STATEN GENERAAL.
STADSNIEUWS.
volgens welke de Zweedsche minister
van buitenlandsche zaken, de heer von
Trolle, te Parijs zou zijn geweest om
onderhandelingen aan te knoopen. Een
van beide, of dat laatste is niet waar,
of de zending van den minister is mis
lukt,
Weer zijn er heden berichten
over moordpartijen in Macedonië.
Een Servische bende heeft in het
d'irp Oevantsje zeven Bulgaren, onder
wie twee vrouwen, vermoord; de liiken
werden op schrikbarende wijze ver
minkt.
Hot Servische dorp Rakli, bij Per-
plepe, is door een Bulgaarsche bende
in brand gestoken; een Servische bende
snelde ter hulp.
Voorts werden nog in verschillende
streken vijf Mohammedanen, een vrouw
en een kind, door een Bulgaarsche
bende omgebracht.
Admiraal Philibert seint uit de
wateren van Marokko, dat de rust
volkomen verzekerd is, met name in
Mogador en Mazagan. Naar 't heet,
heeft Moelai Hafid door schatting te
heffen en door zekere benoemingen
zich vijanden onder de stammen ge
maakt.
De Fransche regeering zal om den
verbeterden toestand eenige oorlogs
schepen van de Marokkaansche kust
terugroepen.
Gisteren had er een reeks van
conferenties plaats tusschen de vertegen
woordigers der Engelsche spoorwegmaat
schappijen en Lloyd George, den voor
zit Ier van de Board of Trade, en tusschen
Lioyd George en de vertegenwoordigers
van het spoorwegpersoneel. Lloyd George
deelde mede, dal hij wel dacht, dat het
tot een schikking zou komen, maar dat
wijzigingen in de onderdeelen een be
kendmaking ter zake zouden kunnen
veilragen. Intusschen heeft de Board of
Trade ambtelijk bekend gemaakt, dat
het in het geschil op spoorweggebied
tol oen schikking is gekomen.
Tweede Kamer.
De Kamer is Dinsdag begonnen met
de behandeling der Indische begrooting.
De algemeene beschouwingen zijn thans
reeds gesloten ze waren, behalve de
Atjeh-quaestie van weinig belang. Maar
die quaestie is dan ook weer ter deeg
behandeld en het bleek, dat de ongerust-
u_:j, J:- -i:* ij.. n
is ontstaan, in de Kamer wordt gedeeld.
Niet allen - dus zegt de Kamer-
overzichtschrijver in de „N. R. CU."
spreken dit zoo onverholen uit, als de
heeren Van Kol, De Stuers en Thoms n
niet allen zijn zoo tel in hunne critiek,
omdat zij, terecht, aan de feiten en mis
standen, waarvan zij uit de pers ot langs
anderen weg kennis erlangden, niet voet
stoots zonder nadere controle geloot
willen hechtenmaar allen zonder onder
scheid, die gisteren en heden aan het
woord waren ook mannen als de
heeren IJzerman, de Waal Maletijt en
Verhey, die toch door niemand voor
heelhoofden zullen aangezien worden
laten voelen, nat zij in het algemeen
aan het bestaan van misbruiken eti ver
keerde insluipsels geloovet), waardoor de
Aljeh-poliliek, door den heer Van Heulsz
ingeleid, dreigt te mislukken. Men poogt
te verontschuldigen, te verzachten, naar
de oorzaken van laakwaardige hande
lingen te zoeken doch ieder geeft op
zijn beurt te verstaan, dat ook naar
zijne overtuiging in Atjeh dingen ge
beuren, die het daglicht kwalijk kunnen
verdragen.
Voor het feit, dat misschien in Atjeh
soms verder wordt gegaan, dan mensche-
lijkheid gedoogt, gaven de heeren Thom
son en Verhey o.a. de volgende ver
klaring hel gevoel in net leger, te zwak
in aantal te zijn, om de opgedragen taak
naar behoorer. te vervullen, drukt neer,
maakl angslig, e:i verleidt sorns tot
handelingen, die men lot eigen lijfs
behoud noodzakelijk acht, doch die,
voelde men zich sterk en tegen alle
eventualiteiten opgewassen, zonder twijfel
niel zouden worden gepleegd.
„Ik heb naar Iiidië geschreven''
zoo verdedigde zich de minister „dat
geld geen bezwaar mocht zijn om de
troepenmacht in Atjeh zoo hoog op te
voeren als wenschelijk werd geacht.
