Stadsnieuws^
Tentoonstelling.
Als protest tegen de heele tentoon
stelling lag de varkensboel' Protest",
die de rij opende, als een langharige
bruine zak tegen 't planken beschot
gekwakt, de lange snuit weggegraven
in de droge modder, onverschillig voor
eerste, tweede of heelemaal geen prijs,
met dof gekor als eertijds Diogenes de
menschen vervloekend, die hem in de
zon gingen staan, blijkbaar het ezel
stokje, waarmee zijn baas trachtte hem
voor belangstellende bezoekers op te doen
staan en front te doen maken, beschou
wend als minzame kitteling of als vliegen-
vérjagertenminste bij vertikte het
en bleef liggen waar hij lag.
„Die is mooi van lillikigheid", zei
een boertje. De beer bromde iets en
trok z'n snuit op.
Een rustige bok met een eerbied-
waardigen baard, vol besef van het ge
wicht dat hij de eenige vertegenwoordiger
van zijn geslacht en dus eenige prijs-
winner was, sloot het spaarzame groepje
der afdecling III en IV, wolvee, geiten
en varkens en keek verlangend naar de
ledige plaats naast hem, waar de een
of andere schoone van het zwakke ge
slacht zou kunnen hebben gestaan, wan
neer onder D„geiten", in het programma
niet had gestaan „geen inschrijving".
De koppen druilig naar beneden,
stonden in lange rij de paarden, lusteloos
zoo nu en dan een hapje spichtig gras
aftrekkend, goedig omkijkend naar hun
veulentjes, die op bun hooge nootcn
zich bescherming zoekend togen de
flanken aandrongen, wanneer een oud
boertje zc met kennersblikken wat van
nabij kwam bekijken. De jongere boeren
allemaal in de das als eenige versiering,
do handen op den rug en een fijne
sigaar in den mond langzaam rond
kuierend, interesseerden zich blijkbaar
meer voor de ronde gezichtjes van de
boerenmeiskes, die glunder en rood van
de extra groene zeep-behandeling uit de
nauwe, 'vitten kappen te voorschijn
kwamen. In lange rissen aangehaakt,
giechelend bij iedere botsing, slenterden
se over het terrein om halt te maken
voor een tent met étalages van kunst-
mestsoorten. Ha eenige beraadslaging
van „Nou, toe dan, ga jij d'r dan in",
maar weer verder, omdat „jc daar nou
toch ook heelemaal niks an hebt" naai
de stieren, die zich cr over stonden te
verbazen, dat hun kameraden zulke mooie
bonte dekken 0111 hadden.
Een reusachtige zwart-witte kolossus
stond met melancholiek tranerige oogen
naar het bordje te kijken, dat vermeldde
dat hij den tweeden prijs gewonnen luid,
alsof hij wou zeggen: „dat heb ik nou
verdiend en nou laten ze je als dank
baarheid god-beter-t-ine uren lang in de
hitte staan zonder versch gras.
Een kleine, breedgebouwde stier stond
geweldig door de neusgaten te blazen,
zich waarschijnlijk illuzies makende daar
mee de lastige ring weg te krijgen.
„Hij is lillik vorkouwen!' zei een oud
boerinnetje met een vierkant hengsel-
mandje aan den arm, waar 't papier uit
stak van den peperkoek voor de jongens
thuis. Opeens trok den stier z'n rirape-
ligen nek in, valsch loerden de oogen uit
den borsteligen, schuin naar beneden ge
bogen kop, toen de paarse rok van een
van de deerntjes hem wat al te dicht
langs de oogen gloed. De arbeider die er
naast tegen 't hek op z'n pruim stond te
kauwen, knikte ondeugend lachend tegen
de meisjes en wenkte zc mee te gaan
0111 er eentje te pakken in de tent.
De twee stroomen van langzaam slen
terende en kijkende menschen warrelen
samen bij de tent, waarboven bont de
vlagen wapperen in 't helle zonlicht.
„Daar hebt ge gelijk aan, want uien
wordt er moede van. Maar wellicht wilt
ge mij toestaan tijdens de dans bij u te
komen zitten, signorina".
