DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. No, 162. DONDERDAG 14 JULI 1910. 7e JAARGANG. BUITENLAND. BINNENLAND- DE MLANDER. Hoofdredacteur K. O. 11 IJ K I! N S. Abonnementsprijs: Per jaarf 4.Franco pér post id. f 5.60. Per 3 maanden id. f 1.Franco per post id. f 1.40. Afzonderlijke nummers f0.05. «tiireau: U TAK INF. OiAU Telef. luterc. 1SS. Prijs der Advertentiön: Van 1 tot 5 regels 10.40. Voor iederen regel meer f 0.08. Buiten het Kanton Amersfoort per regel fO.10. (Bij abonnement belangrijke korting). Tot plaatsing van advert, en reel, van buiten bet kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Alg. Binnen - ep Buitenlandsch Advert.- bureau D, ALTA, Warmoesstr. 78- 78 Amsterdam Duitsche Politiek. Er begint in Duitschlaud meer en meer een zekere nervousheid is liet openbare leven te komen, waarvan do buitenstaan der de verklaring niet heel goed kan geven. De buitenstaander niet maar de gemid delde Duitschor evenmin. Hij Hoort telkens dat ministers komen en ministers gaan. Eu tot zekere hoogte is een minister toch ook daar drager van staatkundige beginse len. En indien de ministers dan weer zoo komen en gaan als in den laatsten tijd, vraagt hij zich af welke beginselen komen en gaau en of die ministers als dragers van die beginselen gaan of komen dan wel „om een andere reden." Nu is het vrij jzeker dat zij vaak om die andere reden zich bewegen. En in hun hart weten niet weinige Duitschersdatook wel. Maar men zoekt toch bij elke wisseling van portefeuille ijverig naar de beginselen. De doopceel van den minister wordt gelicht men bekijkt zijn verleden met een loupe, verzamelt zoo beginselen. Zoodoende komt men intusschen tot de zonderliugste conflicten. Daar is b.v. het geval van den staatssecretaris van buitenlandsche zaken von Kiderlen Wachter. Deze heet al Duitscher, krachtuicnsch, een man als Bismarck. Terwijl zijn voorganger von Schön een uiterst gematigd man was, in het ge heel geen reclame chauvinist, die in de oogen der ergste nationalisten dan ook niets kon doen. De begiuseleuzoeker geeft dus aau von Schön het etiket „conciliaut", aan von Kiderlen-Wachler het etiket „alduitscher, drooineud van een Duitsch-Europa". En hij verbeeldt zich, dat de buitenlandsche zaken in Duitschland naar een nieuw recept bestuurd zullen worden. Maar is dat nu niet al te uaiëf Is men dan vergeten, dat de nieuwe titularis altijd een bizondere gunsteling vau deu keizer is geweest en dat dus die innige vcrhoudiog ten minste evenveel verklaring var. zijn promotie kan zijn als zijn „beginselen" Eu rekent men dan thans, nu de keizer zich zoo consciëntieus houdt aan zijn belofte om zichzelf te behcorschen en niet meer zoo veel te spreken, dat de keizer ook metter daad de leiding der buitenlandsche zaken aan zijn ministers zal overlaten Gelooft men werkelijk, dat de keizer in den laatsten tijd van meening is veranderd en van die veranderde meeniug wil doen blijken door mutaties in zijn ministers-personeel f Neen, de regeering regeert ginds nog altijd naar eigen inzichten. list raden naar de beginselen staat den burger vrij, doch vraagt hij, dan krijgt hij nul op het rekest. Geen wonder, dat door al dat raden, waarvoor tegenwoordig zooveel aanleiding is, een prikkelbare, nerveuse stemming ontstaat. En nu komt daar nog bij, dat de jongste groote staatkundige gebeurtenissen de eenzijdige belastiugverhooging en de Pruisische kieswet moeilijkheden groote ontevredenheid hebben verwekt, zich uitende in een beweging van de geheele kiezers massa naar links. Het schijnt dat de Oost-Elbische heeren, die in Duitschland zoo'n groote rol spelen, die beweging ook als iets heel onaange naams gevoelen. Want ook zij beginnen teekenen van prikkelbaarheid te geven. En geen wonder. Zij hebben zeker heel Veel voor Pruisen gedaan. $Iaar Pruisen, maar Duitschland heeft ook heel, heel veel voor hen gedaan. En daaraan zou wel eens een einde kunnen komen, indien die beweging naar links voortduurde. Dus beginnen de organen der conserva tieve agrariërs al maar meer teekenen van onrust te geven, ja het gaat zoover, dat een paar van hun meestbeteekende dag- blpdeu een balletje opwerpen over een buitenlandschen oorlog, die zoo'n bizonder gewenschto afleiding zou kunnen geven voor de biuncnlandsche overspanning. De „Münchener Zeiting" komt met