Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 13. Zaterdag 30 Juni 1894. Achtste Jaargang. DE EEMBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Bameveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. Abonnementsprijs per drie tananden Fhu .co per postf 0,40. Afzonderlijke nummersf 0,05. BureauKrommestraat, F 227Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Prij» der Advertontièn: Van 1 tot 6 regelsf 0.30 Voor iederen regel meer-.0.05 CorrespondenliSn e: n het bureaa bezorgd r.jn. ENCYCLIEK ren onsen Allerheiligsten Vader LEO XIII, doer de Goddolllke Voorzienigheid Paul. (I) is alk Torsten rn volkeren der aarde, LEO XTTT, PAUS. Heil en Vrede in den lieer. De schitterende bewijzen van alge- meene deetaeming, welke Wij gedurende het geheele verloopen jaar bij gelegen heid van Ons bisschoppelijk jubilé uit alle oorden der wereld hebben ont vangen, en die in den iaatsten tijd nog vermeerderd zijn geworden door de treffende bewijzen van kinderlijken eerbied Ons uit Spanje geschonken, hebben Ons op de eerste piaais daarom verblijd, wijl in die eensgezindheid de eenheid der_ Kerk en haar wonderbare vereeniging-Wt den Paus van Rome heerljjk heeft uitgeblonken. Het scheen alsof de katholieke wereld in die dagen de gedachte aan al het andere had laten varen, en hart en geest alleen gevestigd hield op het Vaticaan. Gezantschappen van vorsten, ontelbare pelgrimsscharen, geschreven betuigingen van dé hartelijkste liefde, plechtigheden vol verheffing legden een treffend getuigenis af, dat in qpnhanke- lijkheid jegens den Apostolischen Stoel al de Katholieken één van ziel waren en één van geest. En dit verschijnsel was voor Ons des te aangenamer en weldadiger, wijl hel zoo geheel overeenstemde met Onze bedoelingen en Onze gezindheid. Met het oog immers op de tijdsomstandig heden en gedachtig aan Onze bediening, hebben Wij steeds hiernaar getracht, en door woord en daad zooveel in Ons vermogen was, beoogd om alle volken en stammen nauwer aan Ons te ver binden en den heilzamen invloed van het Pausschap in een helder licht te stellen. Daarom zijn en blijven Wij vervuld met dankbaarheid, vooreerst jegens Gods Goedheid, dieOns het groote voorrecht schonk, dezen hoogen ouderdom te be reiken vervolgens jegens de Vorsten, de bisschoppen, de geestelijkheid en jegens allen, die door veelvoudige blijken ven kinderlijke liefde en hulde getracht hebben Onzen persoon en Onze waar digheid te vereeren, te vertroosten en te verblijden. Toch ontbrak er veel aan een volko- mene en rechtmatige vreugde. Want te midden van die uitingen van algemeene bljjdscbap en geestdrift werd een groote menigte opgemerkt, die geenszins met het vreugdebetoon van de Katholieken instemde, deels wjjl zij geheel van de verhevene leer des Evangelies is uitge sloten, deels wjjl zjj, olschoon nog den naam van Christen dragende, zich van het katholieke geloof blijft verwijderd houden. Die geachte deed ons en doet dit nog voortdurend pijnlijk aanhet is immers niet mogelijk, zonder smartgevoel te denken aan zulk een groot gedeelte van bet menschelijk geslacht, dat door O V «ruling van De Tijd. de dwaling van ons verwijderd is. Daar Wij de plaats bekleeden van den almachligen God, die wil dat alle menschen zalig worden en tot de ken nis der waarheid komen, en, nu Onze hooge leeftijd en Onze bittere zorgen Ons voortdrijven naar het einde van Ons leven op aarde, scheen het Ons toe Onze plicht te zijn, het voorbeeld na te volgen van Onzen Verlosser en