Maar zoowel de gouverneur van Atjeh,
als de gouverneur-generaal, acht ver-
meerdeiing van troepen onnoodig".
Tegelijk deelde echter de minister mede,
dal, met machtiging der Koningin, de
gouverneur-generaal zich naar Aljeh zal
begeven, om een nauwgezet onderzoek
naar de gebeurtenissen der laatste jaren
in te stellen, en ter plaatse te beoor
deelen wat staat te doen.
Aan het onderzoek, dat door den
gouverneur-generaal zal ingesteld wor
den, hechtte de heer Van Kol niet veel.
Hij vindt een „ernstig, onpartijdig on
derzoek onverbiddelijk noodzakelijk". Een
dergelijk onderzoek zou door den gou
verneur-generaal, Uk „naar de uitvoe
ring van z ij n werk door z ij n vrienden"
kwam kijken, niet ingesteld kunnen
worden meende hij. Mitsdien slelde
hij eene motie voor, waarbij hel gouver
nementeel onderzoek van de baan werd
geschoven en een „onpartijdig onder
zoek" werd aanbevolen.
Deze motie werd echter met groote
meerderheid verworpen alleen de soe.-
deruocraten stemden voor.
Eene motie van den lieer IJzerman,
waarin het vertrouwen werd uitgespro
ken, dat de gouverneur-generaal een
onpartijdig onderzoek zou weten in te
stellen, is daarop aangenomen.
In ons vorig nommer hebben we
reeds meegedeeld, dat liet bezoek van
het Duitsche Keizerpaar aart het Neder-
landsche Hof niet doorgaat. Het blijkt
nu, dat de reden hiervan gelegen is in
het feit, dat de aanstaande van prins
August Wilhelm in het stadspaleis de
waterpokken heeft gekregen. Onder deze
omstandigheden heeft de Keizerin van
de reis moeten afzien.
Keizer Wilhelm gaat wel naar Engeland,
maar toch schijnt zijn jongste ongesteld
heid van ernstiger aard geweest te zijn,
dan men heeft willen doen gelooven.
Immers we lezen nu, dat de Keizer
op raad van zijn geneesheeren ter gene
zing van de nog steeds voortdurende
catarrh, een paar weken op het eiland
Wight zal blijven.
Volgens een telegram van Wolff's
agentschap uit den Haag aan de Duit
sche bladen, heeft hel nu echter weer,
dat onze regeering bericht heeft ontvan
gen dat keizer Wilhelm zijn bezoek aan
Nederland uitgesteld heeft, maar dat liet
bezoek nog na afloop van zijn verblijf
op Wight zal gebracht worden.
We zullen nu maar afwachten.
Eenige dagen geleden is aan de
miliciens in verschillende karzernes, die
den 28en dezer met groot verlof zouden
gaan de z.g. achtmaanders dus
meegedeeld, dat zij nog vier maanden
onder de wapens gehouden zullen wor
den. Deze maatregel spruit voor uit een
besluit van den minister van oorlog,
om het blijvend gedeelte dit jaar te
vergrooten.
Natuurlijk is op het vernemen van
deze jobstijding in de karzernes een
koor van ontevredenheidsbetuigingen
opgegaan, want niet alleen is de ver
lenging met een derde deel van den
diensttijd een allesbehalve aangename
tijding, maar bovendien beteekent deze
maatregel voor vele achtmaanders een
niet onbeduidend geldelijk verlies.
Zoodra nl. in de kazerne bekend
gemaakt was, dat de achtmaanders den
21 en November met groot verlof zouden
gaan, hebben zij de bekende nummer
verwisseling in orde gebracht. Elk jaar
vóór het vertrek der viermaanders wordt
een officieele loting gehouden die uit
wijst, welke viermaanders 4 of 8 maan
den, welke achtmaanders 8 of 11 maan
den onder de wapens zullen blijven.
Zij die zoogenaamd ingeloot zijn kunnen
echter van nummer verwisselen met de
vrijgeloten, welke verwisseling de goed
keuring van den regiments-commandant
behoeft.
De gewoonte is, dat de ingelote
miliciens hun nummer verkoopen aan
de vrijgeloten, vaak tegen hooge be
dragen (voor wintermaanden wordt
wel f75 tot f 100, voor zomermaanden
f150 tot f200 gevraagd en betaald).