kracht daartegen op. Het blad ziet waarlijk geen reden voor het toepassen van zulke paar- demiddolen tegen die overspanning, die heusch niet zoo erg is en in een warmen stembus-oorlog wel over zou gaan. Het is zeker juist. Maar vergeet het blad niet een beetje, dat de Oost-Elbische heeren een geweldige macht hebben en tot nu toe getoond hebben niet heel angstig te zijn in de keuze der middelen om zich in hun machtspositie te handhaven DUITSCHLAND. Wij lezen in de Kölnische Zeitung dat nu een Roomsch priester de Borromaeus- encycliek heeft veroordeeld, nl. dr. Feuer- stein, te Donaueschingen, een zoon van den leider van het centrum te Freiburg. Dr. Feuerstein heeft zich al wel verdacht gemaakt, door de houding van het centrum in de zaak van de hervorming der finauciën openlijk af te keuren, maar hij is overigens een goed Roomsch-Katholiek, door de Protestanten in zijn stad zelfs dweepziek en onverdraagzaam geacht; hij heeft bij de laatste verkiezing voor den Landdag ijverig voor de ceutrumscandidalen gewerkt en is de stichter van een R.-Katholieke vakvereeniging. In het liberale Donaue- schinger Tagblatt schrijft hij nu: „De encycliek komt mij afkeurenswaardig voor, niet om het geschiedkundig oordeel, dat zij uitspreekt, maar omdat zij in haar vorm krenkend is. De encycliek is met on- noodige scherpte geschreven en voert de taal vau de godsdienstige strijdschriften van de 16e eeuw. Die taal verstaat men tegenwoordig niet meer. Ze is tegenwoordig dubbel betreurenswaardig, omdat onze tijd het bewijs voor de waarheid van een gods dienst niet in het dogma, maar in de mate van liefde ziet, die hij zijn belijders in boezemt. De Spanjaard Merry del Val moge de encycliek al dan niet hebben geschreven, hij is er in alle geval formeel en moreel aansprakelijk voor. Deze Spaan- sche monsignori, die, naar ik hoor, in een sportpak tennis spelen en hun vaderland een algemeene vrijstelling van het vasten- gebod bezorgen, deden beter, met de strengheid bij zich zelf te beginnen. Mis schien eischeu eindelijk de Duitsche b;s- schoppen een Duitschen Curie-kardinaal, die de Curie beduidt, wat de tijd verlangt en wat het Duitsche volk, dat heden ten dage met het Angelsaksische ras in Engeland en Amerika de eenige drager van het levende Katholicisme is, verdraagt en wat niet." Wij weten goed, voegt de K. Ztg. erbij, dat dr. Feuerstein niet alleen staaf. Hon derden zijner ambtsbroeders denken er evenzoo over, maar zij missen den moed het open te getuigen. SPANJE. Men is op het Vaticaan hoogelijk ont stemd over het door den Spaanschen eersten minister Canalejas bij den Senaat ingediendo wetsvoorstel, waarbij de oprichting van nieuwe religieuse vereenigingen wordt ver boden, niet alleen zoolang de onderhande lingen met het Vaticaau over het Concor daat duren, maar ook zoolang de Spaan- sche volksvertegenwoordiging haar laatste woord in deze aangelegenheid niet heeft gesproken. Een ernstig protest werd dan ook reeds te Madrid ontvangen uit Rome, waar men erg verstoord is over deze laatste bijvoeging. De Heilige Stoel was toch reeds bereid het verbod goed te keuren, tot tijd en wijle de onderhandelingen betreffende wijzi ging van het Concordaat zouden ziju afge- loopen. Men hoopte daar, dat dit spoedig het geval zou zijn, door het aannemen cener tegemoetkomende houding. Nu zou het verbod vooi een nog onbopaalden tijd gelden Wat de tegemoetkomende houding van den Heiligen Stoel aangaat, blijkt dat de concessiën, waartoe deze bereid was, niet veel om het lijf hadden, en slechts de toe passing van het kanonnieke recht inhielden en van het in andere landen reeds lang bestaande gewoonterecht. Betreffende artikel 11 van de Spaansche grondwet, waarom het geschil tusschen het Vaticaan en de Spaansche regeering in hoofdzaak gaat, werd in de nota van den 9en dezor geen woord gerept. In theorie wil men in het Vaticaan van geen gelijke rechten weten voor katholieken en niet- katholieken in een katholieken staat. De mogelijkheid bestond echter, dat men nog wel een achterdeurtje zou weten te vinden bij een gunstig verloop der onderhande lingen. Nu meent men, dat er door het nieuwe incident groote kans bestaat op een minder gunstig verloop. OOSTENRIJK-HONGARIJE. De opgewondeuheid, over de publicatie van de Borromaeus Encycliek in.Hongarije, door den aartsbisschop