mWM DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. No. 208. WOENSDAG 6 SEPTEMBER 1911. 8e JAARGANG. NABETRACHTING OVER DEN GEMEENTERAAD. BUITENLAND. Hoofdredacteur: Mr. D. J. van Schaardenburg. Hnrean: KLEINE Ha Ata 6. Telet. latere. IS». Abonnementsprijs: Prijs der Advertentiën Per jaarf 4.Franco per Van 1 tot 5 regels f 0.40. Voor iederen regel meer f 0.08. post id. f5.60. Per 3 maanden id. f 1.Franco per post Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (Bij id. f 1.40. Afzonderlijke nummers f 0.05. abonnement belangrijke korting). Tot plaatsing van advert, en reel, van buiten het kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Alg. Binnen- en Buitenlandseh Advert.- bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 76- 78 Amsterdam 'n Middag van stemmingen, in den meest prozaischen zin des woorde. 'n Uur lang hebben onze raadsleden mogen stemmen, stemmen en nog eens stemmen, droom ran suffragettea en andere stemrecht-begeerigen. Jammer dat de clou van den middag, de wethouderskeuze reeds aan 't begin kwam; 't vooruitzicht van 'n groote gebeurtenis verzoet anders de verveling van voorafgaan de uren. De Wethonderskeuzo is uiterst kalm af- geloopen. Met algemeene stemmen op één na, die van hem zelf vermoedelijk, werd de heer Rijkens tot Wethouder herkozen. Zoozeer blgkt de heet Rijkens the right man on the right place te zijn, dat de rechtsche leden, die tot voor zeer kort, zich nog uiterst gekant tegen z'n Wethou derschap toonden, thans geeu der hunnen waardig keurden z'n plaats in te nemen of opgewassen tegen den taak van Wethouder van enderwijs. Zeer juist meiktc de heer Rijkens op, dat hij in 't gebruik den heeren van rechts zeker nog al meegevallen was. Yan waar anders hun plotselinge omzwaai? In April toch, waren de rechtsche raads leden unaniem van meening, dat den heer Van Esveld 'n Wethouderszetel toekwam, terwijl van den heer Rijkens geen hunner weten wilde. Thans is 't precies omge keerd. De heer Yan Esveld vermocht niet één rechtsche stem verwerven, dc heer Rijkens kreeg ze alle. Schoonere rehabilisatie na de tot voor zeer kort direct en indirect tegen den heer Rijkens gevoerde campagne is niet denkbaar. Hoe fanatiek de houding der rechterzijde in April was, komt thans heel zonderling uit. Toen was, althans volgens de Eembode, de heer Van Esveld de uitverkorene van rechts, omdat hij 't oudste raadslid was. De heer ,Van Esveld is echter nog altijd 't oudste raadslid en than6 geeft men de voorkeur in aan Rijkens, tegen wien Van EBveld in April juist uitgespeeld werd én aan Yels Heijn, die toen niet eens in aan merking kwam. Meer spanning veroorzaakte de keuze van den 3en Wethouder. Hier ging 't zuiver rechts tegen links. Met 10 stemmen werd de heer Van Esveld gekozen tegen 8 op den heer Yels Heyn en 1 op 't lid Jorissen. Nn, wij behoeven deze keuze niet te betreuren; de heer van Esveld, de veteraan, is op den wethouderszetel ongetwijfeld op z'n plaats, en de portefeuille van finantiën is hem wel toevertrouwd. De rechterzijde eischte den nieuwen zetel voor zich op en zekor zal 't bij de raadsleden 'n punt van ernstige overweging uitgemaakt hebben, of men er niet goed mode zou doen thans eens 'n man van rechts te kiezen. Wel is waar zgn er onder de clericale heeren niet veel van 't hout, waarvan men Wethouders snijdt, maar een was er toch allicht te vinden geweest, die voor de keuze in aanmerking had kunnen komen. Yan grooten invloed zal echter wel ge weest zijn de omstandigheid, dat. afgezien vau politieke richting^ de heer Yan Esveld als 't ware geknipt is voor 't wethouder schap en er onder de raadsleden niet een is, dio zich beter aan 't ambt zou kunnen wijden. Ware er onder de rechterzijde één geweest die in dezelfde omstandigheden verkeerde als de heer Van Esveld, voor zeker zou men uit billijkheidsgevoel, zoo beideu overigens gelijk stouden, genen 't wethouderschap opgedragen hebben; nu zulks niet 't geval was, mogen wij den raad er niet hard over vallen, dat men niet de billijkheid doch de geschiktheid den doorslag heeft