Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 34. Zaterdag 18 November 1893. Zevende Jaargang. DE EEMBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Yeenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. Abonnementsprijs par dria meenden i Franco per postf 0,40. Afzonderlijke nummersf 0,05. BureauKrommestraat, F 227. Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Prijs dar Ad varten ti to: Van 1 tot 6 regelsf 0.30 Voor iederen regel meer- 0.05 lerlyk Vrijdagavond Eene nabeschouwing. Nu de politieke demonslraliën in Frankryk, die in de staatkundige wereld zooveel spanning teweeg brachten, weder voorgoed tot de geschiedenis behooren, loont het wel de moeite eens te beschou wen, welke resultaten deze voor de Fransche natie hebben ea nog kunnen opleveren zoowel op godsdienstig als op staatkundig gebied. Een geschiedkundig overzicht moge hier voorafgaan. Allereerst meenen wij nu hier in herinnering te moeten brengen een schrijven van Z. H. Paus Leo XIII in dato 7 Januari 1893 aan den bekenden Franschen katholieken staatsman graaf de Mun gericht, waarin o.a. voorkomt ,Hoe dikwijls hebben wij het niet herinnerd dat, zoolang de Kerk en de burgerlijke maatschappij elkaar de hand gaven en gezamenlijk werkten, ieder in zijn eigen werkkring, de Fransche natie alsdan groolache ondernemingen kon ten uitvoer brengen en aan 't nageslacht een glorierijken naam kon overlaten. Maar, helaasmet hoeveel stelligheid bewijst ook de geschiedenis niet dat, wanneer de noodlottige raad gevingen eener valsche politiek die kostba re eensgezindheid in gevaar brachten, Frankrijk alsdan, verscheurd door on- vruchtbaren twist, ellendig de prooi werd van kortzichtige en baatzuchtige secta- rissen, die, na zelfs het gevoel van eer en plicht te hebben verloren, tot groot nadeel van de natie, hun eigen belang stellen boven het algemeen welzijn. Herhaaldelijk hebben wij, op grond dezer omstandigheden en geroerd door een gevoel van vaderlijke genegenheid jegens Frankrijk, de oudste dochter der Kerk, het woord gericht tot de Fransche natie, om aan alle menschen met gezond verstand en goeden wil de noodzakelijk heid te betoogen van, bij gemeen overleg, den republikeinschen regeeringsvorm aan te nemen, daar deze aanneming het eenige middel is om, door samenvoeging van allo krachten, don godsdienslvrede te herstellen en met hem de eensgezind heid tussehen alle burgers, den eerbied voor de overheid, de rechtvaardigheid en de eerlijkheid in hel openbaar leven. Wij kunnen enkel deze zelfde gevoelens aanraden en bevesligen, Ihans nu w(j, meer dan ooit, Frankrijk de hulp van al zijne zonen zien noodig hebben. Wij noodigen allen uit hun eigen belang en hunne politieke oneeuigheid lerzij te stellen, om hun krachten te vereenigen legen het gemeenschappelijk gevaar, om het vaderland tegen te houden op de gladde helling, die naar den ondergang voert, door in de openbare instellingen, vrijheid, rechtvaardigheid en eerlijkheid te doen zegevieren en den eerbied in te voeren, die verschuldigd is aan 't gelool van de meerderheid der Franschen." Men mag zich hier met reden afvragen: Heeft deze roerende vermaning en deze dringende uitnoodiging des Pausen lot een gemeenschappelijke verdediging der Kerk en maatschappij in Frankrijk nog eenige uitwerking gehad Oppervlakkig beschouwd zou men geneigd zijn te ant woorden, dat het woord des Pausen haar doel geheel heeft gemist. De glorierijke naam der Fransche natie werd nog meer bezoedeld, en de noodlottige verdeeldheid onder de Katholieken des Lands heeft weinig verbetering ondergaan. Het gevoel van eer is al verder zoek geraakt. Van samenvoeging van alle krachten, om den godsdienstvrede te herstellen viel al zeer weinig te ontdekken. En van rechtvaar digheid en eerlijkheid in het openbaar kan al evenmin sprake zijn. Vóór nog genoemd Pauselijk schrijven verscheen had de stem der bestolenen, van wie sommigen door de Panama- zwendelarijen lot den bedelstaf waren gebracht, om wraak geroepen tegen de bedriegers en afzetters in het groot, welke in de hoogste kringen in Frankrijk zich bewegen. Noch de Regeering, noch de Loge, noch het Jodendom vermocht de stem te smoren, die als razend om recht en rechtvaardigheid riep. De be schuldigingen tegen Ministers, Kamerle