„Ik wilde wel dat bij groene of grijze
oogen bad, als zc maar niet bruin waren,"
dacht Franccsca bij zich zelve. „Ik
wensebte dat hij een Fransclnnan of
een Duitscher, in elk geval iets anders
dan een Italiaan was." Dan zeide zij:
„Neen, ik doe in 't geheel geen be
loften Maar misschien blijf ik praten
met mijn cavalier, dien ik mij in den
cotillon zal kiezen. "Wc zullen wel zien
boe 't loopt."
Zij glimlachte en in haar wijze van
doen, was een zweempje van eoquetterie,
waarvoor zij zichzelvc haatte. Maar
wat moest eon arm meisje in zoo'n
geval doen? Moest zij de eenige kans
om iets van baar beminde te hooien
wegwerpen door met diens mededinger
te gaan zitten praten. Als de graaf zoo
verwaand nas te denken, dat zij hem
voor den cotillon zou kiezen dan kon
zij dat toch niet helpen, en toch dacht
hij het klaarblijkelijk en zij was een
beetje boos op haar zelve hoewel zij
toch niet inzag hoe zij anders had kun
nen handelen. Zij voorzag een moeite
volle tijd, nu de mannen zoo dwaas
waren op haar gelaat verliefd te worden
en toch kon zij niet door de wereld
gaan niet een etiquette gemerkt: „Een
ieder zij bekend gemaakt, dat het hart
Handig balanceerde de kellner z'n biertjes
en klare met suiker door de gesticu-
leerende en hard pratende boeren, die,
de kin op den stok geleund, gezellig in
kringetjes zaten.'t brandpunt van de
tentoonstelling. Naast een rij van ge
compliceerde landbouwwerktuigen met
scherpe messen en tanden, de lunchende
jurytafel, waar gespeecht wordt op 't
welgeslaagde feest. De muziek speelde
een vroolijken marsch; achter de om
heining steigerden hoog op de bekroonde
paarden, ongeduldig van 't rukken van
de knechts den kop schuddend, zoodat
groote vlokken schuim neervlogen.
Voetje voor voetje sukkelde ik achter
de rij weinig zeggende en alles be
tastende menschen aan in de druk be
zochte groote tent, langs de lange tafel,
waar goudgele kaasjes netjes op stapeltjes
lagen naast honigraten en bakjes met
voodingsmeel, afgewisseld door twee of
drie bosjes radijzen, wat sla, look en een
paar tomaten, het overschot van do ver
zameling groenten, die vier, zegge vier
nummers groot was geweest.
Had de jury, dunkt me, een niet al
te zwaren taak bij het toekennen dei-
drie prijzen voor de vier nummers,
minder gemakkelijk schijnt me het vraag
stuk te zijn geweest, hoe !e, '2c, 3e
prijs plus diverse getuigschriften te ver
doelen ouder den eenigen inzender van
afdecling VII: „Bloemen en Planten".
Of zou hij 't alles hebben gekregen?
'k Mag 't lijden 1 want het feit, dat er
op een nationale tentoonstelling in 't
land- en tuinbouw bevende Holland
onder „Bloemen en Planten" evenals
onder de rubriek „Geiten" „geen in-
schrijv ing" had moeten staan, ware dunkt
mij niet zeer geëigend geweest om de
afdeeling Amersfoort van het Utrechtsch
Genootschap voor landbouw en kruid
kunde op te wekken tot herhaling.
Een mooie inzending pluimgedierte en
konijnen was er, en dat wisten ze en
ze waren cr trotsch op, want zc kraai
den en kakelden en snaterden van ge
weld: alleen de konijnen hielden zich
rustig en zaten als waardige matrones
met dikke ooderkinnon in hun hokken.
Groote hanen waren cr niet waaiers
van voeren aan de pooten, die in de
vervoering van hun eigen gekraai zich
den kop stootten tegen 't hok, en
kleine pedante krielkippetjes, die je zoo
onbeschaamd stonden op te nemen, dat
je bijna zou gemeend hebben, dat je
zelf daar voor hen ten toon gesteld was.
In de tentjes voor kunstmeststoffen
waren een paar landbouwseholieren met
hooge boorden zwaar aan 't boonien
over Bordeausche pap; een stuk ol wat
oudere boeren stonden cr stiken; naar
te luisteren, gaven elkaar knipoogjes en
spuwden tusschen de tanden door op
den grond.
Een paar glinsterende Utrcchtsche wa
gentjes, rubriek „ter opluistering" stond
tusschen een rijtje zaai- en maaiensnij-
en andere machines, waar maar weinigen
naar omkeken: „Dat is gin zaië, daor
gcet niks boven een arrobeiër die z'n vak
goed kent, meneer!"
