DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. 7e JAARGANG No. 99. VRIJDAG 29 APRIL 1910. Hoofdredacteur B>. G-. RIJKENS. Het beginsel voorop. FEUILLETON. Quinnion de Philosoof BUITENLAND. DE EEULANDEB ABONNEMENTSPRIJS Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad f 4.Franco per post id. f 5.60. Per 3 maanden id. f1.Franco per post id. f 1.40. Afzonderlijke nummers fO.C5. Bureau BREEDESTRAAT 18. Telefoon Interc. 62. Van 1 Buiten PRIJS DER ADVERT ENTIEN: tot 5 regels f0.4Ü. Voor iederen regel meer f0.08. het Kanton Amersfoort per regel fO.10. (Bij abonnement belangrijke korting.) Tot plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentiebureau D.Y.ALTA,Warmoesstraat 76-78 te Amsterdam. Zijn laatsten Staatkundigen Brief schrijvend heeft Mr. Van Houten zich wellicht gevoeld als een moderne St. George, die uittoog om den draak te dooden. In werkelijkheid echter vertoont de schrijver in dezen brief wel allerminst het beeld van den onversaagden drakendooder. De heer Van Houten zal nu eens vertellen, hoe het met de kiesrecht beweging staat. Troelstra is de man, die voor het algemeen kiesrecht denkt de Unie-liberalen en de vrijzinnig democraten aan het lijntje te hebben. Maar hoe deerlijk vergist hij zich De heer van Houten gelooft niet aan den ernst der Unie-liberalen en vrijzinnig-democraten. Het gaat zoo de sociaal-democraten zitten in een aantal districten op de wipplank, en als het nu op herstemming aankomt met een clericaal vraagt Troelstra aan den vrijzinnigen candidaat „de kniebuiging voor het algemeen kies recht, zonder nadere omschrijving." En de candidaat, die natuurlijk in de penarie zit, geeft het geëischte eere- saluut voor het algemeen kiesrecht, óók zonder nadere omschrijving. Maar als het dan zou aankomen op-de in voering van „werkelijk" algemeen kiesrecht, zooals Troelstra dat verstaat, dan laten Unie-liberalen en vrijzinnig democraten hem natuurlijk in den steek. Want, aldus motiveert de heer Van Houten, wie met Troelstra mee ging zou vallen. Mag men den schrij ver gelooven dan zijn de adhaesiën, die Troelstra van de Unie-liberalen en de vrijzinnig-democraten „afperst," slechts woorden, die hij niet in daden zal omgezet zien. En nu de heer Van Houten toch VAN GUY BOOTHBY. 47) Ik antwoordde, dat ik evenmin de reden kende. Dat was niet waar, maar het was mü onmogelijk haar te zeg gen, dit ik volkomen overtuigd was, dat haar oom, de broeder van haar overleden moeder, krankzinnig was. Ik zou later nog gelegenheid genoog hebben haar dat te vertellen, dat het ooit noodzakelijk zou wezen daartroe over te gaan. Wat staat ons nu te doen? vroeg zij. Wy moeten hem zoo spoe dig mogelijk vinden. O, mijn arme, vriendelijke oom, wat kan er van u zjjn geworden? Een snik deed haar stem beven, en ofschoon ik deed alsof ik het niet hoorde zag ik, dat haar oogen vol tranen stonden. Omdat ik bang was, dat zij zich te veel door haar verdriet zou laten be- heerschen, bleef mij niets anders over bezig is met zijn insinueerenden ach terklap, zal hij het meteen ook maar goed doen. En zoo geeft hjj dan ook niet meer of niet minder te kennen, dan dat het den Unie-liberalen en vryzinuig-deraocratischen leiders vóór alles er om te doen is „iets te wor den." Daarvoor wordt, bewust of on bewust, de partijpolitiek in dienst gesteld. Daardoor wordt corrumpee- rend ingewerkt op die partijpolitiek. Zoo rekent de heer Van Houten met zijn politieke tegenstanders af. Het kost inderdaad eenige moeite, dit weerzinwekkend geschrijf au sé- rieux te nemen. Niet om met den heer Van Houten een lans te breken, gaan wij dan ook nu op zijn brief in. Maar de schijn van waarheid, waarmede een handige insinuatie zich