Vrijzinnig- Orgraan voor Amersfoort en Omstreken.
No. 102.
DONDERDAG 14 NOVEMBER 1907.
4e JAARGANG.
Uitgave van de Naami. Vennootsehap „DB EEMLANDER".
Directeur B. G. BIJKENS
Vepsehijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond.
Bureau: BBEEDESTBAAT 20.
Een der voordeelen van evenredige
vertegenwoordiging.
FEUILLETON.
OOM WILLY.
BUITENLAND.
Abonnementsprijs
Per jaarf 3.00
Franco per poat3.50
Per 3 maanden- 0.75
Franco per post- 0.90
Afzonderlijke nummers- 0.05
Telefoon Interc. 62.
Prijs der Advertentiën:
Van 1 tot 5 regelsf 0.40
Voor iederen regel meer- 0.08
(Bij abonnement belangrijke korting.)
Het zal wel geen tegenspraak onder
vinden, als we zeggen, dat de opvoe
dende kracht van het stembiljet, niet
het minst bij een stelsel van algemeen
kiesrecht, zooveel mogelijk tot haar
recht moet komen.
Welnu, daaraan zou zeer veel haperen,
indien laten we het gunstigste
geval aannemen, wel een uitgebreid
kiesrecht werd ingevoerd, maar overi
gens het geldende kiesstelsel bestendigd
bleef, dat geen stelsel is van evenredige,
maar van meerderheidsvertegenwoordi
ging, zij het getemperd door het voor
de Tweede Kamer overal geldende sy
steem van enkelvoudige districten.
De toestand, dien wij thans kennen,
is deze, dat in elk district gekozen
wordt de uitverkorene van minstens de
helft plus één, terwijl de helft min één
onvertegenwoordigd blijft.
Deze toestand zou erger zijn dan hij
is, wanneer het heele land slechts één
kiesdistrict was. Dan immers zouden
zelfs numeriek zeer sterke minderheden
geen enkelen vertegenwoordiger kun
nen kiezen en alle zetels toebedeeld
worden aan een wellicht zwakke meer
derheid.
In het stelsel van enkelvoudige
districten wordt dit nadeel getemperd;
het zal immers uitzondering zijn, wan
neer een politieke partij van eenige
beteekenis in geen enkel district een
harer leden gekozen kan krijgen. Maar
weggenomen wordt het euvel niet ge
heel en andere nadeelen blijven.
In het bekende rapport der Unie-
commissie kan men die nadeelen zeer
helder uiteengezet vinden.
Doch op éen punt wordt in het
rapport niet voldoende nadruk gelegd
op het voordeel, dat de evenredige
IJit het Duitsch van Jassy Torrund.
3')
En terwijl de trein voortsnelde en
het afscheidswee in haar ziel meer en
meer door andere gedachten verdrongen
werd, begreep zij steeds duidelijker, dat
zij beiden eigenlijk in 't geheel niet bij
elkaar pasten. En een groot vurig ver
langen steeg in haar op naar een, die
iner, grootmoediger en onzelfzuchtiger
as dan Henk Dobbelin, die haar lief
gehad had met de geduldige, goedige,
bereidwillige liefde van een vader. En
zij vergeleek. Zoo als hij was, bestonden
er geen. Zoo ridderlijk, zoo zachtvoelend,
zoo verstandig en goed. Sympathie is
alles, had tante Agnes dikwijls gezegd.
En Kathe gevoelde, er bestond geen
mensch op de heele wereld, die haar
maar sympathiek was dan oom Willy
Een wonderlijke tweestrijd greep in
haar plaate. Zij was bang, hem weer te
zien, zij had bepaald angst voor zijn
helderen, ernstigen doordringenden blik
die tot op den grond harer ziel wist te'
lezen, die den polsslag van haar Ke.
heimste leven verstond, en toch ver
langde zij met haar geheele hart naar
hem. Zij stelde zich voor: O, nog een
maal weer door zijne armen omsloten
vertegenwoordiging aanbiedt boven het
meerderheidsstelsel, n.l. het beter tot haar
recht doen komen van de opvoedende
kracht van het stembiljet.
Hieronder verstaan wij het volgende
Het medeleven met de publieke zaak
werkt ontwikkelend op den staats
burger en het meest intens zal mee
leven hij, die medezeggenschap heeft.
Daarin steekt de beteekenis van het
algemeen stemrecht als opvoedings
middel.
Maar nu is het duidelijk, dat al die
genen onder de kiezers, wier stemmen,
als behoorende tot die eener minder
heid, feitelijk geheel waardeloos worden
en evengoed niet hadden kunnen zijn
uitgebracht, van die opvoeding weinig
zullen genieten.