Nu wil het ongeluk, dat de meeste
miliciens reeds hun vier extramaanden
verkocht hadden en uitbetaald, toen
de nieuwe aaukondiging van de uit
breiding van het blijvend gedeelte be
kend werd. Zoodat nu velen in de
weinig benijdenswaardige positie ver-
keeren, dat zij een belangrijke som
gelds kwijt zijn en toch hun maanden
moeten uitdienenterwijl, wat mis
schien nog erger is, velen hun reeds
verkregen burgerbetrekking zullen
moeten opgeven.
Over het geheele land is, naar men
verzekerde voor ruilingen tusschen
hooge en lagen nummers betaald een
som van bijna f 2.000.000. Deze rui
lingen waren gebaseerd op de dienst
order van het Departement van Oorlog,
dd. 12 Juli 1907 waarin staat:
«Uiterlijk 5 dager, na de loting voor
het blijvend gedeelte moet aan de
manschappen voorloopig en op 20
September definitief worden medege
deeld. of zij al dan niet tot het blijvend
gedeelte, en zoo ja, tot welke ploeg
zij alsdan behooren.
Na laatsgemelden datum mag, het
geval van nummerverruiling uitge
zonderd, in de definitieve aanwijzing
geen verandering meer worden ge
bracht*.
Uit Groningen wordt gemeld, dat
de minister van Slaat, oud vice-presidmt
van den Raad van State, jhr. mr. J. eE.
A. van Panhuijs, .gisteren avond nabij
Hoogkerk door een ongeluk om het leven
is gekomen.
Hij zat in een rijtuig met zijn echtge-
noote, zijn zoon, den burgemeester van
Leek en zijn schoondochter, op weg naar
zijn buiten „Nienoord". Door den mist
is de koetsier misleid en ging hel rijtuig
te water. Alle vier inzittende verdronken.
Koetsier en paarden werden gered.
Bij de Tweede Kamer is ingekomen
een ontwerp tot afsluiting van een ge
deelte der Zuiderzee en de indijking en
droogmaking van het Wieringermeer.
Kunst en Wetenschap.
De Vereeniging „Voor de Kunst"
te Utrecht organiseert van 6 November
tot 1 December een tentoonstelling van
oude Japansche Kunst van 1500 tot 1865.
De Vereeniging tot het houden van
Kunstbeschouwingen te Amersfoort, zal
16 en 17 November wederom een ten
toonstelling houden in Amicitia; ditmaal
van werk van onzen stadgenoot, den heer
Van Weezei Errens.
De le-Iuit. L. A. M. Ottenhoftj van
het 5e reg inf. te Amersfoort, wordt 25
dezer gedetacheerd bij de werkplaatsen
voor draagbare wapene aari de Hembrug.
De Kon. Bond van oud-onderoffi
cieren besloot in de Dinsdag avond ge
houden vergaderiug, om bij gelegenheid
van hel St Nicolaasfeest voor deikinderen
van leden en donateurs in de concert
zaal van het café „De Arend" weer een
feestavond te organiseeren.
De heeren H. P. Schickendantz, D.
van Buuren en N. G. van de Starit hebben
zich bereid verklaard voor de regeling
zorg te dragen.
Hedenavond Nuts lezing in Amicilia
en morgenavond het Flonzaley-kwartet.
Zondagavond uitvoering van „Kunst
naar Vermogen" en Zondag 17 November
van Thalia".
Woensdag 27 November, tooneelvoor-
stelling in Amicilia en Donderdag 2
November volksavond van hei Nut.
Als de koude het al niet voldoende
liet merken, zou men aan de verschillende
uitvoeringen gewaar kunnen worden,dal
het winterseizoen is ingetreden.
Heden viert de heer A. M. Kolle-
wijn Nzn. zijn tachtigsten jaardag. Daar
wij eenigen tijd geleden op de verdiensten
van dezen kranigen grijzen geleerde wezen,
zullen we thans niet in herhalingen vallei;
maar er slechts aan herinneren, dat hij
ook nu nog, in weerwil van zijn hoogen
leeftijd, op velerlei terrein nog een ver
bazende werkzaamheid ontwikkelt.
De Auersfoortsche Muziekvereeniging
on ...Inhal" ïulleit lie UI liedcnavuml ccn
serenade brengen.
Er zullen pogingen aangewend
worden 0111 ook hier eene afdesling te
stichten van de onlangs te Amsterdam
opgerichte Vereeniging: „Voor jong Ne
derland' zich ten doel stellende: „de
bevordering van het tijdelijk verblijf voor
kinderen in gezonde streken."
