Stadsnieuws. Uit het leven van een Philanthroop. Allerlei. wijze gij over de groote vraagstukken van den dag voorgelicht wordt. Vaar op ieder terrein tweeërlei levensbe schouwing bestaat, daar is het van belang, in welk licht gij do dingen leert zien. Wij hopen dat het U te doen is om ze te beschouwen in het licht van Gods Woord. Daarom meenden we ook dat het goed was U deze woorden in overweging te geven". Den 20sten September j.l. is te Londen een merkwaardig man gestor ven, een edel menschenvriend en wij gelooven hom niet beter te kun nen eeren dan door de lezers van ons blad het een en ander uit zijn rijk en werkzaam leven mee te doelen. Het was in het jaar 1864 dat de man van wien wij hier willen spreken, de later bekende Dr. Thomas John Barnardo, als jong student naar Londen k wam om er in de medicijnen en in de theologie te studeeren, daar hij zich voor den zwaren dienst van zendeling in China wilde voorbereiden. Gedurende de cholera-epidemie werkte de jonge man als volontair in het London-hospitaal en had als zoodanig gelegenheid de vreeselijke ellende in het Oosteind, het armenkwartier, van nabij te loeren kennen. Nadat in 1866 de ziekte bedwongen was wijdde hij zijn vrijen tijd aan het onderwijs der allerarmsten en verzamelde in een ezel stal in Stepney tweemaal 's weeks een ganschc scliaai jonge „staat-arabieren" om zich heen, die met aandacht naar zijn woorden luisterden. Toen had er een voorval plaats, dat op zijn verder leven en werken van beslissenden invloed zou zijn. Eens op een kouden December-avond toen Barnardo zijn onderricht had ge ëindigd en de kleine jongens den stal verlieten, wilde er een niet weg en of hij hem al aanspoorde heen te gaan, de jongen bleef dralen en kwam er einde lijk voor uit, dat hij geen vader of moeder en ook geen tehuis had. En alzoo zijn verhaal doende, schikte hij zich hoe langer hoe meer naar de kachel en smeekte hem daar den nacht over te mogen blijven omdat het er zoo lek ker warm was. De jonge arts nam den knaap met zich en toen vernam hij tot zijn grenze- looze verwondering dat er nog tal van zulke ouder- en daklooze jongens van denzelfden leeftijd waren, die op dezelfde erbarmelijke wijze door het leven moestou. Tot bewijs daarvan voerde Jim Jarvis, zoo heette die jongen, Dr. Barnardo naar eeu oud verlaten gebouw nabij "llounds- ditsch", waar hij elf jongens vond met lompen bedekt en half bevroren. Dr. Barnardo schildert den indruk van dien vreeselijken aanblik volgenderwijze: „.Als het bleeke licht der maan op die arme knapen viel, als mij de vreeselijke waarheid duidelijk werd, dat zij alle van dak verstoken en geheel verwaarloosd waren, en dat mogelijk een veel grootcr aantal kinderen in denzelfden toestand verkeerden, dan was het mij of God zelf het voorhangsel oplichtte, dat mij tot dusverre de naamlooze ellende van het kiuderbestaan in de straten van Londen verborgen had. Diepe bekommering over de ongerech tigheid der dingen vervulde mijn hart. Waarom moesten die elf niets hebben en ik en talloos velen alles wat wij ver langden? Ik kon het niet begrijpen en ik werd eerst weer rustig toen ik mij er toe gaf daarover na te denken, toen ik besloot mij aan den naastliggenden plicht te geven, namelijk mij dien eencn armen jongen onder alle omstandig heden aan te trekken.' De geschiedenis van Jim en de mede- deeling, dat nog veel meer van die schepsels op andere plaatsen sliepen, deden in Bernardo het besluit rijpen, zijn plan als zendeling