DAGBLAD voor AMERSFOORT en OMSTREKEN DR. XAVIER. No. 25. ZATERDAG 30 JANUARI 1909. 6e JAARGANG Uitgave van de Naaml. Yenoootsehap „DB BEMLANDBR". Veesehijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. De Doodstraf. FEUILLETON. BUITENLAND. BINNENLAND. Tot plaatsing van advortentiiin en reclames ran buiten liet kauton Amersfoort in dit blad is „nitsluitend" gerechtigd bet Algemeen Binnen- cn Bnitenlandscb Advertentiebureau D. V. AI.TA, AVarmoesstraat 7f>—78 te Amsterdam. Hoofdredacteur R. G. RIJKENS. Abonnementsprijs Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad f 4. Franco per post id. - 5.60 Per 3 maanden id. - 1. Franco per post id. - 1.40 Afzonderlijke nummers- 0.05 Bureau: BREEDESTRAA.T 18. Telefoon Intero. 62. Prijs der AcTvertöntién: Van 1 tot 5 regelsf 0.40 Voor iederen regel meer- 0.08 Buiten het Kanton Amersfoort per regel - 0.10 (By abonnement belangrijke korting.) Nu in Frankrijk de guillotine baar bloedige werking heeft hervat, nu men in de Fransche bladen de meest stui tende en weerzinwekkende verhalen kan lezen over de terechtstellingen en over de beestachtigheid van het daarbij tegenwoordige publiek, vraagt men zich onwillekeurig weer af„welk nut verwachten toch de voorstanders van die straf van zulk executies. Meent men het aantal misdrijven er door te verminderen Maar dan kun nen wij dezulken aanraden eens het werk te lezen van een zekeren heer Yoermès, chef van den statitischen dienst aan het departement van justi- stie te Parijs die een onderzoek heeft ingesteld naar den invloed van de toe passing van de doodstraf in de ver schillende landen van Europa. Dan zullen zij het volgende vernemen In Duitschiand is het aantal dood vonnissen voortdurend dalende in de laatste jaren. Tegen 64 gemiddeld per jaar in 18S2—91, bedroeg het gemid deld [51 van [18921899 en 38 van 1900 05. Toch is het aantal vonnis sen ter zake van doodslag en van moord weinig veranderd in dit tijdvak. De vonnissen wegens doodslag bedroe gen in de genoemde periode resp. gemiddeld 147, 168 en 175 per jaar, die wegens moord resp. 127, 109 en 91 of tezamen 274, 277 en 266. Houdt men rekening met de toeneming der bevolking dan is dus het aantal kapi tale misdrijven, [ondanks het minder veelvuldig uitspreken van de doodstraf, gedaald. In Oostenrijk is eveneens het aan tal doodvonnissen dalend van 107 in 1874—80 of in 81 in 1881—90 en 74 in 18911900. Tezelfdertijd is het aantal wegens „homicide volontaire" veroordeelden gedaald. Het bedroeg gemiddeld per jaar in 187480 191, 1881- -85 163, 1886—90 136, 1891 Naar het Engelsch van MAX PEMBERTON. 5) Hare oogen waren donker en ston den diep en hare manieren waren levendig en bijna jongemeisjesachtig. Dj. Xavier kuste haar teeder en bracht haar naar Esther. „Mijne zuster Julia", zeide hij ,dit is Juffrouw Venn, juffrouw Esther Venn. Ge moet elkaar snel leeren kennen want ge zult vele uren met elkaar doorbrengen." Julia nam Esther's handen in de hare en verwelkomde haar heel har telijk. „U komt mijn broer helpen u kunt er u geen idee van maken hoe veel genoegen mij dat doet. Esther Venn, Esther Venn, wat 'n mooie naam! Maar ge zijt moe. Kom mee naar boven dan kunnen we vast kennis maken. Ik ben er zeker van dat ge erg naar uw lunch verlangt I" „U maakt u ongerust over mijne vensters," zei de dokter luchtig. „Och, weet u, wij houden van een Oostersch licht juffrouw Venn en maken dat 95 133, 1896—1900 116 en 1901—04 105. De verhouding der doodvon nissen is hier een veel hoogere dan 'n Duitschiand. In België is sedert 1S63 de dood straf, boewei niet afgeschaft, nooit meer toegepast. Het aantal der ver oordeelden wegens „assasinat, meurtre, parricide" en vergiftiging is er stijgende van te zamen gemiddeld 21 in 1861 65 op 30 in 1866-70, 33 in 1871-75 41 in 1S76-80, 51 in 1881—85, 61 in 1886—90, 75 in 1891—95, waarna