weet te omkleeden, maakt het noodig schijn en wezen duidelijk van elkaar te scheiden. De schijn van waarheid is in dit ge val dat inderdaad bij verkiezingen in stemming wordt gevraagd en gegeven met het algemeen kiesrecht zonder nadere omschrijving. Meer dau schijn, wezenlijke waar heid is zelfs dat wie als Unie-liberaal of vrijzinnig-democraat zich verklaart vóór het algemeen kiesrecht, daardoor niet wil geacht worden iD te stemmen met de uitwerking van dat algemeen kiesrecht, zoo als de heer Troelstra en de zijnen dat verstaan. Waar zal ook wel zijn, dat er nog menig woord moet gesproken worden, vóórdat het algemeen kiesrecht uitge werkt in de wet zal zijn neergelegd. Waar is immers dat er, bij overeen stemming over het beginsel, verschil kan bestaan over onderdeelen det uit werking. Wie bet algemeen kiesrecht vergelijkt, zooals het in verschillende landen bestaat, zal daarvan aanstonds overtuigd zijn. Over den leeftijd, ver- dan eenigszins hard op te treden, en dit deed ik met zooveel succes, dat zij, nadat ik haar verweten had van haar belofte om dapper te zijn te hebben gebroken, haar oogen af droogde, zichzelf lafhartig noemde en plechtig beloofde, dat zij zich niet weer zoo zou gedragen. Toen gingen wij zitten om te ontbijten, ofschoon ik vrees, dat geen onzer eenig recht liet wedervaren aan het uitstekend eten, dat de armen Alphonse voor ons had klaargemaakt. Onder het ontbijt spraken wij na tuurlijk over niets auders dan wat onzo gedachten zoozeer bezig hield, en toen het was afgeloopen, waren wij nog even wijs als bij hot begin. Al had ik er mijn leven voor willen geven, het was my onmogelijk te zeggen, waar ik kans h.id den ver miste te zullen vinden. De groote keien van het plein gaven mij in 't minst geon aanwijzing van de ricb- tiüg, waarin hij gegaan was, en onze buren zouden naar alle meuschelijke berekening wel diep onder de wol gelegen hebben op het oogenblik, waarop hy verdwenen was. Het eenige wat ik doen kon, was naar de dichtstbijzijnde politie-post gaan en den agent ondervragen in wiens eischt voor het kiezerschap over de uitsluitingen over de vraag of tegelijk mannen- en vrouwenkiesrecht behoort te worden ingevoerd, kan groot raee- ningsverschil bestaan en bestaat inder daad groot meeningsverschil. Ook te onzent. En zoo heeft de heer Van Houten schijnbaar gelijk dat, als de heer Troel stra wien wel te gro ite eer wordt bewezen, ten aanzien van de kiesrecht- beweging, die immers in ons land reeds uit de zeventiger jaren dateert by de stembus voor het algemeen kies recht medestanders ziet in Unie-libe ralen en vrijzinnig-democraten, er kans bestaat, dat hij dezen niet aan zijn zijde zal zien, wanneer het aankomt op de invoering van alle onderdeelen, van zyn, Troelstra's alge meen kiesrecht. Schynbaar heeft men hier dus te doen met misleidende stembusmanoeu vres, met eigenlijke Streberei. Maar ook alleen, wanneer men den strijd om het kiesiecht beschouwt a's politiek geknoei, dat nitts hoogers be oogt dan tijdelyke macht. Edoch, wij gaven het reeds aan de strijd voor het algemeen kies'echt gaat om een beginsel, het beginsel, der Democratie. En aan allen schijn, aan alle mogelijkheid tot insinuatie, aan heel het jammerlijk geschrijf van den heer Van Houten ontvalt elke grondslag, wanneer men zich er van bewust is, dat he ten slotte in de politiek om iets hoogers te doen is, dan om een haastig jagen naar tyde- lyke macht. Het Algemeen Kiesrecht is geen doel, maar middel. Zijn beteekenis is meer nog een ideëele dan een practi- sche. Het is geen panacee voor alle maatschappelijke kwaleo, en het zou zelfs mogelijk zyn, dat wy er tyde- delijk schijnbaar door achteruit in plaats van vooruit