Deze Vereeniging heeft niet in de eerste
plaats 't oog op de kinderen uit de
arbeidende klasse, waarvoor ook reeds
veel wordt gedaan maar vooral op die
uit den middenstand, van ambtenaren,
onderwijzers e. a. Aangezien op dezen
zeer dikwijls reeds zware lasten drukken
eri toch soms ook hunne kinderen „naar
buiten" moeten, kunnen zij wegens be
perkte middelen daaraan niet denken.
Dezulken op kiesehe wijze te helpen,
verdient ze .er veler medewerking.
We vestigen de aandachl op de
in dit nummer voorkomende advertentie
omtrent de abonnementstooneelvoorstel-
lingen in Amicitia.
Aan het politiebureau is gedepo
neerd eene op den openbaren weg ge
vonden medaillon met portret.
Raadsstukken.
Het Rapport van Burgemeester en
Wethouders betreffende een adres van
de Vereeniging „Handel en Nijverheid"
tot verbetering van het marktwezen,
luidt in zijn geheel als volgt
Wij hebben de eer hierbij weder in
uwe handen te steller, een adres met
bijlagen van de Vereeniging „Handel en
Nijverheid" van 10 Januari 1907, be-
Ireffende verbelering van het marktwezen
te dezer stede, gewijzigd bij haar adres
van 12 April 1907, benevens verschil
lende adressen, waarbij deels instemming
met het door „Handel en Nijverheid"
gevraagde wordt betoond, deels verzocht
wordt, hare plannen niet of niet onge
wijzigd aan te nemen. Tevens bieden wij
U weder aan het door U ingewonnen
advies van de Kamer van Koophandel
en Fabrieken te Amersfoort dd. 13 Maart
1907 en een nader schrijven van „Han
del nu Nijverheid" van 8 April 1907.
Alvorens tot de bespreking van het
adres over te gaan, wenschen wij een
woord van dank te brengen aan de adres-
seerende Vereeniging voor den niet ge
ringen arbeid, waarvan haar adres ge
tuigd.
De Vereeniging wenscht het Zuid-
Oostetijk deel van den Hof overkapt te
zien Ier gezamelijke oppervlakte van
1500 M3 en aldaar te plaatsen vier
lange hallen, waarin eieren, boter, groen
ten, fruit, ooft, aardappelen, kippen,
konijnen en wild len verkoop aange
boden zullen wordeu. Voor deze pro
ducten zou iederen weikdag 's ochtends
van 7 tot 12 uur markt gehouden worden.
De kosten van deze hallen worden op
f 16 000 door de Vereeniging schat.
Wij kunnen, na rijp beraad, geen vrij
heid vinden U uitvoering van dit plan
voor te stellen. In de eerste plaats zouden
wij het zeer betreuren, indien het eenige
ruime plein dat de Gemeente bezit, voor
een groot gedeelte werd volgebouwd.
Alom ziet men, dat belangrijke kosten
worden besteed ten einde in de oude
gedeelten der steden zooveel mogelijk de
beschikking over ruimere pleinen te ver
krijgen. Ook onze, zich uitbreidende en
ontwikkelende Gemeente heeft daaraan
groote behoefte.
Bovendien vreezen wij, dat bij inwilli
ging van het gevraagde geenszins dat
gene zal bereikt worden, 't geen „Han
del en Nijverheid" er zich van voorstelt.
Uit de ons welwillend overgelegde ant
woorden van 51 Gemeente-besturen toch
blijkt, dat nergens eene overdekte markt-
gelegenheid bestaat voor groenten, fruit,
oofl, aardappelen, kippen, konijnen en
wild, behalve in de Gemeente Kampen,
alwaar eene dergelijke gelegenheid is
voor groenten en in enkele andere Ge
meenten, waar voor graan, zaad, over
dekte markten bestaan. Ook de Kamer
van Koophandel merkt hierbij op dat,
voor zoover haar bekend is, de groenten
steeds op de openbare straat worden
uitgestald. In 't bijzonder zouden die
markthallen bevorderlijk zijn voor het
ontstaan en de ontwikkeling van hel
warmoezeniersbedrijf. Wij kunnen ons
moeilijk voorstellei dat het stichten dier
markthallen van grooten invloed kan
zijn op de ontwaking van het tuinbouw
bedrijf in uitgebreiden zin, dat, zoo als
adressante opmerkt, thans nog slaapt.