naar China te gaan op te geven; hij zag immers in Londen een veel grooter en dankbaar der arbeidsveld nu hij besloot zijn leven dezen armen verlaten kinderen te wijden. Jim Jarvis was het eerste kind van zijn gezin en na 38 jaren is het getal er van tot boven de 55.000 gestegen. Eomge wekeu na de verhaalde ont dekking ontbrak er op een Zondag avondmeeting in de Agiicul Ilall een spreker en Lord Shaftesbury, die die vergadering presideerde, verzocht den jongen arts om de spreekbeurt te ver vullen. Hij vertelde toen de geschiedenis van Jim. De indruk moet overweldigend zijn geweest. Lord Shaftesbury gaf eeu diner waarbij meerdere philanthropen te zaaien waren en Barnardo gaf nog eens zijn vertelling van bedoelden avond ten beste. Midden in den nacht begaf het geheele gezelschap zich naar Borough-Market. Er was echter geen levende ziel in de groote Hall te zien. Barnardo waande zijn zaak verloren. Doch daar kwam hem een politieagent ter hulp. „U wilt de jongens zien, heeren? Roept maar zoo hard gij kunt, dat ieder een halve penny krijgt, dan zullen ze wel komen". Na het laatste woord verschenen 73 armzalige jongens; uit aardappelzakken, van onder kisten en kleeden, tusschen vaten weg, kropen zo naar voren om de beloofde muntspecie te bekomen. Nu kwam de zaak ook in het parle ment ter sprake, de dagbladen begonnen zich er uiée te bemoeien en in korten tijd interesseerde zich het groote publiek voor het denkbeeld der redding van ouderloozc kinderen. Het eerste beta lende lid was een dienstmaagd, die G3/4 pence in louter farthingen offerde. En daarmee begon Dr. Barnardo zijn werk, dat op heden enkel aan bijdragen van leden meer dan '200.000 pond sterling per jaar door private weldadigheid op brengt. Enkele beduidende offers hebben een bijzondere geschiedenis. Op een zekeren dag kwam een dame bij Barnardo en sprak en keuvelde -met hem over al lerlei dingen. Maar de man die zoovele kinderen zijn eigenen kon noemen, had geduld geleerd. Eindelijk stond zij op en overhandigde hem bij het afscheid drie banknooten van duizend pond met de woorden: lk geef u dit opdat de deur van uw inrichting niet gesloten zij voor arme kinderen. Op een wandeling langs het strand klopte een Indisch Officier den arts op den schouder en vroeg hem; zijt gij Dr. Barnardo? Ja was het antwoord. Dan heb ik voor u een cheque van 5000 pond sterling, hier is ze. En zoo verdween hij. Op zijn 60sten verjaardag bereidden hem zijne ondersteuners een bijzondere verrassing door hem voor zijn „gezin" 120.000 pond sterling ter hand te stellen. Een benaderend beeld van zijn zegen rijk werk kan men trekken uit zijn grootmoedige stichtingen. De Centrale van de gansche inrich ting is in Stepney en 't voorgodceltc der Londensche armenwijk. In Londen zelf en in de omgeving serschc dametjes bediend; in het eene door een blondine, in het andere door een brunette; beiden bespiedden, in nationaal costuum den drempel hunner huisjes staande, mijn aankomst. Het schijnt inij toe, dat de kleine blondine mooie oogen heeft, en ik had reeds drie of vier stappen in haar richting gedaan, toen Noiraud, in een woedend geblaf uitbarstend, mij den weg vespert. Zou hij een voorliefde voor de kleine brunette hebben? Ik verander van richting. Zoo was het; als door betoovering houdt Noiraud zich plotseling stil, zoodra hij ziet dat ik plaats genomen heb aan een tafeltje van zijn jeugdige beschermelinge. Ik vraag een glas melk. De vriendin van Noiraud gaat