Stadsnieuws.
Gemeenteraad.
loopen en zwaaien met hpn al'men. En
wel dropen er van tijd tot tijd toeschou
wers af, die er gonoeg van kregen, maai
er kwamen telkens weer anderen bij,
zoodat op een gegeven oogeublik een
half dozijn agenten vau het hoofdbureau
in de Smedcstraat kwam aangerukt, om
door gemoedelijk betoog, dat er nu toch
inderdaad, heusch en werkelijk niets aan
de hand was, de raenschcn weg te krij
gen en de passage vrij te maken. Maar
op hun hielen trokken weer nieuwe
belangstellenden mee, die begrepen, dat
er toch iets te doen moest wezen, wan
neer zes agenten gezamenlijk uittrokken
en zoo kwam er weer frissche aanvoer,
terwijl bovendien de gemoedelijkste
agenten-toespraak maar weinigen kon
overtuigen, dat ze voor niemendal de
halzen rekten en vergeefs door den
lichtkring van de electriscke lampen
trachtten te blikken in het diepe avond-
zwart. IVel was inmiddels de verheel
dingskiacht naar een ander onderwerp
gedwaald. Er zat een werkman op den
toren en die kon er niet af. Net als in
Utrecht. En medelijdende dames klaag
den, waarom die man niet geholpen
werd en zagen in haar verbeelding, hoe
de ongelukkige, uitgeput van honger zou
neersmakken van boven en te pletter
vallen op de straat.
Intusschen liep de telephoon in de
kosterswoning warm, waarin de waar
nemende koster uit den treurc het ver
haal moest doen van wat er werkelijk
gebeurd was. „We zagen een kennis
over de Markt gaan en toen riepen we:
bonjour Willem! en wuifden en hij
groette terug eu toen bleven de men-
sclien staan on vroegen wat er aan de
hand was..."
Maar nog laat in den avond zag een
toeschouwer gedaanten bewegen op den
toren. Ze zcien toen met groote zeker
heid, dat er jongens op den toren waren!
En waarschijnlijk zouden er nu uog
menschen staan turen, wanneer het niet
tijd was geworden om naar bed te gaan.
Daar trokken ze op den duur allemaal
heen: de toeschouwers, de onschuldige
Willem, die toch de naaste aanleiding
was geweest, de minder onschuldige
kwajongen, die eerst gezeid had dat er
brand was, de waarnemende koster,
maar deze een beetje later dan ge
woonlijk.
Alleen de politie, blij dat het relletje
rendclijk uit was, ging den nacht
dienst in.
Een komkommer. Onder 't
opschrift „'n Rare vergissing", laat de
Zutph. zich schrijven:
Mevrouw YonSteiu,ecn Duitschedame,
(ge hoort het aan haar naam) wier man
aan deDuitsclic delegatie verhonden was,
wilde haar zotiiervacantie met man en
kinderen doorbrengen in een der mooie
doipjes aan de zee, die in Noord-liolland
zijn eu waar het in den tijd van groen
en bloemen zoo rustig en vredig en liefe
lijk wezen kan.
Om zeker te weten, dat zij in liet be
trekkelijk weinig bezocht dorpje een goed
huisje vinden zou, reisde zij er vooraf
zelf heen om er naar haar smaak iets
uit te kiezen.
En zij slaagde uitstekend.
De bovenmeester van het dorp had
twee moeie kamers vrij, frisch en luch
tig en voor een heusch zeer billijken
prijs. Dadelijk vielen zoowel de kamers
als de menschen, die de kamers verhu
ren wilden, m den smaak van mevrouw
Von Stein en zij huurde dus de gelegen
heid voor de lieele maand September.
Tevreden reisde zij naar Den Haag
terug, maar onderweg viel het haar in,
langzaam overeind.
„You ben gut to my, mister Luitenant,
ik wou dat ik uw vader was. Ik voel
me zoo ellendig, u weet niet, hoe ellen
dig ik mij voel, alleen een vader weet
het. Ik geloof dat ik nu maar moet
heengaan."
Hij wankelde naar de deur, terwijl hij
Minnie vasthield, nu en dan hoorde men
haar zacht snikken. Toen hij langs dc
lessenaar liep, raakte zijn voet don
snippermand, zoodat deze omviel. Hij
zatte heul terstond weder terecht.