Zij immers praten alleen mee volgens
de doode kieswet, die hen kiesbevoegd
verklaarde, maar in het levend ver-
kiezingsbedrijf zijn hun stemmen van
niet de minste waardeis hun invloed nul.
Hun belangstelling zal hierdoor wor
den gedood, verzwakt althanszij zullen
minder meeleven en minder leeren
dientengevolge.
Dit is een niet te onderschatten na
deel van alle kiesstelsels van het slag,
dat thans in Nederland geldt, waarbij
de vertegenwoordiging,van geen enkele
partij naar evenredigheid van haar kracht
in het kiezerscorps gewaarborgd is, en
waarbij de minderheden gevaar loopen,
meer dan billijk is, in de verdrukking
te komen.
Wanneer elke partij staat kon maken
op vertegenwoordiging, evenredig aan
haar kracht in den lande, met andere
woorden, wanneer wij in stede van een
meederheidsstelsel een stelsel hadden van
evenredige vertegenwoordiging, dan zou
elk lid eener partij wel degelijk stem
men en meeleven, dan zou het stem-
biljet zijn opvoedende kracht ten volle
kunnen ontwikkelen.
't gezicht tegen zijn borst gedrukt, hem
te kunnen zeggen, zooals zij dat als
kind gedaan had: Ik heb u lief.[En zij
voelde het diep en warm, zoo innerlijk,
zoo heerlijk, als men de groote waar
heden zijns levens erkent, die men steeds
gekend heeft, maar plotseling in een
enkel oogenblik leert begrijpen. Mocht
hij oud of jong, mooi of leelijk, rijk of
arm zijn, hij was voor haar de eenige
mensch op aarde, bij wien zij geluk,
vrede en rust vinden kon.
Zij reis op en schrok. O, wat had
zij gedaan dat was nu voorbij. Zij
behoorde thans aan den ander, den
jonge, zorgelooze, overmoedige, dien zij
zich steeds gewenscht, dien zij gekust
had, en die haar zoo weinig, zoo
verschrikkelijk weinig begreep.
O, wat moest zij doen. Wat zou dat
worden. Henk Dobbelin had haar woord
en de hartstochtelijke, geheime gedachte
aan een ander was zonde, zoolang zijn
ring aan haar vinger stak.
Zij drukte de handen tegen de oogen
en dacht met op elkaar geklemde tanden:
Nu werken, tot ik niet meer kan,
niet meer denken, anders word ik
nog gek.
Zoo kwam zij thuis en werd door hare
moeder en Paul met ongewone vreugde
en hartelijkheid op het station ontvangen
en begroet. Dat deed haar goed, voor
't eerst voelde zij zich in de kleine, met
meubels overladen kamers harer moeder
werkelijk thuis. Bloemen stonden op
HET PROCES-NASI.
Het proces dat dezer dagen wordt be
handeld voor den Italiaanschen Senaat
en waarbij een oud-minister, Nasi, be
schuldigd wordt van geld, dat aan den
Staat behoorde ten eigen bate of te
voordeele van zijne vrienden en kiezers
te hebben aangewend, geeft een eigen
aardig idee van Italiaansche toestanden,
toestanden die ons, Nederlanders, onbe
staanbaar schijnen te zijn.
Het systeem van verdediging van
dezen oud-minister is, dat hij veel geld
heeft besteed voor politieke doeleinden,
die hij niet op de gewone wijze kon
verantwoorden en dus boekte als voor
reizen en geschenken uitgegeven. Alles
ten bate van den Staat. Hij heeft meer
malen den Koning en ook den Keizer
van Duitschland vergezeld en dat
schijnen dure tochten te zijn geweest.
Waarom Het antwoord ligt voor de
hand; het kwam er op aan stemming
te maken. Dat is echter nog niet zoo
ongewoon; in andere landen komt dat
ook voor. Maar andere politieke be
hendigheden, die den minister Nasi geld
hebben gekost, zijn typischItaliaansch.
Hij trachtte, daar hij, zooals hij zegt,
een groot hervormer van het onderwijs
wilde worden, een vakblad aan zijne
zijde te brengen en koos een te Milaan
verschijnend schoolblad, de <Scuola
Secundaria." Door bemiddeling van een
derde slaagde hij er in den uitgever
Brentari te bewegen, om de school
politiek van den minister te verdedigen
voor de som van 20 000 lire.
Hij kon toch niet zeggen, waarvoor
dat geld was uitgegeven. Brentari heeft
bekend, dat hij het geld heeft aan
genomen, en zal zijn reputatie in de
Italiaansche onderwijzerswereld zeker
niet verhoogd zien.
