de invloed van Europa zeer groot. Vooral Victor Hugo, Goethe en Byron hebben ingewerkt op de Japan sche dichters. Doch verwacht wordt dat deze periode van afhankelijkheid weldra voorbij zal zijn en de Japansche dich ters de middelen vinden tot uiting van hun eigen nationaal gevoelsleven. Hauser laat zijn bundel vergezeld gaan van een vrij uitvoerige studie over de ontwikkeling van de Japansche poë zie gedurende de jaren 1SS01900. wat voor te liegen! Bedienden, gewone bedienden zijn in 't bezit van uw ge heim 1 Helena's oogen schoten vonken. Waarom zou ik u bedriegen riep zij uit. Ja ik ben in dat huis ge weest. Mooi! U hoort het Mevrouw Stak- hoff? Eu zich toen weer tot zijn dochter wendende Dan weet gij ook ongetwijfeld wel wie daar woont! - Zeker, mijn echtgenoot. De heer Stakhoff stond half verstomd. Hij bracht het niet verder dan: „Uw..." Ja, mijn echtgenoot! ging Helena kalm voort. Ik bon met Dimitri Nikano- rowisch Insaroff getrouwd. Getrouwd! riep haar moeder uit. Ja, moeder. Geloof mij gerust. Twee weken geleden zegende een priester in 't geheim ons huwelijk in. Mevrouw Stakhoff zonk op haar bed achterover en de lieer Stakhoff deed een paar stappen terug. Getrouwd! herhaalde hij. Getrouwd en dat men dien bedelaar van een MontenegrijnerDe dochter van een edel man, van een Stakhoff, getrouwd met oen vagebond, zonder onze goedkeuring zonder onze zegen! En gij gelooft dat ik mij niet bij 't gerecht ga beklagen? De kloosterdeuren zullen zich achter u sluiten. Mevrouw verklaar dadelijk dat Vrij algemeen is tegenwoordig de klacht, dat het dienstbodenras zoo ont aardt, en mag men vele dames gelooven, dan zijn er tegenwoordig geen degelijke, zindelijke, eerlijke of bescheiden dienst boden meer en is het een lotje uit de loterij als men een „dienstbaren geest" treft, op wie bovengenoemde bijvoege- lijke naamwoorden geheel of gedeeltelijk van toepassing zijn. zij onterfd is! Nikolaus Artemiewitsch! zei mevrouw Stakhoff vleiend. Maar waar zijt gij dan getrouwd Wie deed het IIoc Mijn God, mijn God! Wat zal de wereld hiervau zeg gen! En gij, schijnheilige, hoe waagt gehetnogonderhetouderlijkdaktewonen? Papa, antwoordde Helena met vaste stem, schoon zij over haar ge- hcele lichaam beefde, gij moogt doen wat gij wilt, maar beschuldig mij niet van plichtverzaking of huichelarij. Be vreesd ti voor den tijd te vertoornen, had ik met mijn verklaring willen wach ten tot ik met mijn echtgenoot Rusland verliet. Gij gaat RuslanJ verlaten? En waar wilt gij dan heen? Naar het vaderland vaumijuman, naar Bulgarije. Naar Turkije! Groote God! riep mevrouw Stakhoff uit. Helena viel op haar knieën voor hel bed barer moeder. Ga heen, riep Stakhoff haar bij de armen vattend, ga heen, ellendeling! Op dit oogenblik werd zacht aan de deur geklopt; het was Stakhoff's kamer dienaar, die hem een briefje overhan digde. „'t Is al voor een kwartier ge bracht, zei hij, en Goed! antwoordde Stakhoff; bij doorliep het schrijven en werd zicht baar onrustig. Daarom, gelukkig Limburg, waai' men de ouderwetsche degelijke en deugde lijke keukenmeiden voor het grijpen heeft, natuurlijk in figuurlijken zin. Zoo ontving volgens de „N. L. Koerier" een dokter in de buurt van Heerlen den volgenden brief op een advertentie waarin een dienstmeid werd gevraagd, die goed koken en zindelijk werken kon: „Mijnheer de Dokter! Gezien uw advertentie in de courant vau het huisgezin bied ik mij zelve aan om bij U te komen wonen voor dertien gulden in de maand te betalen den laatsten van iedere maand. Gij kunt na mij invermeeren bij D. D. te N. waar ik drie jaar op een maand na heb gewoont ik kan alle werk en ben nie knap maar ik heb goei knoesten aan mee lijf en kan als moet zijn heel goed ne manskerel op zene stoel houwen als gem eetien tand moet trekken ik ben proper en kook