DAGBLAD voor AMERSFOORT en OMSTREKEN.
No. 85
DINSDAG 13 APRIL 1909.
6e JAARGANG.
Ditgave van da Naaml. Vanoootsehap „DE EEMLANOER".
Vepsehijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Hoe is het Staatspensioen
elders geregeld
FEU1LLETOJN.
DR. XAYIER.
s
SEMLANDEH
Hoofdredacteur R. G. RIJKENS.
Abonnementsprijs
Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad
Franco per post id.
Per 3 maanden id.
Franco per post id.
Afzonderlijke nummers
f 4.—
5.60
- 1.—
- 1.40
- 0.05
Bureau: BREEDESTRAAT 18.
Telefoon Interc. 62.
Prijs der Advertentlën:
Van 1 tot 5 regelsf 0.40
Voor iederen regel meer- 0.08
Buiten het Kanton Amersfoort per regel!- 0.10
(By abonnement belangrijke korting.)
Tot plaatsing tan advertcntiön cd rtclames van Imilon het kanton Amersfoort in dit lilad is „uitslnitend" gerechtigd het Algemeen [linnen- en Bnitenlandscli Advertentiebureau fl. ALTA, Warmoesstraat 76—78 to Amsterdam.
Een der leuzen in Juni a.s. is vóór
of tegen Staatspensioen'. Een leuze,
welke nog minder dan de antithese,
eene goede scheidslijn in de politiek
aangeeft en wellicht nog meer ge
schikt is om warm bloed te verwek
ken, niettegenstaande degenen, die
niet tot de voorstanders kunnen wor
den gerekend, voor het overgroote
deel uit de nuchtere overweging, dat
het financieel niet mogelyk is Staats
pensioen in te voeren, zich niet onder
die voorstanders scharen. Intusschen
is de leuze schering en inslag in den
reeds ontvlamden politieken strjjd,
zonder dat de partijen over en weer
zich voldoende rekenschap geven, ol
het financieel wel mogelijk is Staats
pensioen in te voeren en hoe elders,
waar men Staatspensioen heeft, dit
is geregeld. De eerste vraag is zeker
belangrijker dan de tweede, doch voor
heden meenen wij goed te doen onze
lezers een overzicht te geven van de
regeling elders.
Allereerst de Eogelsche wet van 1
Augustus 1908, welke 1 Januari 1909
in werking is getreden Het is wen-
schelijk een kort overzicht van de
voorgeschiedenis te geven, daar ook
hieromtrent nog wel eens van mis
verstand blijkt.
Voor de eerste maal kwam de vraag
van Staatspensioen, die eene onder
steuning van Staatswege aan ouden
van dagen, waarop dezen, zonder in
de kosten te hebben bijgedragen, recht
hebben, in 1893 in eene Koninklijke
Commissie ter sprake, die zich met
eene herziening der Armenwet bezig
hield. Er werd toen voorgesteld alle
daarvoor in aanmerking komende per
sonen na het bereiken van den 65-
jarigen ouderdom wekelijks 5 shilling
(f3.uit te keeren. De Commissie
verklaarde dit wegens de kosten, 24^
millioen pond sterling 300 mil-
lioen gulden), niet uitvoerbaar. In 1896
werd een tweede Commissie benoemd
met opdracht „alle haar bekende
systemen die door Staatshulp of op
andere wijze voor den ouden dag van
den werkman willen zorgen" te onder-
Naar het Engelsch van
HAK PEMBERTON.
60)
„Het is een gevaarlijk pad, me
vrouw", zei hij kortaf„als u bang
zjjt, zeg het m|j dan I ik zal u dan op
de gevaarlijke plaatsen de hand reiken,
maar u moet voorzichtig zijn'
Zij antwoordde hem, dat ze niet
bang was. Het gevoel, dat zij haar
echtgenoot zou zien, dat h|j misschien
wel kennis droeg van haar komst, gaf
haar moed en staalde haar zenuwen.
