No. Zaterdag 18 Mei 1907. 4e Jaargang. i Directeur Werfiielm. Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER". Wees U Zelf! Onbewust". FEUILLETON. Strafzaak Notaris Vos. 40. LANDER. Verschijnt Woensdag* en Zaterdags.' Bureau Kortegrneht 1. Abonnementsprijs Per jaar f 3.00 Franco per post- 3.50 Per 3 maanden Franco per post 0.75 - 0.90 Prijs der adverteutlën Van 1 tot 5 regels0.40 voor iederen regel meer0.08 (By abonnement aanmerkelijke korting.) 99 Allen, die in de zoete meening ver- keeren, dat zij met de bewegingen in de ingewikkelde maatschappij, waarin wij leven, niet geheel en al onbekend zijn en zich misschien wel eens ver stouten do min of meer ideale vormen te schetsen, waartoe zij hopen, dat mensch en maatschappij beide zich ont wikkelen mogen, zij allen zullen de aangename verrassing wel niet ontgaan zijn, zich door de maatschappij-hervor mers bij uitnemendheid en in eenigheid als „onbewust" te hooren qualificeereu. Anne nict-sociaal-democraten! Hoe gaarne zouden zij ook voorzien willon worden vau het etiket „bewust" d. i. in politieken zin wetend, dat en hoé zij bestaan; maar zij moeten zich vergenoegen met hunkerend samen te dringen in het voorportaal van den s. d. tempel der ware kennis, om een woord op te vangen van al het moois, dat daar verteld wordt. Wel begrijpen zij ook van zoo'n enkel woord niet veel, maar, wat nood, voor de adepten zelve is er immers óók een heilige der heiligen, dat niemand gezien heeft, tenzij hij uit de dagen van Fourier ware. De tactiek, het voorstellen van den tegenstander als minderwaardig, is niet nieuw. Reeds de oude Gnostieken leerden: „wij zijn menschcn, de overigen slechts zwijnen en honden," wat den eersten christenen zeker onvriendelijker in de ooren geklonken zal hebben als het: „ce ne sont que des queux" den edelen van het verbond. Coornhert, die de moeilijkste deugd, verdraagzaamheid, jegens den onverdraag zame beoefende, werd „een halve heiden" gescholden en „paganistisch" is immers tegenwoordig nog het epitheton ornans van alle niot-cleriealeu. Nieuw is die tactiek dus niet en veel Van den nacht een dag te maken of van den Zondag een werkdagis hef I beste middel om nooit tijd en nooit I werkkracht te hebben Hilty. Vrij naar 't Duitsch VAN MORITZ VAN REICHENBACH. 10 Ze kwam in de gang. Sporen kletterende schreden kwamen de trap op. Ilka's gezicht betrok. Op den eersten avond al bezoek! Wat jam mer! Een hoofd verscheen boven de trap en een paar grijze oogen ontmoetten Ilka's blik even zoo verrast en te leurgesteld toen zij naar beneden zag. Maar Ilka's teleurstelling maakte terstond plaats voor een prikkelende nieuwsgierig heid en Graaf Leo Sontheim was tezeer een man van de wereld om niet even vroolijk verrast als Jlka, tegelijker tijd met haar uit te roepen. minder mooi, maar zij schijnt noodig te zijn ter wille vau wat ijdele zelfverhef fing en ijdelheidsstreeling. Want de sociaal-democraat waant zich gaarne een vroeg-opgestane, die zich den vaak reeds uit de oogen heeft gewreven. Een blik uit zijr. venster overtuigt hem, dat rondom de wereld nog in diepen slaap verzonken ligt, waar voor hem reeds het licht van den nieuwen morgen begiut te glanzen. Al die slapers zullen door hem gewekt worden, opdat ook voor hen schijne de éénigste zon, die van het socialisme. Inderdaad eene tot dankbaarheid stemmende welwillendheid jegens de „onbewusten", maar die tevens tot voor zichtigheid aanmaant. Eene partij toch, wier bouw nog tel kens wijzigingen ondergaat, moet zich bij voorkeur „bewust" noemen. Lezenswaardig is in dit opzicht, wat door Naumann over de verwording der sociaal-democratie is geschreven (Neu- deutsche Wirtschaftspolitik). Na op de verslapping te hebben ge wezen van het eerste der beide elementen, die zij in zich heeft: het socialistische en het