een daling intrad op 52 in 1896—1900 en 41 in 1901—03. De feitelijke af schaffing van de doodstraf heeft hier dus niet doorloop md ongunstig op de criminaliteit gewerkt. In Engeland, waar de doodstraf wel nog wordt toegepast, daalt het cijfer der wegens moord en doodslag veroordeelde individuen geleidelijk. Het bedroeg ge middeld per jaar in 1861—65 159, 1866-70 142,1S71—75 154, 1876—80 154, 1881—85 153, 1886-90 133, 1891—95 137, in 1905'117, een daling die nog sterker zoude spreken indien ook hier met de bevolking werd re kening gehouden. Opmerkelijk is de sterke daling in de cijfers der veroordeelingen wegens moord en doodslag in Italië waar de doodstraf, sedert 1876 niet meer toe gepast, in het nieuwe strafwetboek is afgeschaft. Per 100,000 der bevolking bedroeg het aantal dezer veroordee lingen in 1880—86 9,68, 18S789 8.75, 1890-92 6.93, 1693—95 7.65, 1896—98 6.65, 1S99—01 5.96 en in 1902—03 5.37. Ook in Portugal waar sedert 1867 do doodstraf is opgeheven wordt een daling in het cijfer der capitale mis drijven geconstateerd, die echter ook in Spanje, waar de doodstraf nog be staat en toegepast wordt, valt waar te nemen. De absolute cijfers van ca pitale misdaden waren hier gemiddeld 11113 in 1883-85,939 in 1886—90. dus. Het is niet aangenaam om buren te hebben die de dagen tellen om te zien wanneer onze gordijnen in de wasch gaan! Kijk eens, u hebt het zonlicht zeker nog nooit zoo zacht zien schijnen is dat niet mooi?" Esther merkte nu dat het huis in den Italiaanschen stijl was opgetrok ken een vierhoek om een vrijen ruimen tuin. Er waren twee groote vensters in de vestibule, maar zij had nog nooit zulke vensters gezien of er van gehoord. De lichtstralen kwamen door heel zacht rose getint glas naar binnen en stroomden dan door groene kristallen 'bladen die zoo waren aan gebracht dat er een licht ontstond zoo zacht en aangenaam voor het oog als men zich maar kon denken. En alles was verder even fantastisch en verbazingwekkend. Er stonden overal bloemen; de zeldzaamste orchideeën, de mooiste bloemen en knoppen met zooveel smaak bijeen gezocht en op zoo'n artistieke wyze gerangschikt, dat er een harmonisch geheel was ontstaan. Esther zei tot zichzelf dat zij het land der wonderen had betre den. Een fontein, die zjjn stralen hoog opwierp, vervulde de lucht met een weiriekenden geur. Haar vermoeidheid en haar honger verdwenen al bij de deur. Zelfs de stilte had iets betooverends. Londen scheen zoo ver weg. Toen de dokter begon te spreken, schrikte zjj 739 in 1891-93 en 978 in 1895—99. Uit de door den heer Yvernnès ver zamelde cijfers valt de conclusie te trekken, dat de cijfers der capitale misdrijven niet worden beheerscht door het al of niet handhaven van de doodstraf, en dat deze dus niet de sterk preventieve werking heeft, welke de voorstanders er zoo gaarne aan toekennen. De daling welke in het cijfer der capitale misdrijven gelukkig over het algemeen valt waar te nemen, geldt zoowel de landen waar de doodstraf nog gehandhaafd bleef, als die waar zij werd afgeschaft. DE BALKAN-CRISIS. In de nota, die Bulgarije aan de mo gendheden heeft gezonden om de mobi lisatie en troepenbewegingen van de laatste dagen te verklaren, zegt de Bul- gaarsche regeering, volgens de Times, dat zij had gehoord van zekere voorstel len tot verbetering van de Bulgaarsch- Turksche grens, die eenige ambassades te Konstantinopel aan do Porte hadden gedaand. w. z. dat Bulgarije een stuk grondgebied moest afstaan. Die voorstellen en verschillende bewegin gen van Turksche troepen gaven aan leiding om te denken, dat Turkije aanstalten maakte om dat grondgebied te bezetten, hetgeen slechts een oor log ten gevolge kon hebben. Dei halve heeft de Bulgaarsche regeering voor zorgsmaatregelen genomen ter voor koming van de mogelijkheid van een ernstige breuk, waardoor haar hoop op de