„Ik vraag vergiffenis, mister luitenant",
sprak hij verontschuldigend. „Ik vraag
11 vergiffenis, mijn zoon is dood!" En
opnieuw, toen de korporaal de deur
opende, touernde hem uit te laten, zei
hij zacht: Mijn zoon is dood". En Rillcy
stond in de houding, zijn hand raakte
zijn muts, want over de geheele wereld,
waar menschen, menschen zijn, telt leed
voor rang.
Luitenant Huntington lag achter over
in aijn stoel geleund, terwijl hij nog
steeds het vel pnp'cr in de hand had;
de oude man vergat het.
Door het open raam blaast de April
wind frisch en zacht, eenc heerlijke
bloemengeur verspreidt zich overal.
Buiten beginnen dc wilgen zich in groen
te hullen, de hagedoorns bloeien, en
vogels kwinkcleeren doch Hunting
ton blijkt ditmaal onverschillig voor dat
dat zij vergeten had te Vragen of er een
W. C. in het huis was.
Den volgenden dag schreef zij dade
lijk naar den meester in het N.-Holland-
sclie dorpje, om hem tc vragen of ook
dat in orde was.
De dorpsschoolmeester las den brief en
brak zich het hoofd over wat toch wel
oen W. C. kon zijnmaar hoe hij peinsde,
hoo hij woorden opzicht met W. en C.
en die verbond, hij kon dc wetenschap
niet machtig worden.
Toen ging hij naar den smid, die een
weinig Duitsch verstond, zooals ie altijd
beweert had, om dien om raad te vragen.
Want het moest bepaald iets Duitscli
zijn. De dominé, die het ook kende,
was naar de stad.
En de snnd wist het na lang over
peinzen. Met W. O. bedoelde de dame
oen Wald C'apelle, een kerkje iu 't
bosch. En dat was immers in het duin-
boschje!
De meester zette zich dadelijk neer
en schreef:
„Zeer Geachte Mevrouw!
W. C. is voorhanden. Zij ligt op een
kwartiertje afstand in een prachtig
boschje. Reeds wegens de mooie ligging
is het bezoek zeer aan te bevelen. Ge
opend is do W. C. op Vrijdag en Zon
dag, doch het is aan te bevelen, reeds
een kwartier vóór den aanvang aanwezig
te zijn, daar de aandrang zeer groot is.
Doch mevrouw behoeft niet bang te zijn,
dat zij geen plaats zal krijgen, want er
zijn zestig zitplaatsen voorbanden; voor
staanplaatsen is bovendien zorg gedragen.
Zondag vooral is liet bezoek zeer druk,
omdat er dan orgelbegeleiding is."
Nagemaakte nieuwe aardappelen.
Alles maakt men na: zelf» de nieuwe
aardappelen. En dat is geen uitvinding
van den laatster tijd, maar alleen zijn
de handelaren wat handiger geworden
en leveren zij een product, dat werke
lijk van het nieuwe boog6t moeilijk te
onderscheiden is. Vroeger probeerden
zij alleen de kleine knollen van een
vorigen oogst zoo goed mogelijk te
houden en dan als nieuwe te verkoopen
maar tegenwoordig heeft de aardappel-
vervalsching in Californië zelfs aanzien
lijke afmetingen aangenomen; het is er,
0111 zoo te zeggen, tot een soort van
industrie geworden. De intclligentsten
onder hen, de Portugeezen, Italianen en
C'hineezen, maken er' de beste zaken
mede, war.t de kunstmatig verkregen
nieuwe aardappelen worden waarschijn
lijk met medeweten van de groot- cn
tusschenhandelaars, minstens twee maan
den vroeger dan de werkelijk nieuwe
aardappelen er kunnen zijn, op alle
Amerikaansche markten verkocht. Daar
toe gaan de landbouwers, die zich met
dit handwerk bezig houden, m den
nazomer nog eens aardappelen poten,
vroeg genoeg, om daarvan vóór de
vorst intreedt nog jonge kleine knollen
te oogsten. Deze worden gerooid en
blijven aan hoopen gezet gedurende
den winter op het veld, zooals dat ook
bij ons te lande in verscheidene streken
gebruikelijk is. In het voorjaar wordt
een groote ketel water aan de kook
gebracht, waar men zooveel loog aan
toevoegt, dat de huid van de aardap
pelen, die een oogenblik in de kokende
oplossing ondergedompeld worden, een
weinig begint op te kruilcn. Tegelijker
tijd wordt de huid ook harder en vaster
en de overeenkomst met nieuwe aard
appelen is nu zoo groot geworden, dat
het moeilijk zou zijn, ze van werkelijk
nieuwe te onderscheiden. Daarna worden
ze in de zou gedroogd en men is
Ver, heel ver dwaalden zijne gedach
ten; zeer tegen zijn wil, voerden ze hem
weg naar een kalm stadje met een door
olmen beschaduw dc straat, aan een
langzaam stroomend riviertje, naar een
kerkje, gebouwd als een arke Noach's.