Meesier Jesus Crislus, Die kort voordat Hij zou wederkeeran naar den Hemel, met innige gebeden aan Zijnen Codile- lijken Vader smeekte dat Zjjne leerlingen en Zijne volgelingen één mochten wor den van geest en van hart: ,Ik bid V, dat allen Mn mogen zijn, zooals (lij Vader in Mij en Ik in U, opdat ook zij één mogen wezen in Ons." Dat deze goddelijke bede niet alleen hen omvatte, die toen in Jesus Christus geloofden, maar ook allen zoovelcn er in den volgenden tijd gelooven zouden daarin ligt voor Ons een gegronde reden ora met vertrouwen Onze verlan gens uit te spreken, en om te trachten zooveel in Ons vermogen is, dat alle menschen zonder eenig onderscheid van geslacht of woonplaats, worden geroe pen tol de eenheid van het Goddelijk Geloof. Wijl Wij bij deze Onze plannen wer den aangespoord door de liefde, die le eerder toesnelt daar waar de noodza kelijkheid om te helpen grooter is, daarom wordt Onze geest het eerst geroepen lot de volkeren, welke het ongelukkigst zijn van alle die het licht des Evangelies of nimmer mochten ont vangen, of bij wie hel, nadat zij het ont vangen hebben, door eigen zorgeloosheid of door te verren afstand van Ons, weder gedoofd is. Daar alle heil komt van Jesus Christus, .want geen andere naam is onder den heme| den menschen gegeven in welken wij «unnen zalig worden" ('I, daarom wenschen Wij allervurigst, dal alle slrekcn der aarde weldra worden vervuld van Jesus' allerheiligsten naam. Hierin heeft de Kerk nooit te eeniger tijd nagelaten de laak te vervullen, die Haar door God is opgedragen. Wat heeft zij negentien eeuwen lang gearbeid wat heeft zij met grooter ijver en wat met grooter volharding als haar taak volbracht dan alle volkeren te voeren tot de waarheid en tot de instellingen van Christus? En nog heden ten dage sicken de verkondigers van het Geloof op Ons woord over de zeeën, om voort te trekken tot de uiterste oordenen nog heden smeeken wij dagelijks van God af, dat Hij genadig het aantal moge ver- grooten van de bedienaren van het Heilige, het apostolisch ambt waardig, die, in waarheid, niet aarzelen alle ge makken en hun veiligheid, en zoo het moet, ook hun leven te offeren voor de uitbreiding van het rijk van Christus. Daarom haast U, behoeder en vader van het menschelijk geslacht, Jesus Christus, stel niet uit le vervullen, wat Gjj OTimaal gezegd hebt te zullen doen, dat als Gij zoudt zijn ten Hemel opgeklommen van de aarde, allen zoudt optrekken lot U. Derhalve daal neder en vertoon U aan die ontelbare schare, die tot nu toe verstoken is gebleven van de overgroote weldaden, welke Gjj door Uw bloed voor de stervelingen verworven hebt. Wek hen, die in de duisternissen en in de schaduw des doods gezeten zijn, op, opdat zij, verlicht door de stralen van Uwe wijsheid en Uw macht, in U en door U één zjjn. Over dit geheim der eenheid naden kende, komen Ons verder voor den geest al de volken, welke de goddelijke genade reeds lang van de dwalingen van den tjjd tot de wijsheid van het Evangelie getrokken heeft. Niets voorze ker is aangenamer, om zich te herinne ren, noch wekt ons meer op tol lofprij zing der Goddelijke Voorzienigheid, dan de terugblik op de oude tijden, toen het geloof, van Godswege ontvan gen, als hel vaderlijk erfdeel van allen en van ieder afzonderlijk beschouwd werd toen alle beschaafde volken, door woonplaats, aanleg, zeden verschillend, ofschoon over andere zaken meermalen ouderling strijd voerend, niettemin door den godsdienst, door hel christelijk geloof