laten geven. De toestand moge in onze dagen door de politiek vertroebeld zijn, 't juiste stand punt is en blijft toch bij de benoeming van Wethouders, dat men niet naar richting maar naar bekwaamheid vraagt. En van dat standpunt beschouwd, kunnen wij ons en zal ook ieder zich—ten volle met de keuze vereenigen. Daar komt by, dat de houding van de rechtsche partgen in de maanden, die achter ons liggen, van dien aard goweest is, dat de liberale leden van den raad weinig roeping zullen gevoeld hebben, ten gerieve der rechterzijde, van 't bovenomschreven juiste standpunt af te wijken, enkel en alleen om met voorbijgaan van 'u geschik tere, 'n man van rechts achter de groene tafel te kunnen brengen. Frankrijk en Duitschland. Zoo zijn dan, na ongeveer drie weken onderbroken te zijn (17 Aug. was de laatste conferentie) de besprekingen van Jules Cambon met v. Kideclen-Witchter hervat. Natuurlijk weet men niets van hetgeen er verhandeld is. Een rapport is meegegeven aan een koerier van het gezantschap, die dadelijk ermee naar Pargs vertrokken is, zoodat de Frausche regeering heden op de hoogte gesteld zal zijn; het ziet er naar uit, dat het publiek nog niet dadelijk zal worden ingelicht. Intusschen moge het zich troosten met de overweging van de Temps: dat de nu gevolgde methode, om eerst de eigenlijke Marokkaansche quaestio te be handelen en pas daarna over de schadel- loosstelling te spreken, alle vertrouwen moet geven op den goeden afloop der onderhandelingen. Het is wel een tgd van tegenstellingen. Niet alleen tusschcn de natiën die als mede dingers tegenover elkaar staan: ook in den boezem van het volk zelf. Het teekent den toestand, dat manifestaties vóór en tegen „den vrede tot elkeu prijs" te Berlijn ge houden zijn, betoogingen op zeer grooto schaal. Op niet minder dan '200,000 per sonen werd de vergadering geschat in het paik te Treptow, waar Liebkneoht, Bern stein, Ledebour, Molkcnbuhr en andere kopstukken der Bociaal democraten de in do hitte opeengepakte menigte doordiongen van huil opvatting, dat elke koloniale politiok niets anders was dan een uitwas van een machts-ontwikkeling, welke op haar beurt het gevolg is van het kapitalisme, en krachtig te keer gegaan moest worden. Dat de overheid zulk een protest iu deze omstandigheden tncli niet gering acht, blijkt wel uit den spoed waaruiée de gewone spreekbuis der regeering, de Nordd. Allge- meino Zeitung, op de uitiog der sociaal democraten antwoordt, door er op te wijzen dat de arbeiders evenzeer belang hebben bij Duitscliland's ontwikkeling als wereld macht en dat de natie de pogingen van hen die iu ecu kritiek oogetiblik zouden willen aansturen op verlamming van de machtsmiddelen, zal weten te verijdelen. Een tegenbeweging, wel niet zoo ont zaglijk, uiaar tocli vau belang, is Zaterdag avond in do „Philharmonie" belegd dooi de Yereeniging tot viering van het Sedan- feest. Licbert, lid vau deu Rijksdag, oefende daar kritiek uit op de z. i. veel te slappe houding der rogeeriug iu zake Marokko. Bismarck is acht jaren te vroeg afgetre den. Hij had ons verweul", zei Liebert o.a. De Temps deelt mede, dat bij de thans hervatte onderhandelingen de Frauschc go- zant tot taak heeft om allereerst van de Duitsche Regeering nauwkeurig omschreven waarborgen te vragen, dat Frankrijk in de toekomst geen belemmeringen in Marokko meer zal ondervinden. Daarna eerst kunnen de door Fraokrijk to geven compensaties aan de orde komen. „De concessies aan deu Congo zijn slechts een quaestie van min of meer; daarentegen zijn de Marokkaansche waarborgen een vraag van alles of niets. Deze waarborgen hebbeu slecht» waarde wanneer zij volko men zijn; worden zij beperkt, op welk punt dan ook, dan verliezen zij elk belang. Wanneer wij ze volkomen verkrijgon, knirnou wij ze betalen, zelfs betrekkelijk duur. Wanueer wij ze slechts onvolkomen verkrijgen, zou zelfs de laagste prijs nog te hoog zijn". Richter aan het woord. Richter, de Duitsche ingenieur uit Jena, die maanden lang do gevangene dor Turk- sc-ho roovers was, is weer onder het be schaafde