Indien eene dergelijke cultuur inderdaad
bestond, blijk gal van groote levensvat
baarheid en in hare uitbreiding belem
merd werd door een slechte inarktge-
legenheid, dan zouden wij niet aarzelen
U voor te stellen, daarin de noodige
verbeteringen aan te brengen. Voor een
bedrijf, waaromtrent niets bekend is,
noch van zijn levensvatbaarheid, noch
van zijn uitgebreidheid, de gevraagde
inrichting te maken, durven wij U niet
voor te stellen, noch om de kosten, noch
0111 het andeie reeds genoemde bezwaar.
Bovendien vreezen wij, dat de even-
tueele ontwaking en ontwikkeling van
die nieuwe cultuur erustig in gevaar ge
bracht zal worden door het heffen van
marklgelden, 't geen door „Handel en
Nijverheid" wordt voorgesteld.
I11 't algemeen zijn wij van oordeel,
dat „Handel en Nijverheid" zich teveel
laat leiden door de meening, dat door
liet scheppen van goede marktgelegen-
heden de producten en daarmee de
handelaren komen. Ongetwijfeld trekt een
goede marktinrichling aan en stuit een
slechte atde groote bloei van vele markten
kan evenwel naar onze meening niet in
hoofdzaak worden toegeschreven aan de
marklgelegenheid, maar moet veeleer ver
klaard worden uit tal van economische oor
zaken. Waar wij in het marktrapport
lezen, dat ondanks de goede gelegen
heid voor een beestenmarkt, de aanvoer
van rundvee niet groot is en de onder
vinding, ook elders, geleerd heeft, dat al
de kunstmiddelen om op dergelijke mark
ten meer aanvoer te verkrijgen, falen,
meenen wij steun te vinden voor onze
meening, dat van de raarktgelegenheid
zelve niet te veel heil verwacht mag
worden. Wij worden in deze meening
gesterkt door de antwoorden, die „Han
del en Nijverheid" van de Gemeente
besturen ontving; immers op geen der
plaatsen, waar bloeiende markten in de
genoemde producten bestaan, zijn over
dekte marktgelegenheden aanwezig.
Op welke gronden „Handel en Nijver
heid" voldoende koopers en producten
verwacht voor het houden eener dage-
lijksche markt van 7 tot 12 uur is ons
niet gebleken.
Ook de bezwaren tegen de markten
voor andere dan de reeds genoemde
producten schijnen ons wel zeer breed
uitgemeten.
Sedert eeuwen is de varkensmarkt
gehouden op de plaats, waar ook nu nog
handel in deze dieren gedreven wordt.
Nimmer zijn klachten over deze marklge
legenheid vornomen. Een aantal belang
hebbenden heelt U dan ook verzocht,
deze markt niet te verplaatsen, daar zij
op een zeer geschikte plaats gehouden
wordt. De opmerking van de Kamer van
Koophandel betreffende de noodzakelijke
gelegenheid tot stalling achten wij zeer
juist. Voorstellen tot verplaatsing dier
markt naar het Havik zijn van ons col
lege niet te verwachten. Waar het rapport
als voordeel van die plaats voor varkens-
markt aanvoert, dat, na afloop, de markt
gezuiverd en schoongespoeld kan worden
met de waterleiding, is waarschijnlijk
niet gedacht aan de bedenkelijke ver
ontreiniging der grachten, die daarvan
het gevolg zal zijn. De tegenwoordige
markt wordt onmiddellijk na het eindi
gen der markt geheel schoongeveegd
klachten over verontreiniging hebben 00
nimmer bereikt.
Indien inderdaad de Varkensmarkt
zonnig is, dan kan hierin op eenvoudig
wijze verbetering gebracht worden do
het planten van eenige boomen, die z
geplaatst kunnen worden, dat zij h
verkeer niet schaden.
Ook de verplaatsing van de visch
markt naar het plantsoen kunnen
niet bevorderen. De markt wordt than
op een schaduwrijke plaats in het een
Irum van de stad gehouden.
De voorgestelde plaats in het plan!
soen achten wij, wat zijn ligging bel u-I
niet zoo gunstig, terwijl wij ontsierin,
van het plantsoen vreezen, indien aldad
geregeld de vischmarkt wordt getiou
den.
Een dagelijksche vischmarkt op d!
Kortegraeht „is nog minder aan te lj>-
velen; het wagenverkeer is aldaar nitl
te schorsen. Aan die vrij nauwe giailit
bevinden zich het postkanloor, een hu i
diverse kantoren en een fabriek. Bi„.
naren en bewoners van aldaar gelegc:
perceelen zouden terecht tegen een zou
danigen maatregel opkomen.