allen te zamen verbonden werden. E11 maar ul te zeer moeien Wij ook, deze herinneringen Ons voor den geest roepende, bejammeren, dat in den loop van latere eeuwen door het sfoken van verdachtmakingen en vijandschap groote en bloeiende volken van de gemeenschap der Kerk van Rome werden losgerukt. Hoe droevig dit ook wezen moge, niet temin richten Wij, vertrouwende op de genade en de barmhartigheid van den almachligen God, die alleen de volheid der tijden kent en in Wiens macht hel is den wil der menschen te leiden wer- waarls Hij wil, den blik op deze zelfde volken, en vermanen, en smeeken hen, dat zij, alle verdeeldheid ter zijde stel lende, tot de eenheid willen lerugkeeren. In de eerste plaats richten wij vol liefde Onzen blik naar hel Oosten, van waai in den aanvang het heil voor ge heel het menschelijk geslachl is opge gaan. Ons hoopvol verlangen toch doet Ons de blijde verwachting koesteren, dat de lijd niet ver meer verwijderd is, waarop de Oosterschc Kerken, zóó be roemd door haar aloud geloof en vroo- geren luister, zullen lerugkeeren daar van waar zij zjjn uitgegaan. En dit Ie meer, daar zjj niet door een ontzag lijken afstand van Ons gescheiden zijn immers, als men enkele punten terzjjde stelt, stemmen zij in alle overige zóó zeer met Ons overeen, dat bij het ver dedigen van dAijtalholicke leer niel zel den de geluigaflssen en bewijzen door Ons aan de leer, de gewoonten en ker kelijke gebruiken der Oosterlingen ont leend worden. Het voornaamste punt van verschil betreft het primaatschap van den Paus van Rome. Dat zij echter acht geven op de eerste tijdendat zjj nagaan hoe hun voorouders daarover gedacht hebbenwat de eeuwen, die den aanvang het meest nabij waren, hebben overgeleverd. Daaruit toch zal ten duidelijkste blijken, dat de godde lijke getuigenis van Christus: Gij zijl Petrus, en op deze steenrots zal ik Mijn Kerk gouwen," op de Roomsehe Pausen "in toepassing is. Ook zagen de eerste eeuwen niet weinig Pausen gekozen uit het Oosten- zelf onder de voornaamste noemen wij Anacletus, Evaristus, Anicetus, Eleu- therius, Agathon en Zosimus, van welke de meesten, nadat zjj het beheer der geheele Kerk met wijsheid en heiligheid gevoerd hadden, hun bloed voor haar ten offer hebben gebracht. Er bestaat volkomen klaarheid omtrent het tijdstip, de oorzaak en de aanstokers der onge lukkige verdeeldheid. Vóór den tijd, waarop de mensch scheidde wat God verbonden had, werd door alle volken van de christelijke wereld de naam van den Apostolischen Stoel heilig gehouden en werd aan den Paus van Rome, als aan den wettigen opvolger van den H. Petrus en op dien grond als plaatsver vanger van Jesus Christus op aarde, door het Oosten en het Westen in vol komen overeenstemming zonder eenige aarzeling gehoorzaamheid bewezen. Om die reden dan ook deed zelfs Photius oin tot het begin van de scheiding op te klimmen pleitbezorgers voor zijn zaak naar Rome vertrekkenen zond Paus Nicolaas I, zonder van iemand tegenspraak te ontmoeten, uit Rome zjjn gezanten naar Constanlinopel, .om de zaak van den Patriarch Ignatius naar stig te onderzoeken en den Apostolischen Stoel volledige en waarachtige berichten daaromtrent te verstrekken." Zoo beves tigt gansch de geschiedenis der gebeur tenissen ten krachtigste het primaat schap van den Stoel van Rome, waar over toen de strijd losbarstte. Eindeljjk hebben in de algemeene conciliën zoo wel in het tweede van Lyon, als in dat van Florence, Latijnen en Grieken, zoo- als iedereen weet, de