lekker en ge kunt veul dienst van me hebben want ik heb vroeger bij den veedocter te A. gewoont en kan daarom veul reseptcn die goed zijn voor alle vee. Ib rekenmendeer mij zeiven en wacht de antwoord bij onzen Janes in de vcurhei bij O. Uw lïriendclijke Dienares P. D." Gelukkig ook de Limburgers, wier lichaams gesteldheid van dien aard is, dat ze nog „veemiddelen" kunnen ver dragen iu een tijd, waarin de homoepathen met hun mininaal-doses steeds meer opgang maken. Ja, daar in Limburg wonen nog oer-nienschen, die huil slagvaardigheid nog op de ouwerwetselie wijze met hun vuisten bewijzen in plaats van woorden. Zoo werd b.v. door hot O. M. bij de rechtbank te Maastricht zes dagen gevangenisstraf geëischt tegen een slag vaardig a.s. raadslid te Mesch. Deze man had het n.l. bij de gemeenteraads verkiezingen dezen zomer niet tot raads lid kunnen brengen, en kon nu zijn tegenslag zoo weinig verkroppen, dat hij 12 Juli j.l. zijn buurman dien hij verdacht niet op hem gestemd te hebben een flink pak slaag toediende, zoodat deze hevig aan zijn hoofd bloedde. Gelukkig voor de vroede vaderen van Mesch, dat zij dezen slagvaardigen, heet gebakerdeu politicus niet in hun midden zien. Er zouden anders wellicht nog al eens bloedige tooneelen zijn afgespeeld al zouden deze niet zoo'n stuitend ka rakter hebben als een vechtpartij Zater dagnacht in den Haag. Toon werd daar nl. de hulp van een paarpolitie-agenten ingeroepen door twee vrouwen moeder en dochter aan wie door den man en vader do toegang tot de gemeenschappelijke woning aan de Hocfkade was ontzegd. De agenten gingen met de vrouwen mede naar bedoelde woning, maar de bewoner bleef weigerachtig om vrouw en dochter binnen te laten. De dochter wist echter raad, zij nam een bijl en sloeg daarmede oen paneel van de straatdeur in. Dit was voor den verdediger van de bedreigde vesting het sein om meer offensief op te treden. Hij kwam aan de straatdeur en opende een bombarde ment. Als eerste projectiel wierp hij een brandende petroleumlamp naar de agen ten en de beide vrouwen. De politie mannen bleven toen ook niet werkeloos. Zij trokken de sabel en verwondden den man, die zich daarop in zijne stel ling terugtrok, om uit het venster, meer gedokt, het bombardement voort te zet ten, door met bloempotten en andere voorwerpen te gooien. Ik moet noodzakelijk uit, wendde hij zich tot Helena, voor den spiegel zijn das terecht6cliikkende, maar bij mijn terugkeer Hij voleindigde zijn zin niet, misschien omdat hem de kracht er toe ontbrak of dat hij te veel haast had om uit te gaan. Hij sproug in zijn slede en beval den koetsier naar de woning der Duitsche familie te rijden, bij welke hij zijn meesten tijd doorbracht. Helena bleef voor haar moeder op de kuieëen liggen en kuste hare handen. Haar zwijgen was welsprekender dan woorden, aan den handdruk der goede vrouw voelde zij dat ze vergiffenis had ontvangen. Ik kon niet anders fluisterde zij. O, als ik er aan denk naar welk land gij gaat! Lieve moeder, als ik gestorven was, zou 't nog erger zijn geweest! Ik heb even weinig hoop om u ooit terug te zien. Mevrouw Stakhoff stelde zich Bulgarije voor als een soort woestijn. Spreek zoo niet, lieve moeder, er zijn steden als hier iu Rusland en wij zullen elkaar weerzien, geloof dat zeker. Ja, er zijn steden, maar wat voor stedenEn dan, de oorlog is uitgebro ken; men hoort er niets dan't gedonder der kanonnen. En wanneer woudt gij heengaan, mijn kind? De agenten trokken af, aan de vrou wen werd nachtverblijf verleend en de man bleef overwinnaar, maar zal zijn systeem van veidediging met een proces verbaal moeten boeten. Hoe weldadig doet ons dan de volgende advertentie aan, die we in het N. v. d. Dag lezen. „Vereeniging van Weesvaders. Namens het Bestuur van bovenge noemde Vereeniging betuigt onderge- teekende