den, Joodsche woekeraars en afzetters, stapelden zich op, terwijl de deuren der gevangenissen zich ontsloten, oin de eeislc personen des lands binnen hare muren op te nemen. Het volk, wakker geschud uit zijn sluimering, tierde en eischle de terechtstelling der misdadigers. De onthullingen brachten aan het licht dat de hoogste ambtenaren des Rijks hun eer, hun waardigheid en hun geweten aan joodsche zwendelaars en bedriegers verkochten voor eenige judaspenningen, Geen wonder dus dat een rilling van ontzetting door Frankrijk voer, toen het zich zoo zag overgeleverd aan personen van het allerlaagste allooi. En wie waren wel de personen, die op de bank der beschuldigden moesten plaats nemen De Parijsche Figaro zal het ons zeggen. Veertien jaren te voren werd een commissie van enqutte belast met de instructie tegen de ministers van 16 Mei, en daaromtrent schrijft 'iet blad: «Het voorstel tot het benoemen dier commissie deed de heer Al- bert Grévy, de oom van Daniel Wilson en de senator, die wegens zijn vriend schap met den bankier de Reinach, voor den rechter is geweest. Leden der commissie waren onder anderen Leon Renault, die mede onlangs buiten be schuldiging is gesteldFloquet, de voormalige Kamerpresident, die toezag of het geld van de Panamamaatschappjj wel in de kas van bevriende bladen kwam en Baïhaut, de oud-minister, die in Mazas zit, omdat hy 375.000 francs heeft aangenomen voor het in dienen van het voorstel, om de Panama maatschappij vergunning te verleenen lot het uitschrijven eener leening. Brisson was rapporteur en Albert Grévy president dier commissie. In de zitting van 8 Maart 1879 werd met 317 tegen 159 stemmen het ministerie-De Broglie buiten vervol ging gesteld. Voor het in-beschuldiging- stellen van die ministers stemden Baï- houl, Devós, Floquet, Antonin Proust en Rouvier, mannen, die thans zulk een fraaie rol spelen. De President had van de beschuldiging afgezien, maar Floquet nam haar in die zitting op. ,De minis ters van 16 Mei, riep hij uit, zijn mis dadiger den Polignac. Ik doe een beroep op onzen waarden en hooggeferden minister van openbare werken „De Freyeinet." Ten slotte drong hij nan op een justitie zonder genade. „In de toepassing der justitie, zoo besloot hij, ligt een groote waarborg in de vrij willige verwaarloozing van recht en rechtvaardigheid daarentegen een groot gevaar." Dat waren nu de mannen, die de ministers, welke onder het bestuur van den eerljjken, loyalen Mac-Mahon als zoodanig optraden, in staat van be schuldiging wilden stellen, omdat zij I Frankrijk in een godsdienstige en eerlijke politieke richting wilden leiden. Maar daarmede ware dan voor hen de pas afgesneden om aan den staatkundigen disch zich ten volle te kunnen verzadi gen. Wel gelukte het niet wat zij des tijds beoogden, maar het bestuur dca lands hadden ze toch reeds bemachtigd. De sporen als aarlsschurken konden nu door hen worden verdiend, en daar van hebben zij een bewijs gegeven eenig in zjjn soort. Veilig mocht men dus verwachten, dat na de ontzettende crisis, die Frank rijk weder had doorleefd, en na al de onthullingen, die het land zoo hadden beroerd, de vaderlijke vermaning des Pausen met dank zou aanvaard en ter harte worden genomen. Wat heeft de uitkomst geleerd Hierover in een volgend artikel. BUITENLAND, De Engelsche Regeering heeft hare bemiddeling aangeboden in de geschillen tussehen de mijn-eigenaren en de werk stakers en deze is zoowel door den Mijnwerkcrsbond als door de Vereeniging der Mijneigenaren aanvaard. Heden houdt de tot dit doel benoemde commissie onder voorzitterschap van lord Roseberry hare eerste zilling, waarop vermoedelijk ris grondslag voor de verdere regeling zal worden bepaald, dat de arbeid in de mijnen zes maanden hervat zal worden tegen hel vroegere loon, gedu- durende welken tijd eene blijvende schik king zal gemaakt worden. Het groot nadeel, dat Engeland door de stremming der kolenproductie lijdt, is oorzaak dat de Regeering besloot tot dezen buiten gewonen maatregel over te gaan. De anarchisten hebben ook te Londen vergaderingen gehouden ter viering van den dood der „martelaren van Chicago." De gewone bloeddorstige redevoeringen werden uitgesproken. In eene meeting verloonde men een miniatuur-galg, aan welke