Een wagen vol versch gras voor het
vee kwam op het terrein. In een oogen-
blik was het een gewirrewar van armen,
die plukten en trokken, een kleurgcwio-
mel van zwart en groen, even een luid
oplachen, een toon van feeststemming. In
de verte dansten een paar boerenjongens
oen Ilollandschen cancan en zongen: „En
geef me d'r dan maar vijf,'t Is de vreug
de van m'n lijf."
Bij de machincriën stonden een paar
kinderen te knoeien aan een gierpomp
Er kwam een stemming van feest, dat
op z'n einde loopt. Moedei-de vrouw liep
van Franccsca Britton is weggeschonken
aan een zekeren Carlo Donati; het is
dus noodelooze moeite zich aan te
pielden."
Zij had evenwel niet veel gelegenheid
om na te denkeu; zij moest dansen en
glimlachen en naar dozijnen complimentje^
luisteren en als die haar 't meest ver
veelden, dacht ze: „Enrico is hier en
hij weet bepaald alles van Carlo.
Enrico is hier, en er is nog een kans
om liern te spreken.
De opwinding en die vurige hoop
maakte haar gelukkiger dan zij ge
durende een langen tijd geweest was en
de beweging alleen reeds deed baat-
goed en bracht kleur op hare wangen;
hoewel zij eerst de gedachte aan 't hal
had gehaat was zij te jong;, en hield zij
te veel van dansen om niet zelfs nu en
dan haar smart te vergeten en er van
te genieten evenals Sybil zulks zou
hebben gedaan.
Al dien tijd had Enrico haar niet
kritisehen blik gade geslagen. Eerst
was hij van plan geweest om haar om
een dans te vragen eil aan Carlo ge
trouw elk woord te schrijven wat zij
had gesproken. Maar toen hij baai-
door aanbidders omringd zag en be
merkte hoe zij hare gunsten als een
kleine koningin uitdeelde, gevoelde hij
iets als toorn in zielt opkomen en vroeg
hij zich af, of zij Carlo's toewijding wel
verdiende en of 't wel zeker was, dat
de ververschingsstentjes na te zoeken om
den man op te scharrelen, 't werd tijd
om naar huis te gaan... Even nog geke
ken naar de zeug mot biggen, die een
afternoon-dutje deed. Twee rozenroode
ronde biggetjes zochten naar hun gere
serveerd plaatsje aan de moederborst, met
nijdige, hooge schreeuwtjes elkaar weg
duwend. Nommero 3 viel er tusschen in
oin ook z'n plaats te bemachtigen, maar
bedacht zieh, dat hij daar eigenlijk wel
lekker zacht op zijn broertjes lag en
sliep in
„Ze geneeren zich maar niks!" zei
een boeltje, dat naast me, over 't hek
geleund, er naar stond te kijken.
(Bekroningen.)
Afdecling 1Paarden, a. Dek-
hengsten gffboren in 1903 of vroeger.
Ie prijs D. Rijke te Barneveld met
Bayard.
'Ze prijs J. Lekkerkerker te Linschoten
met Archibald.
Bestuursprijs J. v. d. Vliet te "Wou
denberg met Concoilrreur.
b. M e r r i n met Veulens.
Ie prijs .1. Mandersloot te Renswoude.
c. Merrier en Ruins van 35
jaar.
Ie prijs J. do Gocy te Houten met
Briinhilde.
2e prijs A. van Woudenberg te
ITouten met Ras.
3e prijs dezelfde met Henna
4e prijs J. Knottenbelt te Hoogland
met Edith.
Bestuursprijzen C. J. v. Brüchem te
Eemnes voor goudvosinerrie en A.
Overves; te Leusden voor grauwe mooi-
kop merrie.
d. Jonge paarden geboren in
1905.
Ie prijs G. v. 't Hoenderdaal te Bun-
nik voor den goudvoshengst Adolf.
2e prijs Wed. G. C. van Verzendaa]
te Barneyeld.
3 prijs C. van Vulpen te Zeist.
Bestuursprijs J. van Donkclaar te
Leusdcn.
e. Jonge paarden geboren in
1905.
Ie prijs C. Steenhamer te Stoutenburg.