democratische en waardoor de regeling der productie voor haar geen bijzonder ideaal meer is, noemt hij de voornaamste taak der sociaal-democratie thans democratiseering van de econo mische orde, om haar ten slotte te karakteriseeren als een tot kennis der feiten gekomen liberalisme. Yoorts moet eene partij, die haar hoogst ideaal vindt in eene door geen ongelijkheid gehevelde maatschappij, zich het monopolie der bewustheid niet toe eigenen. Lijnrecht staande tegenover de liberale met haar beginsel van behoud en be vordering van de kracht der individuen, is in haar systeem van sociale gemeen schap geen plaats voor zelfstandigheid, verantwoordelijkheid voor eigen daden, vrijheid tot zelfbeslissing, tot initiatief, alle kenmerkend het bewuste individu. Wat U hier! wat een onver wacht genoegen!" Hij maakte zijn ver ontschuldigingen over zijn rijcostuum dat hij aanhad. Hij wist niet dat er be zoek op het slot was en wilde bij het voorbij rijden zijn buurvrouw slechts even „goeden avond" komen zeggen. Ik zag van den rijweg die langs het park loopt dat de ramen van het slot verlicht waren, zeide hij, „dat trok mij als een magneet aan." „Hebt U misschien eenige natuurlijke gelijkenis met de vlinders!" vroeg Uka lachend „die vliegen ook naar het licht En zij hebben het onbegrijpelijk ge noegen zich de vleugels te branden ja wel barones, dat ligt zoo in de natuur dier dingen, en tegen de natuur kan men niet op, doch ik geloof dat ik het beste doe mijne verbrande vleugels in' de avondlucht aftekoelen, want in dit costuum kan ik mij werkelijk niet aan Uw kritischcn blik onderwerpen. Meta was, daar zij Sontheims stem herkende ondertusschen uit de salon ge komen. Ik denk dat wij hem wel absolutie zullen geven en gij onze kritische blik ken wel zult kunnen verdragen, waarde Graaf," zeide zij plotseling achter Sont heim staande. En bovendien ge weet wel dat dit rijcostuum het gekleedste is wat er bestaat." Hij boog terwijl hij een snellen vragenden blik op Meta wierp. Zij houdt alleen rekening met het algemeen belang, het geestlooze richt snoer, waardoor de massa onder cén oppervlak naar beneden wordt gehouden. Het is daarom, dat Steinmotz zegt: „Ik en talloozen met mij zijn zeer vast overtuigd, dat de socialistische maat schappij, voor allen, voor de begaafdsten en besten het meest, maar ook voor alle anderen, voor de meerderheid, voor het geheel en de toekomst dor mensch- heid zoude zijn de allergrootsto ramp, een onduldbare toestand". En dan de arrogantie, waarmede de s. d. partij de idee opdringt, dat zij alleen iets van de maatschappij begrijpt! Er buiten staan mannen, zeker niet minder bestudeerd dan de beste socialisten. Trcub's boek bijvoorbeeld staat nog onaangevochten daar. Nogmaals is het Stciumetz, die in zijn kritiek op de proletarische moraal van Mevr. Roland Holst zegt: „Ik heb mijn geheele leven gewijd aan het zelfstandig, positief onderzoek van menschcn en maatschappijen en ik heb het socialisme meer dan twintig jaar bestudeerd in zijce boste schrijvers vanaf Louis Blanc, Rodbertus, Lassalle, Marx, Engels, tot de Fabians, Malon, Bebel, Kautsky en vele anderen toe, doch: het socialisme is voor mij geen ideaal en geen juiste of mooie theorie; ik beschouw het socialistisch ideaal als voor alle klassen, en zeer bepaald ook voor de arbeiders, als het grootst denk bare gevaar". En toch zijn ook deze beide mannen armen van geest, geteekend met het brandmerk der onbewustheid! De strijd, dien de 8. d. partij onlangs in Nederland gaf te aanschouwen tus- schen Marxisme en revisionisme, tusschen theorie en praktijk, voorloopig bezworen door eene motie, geeft den indruk weer, dien zij algemeen maakt. Iets toch heeft de s. d. partij in zich vau Cervantes' beroemden Don Quichot, den droomer, den illusionist, de uitbeel- Zij lachte hem kalineerend en vrien delijk toe. Ik mag dus order geven dat Uw paard op stal wordt gebracht en U blijft thee drinken?" vroeg Meta, wie deze bijeenkomst naast de vreugde over Sont heims terugkeer, een welkome gelegen heid schepte aan haar vriend en haar vriendin alles te zeggen wat zij goed vond, zonder daarbij in het gevaar te geraken van al te vertrouwelijk te worden. 