Al die beelden rezen op, kwamen nader
bij en brachten met zich een atmosfeer,
welke hem maar al te bekend was.
De officier werd ongeduldig en terwijl
hij eenige bladzijden van een onvoltooid
rapport voor zich nam, beproefde hij tc
schrijven. Maar heden wilden zijne ge
dachten niet aan zijn wil gehoorzamen.
De gebroken stem van den ouden Duit-
scher klonk hem immer weder in de
ooren: „Mijn zoon is dood!"
Hij wierp zijn pen neer, ging naar
het venster en zag naar buiten. Wat
was er dan toch, zoo vroeg hij zich af,
in de smart van dien ouden man, om
hem te doen wankelen in zijn besluit?
Waartoe diende liet, er nog weder aan
te denken?
Hei was te laat. Toen hij 's nachts
zijn huis ontvluchtte, was hij geheel
terneergeslagen, doch zijn besluit stond
vast en hij had volgehouden; toen hij
zich onder een aangenomen naam bij
het leger aanmeldde was de beslissende
stap gedaan.
Toen hij na het gevecht bij dc groote
brug, Toor dood gehouden werd, en
Todd, die alleen zijn geheim kende,
hem als gesneuveld had gemeld en
klaar. Toch bestaat er een eenvoudig
m>ddel om deze nagemaakt-nieuwc van
do werkelijk nieuwe te ondcrkcunen.
Wanneer men ze doorsnijdt, vindt men
namelijk dicht onder de huid een gele
lijn; tot zoover heeft de heete oplossing
haar werking doen gevoelen.
In de omstreken van Parijs gaat men
anders te werk. Daar zoekt men uit een
aardappelvoorraad iu het voorjaar dc-
mooiste knollen uit, schilt ze en geeft
ze den gewensehten vorm, zoodat liet
sprekend nieuwe aardappelen zijn. De
ribbetjes enz,, die er bij het schillen
ontstaan, weet men met den duim weg
te drukken, zoodat de aardappelen er
mooi glad uitzien. Daarna worden ze
in een goeden tuingrond gelegd, waar
bepaalde chemischen stoffen aan toege
voogd zijn. De samenstelling wordt
natuurlijk zorgvuldig geheim gehouden.
Nu doet de natuur de rest. Na een
week ongeveer hebben deze knollen
weer een nieuw huidje gekregen en
lijken sprekend op echte nieuwe aardap
pelen. (Buitenleven.)
Waaraan erkent in eu il eklo u-
ren echtheid der stoffen?
Ziehier eenige onderzoekingsprocédés
voor kleuren echtheid.
Blauw. Men verwarmt een klein
staaltje van de stof in zoutzuur en wa
ter. Is de kleur niet echt, dan wordt de
vloeistof rood en verandert het blauw in
rood of bruinrood.
Bruine stoffen mogen het \Vater, waar
in ze gekookt worden niet rood, noch
de wijngeest, w aarin ze staan, geel kleu
ren.
Gele stoffen zijn onecht wanneer zij
in water, alcohol en inet kalkwater ge
kookt, het eerste roodachtig, het laatste
geel kleuren en zelf bruinachtig-rood
worden.
Groene stoffen koke men in verdunden
wijngeest; onechte stoffen kleuren deze
blauw, groen of geel.
Oranje zal, als de kleur echt is, ko
kend water niet kleuren.
Rood. Yan roodc stoffen koke men
een staal in zeepwater, een andere in
kalkwater; beide vloeistoffen mogen zich
hoogstens zwakjes kleuren; de stof mag
noch vau bleek tint, noch geelachtig of
bruin worden.