„In Zwitserland heb ik leeren klim
men", antwoordde zy. „Ik ben er zeker
van dat het mjj niet zal hinderen. Ga
als 't u blief maar doorik ben na
tuurlijk wat angstig". Zonder een
woord te zeggen, keerde hy zich om,
en begon hy een rotsig pad op te
klimmen dat langs menigen steilen
afgrond voerde. Toortsen in groote
luchters gestoken, wierpen hun
schemerachtig licht op dien weg, en
daar zy schaduw verspreidden, be
moeilijkten zy het klimmen nog. Hier
ën daar, als de weg zigzag liep en een
verkeerde schrede de reizigster hals
zoeken. Uit meer dan 100 stelsels koos
zy slechts een te onderzoeken uit, nl.
dat alle personen boven 65 jaar met
een wekelijksch inkomen van 2| shil
ling (f 1.50) tot 5 shilling (f3. een
zoodanig pensioen zouden ontvangen,
dat hunne gezamenlijke inkomsten 5
shilling (f,3. ),per week zouden zjjn.
Terwijl alle andere stelsels niet eens
de moeite van een onderzoek waard
werden geacht, meende de Commissie
ook dit onderzochte stelsel, dat buiten
de administratiekosten 30 millioen
gulden zoude kosten, te moeten ver
werpen, deels omdat zy vreesde, dat
de natuurlijke drang tot sparen zoude
worden verlamd, deels omdat eene
behooriyk schifting van pensioenbe-
rechtigden van de overigen praktisch
niet uitvoerbaar zou zjjn. In 1908
werd de Commissie ontbonden, nadat
zy alle systemen had verworpen.
De invoering van Staatspensioen in
Nieuw-Zeeland bracht de vraag op
nieuw naar voren. Tal van voorstellen
werden in het parlement gedaan en
in April 1S99 werd uit het parlement
eene commissie benoemd, die een stel
sel, veel gelykend op dat van 1893,
aanbeval, volgens hetwelk onder be
paalde voorwaarden ieder 65-jarige
met een gezamenlyk inkomen van
hoogstens 10 shilling (f 6.een weke-
lijksch pensioen van 5 tot 7 shilling
zoude ontvangen. Daarmede was het
eerste vaste plan gemaakt. Een nieuwe
parlements-commissie van 1903 beval
dit stelsel van 1899 zonder veel wijzi
ging aan en na lange voorbereiding
is daaruit de wet van 1908 voortge
komen. Ook in Engeland is Staats
pensioen dus niet in enkele dagen
ingevoerd, zooals soms wordt beweerd.
Volgens deze wet van 1908 zullen
alle 70-jarigen, die 20 jaren Britscb
onderdaan zijn en in Groot-Brittaunië
wonen en wier jaarlijksch inkomen
f378 niet te boven gaat, een oudei-
domspensioen ontvangen, dat bedraagt
bjj een jaarlijksch inkomen beneden
f 252,— wekelyks f 3,
bij een jaarlijksch inkomen tot f 283,50
wekelyksch f 2,40
b|j een jaarljjksch inkomen tot f 315,—
wekelyksch f 1,80
bij een jaarljjksch inkomen tot f 346,50
wekelyksch f 1,20
over kop in den afgrond had kunnen
doen vallen, bood kolonel Varez haar
nogmaals zijn hand en heesch haar
zoo naar boven. De vallei konden zij
in het schemerlicht duidelijk onder
scheiden, een stad in een machtig
groote kom, een waas van rook, een
rivier die zjjn gerimpeld zilver statig
voortdreef. Esther wendde vastbe
raden haar blik af van die schrikaan
jagende beelden. Het verlangen om
haar echtgenoot te ontmoeten ver
dreef iedere gedachte aan gevaar. Zy
wilde doorloopen het uitstel martelde
haar, z|j voelde geen vermoeieniseen
koele wind komende van de sneeuw
boven haar, joeg haar het bloed naar
de wangen en versterkte haar. Toen
kolonel Varez stand hield om haar te
vertellen, dat de tocht ten einde was,
vroeg bij zich zelf af waarom hij te
voren niet gezien had, dat zij zoo mooi
was.