't Is klaar Mevrouw" kwam een dor bediende zeggen. Zet er een derde couvert bij" beval Meta. En zich daarop tot den Graaf wendend. U bent toch niet boos dat ik zoo zonder complimenten over U beschik?" vroeg ze. Ik ben nog altijd van het inzicht, dat Uw wil mij een wet is, Mevrouw," antwoordde hij en Meta geloofde een bizondere toon in die woorden te hooren en legde haar hand met een kleinen, ietwat vastcren druk op zijn arm, terwijl haar oogen schitterden als over een stil len triomph. Iu het midden van de groote eet kamer, die zij nu binnentraden, stond een kleine tafel, die met de bloemen en het kaarslicht op het buitengewoon mooi zilver en kristal een kunstig stilleven ge leek. Er werden allerlei herinneringen uit Baden Baden opgehaald en tal van onbeduidendheden besproken, daar ding van de botsing tusschen de wereld der idee en die der realiteit, van theorie en praktijk. Tot die figuur moge zich aangetrokken govoelen, wie door zijne phantasie helder maakt de donkerten van zijn dagelijksch bestaan. Maar met dienzelfden armen caballcro, een medelijdenden glimlach om den mond om onze vermeende onbekendheid met zijne schoone Dulcinea, den heil staat, ten strijde te gaan, als zoovele andere Sancho Pancha's, gezeten op een ezel en beladen met schild en zwaard, och, het ware al te humoristisch! K. v. B. Voor de rechtbank te Utrecht werd Donderdag een aanvang gemaakt met de behandeling van de zaak tegen notaris A. N. J. Vos, beschuldigd van verschil lende verduisteringen en valschheden in geschriften en gebruikmaking daarvan. Gedagvaard zijn 59 getuigen. De rechtbank was samengesteld als volgt: mr. R. D. Baert de la Faille, president; jhr. mr. J. Schuurbecque Boeye en C J. H. Schepel, rechters: jhr. mr. T. J de Marees van Swinderen, bijzittend rechter; mr. baron A. A. vanderFeltz substituut-officier van justitie; mr. J. Hooft Graafland, substituut-griffier. Bekl., een man van 54 jaar, zit, met grijzend haar, met pijnlijke trekken op hot gelaat, met neergeslagen oogen in de bank te turen. Hij zal verdedigd worden door jhr. mr. K. J. Schorcr. De getuigen-tribune is geheel gevuld met 't zestigtal getuigen. Op de tribune van 't publiek zijn betrekkelijk weinig belangstellenden. De geheele ochtendzitting werd bijna ingenomen door 't voorlezen van de dagvaarding door don officier, en van de beëediging van bekl. als notaris, van de faillietverklaring van bekl. van de benoeming en beëediging der deskundi gen, van de stukken van vergelijking, van eenige gedeelten uit het rapport van do schriftkundigen, zoomede van twee akten van nederlegging der valsche stukken, door den griffier. De officier deelde nog mede, dat bij de tegenwoordigheid van een bediende een zekeren dwang oplegde, terwijl de ragende blik van Ilka zweefde tusschen Meta en Leo Sontheim. Met haar fijne vrouwelijke instinkt voelde zij dat er tusschen hen iets bestond en toch kon zij dit onder de omstandigheden niet met Meta's aard rijmen. Eerst toen de tafel was afgenomen en men in de gemakkelijke fauteuils van de salon zat, zeide Meta. De Graaf weet wat er tusschen Ebba, mijn broeder en mij is hij heeft zich een zoo dierbare vriend getoond dat ik hem in het geheim nam. Hij begrijpt ook volkomen dat het mijn hartewensch moet zijn, mijn lieve kleine uit de tar- tarus van den rook dier hutten te be vrijden niet waar?" Zij reikte Sontheim met een vriende lijke, vertrouwelijke beweging de hand, die