Stadsnieuws^ Tentoonstelling. Als protest tegen de heele tentoon stelling lag de varkensboel' Protest", die de rij opende, als een langharige bruine zak tegen 't planken beschot gekwakt, de lange snuit weggegraven in de droge modder, onverschillig voor eerste, tweede of heelemaal geen prijs, met dof gekor als eertijds Diogenes de menschen vervloekend, die hem in de zon gingen staan, blijkbaar het ezel stokje, waarmee zijn baas trachtte hem voor belangstellende bezoekers op te doen staan en front te doen maken, beschou wend als minzame kitteling of als vliegen- vérjagertenminste bij vertikte het en bleef liggen waar hij lag. „Die is mooi van lillikigheid", zei een boertje. De beer bromde iets en trok z'n snuit op. Een rustige bok met een eerbied- waardigen baard, vol besef van het ge wicht dat hij de eenige vertegenwoordiger van zijn geslacht en dus eenige prijs- winner was, sloot het spaarzame groepje der afdecling III en IV, wolvee, geiten en varkens en keek verlangend naar de ledige plaats naast hem, waar de een of andere schoone van het zwakke ge slacht zou kunnen hebben gestaan, wan neer onder D„geiten", in het programma niet had gestaan „geen inschrijving". De koppen druilig naar beneden, stonden in lange rij de paarden, lusteloos zoo nu en dan een hapje spichtig gras aftrekkend, goedig omkijkend naar hun veulentjes, die op bun hooge nootcn zich bescherming zoekend togen de flanken aandrongen, wanneer een oud boertje zc met kennersblikken wat van nabij kwam bekijken. De jongere boeren allemaal in de das als eenige versiering, do handen op den rug en een fijne sigaar in den mond langzaam rond kuierend, interesseerden zich blijkbaar meer voor de ronde gezichtjes van de boerenmeiskes, die glunder en rood van de extra groene zeep-behandeling uit de nauwe, 'vitten kappen te voorschijn kwamen. In lange rissen aangehaakt, giechelend bij iedere botsing, slenterden se over het terrein om halt te maken voor een tent met étalages van kunst- mestsoorten. Ha eenige beraadslaging van „Nou, toe dan, ga jij d'r dan in", maar weer verder, omdat „jc daar nou toch ook heelemaal niks an hebt" naai de stieren, die zich cr over stonden te verbazen, dat hun kameraden zulke mooie bonte dekken 0111 hadden. Een reusachtige zwart-witte kolossus stond met melancholiek tranerige oogen naar het bordje te kijken, dat vermeldde dat hij den tweeden prijs gewonnen luid, alsof hij wou zeggen: „dat heb ik nou verdiend en nou laten ze je als dank baarheid god-beter-t-ine uren lang in de hitte staan zonder versch gras. Een kleine, breedgebouwde stier stond geweldig door de neusgaten te blazen, zich waarschijnlijk illuzies makende daar mee de lastige ring weg te krijgen. „Hij is lillik vorkouwen!' zei een oud boerinnetje met een vierkant hengsel- mandje aan den arm, waar 't papier uit stak van den peperkoek voor de jongens thuis. Opeens trok den stier z'n rirape- ligen nek in, valsch loerden de oogen uit den borsteligen, schuin naar beneden ge bogen kop, toen de paarse rok van een van de deerntjes hem wat al te dicht langs de oogen gloed. De arbeider die er naast tegen 't hek op z'n pruim stond te kauwen, knikte ondeugend lachend tegen de meisjes en wenkte zc mee te gaan 0111 er eentje te pakken in de tent. De twee stroomen van langzaam slen terende en kijkende menschen warrelen samen bij de tent, waarboven bont de vlagen wapperen in 't helle zonlicht. „Daar