Nieuws- en Advertentieblad voor Amersfoort en Omstreken.
No. 61
ZATERDAG 11 APRIL 1908.
5e JAARGANG.
Uitgave van de Naaml. Feneootsehap „DE EEMLANDEB".
Vepsehijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
)E LIBERALE PARTIJ.
FEUILLETON.
De Familie Von Kröchert.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
STATEN-GENERAAL.
Hoofdredacteur R- Cf. RIJK ENS.
Abonnementsprijs
Per jaarf 4.—
Franco per post5.60
Per 3 maanden- 1.
Franco per post- 1-40
Afzonderlijke nummers- 0.05
Bureau: BREEDESTRAA.T 20.
Telefoon Interc. 62.
Prijs der Advertöntiên:
Van 1 tot 5 regels
Voor iederen regel meer
Buiten het Kanton Amersfoort per regel
(By abonnement belangrijke korting.)
f 0.40
- 0.08
- 0.10
Tot de plaatsing van advertentièn en reclames van buiten het Kanton Amersfoort in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Nederlandsch Advertentiekantoor PEEREBOOM en ALTA te Haarlem.
(Slot.)
Het zou de grenzen van een gewoon
irtikel overschrijden, als we hier uit-
oerig wilden bespreken, wat in de
aatste halve eeuw door de liberale
lartij op verschillend gebied is tot stand
ebrachl.
Maar wij vestigen er toch de aandacht
Dp, dat in 1S48 een geheel nieuw ge
bouw moest worden opgetrokken.
Het kiesrecht moest geregeld, de pro
vinciale- en gemeentewet ontworpen, een
nieuw onderwijsstelsel ingevoerd worden.
De handel eischte betere verkeerswegen,
de scheepvaart vroeg opruiming van wal
haar belemmerde. Indië, door 't cultuur
stelsel uitgebuit, stak smeekend de hand
uit Lnaar het moederland. En wie nu
eerlijk wil zijn en niet door partijzucht
is verblind, zal moeten erkennen, dat de
liberale partij een open oog heeft gehad
voor de meest verschillende belangen;
dat zij getrouw is gebleven aan hare
roeping.
Of ze niet meer had kunnen doen?
Men ziet vaak voorbij het* verschil
tusschen partij en beginsel. Het beginsel
kan goed, heerlijk zijn, terwijl de partij
zelve fouten begaat.
Zoodra het toch aankomt op de ver
wezenlijking van wat het beginsel eischt,
stuit men op bezwaren van allerlei aard,
Eensdeels liggen ze in de personen, de
dragers van het beginsel, anderdeels
aan hen, die vierkant er tegenover staan.
En nu is het duidelijk, dat bepaalde
beginselen niet in alle leden eener partij
even krachtig spreken. Wat den een
zwak lijkt, baart den ander volstrekt geen
zorg. Zoo komt het, dat in de partij
niet altijd eenstemmigheid heerschte, zoo
hoog noodig voor het afdoen van zaken.
Maar nog eens, dat schaadt het beginsel
niet.
En wat den tegenstand der andere
partijen betreftwe hebben het reeds
Naar het Duitsch,
VAN
HENRIETTE VON MEERHEIMB.
8)
Door de nieuwsgierige blikken der
andere gasten gevolgd liepen zij lang
zaam een zich naar boven slingerend
pad op langs een wei die vol bloemen
stondroode klaver, blauwe klokjes,
witte en gele margarieten bloeiden
daar in zoo grooten getale dat het
was alsof de lente er in een over
moedige bui haar mantel had uitgeschud.
Er klommen een paar geiten tegen
de hellingen op. Sitta en haar cavalier
stegen steeds hooger. Eindelijk bleven
zij staan naast een diep uitgeholden
gletschersteen.
Een steen heeft bruisend glet-
scherwater en eenige duizenden jaren
noodig om een anderen steen uit te
hollen.» Prins Albrecht stak zijn stok
ln den uitgeholden, gladden rotssteen.
«Bij ons menschen gaat het sneller.
Er is maar een korte spanne tijds
voor noodig om elkaar In den ge-
wenschten vorm te pressen. Een paar
meer aangetoond, waarin deze zich heeft
geopenbaard. Deze tegenstand kwam te
voorschijn by de stemmingen over de
rentebelasting in 1852, bij die over de
afschaffing van den broodaccijns in 1855,
bij die over de afschaffing van accijns op
turf en steenkool in 1863, bij die over
de afschaffing der plaatselijke accijnsen
in 1865. Hij kwam aan het licht in 1872
bij het ontwerp inkomstenbelasting van
Van Bosse, in 1881 bij de rentebelasting
van Vissering, en in 1871 bij de wet, die
vrijheid gaf tot het vormen van arbeiders
verenigingen, enz. enz.