haarspeelgoedhuisjc weer binnen en deze volgt haar op den voet. Door liet op een kier staande raam volg ik Noiraud niet mijn oogen. Die ellendeling! Hij wordt nog voor mij bediend. Hij krijgt het eerste een groote nap melk. Hij is omgekocht. Daarop komt Noiraud, terwijl de druppels melk aan zijn snoet hangen, mij gezelschap houden. En daar brengen wij, volkomen tevreden over elkaar, met volle longen de scherpe en ijle berg lucht inademende, op drie of vierhonderd meter hoogte, een heerlijk half uurtje door. Maar daarop begint Noiraud tec- kenen van ongeduld en opgewondenheid te geven. Ik lees nu in zijn oogen als in een open boek: wij moeten weg. Ik betaal, ik sta op, en terwijl ik den rechterkant opga, om den weg weer in te slaan, waarlangs wij naar boven zijn gekomen, zie ik Noiraud links aan den ingang van een anderen weg post vatten. Hoe groote vorderingen heb ik in twee uren tijds gemaakt en hoe vertrouwd beu ik geraakt rnet Nairaud's zwijgende welsprekendheid. „AVat denk je nu wel vau mij?" zegt Noiraud. „Denk je dan, dat ik je tweemaal langs denzclfden weg zou brengen? Neen, zoo dwaas niet! Wij zullen langs een anderen weg naar beneden gaan." Wij gaan langs dezen anderen weg naar beneden. Mijn gids laat mij al den tijd om hier en daar op mijn gemak een fraai vergezicht te genieten, en wan neer wij aan het station afscheid van elkaar nemen, vertaal ik aldus den laatsten blik van Noiraud: „Wij zijn nog twintig minuten te vtoeg. Neen, neer., ik ben wel zoo wijs geweest er voor te zorgen, dat gij weer niet den trein mistet." zijn grootere inrichtingen, een kolonie voor verlaten kleine meisjes te Ilfort, een kinderziekenhuis, een kinderhuis te Hawthurst, steeds geopende reddingssta tions, een weeshuis voor knapen van 1S jaren, een werkhuis voor jongens, een te huis voor meisjes, arbeidsscholen voor meis jes, ecu boodschappen-brigade (voor de City), een schoenpoetsers-brigade, beiden met eigen inrichting, een toevluchtsoord in Burdett, een herstellingshuis aan de zee in Fclixstone, kostelooze slaapplaat sen voor kinderen, een asyl voor onge necslijkcn, een blinden en doofstommen- instituut, een tehuis voor kreupelen en een groot aantal andere evenzeer on schatbare inrichtingen. Te zamon werden door Dr. Barnardo meer dan 120 in stellingen in het leven geroepen, die de ouderlooze en daklooze schepsels alles vergoeden zullen wat in hun leven ont brak: vader en moeder, school en tehuis, en voor alles een warmhartigen, belang- loozen vriend. Ook op het emigratie-wezen vestigde Dr. Barnardo zijn opmerkzaamheid. Hadden zijne jongens in de inrichting een flink handwerk geleerd, dan gingen ze naar Canada, waar zij met open annen werden ont\ angfè'p. lot lieden zijn meer dan 20 000 kinderen in de kolonie ver deeld. Het bewijs van de glansrijke opvocdingsresultaten geeft het feit, dat het getal gestraften slechts 2 bedraagt en dan nog slechts voor kleine vergrij pen. Pasgeboren knapen, die in be- schuitdoozen aan de deur van het tehuis werden neergelegd, hebben het gebracht tot Canadeesche Parlementsleden en een meisje dat half dood in een zak werd gevonden is thans de cchtgenoote van den rijksten koopman in Montreal. Opmerkingswaardig zijn eeuige data in de geschiedenis van Barnardo's werkzaamheid in 1904. Loopend werden behandeld, 19260 opgeuomen 12182; kinderen die langen tijd werden verpleegd 10905; stand op 31 December 1904:7855; weezen 2765; geheel verwaarloosde kinderen 1062; ongeneeslijk kreupelen 