geraakten. Het wyk het plein gelegen was, maar als ik dat nu deed, dan had ik de politie ook even goed dadelijk te hulp kun nen roepen. Langzamerhand kwam ik tot de conclusie, dat dit toch zeker de beste en wijste partij zou zyn. Juffrouw Sylvia was het met my eens, en daarom besloten wij, dat ik zoo spoedig mogelijk naar de naaste poli tiepost zou gaan. Onder de beste omstandigheden en bij het mooiste weer is een politie post toch nooit een opwekkende plaats. Als het bezoek echter in betrekking staat tot een zaak, zooals ik op dit oogenblik onder handen had, dan wordt het somber aspect werkelijk onoverkomelijk. Ik werd ontvangen door den adjunct-inspecteur van dienst, die achter een hoogen lessenaar geze ten was, terwyl hij bezig was aan- teekemngen te maken in 'n boek voor hem. Hy zei mij kortaf goeden morgen en vroeg, wat ik wenschte. Ik vertelde hem, dat ik den inspec teur wenschte te spreken,-als hij aan wezig was. Daarop bleek, dat de he ambte in kwestie op het politiebureau ontboden was, en waarschijnlijk niet eerder dan over een uur zou terugko men. Als de adjunct my echterop een of andere wjjze van dienst kon zyn, verliest ook zyn beteekenis niet, wan neer het op 25-jarigen in plaats van op 23- of 21-jarigen leeftijd wordt toegekend, en al is het einddoel uiter aard een algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen, de waarde van een algemeen mannenkiesrecht zon der dadelijke invoering van ook vrou wenkiesrecht is niet hoog genoeg te schatten. In één woord, meer nog dan by welk aDder onderwerp van wetgeving ook, gaat het by het algemeen kies recht niet in de eerste plaats om de détails, maar om bet hooge beginsel, dat de erkenning inhoudt van de po litieke gelijkwaardigheid van alle burgers, dat aan de wetgeving de zedelijke kracht schenkt van in waar- I eid uit den wensch van heel het volk te zyn geboren. Waarmede natuurlijk niet gezegd wil zijn, dat de détails onbeteekenend zijn. Integendeel. Maar men door- dringe er zich wel vao, dat dóórom reeds een verklaring voor het alge meen kiesrecht, zonder eenige nadere omschrijving, hooge waarde bezit, en dan ook door de sociaal-democraten terecht als zoodanig wordt begrepen, wijl zij inhoudt een uitspraak dat in de ware politieke antithesd, die steeds meer doorwerkt, de antithese tus- schen behoud en vooruitgang, tusschen conservatisme en democratie, stelling wordt genomen in het democratische kamp. DE OPSTAND IN ALBANIË. De berichten die in de laatste dageD over den opstand der Albaneezen go- komen zijn, bewijzen dat de toestand uiterst ernstig is Het is een groote opstand en er is geen sprake van dat dan had ik maar te spreken. Daarop vroeg ik of ik enkele woorden met hem onder vier oogen zou kunnen wis selen. Hy stond van z(jn stoel op en geleidde mij naar het particulier hei ligdom vaü zijn superieur waar hij mij uitnoodigdö plaats tnemen en hem van mijn zaken op de hoogte te biengen. Dit deed ik zoo volledig mo gelijk, terwyl ik zoo nu en dan even ophield om hem gelegenheid te geven de noodige aanteekeningen in zijn zakboekje te maken. Wel, mijnheer, wy zullen zien, wat wy voor u kannen doen, merkte hij op, toen ik had uitgesproken, maar u zal het met mij eens zijn, dat de vooruitzichten niet watje noemt veel belovend zijn. U weet immers niet op welken tijd hij het huis heeft verla ten Daar heb ik niet het minste idóe van, antwoordde ik. Er is niets van te zeggen. Alles wat ik weet is, dat hij vermist werd, toen wij even over ze venen de deur van zyn slaapkamer open wisten te breken. Hij kan toen wel uren, maar even goed slechts en kele minuten weg geweest zijn. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1910 | | pagina 1