hebt ge gelijk aan, want uien wordt er moede van. Maar wellicht wilt ge mij toestaan tijdens de dans bij u te komen zitten, signorina". „Ik wilde wel dat bij groene of grijze oogen bad, als zc maar niet bruin waren," dacht Franccsca bij zich zelve. „Ik wensebte dat hij een Fransclnnan of een Duitscher, in elk geval iets anders dan een Italiaan was." Dan zeide zij: „Neen, ik doe in 't geheel geen be loften Maar misschien blijf ik praten met mijn cavalier, dien ik mij in den cotillon zal kiezen. "Wc zullen wel zien boe 't loopt." Zij glimlachte en in haar wijze van doen, was een zweempje van eoquetterie, waarvoor zij zichzelvc haatte. Maar wat moest eon arm meisje in zoo'n geval doen? Moest zij de eenige kans om iets van baar beminde te hooien wegwerpen door met diens mededinger te gaan zitten praten. Als de graaf zoo verwaand nas te denken, dat zij hem voor den cotillon zou kiezen dan kon zij dat toch niet helpen, en toch dacht hij het klaarblijkelijk en zij was een beetje boos op haar zelve hoewel zij toch niet inzag hoe zij anders had kun nen handelen. Zij voorzag een moeite volle tijd, nu de mannen zoo dwaas waren op haar gelaat verliefd te worden en toch kon zij niet door de wereld gaan niet een etiquette gemerkt: „Een ieder zij bekend gemaakt, dat het hart Handig balanceerde de kellner z'n biertjes en klare met suiker door de gesticu- leerende en hard pratende boeren, die, de kin op den stok geleund, gezellig in kringetjes zaten.'t brandpunt van de tentoonstelling. Naast een rij van ge compliceerde landbouwwerktuigen met scherpe messen en tanden, de lunchende jurytafel, waar gespeecht wordt op 't welgeslaagde feest. De muziek speelde een vroolijken marsch; achter de om heining steigerden hoog op de bekroonde paarden, ongeduldig van 't rukken van de knechts den kop schuddend, zoodat groote vlokken schuim neervlogen. Voetje voor voetje sukkelde ik achter de rij weinig zeggende en alles be tastende menschen aan in de druk be zochte groote tent, langs de lange tafel, waar goudgele kaasjes netjes op stapeltjes lagen naast honigraten en bakjes met voodingsmeel, afgewisseld door twee of drie bosjes radijzen, wat sla, look en een paar tomaten, het overschot van do ver zameling groenten, die vier, zegge vier nummers groot was geweest. Had de jury, dunkt me, een niet al te zwaren taak bij het toekennen dei- drie prijzen voor de vier nummers, minder gemakkelijk schijnt me het vraag stuk te zijn geweest, hoe !e, '2c, 3e prijs plus diverse getuigschriften te ver doelen ouder den eenigen inzender van afdecling VII: „Bloemen en Planten". Of zou hij 't alles hebben gekregen? 'k Mag 't lijden 1 want het feit, dat er op een nationale tentoonstelling in 't land- en tuinbouw bevende Holland onder „Bloemen en Planten" evenals onder de rubriek „Geiten" „geen in- schrijv ing" had moeten staan, ware dunkt mij niet zeer geëigend geweest om de afdeeling Amersfoort van het Utrechtsch Genootschap voor landbouw en kruid kunde op te wekken tot herhaling. Een mooie inzending pluimgedierte en konijnen was er, en dat wisten ze en ze waren cr trotsch op, want zc kraai den en kakelden en snaterden van ge weld: alleen de konijnen hielden zich rustig en zaten als waardige matrones met dikke ooderkinnon in hun hokken. Groote hanen waren cr niet waaiers van voeren aan de pooten, die in de vervoering van hun eigen gekraai zich den kop stootten tegen 't