124. Kinderen beneden vijf jaren 627; naar de kolo niën gezonden 1266 kostelooze maal tijden 123239. Het gezamenlijk aantal der geredde kinderen in 38'/2 jaar bedraagt 55962. Toen het bericht van het verscheiden van den dokter in het Stepney-huis bekend werd kwam er aan het gejam mer der kinderen geen einde. Onge huichelde droefheid heerschte niet slechts onder de kinderen; geheel Engeland treurt over hot verlies vau een liarer edelste zonen. Barnaido is gestorven, maar zijn levenswerk is voor do toekomst verze kerd. Zelfs na zijn dood heeft hij voor zijn „geziu" gezorgd: hij was ten be hoeve van de door hem gestichte in richtingen voor 36U00 pond sterling verzekerd. Voor het overige zullen meer dan 120OUO leden aan zijn werk verder arbeiden. Times. Het Conservecren of Inmaken yan Eieren. Wat al middelen worden er aan de hand gedaan oin eieren te conserveeren, niet waar? Maar is het u als mij gegaan, waarde lezer of lezeres, dan zijt gij al dikwijls teleurgesteld geworden, doordat de uitkomst niet aan de verwachting beantwoordde. Laten we, om verdere mislukkingen te voorkomen, ïnededeelen, welke resultaten bij verschillende inetho den van bewaring werden verkregen. Het percentcijfer duidt aan, welk deel door bederf verloren ging. De eieren werden bewaard van Juni tot einde Fe bruari, dus, gedureude den ganschen zomer, ruim 8 maanden lang. Bedorven. Bewaring in zout water 1Ü0 pCt. In papier gewikkeld 80 Gedompeld in eeu mengsel van salieylzuur en glycerine 80 Ingewreven met parafine 70 zout 70 Bewaard in zemelen 70 Gevernisd met collodium 50 Gedompeld in kokend water, 1215 sec50 Gedompeld in een oplossing van salieylzuur50 Gedompeld in een oplossing van aluin50 Gevernist met gomlalc 40 Bewaard in houtasch 20 Bedekt met varkensreuzel '20 Behandeld met overman- gaanzurc kalium '20 Behandeld met een mengsel van boorzuur en kaliwaterglas '20 Bedekt met vaseline 0 Bewaard in kalkwatcr 0 Bewaard in een oplossing van kaliwaterglas 0 De 3 laatste methoden geven dus voldoenden waarborg tegen bederf. Het bewaren in kalkwater heeft echter het bezwaar, dat enkele eieren naar] de kalk smaken, terwijl van de in water glas geconserveerde eieren de schalen bij het koken licht barsten, soms met een harden slag. Dat breken kan men voorkomen, door aan liet stompe eind een klein gaatje te maken, zoodat het gas kan ontsnappen. De smaak der eieren is goed. Waterglas koopt men bij den drogist. Eén flesch vau deze dik vloeibare vloeistof verdunt men met 5 a 6 flesschen water, in welk mengsel de eieren juist zinken Sommigen, die heel zeker willen gaan, besmeren de eieren, alvorens ze tn waterglas te leggen, met vaseline. De kalkmethodc is zeker wel het vlugst toe te passen. Men stapelt de eieren met de punt naar helleden in een pot, welke nu vorder gevuld wordt met het heldere kalkwater, dat men van ccnige uren te voren met water overgoten ongebluschte kalk verkrijgt. Na een poos komt er op het water een vliesje van koolzure kalk, dat men niet ver breekt vóór de eieren gebruikt zullen worden. De interessante begrootingsdebatten zijn in de talrijke gemeenteraden van ons dierbaar vaderland al weer tot een goed einde gebracht, en van mijn collega's in de journalistiek, die zich tot taak gesteld zien min of meer critische beschouwingen over de gemeentepolitiek te leveren, is de beruchte komkommer tijd aangebroken, llet vet is nu van den ketel, en wat ze nu nog kunnen opvisschen, is een dun watersoepje. Niet aldus voor mijn