instelling van hartelijke betrek kingen met het naburige rijk zou vervliegen. Bovendien moest de Bul gaarsche regeering rekening houden met het diep gewortelde wantrouwen, dat er onder de Bulgaren tegen de Turken bestaat. GROOT BRITANNIË. Lloyd George, de Engelsche Minis ter van Financiën, verklaarde tegen over een arbeidersdeputatie, die kwam vragen om uit de wet op de ouder van de klank van zijne stem. Julia wilde van geen tegenspraak hooren en ging Esther voor, naar boven, naar een aardig ingerichte slaapkamer, van waar de tuin vol rozen en de in het zonlicht di'oomerig plassende fontein duidelijker te zien waren. Geen spoor van andere huizen. Esther had in een oud Fransch kasteel kunnen zyn, honderd mijlen van alle mogelijke steden en menschen ver wijderd I „Mijn broer houdt zooveel van mooie dingen",' zei Julia, terwijl ze haar hielp om haar hoed at te zetten en water voor haar inschonk in een kom van heel fijn Fransch porcelein. „Hij [moet ze overal bij zich hebben, waar hjj ook is. Dezen tuin heeft hij zelf aangelegd. In Frankrijk en Spanje zal hij u nog wel andere laten zien. Alles in dit huis is er omdat het mooi is. Hij wjjdt zijn fortuin aan de studie. Ik zal u straks eenige van zyn schatten laten zien. Maar nu zijt ge moe, en daar luidt trouwens ook de etensbel. Yan uit de vestibule drongen ge dempte, muzikale klanken tot hen doorhet waren diepe, welluidende klanken, evenals het klokkespel uit een Italiaansch Campanille. Esther had niet veel te doenze knapte zich zelve een beetje op en zei dat e klaar was. Zij voelde dat ze zich domsverzekering de bepaling te schrap pen, dat lieden die ondersteuning van een armbestuur hebben genoten, geen recht op uitkeering hebben dat deze wet buiten de administratie reeds 74 millioen pond sterling heeft gekost, en dat de inwilliging van hun verzoek nog 3 4 millioen meer zou kosten. Er bleef dus niets anders over, dan de plaatselijke autoriteiten te verzoeken in de kosten te deelen. Op het oogenblik genoten 600.000 per sonen een uitkeering, terwijl er op 500.000 gerekend was. De Minister zou doen wat in zijn vermogen was. TURKIJE. Een Reuter-telegram bevat het be richt over een opstootje in de mili taire academie te Constantinopel. Uit nadere bijzonderheden door de bladen over dit incident medegedeeld, blijkt, dat reeds langen tijd een geest van verzet onder de leerlingen heerschte. Toen eenigen hunner daaraan niet wilden meedoen, kwam het tot een bloedige vechtpartij. Een deputatie uit de leerlingen be gaf zich naar den Minister van Oor log om dezen te verzoeken den direc teur dor Academie te ontslaan. De Minister liet deze deputatie gevangen nemen. De zaak zal voor een krijgsraad gebracht worden. Intusschen is het gebouw der Academie door troepen bezet. PERZIË. De revolutionairen te Tabris, die naar men weet de stad vrijwel in hun macht hebben, verliezen hun geduld. Sata Chan, hun leider, heeft namens zijn partij een ultimatum gezonden aan den Sjah, dat wanneer de grondwet niet terstond weder wordt ingevoerd, de nationalisten de provincie Azerbeidsjan tot een onaf hankelijke republiek met Tabris als hoofdstad zullen uitroepen. Uit het Zuiden van Perzië komen bovendien berichten over ernstige on lusten. In Boesjir hebben opstande lingen den gouverneur gewond enzyn twee zoons gedood. Te Sjiras heeft de menigte een filiaal der regeerings- bank geplunderd en ook in Laristan is een sterke beweging tegen de re geering uitgebroken, eigenlijk schamen moest over haar sjofele zwarte japon, maar de vrien delijkheid van deze menschen, hun een voud en vriendschappelijkheid vei'dre- ven elke gedachte in die richting en dus ging ze naar beneden met een zeker heid, die haar zelf verbaasde. Zij ont dekte, dat het tweede ontbyt al op gedragen was in de eetkamer. De hoofdtint van deze kamer was wit, terwyl de stoelen, gordijnen