hij snel greep en even drukte. Wie zou dat ook niet begrijpen?" vroeg hij, en zijn stem klonk zoo eige naardig aangedaan, dat Uka hem ver baasd aanzag. Mijn broer is echter een zeer ijver zuchtige mijneigenaar," ging Meta voort, en licht zal de strijd, die ik aanbind niet zijn, vooral niet, omdat hij, op zich zelf als hij is, met zijn gcheelo hart aan het kind hangt. Ik hoop, dat gij, mijn beide vrienden, hem wat zoekt te vertrooien en op te kwikken, als hij hier komt want in deze dagen reken de verschillende getuigen-verklaringen het botr. gedeelte der dagvaarding zal worden voorgelezen. Mej. C. L. Evers, als getuige gehoord, zegt dat zij door de malversation van den beklaagde een verlies heeft geleden van circa f 10,000. Aan beklaagde worden nu verschil lende vragen gedaan o.a. of hij kinderen heeft, of hij lid van een sociëteit was, of hij veel aan liefdadige zaken deed enz. Bekl. vertelde 4 dochters te hebben en verklaart de ramp niet te hebben zien aankomen. Een tiental jaren geleden is hij reeds begonnen met het plegen van frauduleuse handelingen. Op de verduistering ten nadecle van getuige Evers komende, bekent bekl. het hem ten laste gelegde. De effecten uit het kistje van Mej. Evers genomen, bracht bekl. in de brandkast in het kan toor, waarvan ook bekl.'s klerk J. Huisin- ga een sleutel had. Wanneer bok!, dan geld noodig had, werden de effecten be leend op één na, die in bekl.'s papier mand werd gevonden. Getuige Mej. Evers verklaarde het geld ontvangen te hebben uit een boedelscheiding waarin bekl. notaris was. Zij vond toen hem de aangewezen persoon om voor haar de effecten te bewaren, temeer daar bekl. ook immer zaken had gedaan met haar ouders. Zekeren dag, toen getuigo bij haar effecten wilde, haperde het slot, met den gewonen sleutel kon dit niet geopeud worden. Notaris Vos dit bemerkonde zeide: „wacht maar ik heb verscheidene sleu tels hier, misschien past er wel ëén van". Toen in September van het vorige jaar waren get. reeds geruchten ter ooro ge komen, dat de zaken van notaris Vos niet zoo gunstig stonden. Zij reisde toen naar Amersfoort, sprak met bekl.'s klerk J. Huisinga, opende het kistje en be merkte, dat onderscheidene effecten ter waarde van plusminus f 10,000 verduis terd waren. Bekl. verklaarde, dat hij meermalen in het kistje was geweest om er effecten uit te halen. Soms legde hij er weer stukken voor in de plaats, totdat hij ten slotte alles eruit had genomen. Bij de firma Metthorst en Lutterveld te Amers foort waren deze door bekl. beleend go- worden Getuige Mr. v. d. Berg, curator in het faillissement van bekl., had een begroo ting gemaakt van bekl.'s inkomsten en ik ook zeker op U, waarde Graaf, en slechts met zulk een vriend schappelijkcn steun zal het voor mij mogelijk worden een beetje meer voeling met mijn kind te krijgen." Uka zag Sontheim aan. Hebt gij eenig idee, Graaf, hoe men met zoo'n smid moet omspringen? 't Spijt me nu dat ik Germinal" niet mooi genoeg vond om het behoorlijk te lezen want dat schildert die soort men- schen zoo precies, en ik heb nu zoo'n onbeduidende voorstelling van een wereld van vuil en rook waarin de verschrikke lijke machines menschcn inslikken. Meta lachte „Nu, denk je dan de smid" te midden dezer wereld staande vrij van vuil en rook en op een wenk zijner hand worden die verschrik kelijke machines dienaars van de men- schen, inplaats van hen in te slikken, zooals je zegt, en hij beheerscht de chaos en de arbeidende menschheid om hem heen en wordt zonder hetzelf te weten door de kleine handen van een kind ge leid en beheerscht 't laatste omdat er niets beters is dat is nu ongeveer 't portret van mijn broeder. Merkwaardig dat is in ieder geval iets nieuws en hij komt hier?" (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1907 | | pagina 1