collega's in engeren zin, de zoekers naar allerlei- nieuws, de jachtmakers op would-be- comisch-interessanto berichtjes, die als „parelen" aan een snoer moeten worden geregen, en den goedmoedigen lezer als rozenkrans kunnen dienen orn zich eens even van zijn dagelijkschen arbeid af te keeren, en zijn geest ie „verfrisschen". Wij Allerleicis", hebben stof in overvloed, dank zij de rijke fantasie van sommige correspondenten. Vandaag lezen wij een opwekkend en deugdster- kend bericht van „De bedrieger bedro gen". Morgen vertelt Dr. Bredins, dat hem er niets van bekend is. Overmorgen zegt het Vaderland, dat het bericht een aftrekseltje is van een barer feuilletons. Den volgenden dag zegt weer eeu ander, dat het verhaaltje een Thema is uit een Frausch schoolboekje. Weer een dag later deelt de „uitvinder" van het nieuwtje mee, dat 't toch „heusch waar" is, en dat iedereen in Rotterdam de personen van dit „drama" kent. Nu komt Schürmann, de schrijver vau het „Vaderlandsche" feuilleton weer op de proppen met den cisch om man en paard te noemen. En nog is het einde niet! Zoo blijft het werk in de wereld of liever de ponnen in bewegiug, de voor zichtige lezer daarentegen wordt steeds minder leeslustig, want telkens komt hem opnieuw in de gegcdachten: „de almanak en de krant brengen de leu gens in het land." Gelukkig dat ik mijn lezers nu eens een waar bericht kan meedeelen, althans de Leeuw. Crt. deelt het als een „ware" geschiedenis mee om haar lezers te waarschuwen tegen den steeds toene- menden zwendel. Zij verhaalt dan het volgende: „Een jonge man te niet van gegevens ontbloot, verdiende goed zijn brood, maar zou toch wel vau betrek king willen veranderen. Gelegenheid daartoe vond hij in een aanbieding om als tweeden boekhouder op te treden, met vooruitzichten voor promotie tot eerste. De jonge man overweegt de offerte, wint inlichtingen in aan opgege- \en adressen, overtuigt zich nog per soonlijk en besluit te acceptceren. Hij stort zijn (niet hooge) borgtocht, treedt in dienst en wederzijds bevalt liet goed. Zóó goed, dat, als na ecnigon tijd de le-bockhoudcr, met verlof ver vangen wordt door den substituut, deze zoo accuraat werkt hij ontdekt zelfs blunders van zijn chef dat men hem komt voorstellen de tijdelijke plaats vast te bezetten. „De eerste" enfin, ei was al meer iets met hem geweest „de eerste" mag dan rond zien. „De tweede", gevleid, overweegt opnieuw en besluit andermaal te accepteeren. Z'n borgtocht krijgt ie terug, aandcelen 'u flink aantal, de familie moest zelfs geld founiceren er voor in de plaal? en Ja, en 6 maanden later was onze jonge man alles kwijt, alles: z'ii mooie betrekking, z'n lieve geld, dai van z'n familie, alles! Een ferme hoop waardelooze aandcelen hield hij ovei hij was er tusschen genomen. Een uit velen? Wij mogen nog zeggen, dat onze jonge man het pleit voor hem later nog goed aanlandde, 't Is wel geen lucratief baantje, dat hij heeft, maar 't marcheert! Om den lezer, die in bovenstaand verhaal een sterk tekort aan namen ontdekt heeft min of meer schadeloos te stellen, wil ik hem een pas uitgevonden naam niet onthouden, een naam, dit zeker wel de langste familienaam is ter wereld. Volgens het Britsche „Pharmaceoti cale Journal" heeft een apotheker al een door hein bereid zuur gedoopt at den welluidenden naam: M etaiodi north ooxyquinoli nanasulfonic. Wie hem onthouden kan mag he zeggen. Tenslotte nog iets echt Amerikaanscl dat blijken geeft van den practischen