oppermacht der Pausen van Rome in volkomen over eenstemming en met algemeene stemmen als leersluk bekrachtigd. Wjj herinneren aan dat alles, dewijl Wij daarin nis een uitnoodiging kunnen zien tot verzoeningte meer naardien in onze dagen bij de Ouslersehe volken een veel betere gezindheid dan le voren ten aanzien der Katholieken wordt waar genomen, ja, zelfs blijk wordt gegeven van een zekere welwillendheid te hun nen opziehte. Met name kon men dit opmerken ter gelegenheid van de bede vaarten naar het Heilige Land, waar de meest treffende bewijzen van hoflé- Ijjkhcid en vriendschap den onzen van hunnentwege ton deel vielen. Derhalve opent zich Onze mond tot 11 alten, van den Griekschen of van eeni- gen anderen Oosterschen ritus, die met de katholieke Kerk in tweespalt leeft. Herdenkt, bidden Wij, hetgeen door Hessarion zoo vol van' liefde uwen va deren werd toegevoegd: Welk antwoord «00 sprak hij, welk antwoord zullen wij (tod kunnen geven, wanneer Hij ons afvraagt, waarom wij gescheiden leren van onze broeders, Hij die, om ons te vere.enige.11, ons tot één schaapstal te 'irengen, zelf van den hemel neergedaald, oteesch geworden n gekruisigd 'is 'f Iloe geslacht haat ons dit niet dulden, verwaardige vaderslaat ons dergelijke gevoelens niet zijn toegedaan laat ons niet zoo zorgeloos handelen voor ons- zelven en voor de. onzen." Overweegt voor God met nauwkeurigheid wat Onze verlangens zijn. Uit geenerlei mensche- Ijjke beweegreden, maar enkel gedrongen door de goddelijke liefde en door de zucht 0111 ons aller heil te bewerken, dringen Wij aan op verzoening en ver eeniging melde Roomsehe Kerk, achten Wij een vereeniging uoodig, die volledig en volmaakt is. Zulk eene toch kan niet eene gemeen schap genoemd worden, die alleen be staan zou in een zekere overeenstem ming van gelootsdogmaas en een wis seling van broederlijke liefdebewijzen. De ware vereeniging lusschen Christenen is die welke de Stichter der Kerk, Jesus Christus, heeft gegrondvest, en die Hij wilde dat beslaan zou in de eenheid van geloof en bestuur. Vreest daarom niet, dat Wij of Onze Opvolgers ook het minst zouden willen afdingen awe rechten, op uwe patriarchale privileges, op de ritueele gebruiken van uwe onderscheiden Kerken. Immers, te allen .tjjde lag en nog steeds ligt het in de gedragslijn van den Apostolischen Stoel, allerminst karig te zijn met de vrjjheid, aan de rechtmatige gewoonten van elk bijzonder volk gelalen. Is echter uwe gemeenschap' met Ons her steld, dan zullen daarvan voor uwe Kerken een verhoogde waardigheid, een ,ve bloei onder Gods zegen het gevolg zjjn. God zal daardoor in Zjjne oneindige goedheid de beden verhooren, die gij-zelven tot Hem richt: Doe op houden de scheuringen der Kerken en Vereenig degenen die verspreid zijn, breng de dwalenden terug en vereenig hen met uw heilige Katholieke en Apostoli sche Kerkzoo zult gij hersteld worden tot dat eene heilige geloof, 't welk de hoogste oudheid Ons zoowel als u stand vastig heeft overgeleverd dat uwe ouders onverlet hebben bewaard dat door den glans hunner deugden, door de grootheid van hun vernuft, door de uitnemendheid hunner leering om atrjjd is verheerfjjkt in een Athanasius, een Basiiius, een Gregorius van Navarre, een Joannes Chrysostoinus, de beide Cyrillussen en zooveel andere groote mannen, wier glorie naar waarheid aan beide Kerken, de Oostersche sn de Westersche, toe komt als een gemeenschappelijk erfdeel van een waardigheid, waarin zij beiden deelen. En u vooral