en het kleed van rijk karmozijnrood waren. Evenals in de vestibule waren ook bier tooverachtige lichteffecten ver kregen door de fantastische venster ruiten. Er hingen eenige schetsen aan de muren en boven elke schets hing een lamp, opdat de fijnheid er van niet verloren zou gaan. Hot glaswerk was Venetiaansch en zoo groen als het blad van een tulp. Ester merkte op, hoe het zilver glom en hoe zeld zaam mooi bewerkt de beker was, die voor het bord van den dokter stond. De geheelo kamer maakte op haar den indruk van bijzonder weel derig ingericht te zyn, maar die luxe was nergens ordinair of opdringerig. Er werd aan tafel over doodgewone dingen gesproken. Dr. Xavier at wej. nig en dronk nog minder. Maar hy had een schat van anecdotes, die on. uitputtelijk washy sprak nu eens over Europa en dan weer over Ame. rika. Zy maakte er uit op, dat hy NederlandenVenezue l.'a. Naar wy vernemen, zijn de onderhan delingen tusschen de Nederlandsche Regeering en den Yenezolaauschen ge volmachtigde in het begin van deze week geopend met een schrijven van Minister De Marees van Swinderen aan den heer Paul. De Nederlandsche Regeering heeft daarin o.ra. de vol gende eischen gesteld a. Sluiting van een consulaire con ventie, waaibjj Venezuela zich ver plicht consuls aan te stellen op alle eilanden van de kolonie Curayao; b. Vrijheid van scheepvaart op de havens van Venezuela voor alle Neder landsche schepen. c. Afschaffing van de 30 pCt. ad- ditionneele rechten, welke door Vene zuela worden geheven van alle goede ren, welke van de Antillen afkomstig of aldaar overgeladen zijn. d. Vrye vischvangst voor Neder landsche visschers bij de aan Vene zuela toebehoorende Roques-en-Aves- eilaudeu. Arbeidscontract. In ver band met de inwerkingtreding, op 1 Febr. a.s., van het Arbeidscontract, wordt ter kennis van belanghebben gebracht, dat aan de kantoren der posterijen inlichtingen kunnen worden verkregen omtrent den inleg van het zoogenaamde staangeld, bedoeld by art. 1638 S. van het Arbeidscontract, dat de Rijkspostspaarbank aanwijst als de instelling, bij welke het niet uitbetaalde loon-bedrag moet worden ingelegd, en omtrent hetgeen aan dien inleg, alsmede aan de terugbetaling daarvan voor werkgevers en arbeiders verbonden is. De Algemeens Maatregel van Be stuur, strekkende tot uitvoering van voornoemd wetsartikel verzekert dat na beëindiging der dienstbetrekking, niet over het pand van den arbeider beschikt kan worden dan na gerech telijk vonnis of met zijn schriftelijke toestemming. Op gelijke wijze kan ook de arbeider over het ten zijnen name ingelegde beschikken. Nationale Tentoonstel lingvoor Huisvlijt. De alge meens commissie van de Nationale verschillende landen bereid had en dat zyn verblijf in Engeland slechts toe vallig was, en dat hjj het zelfs tot op zekere hoogte betreurde. Hy sprak over de mogelijkheid van niet lang meer in Londen te blijven en wendde zich tot haar met de vraag, of zy gaarne naar Spanje zou gaan. „Het is mijn land", zei hij, ofschoon ik op het oogenblik een banneling ben. Ik heb mijn Engelsch geleerd in Ame rika, aan de universiteit van Harvard, waar ik mijne opvoeding heb genoten. Ik zeg opvoeding, maar niemand wordt opgevoed aan een universiteit. De op voeding der menschen is de taak [der natuur, zy onderwijst hun eiken dag van hun leven. Ik heb u verzocht hier te komen wonen, juffrouw Yenn, om mij te helpen by die opgelegde studie wij zullen samen een universi teit stichten. Mijne zuster zorgt er voor, dat wij te eten krijgen". „Dat is de eenigste verdienste, die gij my toestaat," zei Julia vroolyk. „Als ik mijn broer boos wil maken, dan vraag ik hem wat hij wil eten. Och wat hebben wij, vrouwen, al niet geleden door de maaltijden der mannen, ik benijd Frans zyn boeken". (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1909 | | pagina 1