De halve eeuw, die achter ons ligt,
getuigt van de daden der liberale partij.
Zij wijzen het Nederlandsche Volk den
weg, dien die partij ook verder zal be
wandelen.
Wars is ze van godsdiensthaat, en
godsdiensttwist, die, vooral een paar jaren
geleden, hoe langer hoe meer het volk
dreigden te verscheuren.
Vrijheid wil ze voor elk geloof, voor
elke richlingeerbied eischt ze voor iedere
overtuiging. En krachtig zal ze zich
blijven verzetten, waar die overtuiging en
die vrijheid worden aangerand.
Wars is ze ook van klassenhaat, ge
kant tegen alles wat eigenmachtig de
maatschappelijke orde dreigt te versloren.
Hoog houdt zij het beginsel, dat de
vrije ontwikkeling wil van alle krachten
en bescherming eischt van al wat zwak is.
Neen, de liberale partij heeft hare
idealen niet verloren.
AMERIKA.
500 Werklooze arbeiders te Chicago,
die onder den blootcn hemel overnacht
hadden, zijn naar het stadhuis getrok
ken en verklaarden zoo lang te zullen
blijven tot ze óf brood óf werk kregen
óf verhongerden. Aangezien de politie
verwittigd werd, dat er nog 2000 ar-
jaar aan het hof te Glückstadt zijn
daartoe al voldoende.»
Sitta keek hem ernstig in zijn som
ber gezicht. «Mijnheer von Kröchert
gelooft dat uwe Hoogheid er zich
mettertijd wel in zal leeren schikken-»
Zoo gelooft hij dat Ik merk
voorloopig alleen maar dat dit leven
al mijne plannen, verwachtingen en
idealen verstoort.»
Maar elke overwinning heeft
hare nuttige zijde, want het karakter
wordt erdoor gestaald.»
Mijn karakter wordt bedorven
door die eeuwigdurende keten waaraan
ik ruk en trek. Als ik u niet had
Sitta
Zij deinsde onwillekeurig wat ach
teruit en kwam daardoor heel dicht
bij het zwakke hek dat het smalle
pad afsloot.
De prins vatte haar snel bij haar
hand en trok haar dichter naar zich
toe. «U staat hier aan den rand van
een afgrond vergeet dat niet.
Dat weet ik.»
Hare stem klonk erg dof. Hare hand
gleed weg uit de zijne.
Sitta 1» Hij keek haar aan zij
las den hartstocht in zijn blik.
Zeg niets, Hoogheid zei zij
haperend. «Er zijn dingen die men
niet onder woorden brengen mag.
Laat het onuitgesproken tnsschen ons
blijven alleen in dat geval behoef
beiders in aantocht waren, vreesde zij
voor opstootjes en dreef de menigte
met knuppels uileen. Eenige personen
die tegen gehouden werden door de
monstranten uit de andere richting,
kregen verwondingen. De werkloozen
boden geen tegenstand, maar gaven
herhaaldelijk te kennen vast en zeker
op straat te zullen sterven als zij geen
hulp kregen. Het stadsbestuur gaf per
slot van rekening toe en liet levens
middelen onder de werkloozen ver-
deelen, vooral omdat men niet gelooft,
dal zij op den duur passief blijven, en
voor een aanval op het raadhuis en de
industrieele voorstad Hammond ge
vreesd wordt.
SPANJE.
Het verhoor der getuigen in het
proces-Ruil c.s. te Barcelona is ten einde
gebracht.
Eenige der beklaagden tegen wie niets
van belang knn worden aangevoerd,
werden in vrijheid gesteld. Maar tegen
Ruil waren alle getuigenissen zeer be
zwarend.
Een geestelijke bij wien Ruil gebiecht
had, weigerde te getuigen, omdat hij het
biechtgeheim niet wilde schenden en
omdat hij volgens zijn verklaring geen
aanleiding wilde geren tot het uitspreken
van een doodvonnis.
Ten slotte nam de procureur-generaal
het woord voor zijn requisitoir. Hij be
toogde, dat Ruil niet eigenhandig de
bommen neerlei, maar dit door anderen,
die hij tot zijn werktuigen maakte, liet
doen.
De bommen, die Ruil liet neerleggen,
vormden een soort van inkomen voor
hem. Ruil moet dus als de verant
woordelijke persoon worden beschouwd.
PORTUGAL.