Varrossy, neemt steeds grooter omvang aau. De clcricalor. doen alles wat zij kunnen, om het optreden van den aartsbisschop te verontschuldigen; zij wijzen er op, dat do enclycliek dade lijk gepubliceerd werd, nadat de bisschop haar had ontvangen, en voordat deze iets weten kon van de onderhandelingen tus- seken het Vaticaan en Pruisen, waarvan de Pauselijke beslissing omtrent staking der publicatie het gevolg was Daartegenover wordt in prolestantsche kriugeu uiteenge zet, dat juist de voorbarige publicatie door den aartsbisschop Varrossy een bewijs is van zijn bedoeling tot verstoring van den godsdienstvrede, daar hij, met het oog op den inhoud, evenals de andere Hongaar- sche bisschoppen, de publfcatie best had kunnen uitstellen. Tusschen de leiders dor Hongaarsche protestanten, baron Banfly en Zilinsky, en den minister-president Khucn Hedervary hadden gisteren besprekingen plaatsvan daag zal Zilinsky zijn aangekondigde inter pellatie houden. Reeds heeft de minister van eeredienst, graaf Zichy, zijn diep leed wezen over de publicatie uitgesproken, die hij in hpt bolang van den confessiouneelcn vrede, ernstig betreurt. TURKIJE. De Sjeich oel-Mam is afgetreden. De Pol. Korr. verneemt uit Koustantinopel, dat volgens de laatste leeswijze deze aftre ding met de onlangs geschiedde ontdekking van een geheimen politickcu bond in vel band staat RUSLAND. Rechten hebben de Joden niet in Rus land, maar wel plichten. Hoewel zij niet als Russischo burgers worden aangezien, ou van do eone plaats naar de andere worden gedreven, moeten zij wel belasting betalen, en hun militairen dienstplicht vervullen. Maar op welk oen wijze, dat is somtijds onbegrijpelijk. Zoo meldt nu een bericht uit Petersburg, dat generaal Dumbadze, de bekende en beruchte „tyran van Jalta", alle soldaten van Joodsche afkomBt, uit het Wilna-rcgiment, waarover hy als garni zoenscommandant van Jalta het bevel voert, heeft verbannen. Daarmede zijn echter die Joodsche sol daten niet ontslagen van hun dienstplicht. Maar de generaal Dumbadze wil ze alleen niet meer zien. Hij i6 niet voornemens, over Joden te commandeeren dat laat ziju orthodoxe geloof en zijn Russiscbo opvat ting hom niet toe. Nu moeten die soldaten maar ergens anders gaan dienen. Doch waar zij hun dionst moeten doen is onbe kend. Zij kunnen vertrekken, dat ia het eenige bevel door Dumbadze gegeven. Wat de Russische regeering met dien generaal zal doen, is evenmin bekend. Maar dat hij niet aan het hoofd van een garnizocu of van een troepenafdeeling moot of kan staan, zal nu wel duidelyk zijn. Nationale tentoonstelling v o o r H u i s v 1 ij t. Do Nationale Ten- tooe8telling voor Huisvlijt, welke, uitgaande van den Volksbond tegen Drankmisbruik, gedurende geheel dezen zomer te Scheve- uiugen zal worden gehouden onder eere voorzitterschap van Zyne Koninklijke Hoogheid PrinB Hendrik, is thans geopend. De opening was feestelyk en gaf tegelij- kerheid blijk van de hooge beteekenis, welke aan deze Tentoonstelling mag wor den toegekend. Minister Talma hield oen voortreffelijke openingsrede en liet niet na daarin op de meest gelukkige wyze in het licht te stellen de beteekenis, welke iu zoo menigerlei opzicht van de huisvlyt uitgaat, welke zij sociaal, economisch en ethisch in haar programma voeren kan. Do rondgang der gasten bij de opeuing deed reeds onmiddellijk zien hoeveel zorg aan dezo tentoonstelling is besteed en met hoeveel voldoening de organisateurs Op hunnen thans voltooiden arbeid mogen terugzien. Het ontbrak dan ook den eersten dug niet aan bewondering voor het vele, dat daar uit alle dcclon des lands bijeen is gebracht en dat wel het bewijs is voor de groote kunstvaardigheid en het werke lijk iunerlijk gevoel en smaak, dat bij ons volk iu het algemeen nog wordt aange troffen. Geeft de eerste afdceling een moor theoretisch deel van handenarbeid en huis- vlyt in ons land, en stelt afdeeling II, welke de huisvlytschool met jonge en met meer gevorderde leerlingen doet zien, de pratijk daar tegenover; laat de derde de historische afdeeling genieten van de rijke schatten van voorbeelden, welko het ver loden geeft, met de vierde afdeeling begint op de meest gelukkige wijze de reeks der eigenlijke huisvlijt inzendingen. Afdeeling

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1910 | | pagina 1