zijn hartelijken dank voor de belangrijke gift van f100, ontvangen van de „Club International de Bien- faisnee", te Amsterdam, voor de onver zorgde weezen. G. Kingma. Tiel, Sept. 1905. Penningmeester. Dat weldadige gevoel verkeert echter in spijt of wrevel, wanneer we weten dat die „weldadige club" een en de zelfde is als het beruchte speelhol uit de Vondelstraat. Dan bezat een reiziger in den trein tusschen Kaufening en Miinchen heel wat nauwgezetter geweten, dan deze weesvader. In een coupé tweede klasse zaten nl. op dat traject een oude heer met zijn zoontje er nog een heer. De oude heer toonde zich niets op zijn gemak, onop houdelijk keek hij op zijn horloge. Driekwartier van Miinchen stond hij plotsing op en trokaan de noodrem. Met een vreeselijken ruk hier de trein til; alle hoofden staken uit de por tiervensters, lantaarns werden gezwaaid en de ademloos toesnellende conducteur opende vlug het portier. „Wat is er aan de hand? Wat is er geheurd", schreeuwde hij, geheel ont daan. Doodkalm antwoordde lachend de oude lieer: „Er is niets gebeurd, dat de veiligheid van de medereizigers in ge vaar brengt. Wees volkomen gerust. Ik remde slechts voor mijn jongen hier. Hij is namelijk moet u weten, om 9,30 juist 10 jaar geworden. Daar hij met een kinderkaart in den trein gestapt is, moet ik voor het traject naar Munchec nog bybetalen. U begrijpt? Om later onaangenaamheden te voorkomen, wilde ik u dat maar direct zeggen. Hoeveel, moet ik bijpassen, vriend? De le-luit.-kwartierm. L. J. II. Heij- man, van het 5e reg. inf., wordt ge detacheerd ten bureele van den intendant der 4e div. infanterie te Amersfoort. Wegens de vergadering in Utrecht van onderwijzers zal er a.s. Zaterdag op de openbare scholen alliier dan vrij af zijn. De generaal-majoor, commandant der 4de divisie infanterie, zal op zijn in spectiereis naar Deventer, Assen en Leeuwarden worden vergezeld door den kapitein van speciale diensten van het 5c regiment infanterie F. A Nieuwen- huijs. De jachtrit van de officieren van het le regiment veld-artilleric, welke gis teren zou plaats (hebben, is uitgesteld tot de volgende week Dinsdag, met het oog op den door de militaire sportver- ceniging uitgeschreven afstandsrit van 70 kilometer, Amersfoort—Putten BarneveldEdeArnhem. De vereeniging „Amersfoortsche In dustrie- en Huishoudschool" zal op Dinsdag 24 October a.s. een algemeene vergadering houden in het schoolgebouw Hendrik van Viandenstraat no. 17, des avonds te S uur. Heel spoedigtenzij dat mijn vader onze vereeniging gerechtelijk wil nietig verklaren, mij en hem wil schei den Mevrouw Stakhoff sloeg haar blik ten hemel. Neen, lieve Helena, dat zal hij niet doen. Ik zou mijn toestemming tot dit huwelijk niet gegeven hebben, maar nu 't eenmaal geschied is, is het ge schied; ik zal nooit dulden, dat men mijn kind onteert. Verscheidene dagen verliepen in pijn lijke onzekerheid. Stakhoff had zijn dochter de woning niet ontzegd, doch alleen zijn vrouw verboden met haar te spreken. Zoolang hij in huis was, kwam mevrouw Stakhoff dit verbod stipt na, doch nauwelijks was hij weg of zij was aanstonds bij haar. Mevrouw Stakhoff gaarde op een avond al haar moed bijeen. Zij riep haar echtgenoot bij zich in de kamer. Ieder in huis was stil en spitste de ooi en. In den beginne hoorde men niets, maar weldra klonk Stakhoff's stem bulderend op. Een heftige scèue was losgebroken, zóo, dat Schubin en Zoë reeds van plan waren met geweld binne te dringen. Toen echter bedaarde het tumult, het gesprek werd gewoon en eindelijk zweeg men stil. Wordt vervolgd. Punted Van behandeling zijn: lo. De begrooting voor 1906. 2o. De benoeming van een commissie tot nazien der rekening en verantwoording. 3o. De verkiezing van drie bestuursleden wegens periodieke aftreding van mevr. Heijligers, mevr. Tromp van Holst en den heer Kenninck. 