hok, en kleine pedante krielkippetjes, die je zoo onbeschaamd stonden op te nemen, dat je bijna zou gemeend hebben, dat je zelf daar voor hen ten toon gesteld was. In de tentjes voor kunstmeststoffen waren een paar landbouwseholieren met hooge boorden zwaar aan 't boonien over Bordeausche pap; een stuk ol wat oudere boeren stonden cr stiken; naar te luisteren, gaven elkaar knipoogjes en spuwden tusschen de tanden door op den grond. Een paar glinsterende Utrcchtsche wa gentjes, rubriek „ter opluistering" stond tusschen een rijtje zaai- en maaiensnij- en andere machines, waar maar weinigen naar omkeken: „Dat is gin zaië, daor gcet niks boven een arrobeiër die z'n vak goed kent, meneer!" Een wagen vol versch gras voor het vee kwam op het terrein. In een oogen- blik was het een gewirrewar van armen, die plukten en trokken, een kleurgcwio- mel van zwart en groen, even een luid oplachen, een toon van feeststemming. In de verte dansten een paar boerenjongens oen Ilollandschen cancan en zongen: „En geef me d'r dan maar vijf,'t Is de vreug de van m'n lijf." Bij de machincriën stonden een paar kinderen te knoeien aan een gierpomp Er kwam een stemming van feest, dat op z'n einde loopt. Moedei-de vrouw liep van Franccsca Britton is weggeschonken aan een zekeren Carlo Donati; het is dus noodelooze moeite zich aan te pielden." Zij had evenwel niet veel gelegenheid om na te denkeu; zij moest dansen en glimlachen en naar dozijnen complimentje^ luisteren en als die haar 't meest ver veelden, dacht ze: „Enrico is hier en hij weet bepaald alles van Carlo. Enrico is hier, en er is nog een kans om liern te spreken. De opwinding en die vurige hoop maakte haar gelukkiger dan zij ge durende een langen tijd geweest was en de beweging alleen reeds deed baat- goed en bracht kleur op hare wangen; hoewel zij eerst de gedachte aan 't hal had gehaat was zij te jong;, en hield zij te veel van dansen om niet zelfs nu en dan haar smart te vergeten en er van te genieten evenals Sybil zulks zou hebben gedaan. Al dien tijd had Enrico haar niet kritisehen blik gade geslagen. Eerst was hij van plan geweest om haar om een dans te vragen eil aan Carlo ge trouw elk woord te schrijven wat zij had gesproken. Maar toen hij baai- door aanbidders omringd zag en be merkte hoe zij hare gunsten als een kleine koningin uitdeelde, gevoelde hij iets als toorn in zielt opkomen en vroeg hij zich af, of zij Carlo's toewijding wel verdiende en of 't wel zeker was, dat de ververschingsstentjes na te zoeken om den man op te scharrelen, 't werd tijd om naar huis te gaan... Even nog geke ken naar de zeug mot biggen, die een afternoon-dutje deed. Twee rozenroode ronde biggetjes zochten naar hun gere serveerd plaatsje aan de moederborst, met nijdige, hooge schreeuwtjes elkaar weg duwend. Nommero 3 viel er tusschen in oin ook z'n plaats te bemachtigen, maar bedacht zieh, dat hij daar eigenlijk wel lekker zacht op zijn broertjes lag en sliep in „Ze geneeren zich maar niks!" zei een boeltje, dat naast me, over 't hek geleund, er naar stond te kijken. (Bekroningen.) Afdecling 1Paarden, a. Dek- hengsten gffboren in 1903 of vroeger. Ie prijs D. Rijke te Barneveld met Bayard. 'Ze prijs J. Lekkerkerker te Linschoten met Archibald. Bestuursprijs J. v. d. Vliet te "Wou denberg met Concoilrreur. b. M e r r i n met Veulens. Ie prijs .1. Mandersloot te Renswoude. c. Merrier en Ruins van 35 jaar. Ie prijs J. do Gocy te Houten met Briinhilde. 