Echt zwart kleurt bij het koken in
water met cenig zoutzuur de vloeistof
slechts lichtelijk; ouecht zwart daaren
tegen kleurt rood en wordt zelfs bruin
en bruinrood; balfecht is de kleur, als
het zwart in bruin overgaat. Om te
onderzoeken, of de kleur tegen zweet
bestand is, dompele men oen staal in
een bisulfitoplossing en lette dan op,
of de kleur hierin verandert.
Violette tinten zijn onecht, als zij bij
het koken in gelijke deelen brandspiri
tus un water binnen 1015 minuten
tamelijk erg afgeven. (Manufacturier).
liet bureau van I> e Ee m-
laurier is vauai 1 Nept. ge
vest igri
BKEEDESTKAAT 20.
Bekenriiuakiug.
BURGEMEESTER en WETUOUDERS van
Amersfoort herinneren belanghebbenden
aan de navolgende bepalingen der Woning
wet:
le. Verhuurders van woningen, welke
drie of minder ter bewoning bestemde ver-
trekkee bevatten, zijn onverschillig of de
woning op zich zelve een gebouw vormt
dan wel van een gebouw deel uitmaakt,
naar huis had geschreven, wat hij
toen gedaan? Er was geen verontschul
diging mogelijk. Het was zijne laatste
kans om het verleden ongedaan tc
maken. Hij had kunnen terugkeeren
schrijven telegrafecren, wat ook;
alles om zijn vader te redden. Inplaats
daarvan, had hij zich laten overplaatsen
bij een ander regiment, opdat Todd,
die later zelf werd gewond eu naar
huis vertrok, er niets van zou weten.
Het was wreed, vreeselijk wreed, dat
voelde hij nu, gelijk nooit te voren.
Toen hielden toorn en schaamte hem
nog staande; vervolgens de gedachten
aan zijn vader's woorden, zooals hij ze
had begrepen nog hoorde hij ze:
„lk zou je liever dood zien!" Hij was
immers duod dood voor hem. Hoe
zou hij hem nu kunnen zeggen, dat hij
zfiu vader vier jaren achtereen had
laten lijden? Verondersteld, dat hij nog
leed, vcroudersteld dat hij nog aan hein
dacht? Aan hem dacht?
Het gelaat van den Duitscher, zijn
ouuitsprekclijken smart zeide dit
alles hem niet, wat zijn vader door
hem leed?
Door de poort van sinds lang ver
boden herinneringen, welke zij had ge
opend, kwamen zaclv.er gedachten binnen,
en verdreven de boozc geesten Nan zijn
vroegere bitterheid en jongenstrots. Hij
begreep nu, dat ze reeds hunne macht
over hem hadden verloren van het tijd
verplicht biunen twee maanden aangilte te
doen van
huuuen naam, hunne voornamen en
woonplaats.
de ligging, zoo mogelijk met aandui
ding van straat en nummer van het gebouw,
waarin zich de woning bevindt;
c. het aantal vertrekken der woning,
d. het aantal der bewoners met vermelding
van naam en beroep.
2e. Onder verhuurders worden verstaan de
persouen, die hetzij voor zich zeiven hetzij
in eenige boedanigheid eene woning sehrif-
lijk of moudeling verburen.
3e. Verhuurders zijn voorts verplicht nieuwe
aangifte te doen binnen ééne maand, nadat
de woning door een nieuwen huurder is
betrokken, tenzij deze inmiddels de bewoning
heelt gestaakt.
De formulieren van aangifte zijn ter
Secretarie Kamer no. 3 kosteloos verkrijg
baar.
Met nadruk wordt er op gewezen, dat bij,
die niet of niet behoorlijk voldoet aan boven
genoemde verplichtingen, wordt gestraft met
eene geldboete van ten hoogste vijf en
twintig gulden.
Amerfoort, 28 Augustus 1907.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
WUYTIERS.
de Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
Agenda van de Openbare Vergadering
van den raad der gemeente Amersfoort op
Dinsdag 3 September 1907, des namiddags
e half twee ure.
1 1. Installatie Raadsleden.
2. Benoeming van een Wethouder (vaca
ture M. L. Celosse).
3. Nader voorstel van Burgemeester en
Wethouders betreffende de onbewoonbaar
verklaring van een perceel, staande aan de
Langegracht, plaatselijk gemerkt no. 31.
4. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot inwilliging van een verzoek
van de Firma Wolter en Dros, waarbij af
wijking van de bestaande rooilijn gevraagd
wordt.
5. Rapport en Voorstel van Burgemeester
en Wethouders betreffende een adres van
de Amerstóortsebe Vrijwillige brandweer
om eene buitengewone subsidie voor 1907.
6. Voorstellen van Burgemeester en Wet
houders tot wijziging der begrooting voor
1907 en tot het doen van at- en overschrij
vingen.
7. Voorstellen van Burgemeester eu Wet
houders tot wijziging der begrooting voor
1907.
8. Nader rapport en voorstel van Bur
gemeester en Wethouders omtrent wijzigiug
van dc Bouwverordening, vastgesteld dooi
de Gedeputeerde Staten vau Utrecht.
9. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot aankoop van liet buitengoed
Birkhoven met daarbij behooreude bosch-
en andere gronden.
19. Vaststelling 2e suppletoir Kohier In
komstenbelasting, dienst 1907.
11. Behandeling van reelamos inzake
Inkomstenbelasting, dienst 1907.
12. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot het geven van een verlof aan
den leeraar Coenen van vier maanden
wegens ziekte en tot het geven van een
crediet aan Burgemeester eu Wethouders,
tot voorziening- in het Onderwijs.
13. Benoeming van twee leden van de
Commissie van Wetgeving (vacature Mr.
P. J. F. van Voorst Vader cu aftreding M.
L. Celosse.
14. Benoeming van 2 leden van de Com
missie voor de Fabricage (vacatures C. Th.
van Beek en C. J. D. van Eek)
15. Benoeming van 1 lid van de Commissie
tot bijstand in het beheer der gasfabriek
(vacature C. Th. vau Beek).
16. Benoeming van 1 lid van de Commissie
tot bijstand in het beheer van den gemeen
tereinigingsdienst [vac. C. Th. van Beek].
16. Benoeming van 1 lid van de .reclame
Commissie in zake de Inkomstenbelasting
dienst 1907, [vacature C. J. D. van Eek.]
18. Benoeming -an 1 lid van het Burgelijk
Armbestuur (vac. C. Th. van Beek).
19. Benoeming van 1 lid van de Commissie
inzake de evcutueele regeling van den
rechtstoestand van ambtenaren en werklieden
(vacature C. J. D. van Eek).
20. Benoeming v«n plaatsvervangende
leden voor het stembureau voor de herstem
ming voor de Kamers van Arbeid voor de
Bouwbedrijven.
21. Samenstelling van de afdeelingen.
stip af waarop hij zijne eerste promotie
maakte; en, hij erkende het thans, niet
begrijpend waarom hij dit niet eerder
had ingezien, ze hadden alle beteekenis
verloren, nadat hij zijne aanstelling als
officier had ontvangen en zich een zoon
wist, voor wien zijn vader zich niet
behoefde te schamen. Kon hij thans
nog terugkeeren? Kon hij de smart
aanschouwen die hij had veroorzaakt,
zou hij kunnen?
Hij liep naar zijn lessenaar en een
sleutel nemende, opende hij een van
de geheime vakken. Hierin lag een
boek, bet was dc Bijbel, die zijne moeder
hem had gegeven. Hij nam het er uit,
terwijl li ij het eenige oogenblikken
vasthield zonder het boek te openen.
Toen begonnen ziju vingers werktuige
lijk de bladen om te slaan. Wat kende
hij dezen Bijbel vroeger niet goed.
Toen hij aan het vijftiende hoofdstuk
vau Lukas kwam, hield hij op en begon
de wondervolle geschiedenis te lezen
van den zoon, die zijn vader's huis had
verlaten, om naai verre lai.den te gaan,
waarheen zoo menig onzer is gegaan,
om, als hij, ons leven te verwoesten
cn de lichten van onze idealen uit te
dooven.
„Ik zal opstaan en tot mijnen vader
gaan," las hij, half luide de woorden
herhalende: „en zeggen, vader ik heb
gezondigd!'
Zijn oogen volgden de bladzijde, tot
Den eersten Dinsdag in September
komen de vroede vaderen bij'een. Dan
worden de bij de periodieke verkiezing
gekozen leden toegelaten en heeft de
wethouderskeuze plaats. De heeren C.