Volgens de mededeelingen van den
Lissabonschen berichtgever van den
Matin, waren de jongste ongereld-
heden te Lissabon, evenals die van Juni
1907, uitsluitend te wijten aan het vol
slagen gemis aan koelbloedigheid bij de
stedelijke garde.
Dit corps schijnt geen begrip te
hebben van zijn plicht en paart zoo
dikwijls het daartoe gelegenheid vindt,
aan de grootste ruwheid de ergste laf
hartigheid.
Op den avond, dat de ongeregeld-
ik Glückstadt niet te verlaten.»
Tot dien prijs zal ik zwijgen. Ge
hebt gelijk, als men spreekt gaan de
deuren der ziel toe. En ik behoef je
ook niet te vertellen wat ik voel, dat
weet ge immers al. Zult ge me niet
verlaten
Ik zal blijven. Maar ik mag
daardoor een gegeven belofte niet
verbreken.
Aan wie hebt ge die gedaan
Aan mezelf.»
Dat is een stevige band. Wil
len we nu wat gaan zitten
Hij wees naar een grooten steen en
ging zelf aan hare voeten in het gras
liggen.
Goed ik eerbiedig die belofte,»
vervolgde hij, «maar ik wilde u zelf
ook om een belofte vragen.»
En die is.»
Dat u me steeds zonder com
plimenten uwe oprechte meening zult
zeggen. Weet u dat is de kwaal
waaraan ik altijd geleden heb die
twijfel die mij voortdurend kweltpres
teert ge werkelijk iets of maakt men
het u maar wijs omdat ik kroonprins
ben
Maar U we Hoogheid heeft toch aan
een hoogeschool gestudeerd en zich
aan hetzelfde oordeel onderworpen als
al de anderen I
Och, dat wordt niet zoo nauw
genomen 1 Waarschijnlijk koos men bij
heden plaats hadden, klommen vier
dezer helden in de venst irs van de
kerk San Domingo en begonnen maar
op goed geluk te schieten op de me
nigte en zelfs op de jagers, die voor
de hoofdwacht op wacht stonden. Van
dezen werd er drie gekwetst, een hunner
is reeds overleden.
Het gebeurde is te betreurenswaardi
ger, wijl er geen enkele reden voor zulk
een kras optreden was. De kiesvergade-
ringen wareh zoo kalm mogelijk afge-
loopen. De regiering had met het oog
op den toestand zeer liberale bevelen
uitgevaardigd en monarchisten noch
republikeinen hadden aanleiding gegeven
tot zulk een brute manier van doen.
Het gebeurde heeft dan ook bij de
bewoners van Lissabon grooten wrokf
gewekt tegen het corps, dat hen op zoo
eigenaardige manier beschermt, en de
kazerne, waar de garde geconsigneerd is,
heeft telkens aanvallen van de bevolking
te verduren, terwijl een enkele gardist,
die om de een of andere reden zich op
straat vertoont, door de bevolking wordt
mishandeld.
Thans blijkt, dat het aantal personen,
die bij de ongeregeldheden te Lissabon
op Zondag j.l. het leven verloren, 11
bedraagt. De toestand van het meeren-
deel der èewonden is zeer bedenkelijk.
FRANKRIJK.
De geheele wet op de overdracht
der kerkelijke goederen is aangenomen
met de door den Senaat daarin ge
brachte wijzigingen met 364 stemmen
tegen 129; de geheele wet op de
amnestie in den door den Senaat vast-
gestelden tekst met algemeene stem
men. Daarna nam de Kamer het
wetsontwerp op de posttarieven voor
dagbladen aan.
Op den Boulevard de la Vilette te
Parijs nam de politie drie bekende
anarchisten Roussel, Kühne en Roux
gevangen. De mannen vervoerden op
een handkar een aantal voorwerpen,
onder welke dy namietpatronen en andere
ontplofbare stoffen waren verborgen.
De gearresteerden beweerden, dat hun
door een kameraad de opdracht was
gegeven de kar naar een bepaalde plaats
te brengen. De politie vermoedt, dat
het hier voorbereidende maatregelen
gold voor den isten Mei.
een examen voor mij onderwerpen uit,
die ik goed kende. Als ik schrijf,
schilder of componeer ik knoei, zoo'n
beetje in alle mogelijke kunsten
wordt dat gedrukt, bekeken en ten
gehoore gebracht. Gebeurt dat omdat
het eenig waarde heeft of alleen omdat
ik het gemaakt heb Weet u, die
twijfel bederft mij al mijn vreugde,»
Ik zal steeds mijne oprecht ge
voelde meening zeggen, Hoogheid en
mijnheer von 'Kröchert ook.»
Kröchert is te weinig op de hoogte
van dergelijke dingen. Zijn oordeel is
mij op dat punt niet belangrijk genoeg.»