eene pop, voorstellende den En- gelschen minister van Binnenlandsche Zaken, slingerde, met het opschrift: „Asquith de moordenaar." Verder ver kondigde een der sprekers, dat het te Barcelona gegeven voorbeeld spoedig zou worden nagevolgd. Naar aanleiding van den aanslag in het Liceo-theater zijn te Barcelona ruim zestig anarchisten in hechtenis genomen. Men vond in hunne woningen ontplof bare stoffen en opruiende geschriften. De burgers verkeeren in grooten angst voor verdere aanslagen. Verscheidene handelslirma's laten niemand toe in hunne gebouwen zonder een speciaal toegangsbewijs. Men wil een aanlal buitengewone politieagenten in dienst nemen. Allen, die der politie maar eenigszins verdacht voorkomen, worden uit de slad en den omtrek verwijderd. Te Villanueva is inmiddels weer eene, bij de gendarmerie-kazerne nedergelegde en met nitroglycerine gevulde bom ont ploft, gelukkigerwijs slechts materiëele schade aanrichtend. De Frar.sche Regeering heeft aan de Spaansche grenzen een streng toezicht bevolen op de overkomenden uit Spanje, leder van gene zijde der Pyreneeën, die het Fransche grondgebied betreedt en verdacht wordt anarchist te zjjn, moet in verhoor worden genomen en in ver zekerde bewaring blijven, tot dat speciale politiedienaren uit Parijs, die per tele graaf ontboden moeten worden, aange komen zullen zijn om verder onderzoek te doen. Om aan de Fransche overheid die taak gemakkelijk te maken, zijn haar van wege de Spaansche politie de ver- eischte raededeeiingen en inlichtingen verstrekt, De Fransche regeering heeft een hoofd- FEUILLETON. Op 500 mjjlen afstand van Snaas nar, aan boord van de Oxns, Oct 1892. Waardt Zattere en Broeden. Eergisteren, 's avonds laat, of zoo ge wilt zeer vroeg in den morgen, zjjn wy te Hong-Kong aangekomen, waar wjj een geheeien dag hebben doorgebracht bj) den Procnrenr-generaal der vreemde Missiën. Ik geloof, dal ik n per brief kaart reeda beb meegedeeld, dat de steden boe langer boe mooier worden. Napels zien en dan sterven, zegt een profaan spreekwoord, waar door, zooals bekend is, te kennen gegeven wordt, dit het gezicht op Nepels bet prachtigste is, dat men op de wereld kan aanschouwen. Weina, op een zelfde wijze kan men spreken van Hong-Kong. Hen komt met de boot tuascben het vaate land van Azië en twee eilandjes. Op deze eilandjes ia de bedoelde stad gelegen. Ressacblige bergen, die sterk afbellen, begren zen een eilandje aan den zeekant en tegen die helling aan is de prachtige stad gebouwd. Bij onze aankomst aldaar wu bet donker, en 's avonds, toen wjj wederom op de boot waren tarnggekeerd, wa« het insgelijks zeer donker. Wanneer ik nu zeg, dat de etad Hong-Kong tegen de belling van de bergen en langs de zee gelegen eleclrisch verlicht wordt, dan zult ge mjj zeker willen gelooven, indien ik n zeg, dat wg aren op het dek hebben gestaan om die geïllumineerde stad te bewonderen. De sin ten in Hong-Koog zjjn echter minder, veel min der breed en minder beplant dan te Saigon, in dit opzicht staat Hong-Kong bji Saigon ten Van den anderen kant echter heeft men te Hong-Kong plantsoenen en prachtige gezich'en (van af de bovenstad over de benedenstad, over geven. Wjj moesten bjj onze aankomst te Hong- Kong met den pater, die ons kwam aflialeD, een derde gedeelle van de stad beklimmen om hnnne woning te bereiken. Wjj kwamen daar zeer vermoeid aan, want de helling der stralen ia geheel iets andera dan die van som mige straleD te Nijmegen. In letterlijken zin zeggen wjj echter niet Hong-Kong zien en dan sterven. Neen, dal laatste slaat nog geenszins op ons programma. Indien O. L. Heer het goedvindt, hopen wjj nog lange n God et heil o zielen en die der Chinezen in Mongolië den. Neen, Hong-Kong was zelfs niet zoo be koorlik, dat het ons langen tjjd in zjjn mid den had kunnen houdenintegendeel, hoe meer wjj ons doel naderee, hoe meer wjj be ginnen te verlangen onzen voet te kannen plaat sen op den grond, dien wjj in bet zweet oozes aanscbjjns moeten bewerken; boe dichter wjj komen bjj die ongelukkige heidenen, die nog in de duisternis van afgodiog omdolen, des te meer begint ons hart te kloppen van medelij den mogen de goede thans bezielen, ten uitvoer gebracht worden, 'i Avonds naar de boot tarnggekeerd, zjjn wjj gleed, een spiegel