'2e prijs D. v. d. Grift te Baarn.
Afdeeling II Kundvee.
a. Stieren geboren in 1904 of
vroeger.
Ie prijs li. v. Straaten Wz. te Olst
met Jan.
2e prijs E. van Eek te de Bilt met
Alexander.
3e prijs Gebr. Cocrs te Baainbrugge
niet Paul Kriiger.
Eervolle vermelding D. van der Grift
te Baarn met Hector.
b. Stieren geboren in 1905.
Ie prijs H. de Goede Az. te Beem-
stcr met Glückauf
2e prijs L. A. van den Berg te YY'il-
leskop met .Apollo.
3e prijs J. Knottenbelt te Hoogland
met de Verwachting.
c. E e nj a ri ge S t i e ren deelgenomen
hebbend aan de voorjaarskeuring en ter
dekking staande binnen de afdecling.
Ie prijs A. Lagemaat te Lensden met
Job.
2e prijs P. Hartman te Soest met
Kees.
Getuigschr: J. Boshuizen voor Winter.
d. Melkkoeien van 4 jaar en
ouder.
Ie prijs J. van Ginkel te Maarsbergnn
met Com.
zij liern trouw zou blijven.
Hij was boos op haar omdat zij er
zoo lief uitzag en zoo beminnenswaardig
glimlachte; niet al zijn wijsbegeeriglicid
vroeg hij zich toch niet af, hoe zij dat
kon helpen? Ilij was boos op haar
omdat andere mannen haar bewonderden
en boos omdat zij er onder 't dansen
gelukkig uitzag, en in zijn hart kwam
weer de oude overtuiging boven „Er
is geen liefde in de wereld! alles onder
de zon is zelfzucht." En hoewel hij
zijn leerstelling stevig vasthield, verlangde
hij er naar om ze dien avond omge
worpen te zien; in elk geval had hij
zoo gaarne willen denken, dat zijn
vriend en dat mooie Engelsehe meisje,
de uitzonderingen waren, die den regel
bevestigen.
Eindelijk kwam de cotillon en de tijd
kwam, dat Franccsca, de erkende bella
van dien avond midden in de kring zat
niet een spiegel in haar hand, terwijl
zij die gaarne haar cavalier waren in
een rij de een na den ander over hare
schouder er in keken zoodat hunne
gezichten in 't glas werden weerkaatst.
Als zij ze weigerde, wierp zij een zak
doek over den spiegel, cn dien avond
leek het als of niemand haar behaagde,
want don een na den ander werd afge
wezen, en Enrico was verrukt te zien
hoe de blik van vertrouwen, waarmee
graaf Carossa haar genaderd was, ver
anderde in een van onmiskenbaar ver-
?e prijs E. v. d. Vring te Oudshoorn
met Masje II.
e. M e 1 k s c h o 11 e n.
Ie prijs Cunera van D. C. de Ridder
te Zuilen.
2e prijs Dora van J. YV. Clant te
Alphen.
f. Melkvaarzen.
Ie prijs Sientje van J. YV. Clant te
Alphen.
2e prijs Teuntje van T. Lagerwey te
Leersum.
Bestuursprijzen aan: Zwartbont van
J. Knottenbelt te Hoogland en Zwart-
Bonte Kol van J. Laseur te Amersfoort.
g. Melkkoeien van 4 jaar en ouder.
Ie prijs (f 25.zwartbonte bles van
A. v. d. Hengel Thz. te Hamersveld.
2c prijs (f 15.zwartblaar van dezellde.
Bestuursprijs de Yale van J. Pothoven
te Leusdcn.
h. Melkschottcn waarvan de opbrengst
wordt gecontroleerd.
2e Prijs (f 10.jonge T'rui van N.
Geertsma te Lensden.
k, Melkvaarzen, waarvan de opbrengst
wordt gecontroleard.
'2e prijs if7.50) Kol van N. W. Geerts
ma te Leusdon.
1. Kennelijk drachtige Koeien.
Ie prijs (f 20.Zwartbonte van J.
Knottenbelt te Hoogland.
2e prijs (f 10.Zwartbonte van YV.
van Hoff te Nijkerk.
Bestuursprijzen aan roodblaar van de
zelfde en zwartbonte van J. Knottenbelt
te Hoogland.
in. Vaarspinken, minstens 3 van één
eigenaar.