Er klonk een zekere ergenis uit zijne
stem. «Ik zal toch nooit iets werkelijk-
groots kunnen presteeren. Al mijne
pogingen worden bedorven. Ik wilde
in Glückstadt zoo graag een theater
hebben dat volgens edele en werkelijke
kunstlievende principes geleid zou wor
den en wat is er uit gegroeid Er
worden eiken avond baletten, flauwe
kluchten en sentimenteele draken op
gevoerd door acteurs en actrices die
mijne moeder laat aanstellen als hun
levenswandel rein is, maar niet omdat
zij talent hebben. En zoo gaat het steeds
en met alles het leven is er een tred
molen.»
Uwe Hoogheid zal eens leeren
om zich boven alles te verhffeen en dan
is uw lijden voorbij.»
Hij schudde zijn hoofd. «Ik ken
TWEEDE KAMER.
De zitting van gisteren is weer geheel
aan de Visscherijwet gewijd geweest.
Er bestaat, dus zegt de overzicht
schrijver in het Vad., een jarenoude
strijd tusschen de visschers onderling,
de visschers vari Schellinkhout, de vis
schers van Volendam en de andere
inwoners van Urk, Tersluis, Zuid-Schar
dam, Warder, Kuinre, Blankenham, El-
burg enz., de strijd over den wonderkuil.
Sedert eenigen tijd bemoeit de weten
schap zich met dit vraagstuk en, helaas,
zij is verdeeld. In het eene kamp staat
dr. Hoek, in het andere kamp staat
dr. Redekede eerste houdt het met
de Urkers en de Overijselaars, de ander
geeft den Volendammers steun.
De strijd is thans de Kamer binnen-
geloosd en moet bij de wet worden'"
beslecht. Ziehier waarom het gaat. De
wonderkuil is een groot staand net met
naar onder hol staanden zoom, dal tus
schen twee schepen gespannen, als het
\are over den bodem der zee sliert en
zoo al wat het ontmoet opneemt, kleine
en groote visschen, tot zelfs de kuit toe.
De Zuiderzee wordt er door uitgemoord,
beweren de Kuinrenaren en Zwailsluizers
met dr. Hoek en den heer Duymaer
van iTwistgeenszins, antwoorden
de Volendammers met dr. Redeke en
den heer Ferf, nooit werd iets dergelijks
bewezen. Drie uur lang is de heer
Duymaer van Twist bezig geweest de
nadeelen van den kuil op te sommen.
Dr. Hoek weet er allfs van, decreteerde
hij en indien dr. Redeke maar met
visschers ware omgegaan, zou hij wel
anders spreken, concludeerde hij.
Alles goed en wel, maar één van
tweeën. Of de wetenschap wordt er in
gemengd en heeft haar licht niet bij de
partijen op Ie steken, of zij blijve er
buiten. Dat de Overijsselaars den wonder
kuil haten is geen nieuws.
De heer Ferf draaide de zaken om.
Voor zoover hij de rede van den.Steen-
wijkschen afgevaardigde gehoord had,
beantwoordde hij die door het tegendeel
vol te houden. Haring en spiering zul
len in 1908 weer rijkelijk in de Zuiderzee
zijn te vinden, voorspelde hij. De con-
mezelf wel beter. Ik kan zoo niet leven.
Ik zal mijne ketenen nog eenmaal ver
breken. Dat weet ik.»
Hij trok haar overeind.
Kijk eens naar dat rose licht daar
boven die sneeuw. Dat is het avond
rood. Ik kan al naar de zon kijken
zonder met mijne oogen te knippen...
Maar ik kan me ook een toekomst
voorstellen waarin de kroon van Glück
stadt mijn onwaardig hoofd niet zal
sieren. Óver den smaak valt niet te
twisten. Ik houd er van om hier boven
met u op deze rotspunt te staan,
maar een plaats op een kunstmatig op
gehouden troontje bevalt me niet
Waarom kijkt ge me zoo ontsteld aan,
kleine heilige. Blijf maar bij me als
mijn beschermengel, dan zal ik geen
overhaaste dingen doen
Het begint frisch te worden
we moeten gaan,» zei Sitta onrustig.
Ja, laat ons gaan. Wij kunnen
dit plekje geen van beiden ooit ver
geten
Neen nooit.»
Het zal steeds in onze herinnering
blij ven niet om dat wat we gezegd
hebben, maar om hetgeen wij niet zei
den.... is het niet zoo, Sitta
Ja.»
Toen zij aan het hotel kwamen stond
het rijtuig al voor den stoep.
Wordt vervolgd.)