4o. Mcdedeelingen van het bestuur. Het bestuur geeft kennis dat de be grooting (in ontwerp) van af Dinsdag 10 Oct. voor de leden ter visie ligt in het schoolgebouw. De Friesche vereeniging alhier hoopt haar eerste maandelijksche vergadering in dit jaar te houden op Donderdag 19 October, s'avonds te 8 uur in do Keizerskroon. De Heer C. de Lange, leeraar aan de Ambachtsschool alhier, is benoemd tot leeraar in het handteekenen aan de nieuwe Ambachtsteekenschool van het Nutsdepartement te Baarn. Ds. D. J. van Aalst, Predikant der Ned. Herv. gemeente alhier, komt voor op het zestal te Leiden (vac. Ds. Her waarden). Zondagmorgen te half elf wordt in de Luthersche Kerk een godsdienstoefe ning gehouden voor den Doopsgezinden Kring, waarbij hoopt voor te gaan Ds. K. Vos van Woudsend. Het Bestuur der Oudheidkundige Vereeniging „Flèhitc" heeft zich gewend tot Gedeputeerde Staten dezer provincie met het verzoek om in het genot te worden gesteld van een jaarlijksche provinciaal subsidie groot f 200 ten bate van een voorgenomen uitbreiding van het Museum in verband met een haar gedaan legaat van goederen en voor werpen van oude kunst, van wijlen den heer C. B. Kok. Om de cursussen te volgen in „Ons Huis" hebben zich aangemeld voor Duilsch 20 leerlingen, voor Fransch 16, voor Nederlandsch 16, voor Boekhouden 12 en voor Teekenen 11. De cursussen beginnen volgende week, morgenavond vergadert de cursuscom missie. Gisterenavond vergaderde de ver eeniging „Handel en Nijverheid" in 't hotel „De Zwaan." Aan de orde waren: I. Ballotage nieuwe leden. H. Mededeelingeu betreffende de 9 uur sluiting. III. Ingekomen stukken. De voorzitter opende de vergadering met de mededeeling dat de 2e secretaris getelegrafeerd had, onverwacht ver hinderd te zijn de vergadering bij te wonen, hierdoor moest de lezing der notulen achterwege blijven. Overgaande tot behandeling van punt I deelde de voorzitter mee, dat do namen van 5 candidaat-leden reeds op de vorige vergadering waren mede gedeeld. Op de openbare vergadering voor 9 uur sluiting hadden zich echter nog 10 nieuwe leden opgegeven. Het bestuur stelde daarom voor, om iu afwijking van een besluit der al gemeene vergadering waarin bepaald is, dat de namen van nieuwe leden op de eene vergadering moeten meegedeeld worden en op een volgende vergadering ballotage moet plaats hebben, nu over alle 15 nieuwe leden ballotage te houden. Een der leden maakt bezwaar met het oog op aanmerkingen van afwezige leden. Na eenige discussie wordt besloten over de bedoelde 10 nieuwe leden ballotage te doen plaats hebben op een volgende vergadering. Vervolgens worden de eerstgenoemde 5 leden met algemeene stemmen aan genomen. Omtrent punt H deelt de Voorzitter mee dat het sluitings-comité vergaderd heeft op 14 Septr., ter vaststelling van een reglement en op 6 October. Tot 9 sluiting hebben zich bereid verklaard 150 magazijnen en winkel houders. Geen volledig resultaat was nog ver kregen bij winkeliers in consumptie artikelen zooals bakkers, kruideniers, slagers, visch- en fruithandelaars. Van bakkers en slagers liet het zich echter aanzien, dat spoedig overeen stemming zou worden verkregen. De voorzitter herinnert er echter aan dat in locale bladen verscheidene stuk ken zijn geschreven over 9 uur sluiting. Daaronder was er een van een Amster dammer, die door hem was beantwoord. Deze inzender was van oordeel, dat alleen een wettelijke regeling vervroegde winkelsluiting mogelijk kon maken ca was voor geen overtuiging vatbaar. Gezien echter het schitterende resul taat dat hier reeds bereikt is, mag de hoop gekoesterd worden, dat langs dozen weg ook veel te bereiken zal zijn. Verder leest de voorzitter een circu-

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1905 | | pagina 2