„Binnen een uur verwacht de her
tog uw antwoord, mevrouw", zei h|j,
toen ze de ophaalbrug overgingen, en
op den drempel van het slot stonden.
„Als u die voorwaarden aanneemt, is
dit de eenige uitweg".
Z|j antwoordde. „Ja ja, ik weet het
wel". Een van de wachters aan de
Moorsche poort schoof de zware gren
dels weg en liet hen binnen. Een ge-
heele compagnie van de garde lag op
haar gemak rond het vuur, dat de
'D
bij een jaarljjksch inkomen tot f 378,
wekelyksch f 0,60
Onder inkomen wordt daarbij niet
alleen arbeidsloon begrepen, maar ook
alle inkomsten uit grond- of ander be
zit, zoomede uit andere bronnen
voorts wanneer „eenig vermogen" on
gebruikt ligt, ook de inkomsten, welke
bij een goed gebruik daarvan te ver
wachten zouden zjjo. Teneinde mis
bruiken tegen te gaan of te voor
komen zijn eenige bepalingen gemaakt.
Van bet pensioen bl|j ven uitgesloten
lo. zij, die bedeeling ontvangen. Als
zoodanig wordt o.m. niet gerekend:
geneeskundige hulpondersteuning om
een van den pensioenberechtigde af
hankelijk persoon in een krankzinni-
gesticht, asyl of ziekeninrichting te
kunnen doen verplegen ondersteuning
in begrafeniskosten, enz.
2o. zij, die verzuimd hebben voor
zich en hun gezin te zorgen door vol
gens hunne bekwaamheid arbeid niet
te verrichten evenwel verliest nie
mand recht op pensioen, die gedurende
10 achtereenvolgende jaren tot zijn
60ste levensjaar eene premie of con
tributie aan zieken-, workloozen- en
pensioenkassen heeft betaald, teneinde
bij ouderdom, ziekte, invaliditeit en
werkloosheid verzekerd te zyn:
3o. zy, die in een krankzinnigen
gesticht verpleegd worden t|jdens
hunne verpleging
4o. zij, die een straf hebben onder
gaan, welke het recht op pensioen
opheft. Wanneer iemand tot eene
gevangenisstraf wordt veroordeeld,
welke niet door eene geldboete is te
vervangen, gaat het recht op pensioen
verloren voor den tijd der straf en de
eerste 10 jaren na het ontslag uit de
gevangenis. Wordt een 60-jarige op
grond van eene overtreding van de
Drankwet met hechtenis gestraft, dan
kan hem,-voorzoover bij niet reeds op
vorenstaande gronden zjjn recht op
pensioen heeft verloren, voor ten
hoogste 10 jaar het pensioen worden
ingehouden.
De Staat heeft zich uitdrukkelijk
het recht voorbehouden onrechtmatig
verkregen pensioenen terug te vorde
ren, zelfs van de erfgenamen van den
ten onrechte als pensioenberechtigde
Ie boek staande.
De Engelsche pensioenwet is, reeds
koks hadden aangemaakt, en op de
wallen zaten de artilleristen naast
hunne kaunonnen te ontbijten. Het
aantal en het gewichtige optreden van
de garde maakten meer indruk op
Esther dan wooiden of bedreigingen
zouden hebben te weeg gebracht. Zy
begreep dat Arthur uuchtig bewaakt
werd, dat hij zyn vrijheid totaal kwjjt
was. En het gebouw zelf gaf haar ook
dien indruk.
De eene poort voor, de andere na
ging bij hunne aankomst open. In de
galerijen waarin eertijds de stem der
Muezzins had weerklonken, kon men
nu de eentonige stappen van den
schildwacht hooren.
Zy hadden den prins op een binnen
plaats van den citadel gevoerd, aan
weerzijden er van bevond zich een
groote hall, door een koepel gekroond
en met wit marmer geplaveid. Midden
in het peristyle stond een fontein, die
zjjn stralen in een marmer bekken liet
vallen. De buitengewoon fraaie bouw
van bogen en zuilen die nu door de
eerste stralen der morgenzon verguld
werden, moest zelfs den meest in zich
zelf gekeerden bezoeker opvallen.