2e prijs A. van Woudenberg te ITouten met Ras. 3e prijs dezelfde met Henna 4e prijs J. Knottenbelt te Hoogland met Edith. Bestuursprijzen C. J. v. Brüchem te Eemnes voor goudvosinerrie en A. Overves; te Leusden voor grauwe mooi- kop merrie. d. Jonge paarden geboren in 1905. Ie prijs G. v. 't Hoenderdaal te Bun- nik voor den goudvoshengst Adolf. 2e prijs Wed. G. C. van Verzendaa] te Barneyeld. 3 prijs C. van Vulpen te Zeist. Bestuursprijs J. van Donkclaar te Leusdcn. e. Jonge paarden geboren in 1905. Ie prijs C. Steenhamer te Stoutenburg. '2e prijs D. v. d. Grift te Baarn. Afdeeling II Kundvee. a. Stieren geboren in 1904 of vroeger. Ie prijs li. v. Straaten Wz. te Olst met Jan. 2e prijs E. van Eek te de Bilt met Alexander. 3e prijs Gebr. Cocrs te Baainbrugge niet Paul Kriiger. Eervolle vermelding D. van der Grift te Baarn met Hector. b. Stieren geboren in 1905. Ie prijs H. de Goede Az. te Beem- stcr met Glückauf 2e prijs L. A. van den Berg te YY'il- leskop met .Apollo. 3e prijs J. Knottenbelt te Hoogland met de Verwachting. c. E e nj a ri ge S t i e ren deelgenomen hebbend aan de voorjaarskeuring en ter dekking staande binnen de afdecling. Ie prijs A. Lagemaat te Lensden met Job. 2e prijs P. Hartman te Soest met Kees. Getuigschr: J. Boshuizen voor Winter. d. Melkkoeien van 4 jaar en ouder. Ie prijs J. van Ginkel te Maarsbergnn met Com. zij liern trouw zou blijven. Hij was boos op haar omdat zij er zoo lief uitzag en zoo beminnenswaardig glimlachte; niet al zijn wijsbegeeriglicid vroeg hij zich toch niet af, hoe zij dat kon helpen? Ilij was boos op haar omdat andere mannen haar bewonderden en boos omdat zij er onder 't dansen gelukkig uitzag, en in zijn hart kwam weer de oude overtuiging boven „Er is geen liefde in de wereld! alles onder de zon is zelfzucht." En hoewel hij zijn leerstelling stevig vasthield, verlangde hij er naar om ze dien avond omge worpen te zien; in elk geval had hij zoo gaarne willen denken, dat zijn vriend en dat mooie Engelsehe meisje, de uitzonderingen waren, die den regel bevestigen. Eindelijk kwam de cotillon en de tijd kwam, dat Franccsca, de erkende bella van dien avond midden in de kring zat niet een spiegel in haar hand, terwijl zij die gaarne haar cavalier waren in een rij de een na den ander over hare schouder er in keken zoodat hunne gezichten in 't glas werden weerkaatst. Als zij ze weigerde, wierp zij een zak doek over den spiegel, cn dien avond leek het als of niemand haar behaagde, want don een na den ander werd afge wezen, en Enrico was verrukt te zien hoe de blik van vertrouwen, waarmee graaf Carossa haar genaderd was, ver anderde in een van onmiskenbaar ver- ?e prijs E. v. d. Vring te Oudshoorn met Masje II. e. M e 1 k s c h o 11 e n. Ie prijs Cunera van D. C. de Ridder te Zuilen. 2e prijs Dora van J. YV. Clant te Alphen. f. Melkvaarzen. Ie prijs Sientje van J. YV. Clant te Alphen. 2e prijs Teuntje van T. Lagerwey te Leersum. Bestuursprijzen aan: Zwartbont van J. Knottenbelt te Hoogland en Zwart- Bonte Kol van J. Laseur te Amersfoort. g. Melkkoeien van 4 jaar en ouder. Ie prijs (f 25.zwartbonte bles van A. v. d. Hengel Thz. te Hamersveld. 2c prijs (f 15.zwartblaar van dezellde. Bestuursprijs de Yale van J. Pothoven te Leusdcn. h. Melkschottcn waarvan de opbrengst wordt gecontroleerd. 