Ie prijs (f 20.II. de Goede Az. te
Beemster.
2e prijs (f10.D. Lam te Soest.
Bestuursprijs: J. Knottenbelt te Hoog
land en J. van Ginkel te Maarsbergen.
n. Melkvaarzen ingeschreven in
het N. R. S.
lc prijs (f 15.Nelly II van E. van
der Vring te Oudshoorn.
Voorts verwierven twee der zes door
YV. Y'ink alhier ter opluistering inge
zonden groote koeien bestuursprijzen:
Afdeeling III. YYrolvee.
a. Rammen 1 jaar en ouder.
lc prijs (115.A. G. MörzerBruyns
te Loenen a. d. Vecht.
2e prijs (getuigschr.) L. A. van den
Berg te YVilleskop.
b. Zes Ooien.
Ie prijs (f 10.J. O. Spithoven te Soest.
Afdeeling lYr. Varkens.
a. B e e r e n onverschillig welk ras.
2e prijs (f 10.A r i e, Duitscli edel-
zwijn van J. YV. Clant te Alphen.
3e prijs (f 5.Jan, id. van dezelfde.
b. Zeugen met minstens 6 biggen.
Ie prijs (f 15.J J. van Donkelaar te
Leusden.
2e prijs (f 10.dezelfde.
Afdeeling Yr. Zuivel,
a. Vier Kazen elk minstens 4 K.G.
wegend, binnen de afdeeling vervaardigd.
Ie prijs (f 10.D. van der Grift te
Baarn.
2e prijs (f 5.J. de Lange te YVoudeu-
berg.
c. Boter bereid op eene boerderij,
le prijs (tlO.1). van Ginkel te
LcuBden.
2e prijs (f 5.—R. Blauwendraad te
Maarsbergen.
d. Boter bereid in een fabriek, aan
gesloten aan een controle station.
le prijs (f 10.Coöperatieve stoom-
zuivclfabriek „Loosdrecht."
'2c prijs (f 5.Coöperatieve stoom
zuivelfabriek „de Gelderland" te Loenen
bij Apeldoorn.
Afdecling VI. Groenten gekweekt
door beroepstuinbouwers.
driet toen hij in de gelederen der af
gewezenen plaats nam.
„Beproef je geluk eens," fluisterde
een inwendige stem Enrico in 't oor.
Doch hij dacht dat 't al mooi genoeg
was, als men ziet hoe andere mannen
worden afgewezen en dat 't niet be
nijdenswaardig is hun lot te dcelen.
„Om Carlo's wil," hield de stem aan,
„het is de eenige kans om haar nog te
kunnen spreken."
Tegen zijn wil ging hij voorwaarts
en keek donker in den spiegel. Zijn
gelaat vormde zoo'n dwaas contrast met
al die anderen, dat Franccsca had kun
nen lachen als zij niet zoo gelukkig was
geweest. Tot verwondering van iedereen
maakte zij 't tecken van toestemming
en met een trotsch gevoel kwam Enrico's
goede lnim terug en hij was gereed niets
dan goeds van haar te gelooven."
„Ik dacht, dat ge nooit komen zoudt,"
zeide zij fluisterend, toen 't haar mogelijk
was te spreken.
„Verlangdet ge naar mij?" vroeg hij
met zijn koele, sarcastische stem. „Ik
dacht dat ge cavaliers genoeg hadt om
aan een zoo onverschillig da iser als ik
ben te denken."
„Gij had moeten weten, dat gij de
eenige man in de zaal zijt, met wien
ik wensch te praten," zeide zij snel,
getroffen door zijn toon en door de
gedachte, wat hij wel van haar moest
denken. Maar 't naaste oogenblik bc-
2e prijs (f5.—) J. Kraan.
3e prijs J. Bouw.
Bestuursprijs YV. de Goede allen te
Amersfoort.
Afdecling YHI. Bloemen en Plan
ten.
le prijs (f 10.H. Los, alhier.
Pluimgedierte, K o n ij n e n enz.
De medaille van II. M. de Koningin
voor de fraaiste collectie werd toege
kend aan den heer J. B. de Beaufort
te YVoudenberg.
Hoenders.