meen Ik hier te mogen toespreken, volken van slavischen slam, wier grootsche verschijning in de ge schiedenis door tal van gedenkleekenen getuigd wordt. Gij weet hoezeer zich voor uw volk verdienstelijk maakten die groote heiligen Cyrillus en Methodius, wier nagedachtenis Wij-zelven enkele ja ren geleden Ons beijverd hebben met voegzaam eerbetoon te omringen. Door hun deugden en werken hebben de meeste volkeren van slavischen stam zich beschaving en heil zien aanbrengen. Vandaar dat tusschen Slavonië en de Roomsehe Pausen langen tijd een we- derkeerige verhouding bestond aan de een zjjde van verleende gunstbewijzen, aan de andere zjjde van een allertrouwste kinderliefde. Heeft sedert de ellende der lijden uwe voorouders voor een groot gedeelte vun de Roomsehe belijdenis vervreemd, bedenkt van hoeveel belang liet is, tot de eenheid weer te keeren. Ook u blijft de Kerk tot den terugkeer uilnoodigen in hare omhelzing, die het behoud waarborgt, den voorspoed, de grootheid van uwe natie. Met geen mindere liefde richten Wjj het oog naar de volkeren, die inlateren lijd door een geweldige beroering van dingen en lijden van de Roomsehe Kerk zijn gescheiden. Laat hen de verschil lende gebeurtenissen uit het verleden vergeten, hun gedachten verheffen boven al het aardsche en, verlangend enkel naar de kennis der waarheid en het bezit des heils, zich er rekenschap van geven, dat door Christus in hun Land de Kerk is gesticht. Willen zjj daar mede hunne godsdienstige genootschap pen vergelijken en nagaan, welke plaats daarin door den godsdienst wordt in genomen, dan zullen zjj lichleljjk tot de bevinding komen, dat zij op vele en gewichtige punten, van de oorspronke lijke leeringen en gebruiken ontaard, zijn afgeweken op de dwaalpaden van nieuwigheden. Zij zullen tevens moeten erkennen, dat van de gezamenlijke lee ringen, die eenmaal door de bewerkers der afscheiding, als een deel van het erfgoed der waarheid, waren meege voerd, bijna geen qpkele meer dhge- schonden en onbestreden bij hen wordt aangetroffen. En zelfs zullen zij moeten toegeven, dat men reeds zoo ver is gekomen, dal velen niet vreezen, den grondslag-zelven aan te tasten, waarop de gansche godsdiensten de gansche hoop der stervelingen emiig en alleen steu nen, de goddelijke natuur nameljjk van Jesus Christus den Verlosser. Insgeljjks aan de boeken van het Oude en het Nieuwe Testament, die zij vroeger be weerden geschreven te zijn onder god delijke ingeving, wordt door hen alle goddelijk gezag ontzegd: hetgeen trou wens niel anders te verwachten viel van het oogèfcblik af, waarop aan ieder de bevoegdheid werd toegekend de Schriftuur te verklaren naar zjjn eigen gevoelen en goeddunken. Vandaar dat nu het individueel geweten de eenige regel en wet heet voor het zedenleven, met uitsluiting van elk ander gezag: vandaar talrjjke dwalingen en sekten, die elkander bestrijden; vandaar een afwijken, al te menigmaal I naar de vin dingen van het naturalisme en rationa lisme. Ook onder hen worden, bij het steeds meer en meer ontbreken van overeenstemming van gevoelen, vereeni ging gepredikt en broederlijke liefde. En te rechtdoor onderlinge liefde immers moeten wjj allen vereenigd zjjn. Dit is het groote voorschrift van Jesus Chris tus Hij wilde, dat het kenteeken Zjjner leerlingen zou zjjn, dat ze elkander lief hebben. Maar zal een volmaakte helde Ik 1.V -Jt/jïaüv-; f' r itV vi' Sfj't 1VI -1 f f -rWiriMÉÊ'

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1894 | | pagina 1