2e Prijs (f 10.jonge T'rui van N. Geertsma te Lensden. k, Melkvaarzen, waarvan de opbrengst wordt gecontroleard. '2e prijs if7.50) Kol van N. W. Geerts ma te Leusdon. 1. Kennelijk drachtige Koeien. Ie prijs (f 20.Zwartbonte van J. Knottenbelt te Hoogland. 2e prijs (f 10.Zwartbonte van YV. van Hoff te Nijkerk. Bestuursprijzen aan roodblaar van de zelfde en zwartbonte van J. Knottenbelt te Hoogland. in. Vaarspinken, minstens 3 van één eigenaar. Ie prijs (f 20.II. de Goede Az. te Beemster. 2e prijs (f10.D. Lam te Soest. Bestuursprijs: J. Knottenbelt te Hoog land en J. van Ginkel te Maarsbergen. n. Melkvaarzen ingeschreven in het N. R. S. lc prijs (f 15.Nelly II van E. van der Vring te Oudshoorn. Voorts verwierven twee der zes door YV. Y'ink alhier ter opluistering inge zonden groote koeien bestuursprijzen: Afdeeling III. YYrolvee. a. Rammen 1 jaar en ouder. lc prijs (115.A. G. MörzerBruyns te Loenen a. d. Vecht. 2e prijs (getuigschr.) L. A. van den Berg te YVilleskop. b. Zes Ooien. Ie prijs (f 10.J. O. Spithoven te Soest. Afdeeling lYr. Varkens. a. B e e r e n onverschillig welk ras. 2e prijs (f 10.A r i e, Duitscli edel- zwijn van J. YV. Clant te Alphen. 3e prijs (f 5.Jan, id. van dezelfde. b. Zeugen met minstens 6 biggen. Ie prijs (f 15.J J. van Donkelaar te Leusden. 2e prijs (f 10.dezelfde. Afdeeling Yr. Zuivel, a. Vier Kazen elk minstens 4 K.G. wegend, binnen de afdeeling vervaardigd. Ie prijs (f 10.D. van der Grift te Baarn. 2e prijs (f 5.J. de Lange te YVoudeu- berg. c. Boter bereid op eene boerderij, le prijs (tlO.1). van Ginkel te LcuBden. 2e prijs (f 5.—R. Blauwendraad te Maarsbergen. d. Boter bereid in een fabriek, aan gesloten aan een controle station. le prijs (f 10.Coöperatieve stoom- zuivclfabriek „Loosdrecht." '2c prijs (f 5.Coöperatieve stoom zuivelfabriek „de Gelderland" te Loenen bij Apeldoorn. Afdecling VI. Groenten gekweekt door beroepstuinbouwers. driet toen hij in de gelederen der af gewezenen plaats nam. „Beproef je geluk eens," fluisterde een inwendige stem Enrico in 't oor. Doch hij dacht dat 't al mooi genoeg was, als men ziet hoe andere mannen worden afgewezen en dat 't niet be nijdenswaardig is hun lot te dcelen. „Om Carlo's wil," hield de stem aan, „het is de eenige kans om haar nog te kunnen spreken." Tegen zijn wil ging hij voorwaarts en keek donker in den spiegel. Zijn gelaat vormde zoo'n dwaas contrast met al die anderen, dat Franccsca had kun nen lachen als zij niet zoo gelukkig was geweest. Tot verwondering van iedereen maakte zij 't tecken van toestemming en met een trotsch gevoel kwam Enrico's goede lnim terug en hij was gereed niets dan goeds van haar te gelooven." „Ik dacht, dat ge nooit komen zoudt," zeide zij fluisterend, toen 't haar mogelijk was te spreken. „Verlangdet ge naar mij?" vroeg hij met zijn koele, sarcastische stem. „Ik dacht dat ge cavaliers genoeg hadt om aan een zoo onverschillig da iser als ik ben te denken." „Gij had moeten weten, dat gij de eenige man in de zaal zijt, met wien ik wensch te praten," zeide zij snel, getroffen door zijn toon en door de gedachte, wat hij wel van haar moest denken. Maar 't naaste oogenblik bc- 2e prijs (f5.—) J. Kraan. 