De verguld zilveren medaille van den
Burgemeester van Amersfoort voor de
mooiste inzending hoenders viel ten
deel aan den heer Pol de Klerk, te
Roozendaal, die ook behaalde de verguld
zilveren medaille van „Handel en
Nijverheid" voor de mooiste inzending
konijnen; de zilv. med. van „Yl-eouide-
lingenverkeer" voor de inooisffe inzending
konijnen door een lid der V.P.N.; de
zilv. med. van Z.K.H. den Prins voor
het mooiste konijn, groot ras; de zilv.
med. van de gemeente Amersfoort voer
het mooiste konijn klein ras.
De bronzen medaille van den heer H.
Meursing voor de fraaiste collectie
watervogels verwierf de heer H. van
Eeten te Ameide; de zilv. med. van den
heer M. C. Piek Czn., te Oudshoorn,
met Buff Orpingtons.
Enkele eereprijzen konden niet toege
kend worden omdat deze bepaaldelijk
waren bestemd voor inzendingen van leden
der V. P. N. en het gevraagde óf ont
brak óf niet voldeed aan de zeer strenge
eischen.
Langshans.
2e prijs R. N. Roland Holst, Laren
(N.-H.) Zwart.
Orpingtons (Buff).
le prijs M. C. Piek Czn., Oudshoorn.
'2e prijs Musters, YVoerden.
3e prijs Joh. Muijsert, Utrecht.
Zeer Eerv. Vermelding YV. Verheul,
Utrecht.
Eerv. YreruieldingB. Schimmel Amers
foort.
Orpingtons (zwart en andere kleuren).
le prijs M. C. Piek Czn., Oudshoorn.
YY'yandottes (Zilver).
le prijs Ed. Ferrée, Utrecht.
2e prijs, Idem, Idem.
YY'yandottes (Goud).
le prijs D. Nierop, Maartensdijk (U).
YY'yandottes (Wit).
le prijs II. Visscher, Utrecht.
Minorca's.
Ie prijs J. P. yan Olst, Amsterdam.
2e prijs J. Wolfswinkel J.H.zn.,
YV oudenberg.
3e prijs M. C. Piek, Oudshoorn.
Zeer Eerv. Vermelding G. Mur,
Loosdrecht.
Zeer eerv. Vermelding P. van der
Stroet, Barneveld.
Andalusiers.
le prijs J. Meijerman, Enschede,
(Blauw).
Leghorns (Italianen) YY'it.
le prijs J. r. van Olst, Amsterdam.
Leghorns (Italianen) Patrijs.
Zeer Eervolle Vermelding H. Kle
iner, Amersfoort.
Leghorns (Italianen) Andere kleuren,
le prijs P. Ruurde, Amsterdam. (Buff).
Hollandsche YY'itkuiven (Zwartj.
le prijs J. B. de Beaufort, YVouden
berg.
Holl. YVitkniven (Andere kleuren),
le prijs J. B. de Beaufort, YVouden
berg (Blauw).
2e prijs T. J. YVelling, Amersfoort.
3e prijs Idem Idem.
Padua's (Chamois cn andere kleuren),
le prijs J. B. de Beaufort, Woudenberg.
'2e prijs Idem Idem.
treurde zij bijna hare woorden, want
Enrico sloeg zijne oogen op haar met
die uitdrukking er in, die ze alleen
wilde zien van den man, dien zij liefhad.
„Ik dacht dat ge mij iets van Carlo
zoudt kunnen vertellen," zeide zij, vast
besloten alles te vragen, hoewel zij
liever een rustiger plaatsje voor het
gesprek had gehad. „Hebt ge iets vau
hein gehoord?"
„Driemaal," zeide Enrico, zijn gewone
wijze van doen hernemend.
„Ach, zoo dikwijls!" riep zij uit met
gcmengdeii naijver en genoegen in haar
toon.
Zij werden gedurende eenige minuten
onderbroken door een figuur van den
dans. In 't volgende oogenblik zag hij
dat die naijver voor voldoening had
plaat6 gemaakt en hel was bijna op
denzelfden loon als tijdens hunne kinds
heid dat zij zeide: „Oh ge zult mij
alles van hem vertellen, niet waar? Ik
weet dat ge zijn vriend zijt cn om
zijnentwil wilt ge ook de mijne zijn,
hoop ik."
„Dat wil ik gaarne, als ge er niet op
tegen hebt," zeide hij onmiddelijk.
„Vroeger hieldt ge nooit van mij, ik
was dan ook zeer onaangenaam."
Wordt vervolgd).