Nog fraaier is het geval van een
congres van onderwijzers te Cremona.
De heeren toonden grooten lust om
over te loopen naar het kamp der
republikeinen en socialisten, waar zij
dan thans ook, zijn aangeland. Nasi
had dat echter willen verhinderen en
daar er bezwaren bestonden alle radi-
tafel. Zij sidderde bij de gedachte, dat
mama zeggen zou:
Oom Willy heeft ze gezonden.
Maar Paul verklaarde met trotsche
zelfvoldoening, dat hij die van den tuin
man had gehaald; en mama had een
koek gebakken. In Kathe's kamer hin
gen nieuwe gordijnen en alles was zoo
zindelijk en huiselijk.
Toen begon men te vertellen. Kathe
moest over alles pratenmama en Paul
waren zoo trotsch op den adellijken
schoonzoon en zwager, die een landgoed
bezat en bij de garde had gediend. Geen
eenvoudig persoon, maar een echte
sportman, die verstand van paarden had.
En natuurlijk de «edelste rassen» op
stal had staan. Dag en nacht droomde
Paul van den beroemden «Cronjé», dien
hij misschien wel eens berijden mocht.
In hun ijver en nieuwsgierige vreugde
bemerkten zij niet dat Kathe al stiller
en stiller werd. Van oom Willy geen
woord. Waarom spraken zij niet van
hem, noemden zij zijn naam niet eens?
Eindelijk kon Kathe het zwijgen niet
langer uithouden en vroeg naar hem.
O, die is op reis, zei de moeder.
Wist je dat niet? Ik dacht dat hij het
je geschreven had?
Neen, wij schrijven elkaar nooit.
Kathe keek in het leege kopje, zij
voelde de tranen in haar oogen op
komen. Zij had den trouwsten vriend
harer kindsheid nog niet eens de ge
wichtigste gebeurtenis van haar leven
cale woordvoerders om te koopen,
zond hij op kosten van den staat een
aantal monarchale onderwijzers naar
Cremona en hij had dit succes, dat de
vergadering besluiten nam, die hij
wenschte.
Het zonderlingst is de geschiedenis
der verovering van Tripoli. Nasi hoopte
het tot eersten minister te brengen en
meende zijn populariteit te kunnen be
vorderen als hij er in slaagde Italië
vasten voet te bezorgen in Tripoli. Hij
wilde dus, om het terrein te verkennen,
een oudheidkundige commissie uitzen
den en vervolgens benoemde hij iemand
die landerijen in Tripoli moest aan-
koopen. Maar de Turksche Regeering
wilde van een geleerde commissie niets
weten en de man, die landerijen zou
aankoopen, nam wel het geld aan maar
kocht geen duimbreed grond. Nasi zette
de vrij hooge som op den post voor
«werken van liefdadigheid.»
Een interessante zaak, omdat zij eenig
licht doet vallen op de regeeringsprac-
tijken, die in het land van Macchiavelli
tegenwoordig nog worden aangewend.
AARTSBISSCHOP EN PROFESSOR.
Eenigen tijd geleden heeft een hoog
leeraar in de Roomsclie theologie aan
de universiteit te Bonn, prof. Sehroers,
vrijzinnige denkbeelden verkondigd, die
aanstoot gaven aan de hoogere geeste
lijkheid. De aartsbisschop van Keulen,
kardinaal Fisscher verbood daarop den
professor voorloopig colleges te houden.
Daarover heeft da aartsbisschop heel
wat moeten hooren, vooral van meer
ontwikkelde Roomschen. Het eind van
het lied is geweesl, dat de minister van
Eerediensl zich er mede moest bemoeien
en dat de aartsbisschop de schorsing
moest intrekken.
Prof. Sehroers heeft zijn colleges weer
hervat en de hartelijke ovaties, die hem
bij die gelegenheid gebracht zijn, waren
overweldigend en de toeloop van belang
stellenden was zoo groot, dat een groot
aant 1 personen niet kon worden toege
laten-
Dat het voor den aartsbisschop een
harde noot is geweest, die men hem te
kraken heeft gegeven, is duidelijk. De
meegedeeld.
Weet je wat ik geloof, Kathe? Wij
zullen spoedig eene nieuwe verloving
beleven, meende Paul, niet moeder?
Nu dat is te zeggen, juffrouw
Fanny deed onlangs verschillende zin
spelingen, die niet verkeerd begrepen
konden worden.
Kathe schrikte op.
Oom Willy toch niet?
Natuurlijk. Wie dan anders Heb
ik 't je niet altijd voorspeld, die kookt
en braadt en bakt voor hem, alles
naar zijn liefste wenschen.
Scheen daar buiten de zon nog?
