DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. No. 2. WOENSDAG 3 JANUARI 1912. 9fc JAARGANG. NABETRACHTING OVER DEN GEMEENTERAAD. BUITENLAND. DE EEMLANDER. Hoolslreilaeleur: Mr. D. J. van Nvliaartlenbnrg. A boiinementspri js Por juar4.Franco per post id. f5.60. Per 3 maanden id. f 1.Franco per post id. f 1.40. Afzonderlijke nummers f 0.05. Bureau: KI.KIMK 1I »A«J Telef. Interc. 1.H8. Prijs der Advertentiën Van 1 tot 6 regels f 0.40. Voor iederen regel meer f 0.08. Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (Bij abonnement belangrijke korting). Tot plaatsing vau advert, en reel, van buiten het kantor. Amersfoort in dit blad is .uitsluitend" gerechtigd het Alg. Binnen-en Buitenlaudsch Advert.- bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 75*78 Amsterdam Met 10 tegen 9 stemmen is het voorstel van B. en \V. om van de beslissing van Gedeputeorde Staten inzake den aankoop van Nimmerdor in hooger beroep te gaan, aangenomen. Tien tegen negen, zuiver rechts tegen links. Ook de heer Kroes stemde tegen. Zictdaar meteen de valsche leuze, waar door ons volk reeds zoo menigmaal is op gezweept, in al haar ouwaarheid en be lachelijkheid ten toon gesteld- De antithese, de tegenstelling tusschen paganisten en politieke christenen zou de vraag beheer- schen of de gemeente er wgs aan doet het landgoed Nimmerdor te koopen? Het is 'n andere lading, welke die antithese ten vlag diout; niet 'n lading van godsvrucht en vroomheid, belangd door het ongeloof vau de paganistische bent, maar 'n lading van starre bohoudzucht, van niet vooruit- willen, van alles-maar-laten-zooals-het-is. Gelukkig zgn d6 September-discussies niet opgehaald. Alleen de heer Oosterveen ging bedenkelijk dien kant uit, maar werd door niemand gevolgd. ■Wat de andere sprekers van rechts in het midden brachten had niet veel om het lyf. De heer Veis Heyn bepaalde zich tot de verklaring dat hij zich kon neerleggen bij de beslissing van Ged.; waarom hg zich niet gebonden achtte door het raads besluit van 1 Sept., motiveerde hij eerst later, daardoor genoopt door den heer Rol. Hagedoorn. De heer Jorissen maakte er 'n paar grappen bij en poogde spelenderwijs goed te maken do onhebbelijkheid, waaraan hij zich den laten Sept. schuldig maakte. Het was zeer prijzenswaard, zeide hij thans, dat de combinatie, aan wie Nimmerdor aangeboden was, de gemeente de voorkeur gegeven had, maar de gemeento mocht nu niet voor de 2de maal van die goedheid gebruik of misbruik maken en moest daarom thans Nimmerdor {aan haar laten. Ja, als Sunyarsen, s J tkasident der Repnblik thing. Dr. SUNYATSEN die tot President van de nieuw gevormde Chineescho republiek benoomd is. de gemeento dergelijke motieven durfde aanvoeren, zou zij eerst recht de veront waardiging van het nageslacht ontketenen. Stel u voor, 'n gemeente, die groote ter reinen, in de schoonste omgeving van de stad in handen heeft en ze dan overlaat aan 'n combinatie! De heer v. Kalken, och ja, die goede heer v. Kalken, als die het woord vraagt, moeten z'n politieke vrienden zich wel het hart vasthouden. Wat dit lid zegt, snijdt lang niet altijd hout. Wij stippen slechts aan: Spr. had slechts zeer weinig raen- schen ontmoet, die het met de beslissing van Ged. niet eens waren. Hawellmaar stel nu eens, dat 'n ander lid niemand ontmoet had, die het met die beslissing wel eens was? Verder! De heer v. Kalken heeft wel vernomen, dat er reeds bouw plannen op Nimmerdor bestaan, maar spr. gelooft het niet. O foei, dat is kras; wat B. en W. officieel in hun memorie van toelichting mcedeelen, gelooft