geijjk, maar in het ruime sop gekomen, begon de zes verschrikkelijk ontslnimig te worden en ditiszjj ook na nog. Van iemand heb ik reeds vernomen, dat bjj dien gepasseer- den nacht meende, dat do boot zou vergaan. Geen zorg echter, O. 1,. Heer doet wat goed is en de Moeder Gods. die ons tot nn toe znlk een goede reis heeft bezorgd, zal nog wel voor ons bljjven zorgen. Gisterenavond zjjn wjj in aan raking gekomen met een Chineesch passagier. Nadat ik hem eerst in 't Engelscb, toen in 't Fransch had aangesproken, welke talen bij echter niet verstond (uitgenomen 't Engelscb, waarvan hjj eenige woorden kende), begonnen wjj, voor zoover 't ons mogeljjk was, ons in 't Chineesch uit te drukken. Wjj vroegen hem wie bjj was en waar bjj naar toe ging en wjj ver namen toen, dat bjj mandarijn wu en naar Tien-tsin ging. 'tWas een jongeling van 23 jaar. bjj dwong ons weinig vrees of respect at, 't was, zoo scheen bet ons, een goede jongen met Cbineezen moet men echter voorzichtig we zen. Wjj presenteerden den mandarjjn een si gaar, die bjj onder een beleefddank o, aan- naam en met schijnbaar welgevallen in rook wolken deed verdwijnen. De boot schommelt verschrikkelijk, ik zal daarom voor beden eindi gen ik gelool overigens ook, dat ik, wal bet Eoowat uitgeput ben. Dut ranneer de zee kalm en er stof voorbanden is, a ik Shaso-hsi 28 Oct. '92. De zee wu kalm geworden twee booten zjjn vergaan tussehen Saigon en Hong-Kong, ten gevolge van een lyphonwjj zjjn er goed tus sehen doorgevaren en den ttea dezer, ruim middag, legden wjj aan te Shang-hai. Het laatste anderhalf uur van de nu afgelegde reis hebben wjj echter met een kleine stoomboot moeten maken, dewijl Sbang-hai een weinig diep genoeg is voor de Oxus. Te'Shang-hai was onze, Procureur om ons at te halen. Dat wu een leven. Al onze bagage (een schuur vol) moest worden afgeladen en nur den Procurem gebracht. Natuurlijk waren er terstond een geheele schaar Chinezen, die zich presenteerden om de bagage weg te dragen. Wjj moesten er ons kringsgewijze om heen scha ren en onze stokken gebruiken om hen van de bagage af te slaan. Wjj zijn hier reeds eenige dagen en bljjven tot 3 of 4 Nov. om dan naar Tien tsin Ie vertrekken. Gisteren zijn wjj naar Si-ka-wei geweest (1 aur van hier) waar wjj veel hebben gezien, doch hierover later, wanneer ik in de Missie zal zjjn, dewjjl ik dat olies dan nog juister kan beschrijven. Ahen dit niet te vergeten. Toen wjj teSang-hai aankwamen, zjjn wjj met. kleine rjjtnigjes, door een Chinees getrokken, nur den Procureur gereden, dewijl de afktand nog al groot was en wjj een gedeelte van onze bagage moesten meenemen. Acht kregen een goed paard ("dat wil zeggen een Chinees, die goed kon loopse, maar de mijne wu een suk kelaar. Hjj kon de overigen niet volgen, ofschoon ik hem van t(jd tot tjjd aanspoorde. Niet lang dnnrde liet of ik had de anderen uit het oog verloren. Ik dacht bjj rnjj zeiven't ia niets, hjj zal den weg wel kennen en mjj wei brengen, waar ik wezen moet. Opeens echter hield ijn rijtuig stil voor. den procurear, waar k we zen moest 1 neen, voor de post-ollice (een post kantoor). Dat ia mis, zeide ik lot rag zeiven, den Chinees kon ik echter niet zeggen wat ik wilde. Ik ging bet postkantoor maar binnan.en liep daarin zoolang tot dat ik een boambte aan trof. Ik sprak hem aan in 't Eogelacb, hetwol'. hier veel geaproken wordt. Gelukkig, hjj verstond mjj. Ik vroeg hem vervolgens of hjj mjj kon zeggsn waar de Procureur der Belgiache mis siën woonde. Ongelukkig kon bjj het niet zeg gen. Wat nn te doen 1 Ik vroeg hem of by my een katholieke kerk kon wyzen. Dit gelukte; hy maakte myn paard bekend wurbeen by my brengen moest, en ik kwam ergenB in een groot hnis. Ik zag een muse Chinezen, kantoren enz. maar niets dat op oen putorie geluk. Men liet mjj echter in een kamer, dewjjl ik een Pater had gevraagd, die na eenige oogenblikken ver scheen. Dat wu er een, die Franscb sprak en mjj kon helpen. Hy riep un kleine jongen tut de school (want het wu daar een college), die my by den Procureur en de endere medebroe ders bracht. Adien tot later. De brieven moeten weg. Wy bebben vul schik. Gods buten zegen. Bidt voor nw liefhebbenden Br.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1893 | | pagina 1