mcnschdoin teruggekeerd. Hij bevindt zich, naar een bericht aan de Köln. Ztg. mededeelt, sedert 30 Augustus te Salouiki. Daarmede vervalt tegelijkertijd alle twijfel, die gedurende de laatste dogeu weder was gerezen omtrent zijn verblijfplaats. Richter zelf heeft reeds het tijdens zijn terugkeer vau Elassona ontstane oponthoud opgehel derd, doordat hij. ten eerste ziju buiten gewone vermoeidheid als verontschuldiging aanvoerde, waardoor hij zich gedwongen zag van den 23n tot den 26n Augustus te Elassona te 'olijven. Richter is niet de de, man die voor vermoeidheid, zooals de toerist die moet verwachten, terugschrikt. Hij is gehard, bezit genoeg veerkracht om de verschillende vermoeienissen van een moeilijken zwerftocht te kunnen door staan, maar wat hij doorleefd heeft, gaat zoo boven het alledaagsohe uit, dat het in uitgebreide kringeu de meest warme be langstelling wekken moet. Toen Richter in het bosch van Kokinople plotseling door do roovers overvallen werd en hen niet moer kon ontloopen, moest hg nog het schrikwekkende tooneel van de vermoording van den tweeden, hem bege leidenden gendarme toezien, die men door trappen met de laarzenhielen op het hoofd afmaakte. Daarna ging het in razende vaart voort. In 't voorgovoel van wat hem te wachten stond en steeds opgejaagd door de roovers, verloor Richter spoedig de oriëntatie. Waar men hem hcenslecptc, wist hij niet, en wat zich sedert voltrok, drong eerst na zgn invrijheidstelling tot zgn bewustzijn door. Het verblijf bij de roovers was dan ook oen marteling geweest. Richter kon zioh vooreerst niet bezighouden, wat hg op schreef, vernietigde men, evenals men het zijn kaarten en instrumenten gedaan had. Geen vrije beweging was hem veroorloofd om den schuilhoek niet te verraden, zoodat hij zich van de eene verveling in de andere sleepte. Intusschen weid ook do roovers het wachten te lang; zij behandelden hun ge vangene slechter en lieten hem dagelijks gevoelen, dat zij met zijn leven speelden. Het zou geen wonder geweest zijn, als hij daardoor het verstand verloren had. Eindelijk merkte hij een komen en gaan op van lieden, die steeds Grieksch Bpraken. Hij begreep, dat iets gebeurde in verband met zijn persoon, en op een dag zeidon hem de roovers, dat hij vrij was. Richter wilde zijn ooren eerst niet ver trouwen, doch de schelmen vertoonden hun vriendelijkste gezichten en schudden hem de hand. Men gaf hem 9 T. ponden op zgn weg mee en hij, de geheel uitge putte, physiek en moreel gebroken man, die menigeu dag geen voedsel had gehad, kon vertrekken. Zijn verschijning aan de Turksche grena bij Miloena, in het fluweelen toeristenpak met de hooge kousen, spijkerbeslagon bergschoenen, hot hoofd met een welige haard- en baardgroei omgeven, wekte onmiddelgk de aandacht op van de Turk sche wacht. Hij stelde zich »oor. En de gendarmen herkenden in hem den veel- en langgezochten „Allamanli professor", waarop men hem naar Elassona voerde. Hier kwam hij weer wat tot zichzelf en namen ziju gedachten een meer geregelden loop. De Turksche overheden waren zeer tegemoetkomend, hij kreeg weer goed voedsel, en zoo word de reis naar Saloniki voortgezet, waar Richter zich nu bevindt. Toch verklaarde h(j nog hier aan zijn keunissen, dat een beklemdheid op hem rustte, en hij zijn angstgevoel nog niet kwgt kon worden. Bij de familie Jenny -vindt Richter echter de zoo noodige rust, voordat hij zijn thuisreis naar Jena onder neemt. Duitschland. De „Kieutzzeiting bevat een uitvoerig hoofdartikel over de kansen bij een even- tueelen oorlog. Yan een overwegendo supe rioriteit io de bewapening kan nog bij Frankrijk noch bij Duitschland Bprake zgn, want de kunst der luchtschepen en vlieg machines in haar tegenwoordig stadium, kan bezwaarlijk in oorlogstijd een rol spelen, hoezeer Frankrijk ook gelooft, ons daarin vooruit te zijn. Daarentegen heeft Frankrijk zijn Oostelijke grenzen met een aaneengesloten gordel van forten voorzien, en als Duitsland den Oorlog in het vjjan-

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1911 | | pagina 1