Waren dat nog moeders heldere
vriendelijke kamers, de gemoedelijke
met bloemen versierde koffietafel?
O, wat zag er nu alles ineens ont
zettend grauw en verlaten en troost
loos uit.
Oom Willy en Fanny Molzer.
Dus werkelijk 1 Een plaatsvervangster
gevonden voor tante Agnes en haar...
Zij had het nooit willen gelooven,
toen haar moeder er vroeger van sprak.
Nu brak de zekerheid, dat hij voor
haar was verloren, op eenmaal boven
haar los als een donderslag.
Kathe schoof haar kopje terug en
ging naar haar kamer onder het voor
wendsel te willen uitpakken.
Zij deed ook werkelijk haar reis
koffer open en nam er de bovenste
stukken uit en toen opeens boog
zij te midden van haar uitgepakte
„Frankfurter Zeitung" had hem gesigna
leerd als iemaDd zonder eenig begrip van
de moderne wetenschap.
De aartsbisschop, die de schorsing
moest intrekken, heeft naar aanleiding
hiervan een rede gehouden, waarin hij
zijne houding trachtte te verdedigen.
Men had hem verweten, dat hij er een
zeker systeem van kleinzielig conserva
tisme op nahield. Het eenige systeem
echter dat hij volgde was dat van een
R. Katholiek zielenherder, die omtrent
zijn doen en laten aan God rekenschap
was verschuldigd.
Zijn theologie, dit wilde hij gaarne
erkennen, wortelde in de dertiende eeuw
het was die van Thomas v. Aquino, aan
wiens werken hij ook thans nog zijn
weinige vrije uren wijdt. Maar hij zou
geen bisschop zijn, die zijn verantwoor
delijkheid als zielenherder gevoelt, indien
hij geen rekening wist te houden met de
verhoudingen en de behoeften van den
nieuwen tijd. Ook kon hij zich ten volle
vereenigen met de tegenwoordige vormen
van het openbare leven. Hij accepteerde
het tegenwoordige konstitutionalisme,
al vond hij dit dan ook geen ideaal. Voor
het sociale vraagstuk en voor de arbei
dende klassen had hij een open oog, al
wilde hij dan ook den godsdienst zijn
rechtmatigen invloed doen behouden.
De „Frankfurter Zeitung" tegen wie
de aanval van den aartsbisschop bedoeld
was, bleef het antwoord niet schuldig
en schreef:
„Het is ons welbekend en ook in het
hier bedoelde artikel uitdrukkelijk ver
meld, dat kardinaal Fischer er van houdt,
in zijne redevoeringen zijne vaderlands
liefde en zijne meening voor den „heer
lijken Keizer" in het schelste licht te
plaatsen; maar wij stellen meer belang
in zijne daden dan in zijne woorden, en
men behoeft slechts aan het jongste, nu
ingetrokken edikt van den kardinaal
tegen prof. Schrörs, lid van de theolo
gische faculteit van een Pruisische
slaatshoogeschool, te denken, om de
onderdanige houding van dezen kerke-
lijken waardigheidsbekleeder tegenover
den staat op hare juiste waarde te
schatten. Met groote beslistheid heeft de
kardinaal ontkend dat hij als godge
leerde achterlijk, in maatschappelijke
vraagstukken eenzijdig en dat hij een
eigendommen op haar knieën met de
armen op den kofferrand en het hoofd
daarop gelegd. Zij trok de handen
naar beneden en drukte ze stijf op het
hart. Dat deed zoo pijn, zoo vreeselijk
pijn, als wilde het uit elkaar springen.
Haar voorhoofd lag zwaar op den
harden smallen kofferrand; zij voelde
het niet.
Maar Kathe, wat zie je er uit?
zei haar moeder blijkbaar verschrikt,
toen zij een half uur later de kamer
binnentrad, en broer Paul lachte:
Als een martelares. Je bent zeker
bij het uitpakken ingeslapen
Grauwe, moede, hopelooze dagen,
die nu volgden.
Met zwaarder hart heeft nog wel
nooit een jonge onderwijzeres haar zoo
zeer verlangde eerste betrekking aan
vaard.
Dat, waarop zij zich zoo onbeschrij
felijk verheugde, waaraan zij op den
langen vermoeienden weg In de harde
leerjaren zoo duizendmaal met lust en
liefde gedacht, wat zij zich met vroo-
lijken eerlijken ijver en voortdurend
hopen had uitgeschilderd, scheen haar
nu zij aan 't doel was, als een neer
drukkende last, als een ongehoorde,
nauwelijks te overwinnen opdracht.
Waartoe, waartoe dat alles?
Wordt vervolgd