hij niet, maar wat de meoschen op straat hem ver tellen, acht hij van zooveel gewicht, dat hij het in den raad ter motiveering van z'n meening aanvoert! De heer v. Kalken kan soms wij zouden bijna zeggen: zoo onbehouwen uit den hoek komen; maakte bij zich eeni- gen tijd geleden aan 'n niet zoo kwaad bedoelde maar voer den burgemeester weinig vleionde tegenstelling tusschen Burgemeester en de wethouders schuldig, thans maakte hy 'n antithese tusschen de vóór- en de tegenstanders van den aankoop van Nimmerdor en daarbij kende hij aan laatstgenoemden het monopolie toe van ernstige mannen te zijn. Geen wonder, dat do heer Rol. Hage doorn hierop reageerde. Dit lid verstaat zoo meesterlijk de kunst om fijntjes te zeggen waar het om gaat en op staat. Hij zoekt z'n kracht niet in veelheid van woorden of iu opdringerigheid, neen, de heer Hage doorn is steeds een van de laatste spre kers, maar 'n onderwerp kan niet zoo afgezaagd zgn of hg weet er nog 'n frisschen kijk op te geven en terwijl anderen er om heen zweven of zich in allerlei onderdeden verliezen, treft de heer Hag. de zaak steeds in haar kern. Zoo ook beden weer. Tal van sprekers hadden reeds kantteekeningen gemaakt op de toelichting van Ged. en zich pro of contra het voorstel van B. en W, uitgesproken al naar gelang zg den aankoop gezind daarbij eigenlijk geen andere aanvoerend dan hun eigen over- Eindelijk staat ook de heer Hagedoorn op en in 'n keurige rede wijst hij er dan op, dat het geen onderscheid kan maken of men vóór of tegen den aankoop is, maar dat de raad niet berus ten mag in de beslissing van Ged.; of men voor- of tegenstander is, doet niets ter zake, het raadsbesluit dient gerespec teerd to worden. Nu eenmaal bet besluit waren, gronden tuiging. tot aankoop genomen is, moet dit ten uitvoer gelegd worden en waar het Dag. Best. voorgaat, moet de raad volgen. Ons lijkt dit het eenige juiste standpunt. Heeft ons gemeentebestuur op zich geno men ons naar Nimmerdor te brengen, dan dient de reis volbracht te worden. Komen wij nu toevallig Ged. tegen, die 'n spaak in het wiel steken, dan mag de koetsier niet zeggen: „wg kunnen niet verder, laat ons maar te voet terugkeeren". Neen, dan moet hij den wagenmaker er bij roepen om de gebroken spakon te herstellen en eerst als deze weigerachtig is of z'n kunst te kort schiet, mag de wagonbestuurder don inzittenden toeroepen: „wij kunnen niet verder, wg moeten terug". Zoo deden ook onzo koetsiers; maar 'n deel der inzittenden, die als vreesachtige ouwe-juffrouwen reeds in angst en beven de rit meemaakten, trachtten de gelegen heid te benutten en den koetsier te verlei den om heil te laten terugkeeren. Terecht hekelde de heer Hagedoorn deze wijze van doen en de tegenstemmers schenen zelf het scheeve van him positie te bemerken. De heeren Veis Heyn en Jorissen poogden onmiddellijk zich te rechtvaardigen. Laatstgenoemde toonde zich al6 altijd weet zeer spitsvoudig. Er was geen taadsbesluit meer, waDt Ged. Staten hadden het niet goedgekeurd en dus was hg aan niets gebonden. Wat zotte klap! Stel dat de Kroon de beslissing van Ged. vernietigt, komt dan het raadsbesluit hocus pocus in eens weer voor den dag? Of moeten wij dan zeggen, dat de Kroon 'n raadsbesluit genomen heeft? Aan zulk 'n aartsketterij zal toch de heer Jorissen zich niet schuldig mogen maken. Wonderlgke theoriëen hoort men hier iu Amersfoort op Staatsrechtelijk gebied! Zegt de heer Jorissen: het raadsbesluit is vernietigd het is geen raadsbesluit meer," de heer Veis Heyn is van oordeel: „het is no g niet 'n raadsbesluit en ik zal mij