Het scheen alsof Esther in een
Moorsch tooverland verplaatst was
toen haar gids het gordijn op zijde
schoof en haar de kamer aanwees,
waar Arthur haar verwachtte, bleef
z|j een oogenblik besluiteloos op den
door de beperking tot diegenen, die
een inkomen van minder dan f378,
's jaars hebben, door het bedrag dei
wekelijksche uitkeering, welke snel
daalt met betrekkelijk geringe stij ;ing
van het inkomen en door het ont
breken van eene bijdrage van don
pensioenberechtigde, geen verzekerings
wet, maar eene verzorgingswet, welke
met de eigenlijke armenwet slechts
in zoover verschilt, dat de pensioen
wet een recht [op pensioen geeft en
niet de burgerrechtelijke gevolgen der
bedeeling medebrengt.
De pensioenwet van Nieuw-Zeeland
dateert van 1 November 1898 met
een overgangstijdperk van 3 jaar, dat
later tot 1900 is beperkt. De pensioen
berechtigde moet 65 jaar oud, ingeze
tene der Kolonie en sedert 25 jaar
daar woonachtig zjjn. H|j mag in de
laatste 12, respectievelijk 25, jaar niet
tot bepaalde straffen veroordeeld zijn,
van goed zedelijk gedrag zijn en geen
inkomen van meer dan f 624,— heb
ben, geen vermogen grooter dan
f 3240,- bezitten. Het pensoen be
draagt hoogstens f 216,en ver
mindert met f 12,voor elke f 12,
inkomsten boven f 408,inkomen of
f 180, vermogen. Ia 1905, is de
Wet gewjjzigd. Het pensioen bedraagt
nu hoogstens f 312,en vei mindert
met f 12,voor elke f 12,in
komsten boven f 408,inkomen of
f 120, vermogen. Het pensioen wordt
nog verleend aan hen, die jaarlijks
hoogstens f720,inkomen of f 3120,
vermogen hebben.
Het voorbeeld van Nieuw Zeeland
vond navolging ia Nieu .v-Zuid-Wales
(11 December 1900) en in Victoria
(11 December 1901), welke beide wet
ten later zyn gewijzigd (1 Januari
1908). Ook Queensland heeft Staats
pensioen ingevoerd door de wet van
15 April 1908, op 1 Juli 190S in
werking getreden.
De Australische bondswet van 10
Juni 1908, welke in werking treedt
met 1 Juli 1909, voert een staats
pensioen in niet alleen voor ouden
van dagen, maar ook voor invaliden
zonder eenige premiebetaling. Volgens
deze wet heeft men recht op ouder
domspensioen op 65-jarigen leeftijd,
bij voortdurende onbekwaamheid tot
werken op 60-jarigen leeftijd. Uitge-
drempel staan alsof z|j de waarheid
niet vatten kon.
Het ameublement in de zaal zelf
was allerarmoedigsteen veldbed
diende als legerstede en als stoel, op
een Oostertche tafel stond een be
schadigde koffiekan en een ordinair
kopje. Een groot vel op den vloer uit
gespreid gaf nog eenige kleur aan het
geheel. Door het koepeldak kwam
eenig schemerlicht naar binnen het
scheen op het gezicht van een slapen-
den man, die zjjne vermoeide leden
met zijn mantel had toegedektzijn
hand rustte tot steun op den steenen
vloer. Hij hoorde de binnentredende
niet, hij sliep zonder te droomen
maar de druk der brandende lippen
op de z|jne deed hem ontwaken, hij
sproDg overeind en drukte de slanke
figuur io zyne armen.
„Estherben jij het, EstherJa
waarlijk z|j is hetEn ik ben in slaap
gevallen ja, ik heb dertig uren
achtereen gewaakt en het bed was
zoo zacht.'
H|j lachte als een jongen, hield haar
handen vast en ging met haar in het
licht staan. Zij was bevreesd voor zijn
blik, want ze wist hoezeer ze ver
anderd waszij verborg haar hoofd aan
z|jn borst en durfde hem niet aan te
kyken.