blik der IJankees die zelfs aan hm professoren met ontbreekt. Zoo heeft de kanselier van do univcr siteit te Nebraska het voorstel gedaan dat den ter dood veroordeelden de kei zou gelaten worden, of zij geëxecutcen willen worden of als „proefdieren willen dienen voor viviscctionistiscli operatics. Indien zij er het leven al brengen, zullen zij in vrijheid worden gesteld. De gevangenis-autoriteiten zijn vai meening, dat de meeste veroordeelde hiermee ingenomen zouden zijn en ziel bereidwillig aan de vivisectie ouderwet pen. Den ter dood veroordeelden in <1 gevangenis te Chicago werd naar hei meening gevraagd. Twee verk laardei zich voor den dood aan den galg, di anderen onderwierpen zich liever aai de proef, omdat zij dan altijd nog hooj op leven en vrijheid hadden. Kt'imiMgeviiig. De BURGEMEESTER en WETHOUDERi van AMERSFOORT, doen te weten, dat door den Raad der Gt meeute in zijne vergadering' van 31 Octobe 1905 is vastgesteld de volgende verordening Verordening tot wijzigingder,, Verordening rogelende de voorwaarden waarop in d Gemeente Amersfoort muntgasmeters wor den ter beschikking gesteld". Art. 1. In art. 1 der Verordening, regelende d voorwaarden, waarop in de Gemeente Amen foort muntgasmeters worden ter beschikking gesteld, wordt in plaats van „f2.50" geit zen „f3.—". Art. 2. Deze verordening tivedt in werking o den dag harer vaststelling. De Voorzitter WUIJTIERS. De Secretaris, J. G. STENFERT KROESE. Gedaan te Amersfoort den 1 November lOOt De Burgemeester en Wethouder van Amersfoort. De Burgemeester, WUIJTIERS. Do Secretaris. J. G. STENFERT KROESE. Visschcrij. De Burgemeester van Amersfoort breng ter algemeoue kennis dat door den Comini? saris der Koningin in de provincie UtreeL voor het seizoen lü()5|19U6 geen consente worden afgegeven tot uitoefening der vis seherij onder het ijs met den zegent dat voor zooveel de overige geoorloofd vischtuigen betreft aanvragen tot het beko men van genoemde consenten aan den Cora missaris der Koningin in de provincie Utrecht kunnen worden ingezonden. De Burgemeester van Amersfoort AVUIJTIERS. Amersfoort 16 November 1905, Jagen op Spoorsuecuw. De Burgemeester van Amersfoort breng ter algemeene kennis, dat ook voor he loopeiide jacht seizoen vergunning kan woi den verleend tot het houden van drijfjach ten op wild ook op spoors'neeuw en dat d( betrekkelijke aanvragen daartoe aan dec Commissaris der Koningin moeten wordec ingediend door tusschenkomst van dec Burgemeester. Amersfoort 6 November 1905 De Burgemeester van Amersfoort WUIJTIERS. Te dezer stede is een Vrijzinnig-De mocratische kiesverccniging opgerichl aanvankelijk met 16 lerlen. Voor de vacante betrekking van klerfc ter gemeente-secretarie alhier, hebbec zich 42 sollicitanten, aangemeld. De nieuw benoemde kapitein bij 3e Reg. Inf. de heer A. C. Couvéf komt te Ylissingen in Garnizoen. Onze stadgenoot de heer J. C. J Pels Rijckcn, Inspecteurd er Registratie en Domeinen, herdenkt Zondag den dag, waarop hij vóór 25 jaren - 's Rijksdienst trad. Bij Koninklijk Be sluit van 12 November 18S0 benoemd tot Surnumerair, was hij achtereenvolgen ontvanger te Grave en te Woerden ei werd hij bij Koninklijk Besluit van 30 Januari 1893 benoemd tot Inspecteur te Amersfoort. In de Zondag te Rotterdam gehouden algemceue vergadering van den Bund van Vrijzinnige PropagandavereenigingeD is besloten de volgende vergadering Amersfoort te houden.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1905 | | pagina 2