3e prijs J. Bouw. Bestuursprijs YV. de Goede allen te Amersfoort. Afdecling YHI. Bloemen en Plan ten. le prijs (f 10.H. Los, alhier. Pluimgedierte, K o n ij n e n enz. De medaille van II. M. de Koningin voor de fraaiste collectie werd toege kend aan den heer J. B. de Beaufort te YVoudenberg. Hoenders. De verguld zilveren medaille van den Burgemeester van Amersfoort voor de mooiste inzending hoenders viel ten deel aan den heer Pol de Klerk, te Roozendaal, die ook behaalde de verguld zilveren medaille van „Handel en Nijverheid" voor de mooiste inzending konijnen; de zilv. med. van „Yl-eouide- lingenverkeer" voor de inooisffe inzending konijnen door een lid der V.P.N.; de zilv. med. van Z.K.H. den Prins voor het mooiste konijn, groot ras; de zilv. med. van de gemeente Amersfoort voer het mooiste konijn klein ras. De bronzen medaille van den heer H. Meursing voor de fraaiste collectie watervogels verwierf de heer H. van Eeten te Ameide; de zilv. med. van den heer M. C. Piek Czn., te Oudshoorn, met Buff Orpingtons. Enkele eereprijzen konden niet toege kend worden omdat deze bepaaldelijk waren bestemd voor inzendingen van leden der V. P. N. en het gevraagde óf ont brak óf niet voldeed aan de zeer strenge eischen. Langshans. 2e prijs R. N. Roland Holst, Laren (N.-H.) Zwart. Orpingtons (Buff). le prijs M. C. Piek Czn., Oudshoorn. '2e prijs Musters, YVoerden. 3e prijs Joh. Muijsert, Utrecht. Zeer Eerv. Vermelding YV. Verheul, Utrecht. Eerv. YreruieldingB. Schimmel Amers foort. Orpingtons (zwart en andere kleuren). le prijs M. C. Piek Czn., Oudshoorn. YY'yandottes (Zilver). le prijs Ed. Ferrée, Utrecht. 2e prijs, Idem, Idem. YY'yandottes (Goud). le prijs D. Nierop, Maartensdijk (U). YY'yandottes (Wit). le prijs II. Visscher, Utrecht. Minorca's. Ie prijs J. P. yan Olst, Amsterdam. 2e prijs J. Wolfswinkel J.H.zn., YV oudenberg. 3e prijs M. C. Piek, Oudshoorn. Zeer Eerv. Vermelding G. Mur, Loosdrecht. Zeer eerv. Vermelding P. van der Stroet, Barneveld. Andalusiers. le prijs J. Meijerman, Enschede, (Blauw). Leghorns (Italianen) YY'it. le prijs J. r. van Olst, Amsterdam. Leghorns (Italianen) Patrijs. Zeer Eervolle Vermelding H. Kle iner, Amersfoort. Leghorns (Italianen) Andere kleuren, le prijs P. Ruurde, Amsterdam. (Buff). Hollandsche YY'itkuiven (Zwartj. le prijs J. B. de Beaufort, YVouden berg. Holl. YVitkniven (Andere kleuren), le prijs J. B. de Beaufort, YVouden berg (Blauw). 2e prijs T. J. YVelling, Amersfoort. 3e prijs Idem Idem. Padua's (Chamois cn andere kleuren), le prijs J. B. de Beaufort, Woudenberg. '2e prijs Idem Idem. treurde zij bijna hare woorden, want Enrico sloeg zijne oogen op haar met die uitdrukking er in, die ze alleen wilde zien van den man, dien zij liefhad. „Ik dacht dat ge mij iets van Carlo zoudt kunnen vertellen," zeide zij, vast besloten alles te vragen, hoewel zij liever een rustiger plaatsje voor het gesprek had gehad. „Hebt ge iets vau hein gehoord?" „Driemaal," zeide Enrico, zijn gewone wijze van doen hernemend. „Ach, zoo dikwijls!" riep zij uit met gcmengdeii naijver en genoegen in haar toon. Zij werden gedurende eenige minuten onderbroken door een figuur van den dans. In 't volgende oogenblik zag hij dat die naijver voor voldoening had plaat6 gemaakt en hel was bijna op denzelfden loon als tijdens hunne kinds heid dat zij zeide: „Oh ge zult mij alles van hem vertellen, niet waar? Ik weet dat ge zijn vriend zijt cn om zijnentwil wilt ge ook de mijne zijn, hoop ik." „Dat wil ik gaarne, als ge er niet op tegen hebt," zeide hij onmiddelijk. „Vroeger hieldt ge nooit van mij, ik was dan ook zeer onaangenaam." Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1906 | | pagina 2