eerst geroepen achten aan de ton uitvoer legging mee te werken, als de Kroon de voorstanders in het gelijk gesteld heeft". De heer V. H. acht zich wel gebonden door de beslissing van Ged., welke toch eigenlijk volgens des heereu V. H.'s theorie-geen beslissmg is, voordat de Kroon het laatste woord gesproken heeft! Wethouder Rijkeiis protesteerde kiachtig tegen de traagheid van Ged., die de zaak zoo noodeloos gerekt hebben. Spr. acht het vooral daarom wcnschelgk de beslis sing van de kroon in te roepen, omdat de partij die in het ongelijk gesteld zal wor den, dit gemakkelijker zal dragen, zoo zg weet, dat het advies ingewonnen is vau de hoogste autoriteiten. Wat de zaak zelf betreft, spr. citeert de woorden van Prof. Oppenhcim, die op krasse wijze afkeurde, dat destgds Ged. St. vanGelderland ook den aankoop van een land goed door de gemeente Arnhem tegen gehouden hadden. Ged. mengden zich hier in 'n zaak, ilie beter aan den Raad toever trouwd was. Wethouder van Esveld waarschuwde om toch niet met den nachtschuit te komen. De raad stelle zich niet op het enge stand punt van Ged. maar op het ruime stand punt dat de gemeente niet l'gdelijk mag afwachten op welke wijze de Gemeente zich zal uitbreiden. Bij de rondvraag interpelleerde de heer Gerritsen B. en W. naar aanleiding van aantijgingen in „de. Gemeentewerkman* den gasmoester Buhrmann naar het hoofd geslingerd. Wethouder Kam antwoordde daarop zeer uitvoerig en deelde do resul taten mede van 'n enquête dienaangaande ingesteld en waaruit zonneklaar bleek, dat het bewuste stukje hot gevolg moet ge. weest zijn van 'n onware en onwaardige inblazing. De heer Gerritsen toonde zich zeer ont sticht De Bond van Ned. Gemeente werk lieden blijkt de belangen der werklieden wel zondeiling te dienen, waar dit geschiedt op 'u wijze, die zelfs haar warmsten vriend en beschermer zoo zeer ontstemt. Ten slotte vroeg nog de heer v. Dninen het woord, die geen raadszitting schijnt te kunnen laten voorbijgaan, zonder als 'n moderne Cato z'n „praeterea censeo, dat de Kamperbinnenpoort moet verdwijnen," te doen hooren. Vredesgkruchten. De Romeinsche correspondent van de Deutsche Tageszeitung schreef 31 Decem ber: „Niettegenstaande alle dementis kan ik verzekeren, dank zij inlichtingen welke ik uit diplomatieke kringen verkreeg, dat zeor ijverig gewerkt wordt aan het doen tot stand komen van den vrede tusschen Italië en Tuikije, niet alleen in Rome en Konstantinopel, doch vooral in Berlijn, Weenen en Parijs. Op het oogenblik kan nog niet gezegd worden welk karakter en welke plannen het nieuwe kabinet in Turkije hebben zal. Over het algemeen twijfelt men er echter niet aan, dat het trachten zal zoo epoedig mogelijk vrede te sluiten, door eenerzgds afstand te doen vau den schijn alleen zon der inhoud en anderzijds het goede te nemen dat der Porte nog geboden wordt. De diplomaten zijn van meening, dat in Januari 1912 de vrede nog tot stand zal komen". Deze informatie klopt met hetgeen de correspondent van de Yoss. Zeitung heden uit Konstantinopel seinde: „Ik verneem uit Jong-Turkscho kringen, dat zg den wensch koesteren vrede met Italië te slui ten. Ken officieele stap is wel is waar nog niet gedaan, doch reeds zijn de voorwaar den kenbaar gemaakt, waaronder het be ëindigen van den oorlog mogelijk geacht wordt. Do voornaamste moeilijkheid is ge legen in de proclamatie van de annexatie door Italië. Doch men gelooft hier dat de Italianen, wanneer Turkije afstand doet van Tripoli, zullen ingaan op oen erken-

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1912 | | pagina 1