Th. van Beck, C. J. D. van Eek en Mr.
P. J. van Voorst Yader zullen dus niet
meer in ons achtbaar stadscollege ver
schijnen en zullen daar vervangen worden
door de hecron Herms. Kroes, \V. Salo
mons en D. Ruy3. Er komt dus wat
nieuw bloed in onzen Raad. Of het een
verbetering zal zijn? We zullen moeten
afwachten, aan voorspellingen willen we
ons liever niet -vagen. Ook niet waar
het de wethouderskeuze betreft.
Behoudens tal van benoemingen en
meer dergelijke punten komt er ook
weer een verzoek op voor, betreffende
afwijking van de rooilijn Burg. en Wet
houders stellen voor het verzoek der
firma Wolter en Dros in te willigen.
Een tweede punt van eenig belang is
het verzoek der Vrijwillige Brandweer
om f 500 subsidie voor herdenking van
het 25-jarig bestaan. De stukken daarop
betrekking hebbende laten we in zijn
geheel volgen.
Amersfoort, 19 Augustus 1907.
Geeft eerbiedig te kennen:
Het Bestuur der Amersfoortschc Vrij
willige Brandweer;
dat bare Verceuiging den 12 Octo
ber dezes jaars haar 25-jarig bestaan
hoopt te vieren;
dat eene breedc uiteenzetting van de
door haar in dat tijdsverloop in het
belang der Gemeente bewezen diensten
wel geheel overbodig zal zijn;
dat zij jaarlijks een subsidie, eertijds
van f 100, nu eenige jaren van f200
geniet, doch hieruit moeten worden be
streden de kosten der Bestuurs en Al-
gemeene vergaderingen, loonen der
kloppers a f2.50 per persoon, zoowel
bij dag als bij nacht, loon van den bode
ii (25 's jaars, zoomede aanschaffing van
klein materieel enz.
Dat dan ook bij het einde des jaars
de ontvangsten en de uitgaven ongeveer
gelijkluidend ziju en dus van een voor-
deelig saldo geen sprake is;
Dat zulks niet liet geval is met het
subsidie a f 300 's jaars aan het kader
der bezoldigde brandweer, aange
zien die geen enkele uitgaaf hebben te
doen en alle te maken kosten boven
het subsidie door de Gemeente worden
geleden;
Dat iiet kader der bezoldigde
brandweer ieder jaar van die f300 ge
zellige bijeenkomsten kunnen houden en
dit niet met de Vrijwillige Brandweer
liet geval is;
Dat het Bestuur om bovengemelde re
den beeft gemeend, dat de leden der
verceniging die zich in die 25 jaren op
zoo een verdienstelijke wijze geheel
belangeloos ten behoeve der Ge
meente van bun taak hebben gekweten,
dien dag van haar zilveren feest niet
onopgemerkt inag laten voorbijgaan en
zij zich vleit hare Ecrc-leden en leden
ten getale van 50 tot een kameraad-
schappelijken maaltijd en verdere ge
zellige bijeenkomsten te kunnen uitnoo-
digeu.
Dat de kosten van een en ander op
matige wijze door ons worden begroot
op f-500.
aan de beschrijving van dos vader's
verwelkoming, diens alles uitwissende
vergiffenis zijne blijdschap, omdat „deze
mijn zoon was dood en is weder levend
geworden." Dij sloot het boek.
Een tijdlang zit hij stil, zijne oogen
op een punt starende, maar niets ziende
van hetgeen nabij was. Zijne gedachten
dwaalden weder terug naar liet ouderlijk
huis. Toen hij zijn stoel achteruit
schoof wat er een glimlach op zijn
gelaat een glimlach als er sinds jaren
niet op zijn gelaat was gi-kouicn.
Buiten begonnen de klokken van
een naastbijzijnde kerk to luiden, en
onbewust voelde bij zich geheel opgaan
in bun klank.
„Korporaal" zeide bij tot den soldaat
die op zijn bellen verscheen; „korporaal
wat dag is het vandaag?"
De mail zag liern verwonderd aan.
„Wel, het is vandaag Zondag; Paasch-
Zoudag, luitenant;, antwoordde hij.
Nelson Howard sloot zijn lessenaar.
„Ik zal opstaan," herhaalde hij zacht
bij zich zelf. „Ik zal opstaan en tot
mijn vader gaan."