„Laat mjj je geschiedenis op je ge
zicht lezen 1" riep h|j uit en lichtte
nu
f'
sloten zjjn niet in Australië geboren
Aziaten, zoomede de inboorlingen van
Australië, Afrika, Zuidzee-eilanden en
Nieuw-Zeeland. Verder vreemdelingen
en eindelijk genaturaliseerden, die nog
niet drie jaren Britsoh burger zjjn.
Overigens gelden de bepalingen, welke
ook in Nieuw-Zeeland bestaan, met
uitzondering dat geen grens is vast
gesteld voor het maximum van het
jaarlijksch inkomen en dat van het
vermogen op f 3720, is bepaald.
De wet treedt, voorzoover het inva
liditeitspensioen betreft, eerst op een
nader te bepalen t|jd in werking.
Ook in Australië doet eene veroor
deeling tot sommige straffen het pen
sioen tijdelijk of voorgoed verloren
gaan.
Ten slotte het Deensche stelsel, dat
ook ouden van dagen wil verzorgen
zonder premiebetaling hunnerzijds en
wel buiten de eigenlijke armenzorg.
De wet van 9 April 1891, ingevoerd
1 Juli 1891, geeft recht op onder
steuning aan ieder 60-jarige, welke
de burgerrechten bezit, zonder eig<
toedoen behoeftig is geworden en de
laatste 10 jaar zjjn vaste woonplaats
in Denemarken beeft. Gedurende dieD
tjjd mogen zy, die pensioen willen
hebben noch bedeeld zijn, noch we
gens bedelarij of landlooperij z|jn ver
oordeeld.
Er is geen maximum van onder
steuning, evenmin van een jaarlijksch
inkomen om voor pensioen iD aan
merking te komen. Men moet behoeftig
zijn. De kosten worden voor de helft
door de gemeente en voor de andere
helft door den Staat gedragen, echter
sedert de wet van 7 April 1899 tot
een maximum vao millioen kroneD.
Eene wijzigingswet van 23 Mei 1902
bepaalt, dat bjj een onderzoek naar
het behoeftig zijn een bedrag van 100
kronen uit vrije woning of andere in
komsten verkregen buiten beschou
wing blijft, terwyl de wet van 13
Maart 1908 den zooeven genoemden
termijn van 10 jaren, gedurende welke
de pensioenberechtigde niet mocht zijn
bedeeld, tot 5 jaar heeft verminderd.
Ziedaar, hoe men elders het Staats
pensioen heeft geregeld. Eene regeling,
die wel niemand voor volmaakt zal
houden en niettemin overal uit
gezonderd in Denemarken hooge
zachtjes haar kip, omhoog.
„Ja, jjj hebt ook al aan mij getwij
feld, jij, ook al, mjjn vrouwtje I je
kunt dat niet voor m|j verbergen
je oogen vertellen het mjj toch. Je
hebt regen jezelf gezegd, „alsJe
bent veranderd, liefste, maar het geeft
je iets wat je te voren niet bezat. Ja,
ik vlei je niet; je oogen zyn nu vol
vuurvioeger keken ze zoo droome-
rig."
Ze verborg haar gelaat weer, ze
wist Diet hoe ze haar opdracht zou
uitspreken hij voerde haar mee naar
buiten in den zonneschijn, sloeg zyn
i armen om haar leest en liep het bin
nenplein met haar op en neer alsof
er geen geheim tusscheu hen bestond
en dit een gewone dag was van een
alledaagsch leven. „Ik verwachtte wel,
dat ze jou zouden zenden j|j bent
hun natuurlijke bode. Jouw liefde voor
my zullen ze op het spel zetten en
die tot hu.i eigen voordeel aanwenden.
Natuurlijk bedreigen ze mij. Zeg het
m|j onomwonden, Esther. De oude
Xavier heeft je gelast naar mjj toe te
gaan, hjj verwacht van jou zeker het
antwoord in het paleis
Wordt vervolgd.)