Wat nu betreft de markt voor ht
verhandelen van eieren en bolei
zijn wij van oordeel, dat liet nl!
te ontkennen is, dat de bestaande g
tegenheid inderdaad gebrekkig is. Voora
op regenachtige dagen, wanneer vei I
pakking van de eieren zonder beschei
ming tegen het hemelwater, de handels I
waarde van dit product doet verminderen I
biedt de tegenwoordige marktplaats nis
de gewenschte ruimte aan. Terwijl ds
handel in boter afneemt en vermoedelijB
in de toekomst nog meer zal verminde#
ren, wegens liet oprichten van botu-
fabrieken, is de handel in eieren be
langrijk.
Uit het voorgaande is reeds geblekenl
dat wij van het oprichten van overdekt!
marktgelegenheden voor groenten, truiil
ooft, aardappelen, kippen, konijnen en!
wild geen heil verwachten; in 't aige-
meen achten wij het voor de bevorde-l
ring van den eierhandel wel wenschelijlEL
eene ruimere overdekte marktgelegenheni*
te stichten, aangezien juist dit product!
in tegenstelling van de meeste andere!
producten, die hier verhandeld (worden,
behoefte heeft aan een overdekte markt.
De plaatselijke omstandigheden maken;
het evenwel niet gemakkelijk, hiervoor
eene oplossing aan te geven. De Kamerk
van Koophandel geeft in overweging,]'
voor dit doel het Havik te overdekken
en op die overdekking een markthal lei-
plaatsen. Wij zouden een dergelijke ont
siering van het Havik in hooge male
betreuren. Dit water behoort inderdaad
tot de schoonste gedeelten van de oude
stad. Waar alom aangedrongen wordt
op behoudt van mooie ouderwetsche
gebouwen, meenen wij, dat niet minder
de aandacht gevestigd dient te zijn op
het behoud van die schoone ouder
wetsche grachten, waarvan het Havik
er éen is.
Volgens de opgave van den Markt
meester en opmetingen, tijdens de markt
gedaan, is een ruimte van 450 M3!
wenschelijk voor boter- en eiermarkt en
voor pakplaats van de eieren. De tegen
woordige overdekte markt heeft een
oppervlakte 12u M3.
De meest eenvoudige oplossing it
eene inrichting, beslaande uit ijzeren
buizen en zeilen te maken, die weke-
lijksch (bij vermoedelijk regenachtig weer)
op den Hof nabij de tegenwoordige
eier- en botermarkt opgericht wordt. Aan t
het verlangen van de vereeniging „Han
del en Nijverheid" is dan voldaan
zij het dan ook op primitieve wijze
terwijl men ontsiering en verkleining;
van het tegenwoordige plein voorkomt. 1
Deze inrichting zou dus een ruimte van
ongeveer 330 M3. moeten aanbiedeD.
De kosten van aanschaffing leveren in
deze minder bezwaar opze bedragen
f 1100.
Daarentegen worden de jaarlijksche
terugkeerende kosten van opslaan, af
breken en onderhoud op f 700 ge
raamd.
Ook op andere wijze kan een voor
regen beschermende marklgelegenheid
gevonden worden n.l. door verbouwing
van het perceel waarin thans de Hoofd
wacht is gevestigd. Dit gebouw is ge
deeltelijk krachtens de Wet van 7 Juli
1887, Stbl. 124, en krachtens contract
van Juli 1892 verhuurd aan het Rijk
voor een jaarlijkschen huurprijs van
f 200. De Gemeente heeft wel is waar
niet het recht, deze huur te doen ein
digen, maar pogingen kunnen worden
aangewend om de huur te ontbinden,
indien de Gemeente dringend be
hoefte aan het gebouw heeft. Iu
het overige van het gebouw worden
thans brandbluschmiddelen geborgen.
Door uitbreking van het binnenwerk-
is een ruimte van 173 M3. te verkrijgen.
Zooals gezegd, is een ruimte van 450
Ms. wenschelijk. Hierin kan worden
voorzien door op de Appelmarkt een
markthal te bouwen, die een ruimte van
280 M*. kan aanbieden. Het is boven
dien mogelijk, in het Waaggebouw een
galerij te maken, waardoor nog een
ruimte van 128 M\ verkregen kan
worden. Met liet oog op het te ver-