Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. .35.
Zaterdag 28 November 1896.
Tiende Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Baarn, Apeldoorn. Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland.
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementaprija par drie n
Franco per postf0,40.
Afzonderlijke nummersf0,05.
BureauKrommestraat, F 227. Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prij* dar Advartenti»ni
Van 1 tot 6 regelsf 0,30
Voor iederen regel meer- 0.05
Correspondenliën e
Bij dit nummer behoort
een bijvoegsel.
Aan onze Katholieke landgenooten.
De Katholieke leden van de Tweede
Kamer der Staten-Generanl hebben ge
meend het volgende program te moeten
vaststellen. Zij bieden hel hun Katholieke
landgenooten aan in het vertrouwen dat
de onder hen heerschende eensgezind
heid de volle samenwerking van alle
Katholieke krachten zal bevorderen en
verzekeren.
Bij de samenstelling van dit program
hebben zij zich laten leiden door eenige
overwegingen, die zij in het kort wen-
schen mede te deelen.
Als Katholieke mannen belijden en
verdedigen zij, wat door den II. Stoel
over het wezen van den Slaat, over oor
sprong en bevoegdheid van het gezag,
over plichten van vorsten en volken
wordt geleerd. Zij verwerpen, wal de
Syllabus verwerpt, zij aanvaarden, wat
de Encyclieken Quanta Cura van 8 Dec.
1864 en Immorlale Dei van 1 Novem
ber 1885 leeren. In de laatstgenoemde
Encycliek, die handelt over de .christe
lijke inrichting der Stalen", vonden zij
de door hen tc volgen gedragslijn ge-
teekend in de volgende zinsneden
.Voor Katholieken, die waarlijk dien
naam waardig zijn, is het allereerst nood
zakelijk de Kerk als echte zonen lief Ie
hebben en die liefde te loonenalles
wat met dezen roemrijken plicht niet
overeenkomt zonder aarzelen te verwer
pen de staatsinstellingen zooveel als 't
in eere geschieden kan te bezigen tot
bescherming van waarheid en rechter
voor te waken dal de vrijheid van han
delen de door natuurwet en Gods wet
gestelde maat niet overschrijde er naar
te streven dat ieder gemeenebest naar
den geest van 't Christendom worde in
gericht. Moeilijk kan de weg, waarlangs
dit alles moet worden verkregen, op
eensluidende en scherp omlijste wijze
worden beschreven, daar hij verschillen
zal naar de verschillende cischen van
plaats en tijd. Toch moet men steeds
waken voor de eensgezindheid en trach
ten naar éénheid van handeling".
„Deze beide dingen zullen het best
worden verkregen, indien allen en een
iegelijk de voorschriften van den H. Stoel
houden als de wet van hun leven, en
zich richten naar de Bisschoppen, die
,de Geest gesteld heeft tot het bestu
ren van Gods Kerk."
.De verdediging der katholieke zaak
vordert onverbiddelijk in de belijdenis
der ^oor de Kerk overgeleverde leer,
éénheéd van zin bij allen en de hoogste
volharding daarom moet er tegen wor
den gewaakt dat iemand op eenige wijze
lot valsche meeningen overhellc of zwak
ker weerstand biede, dan de waarheid
duldt. Over dat wat tot de vrije meenin
gen behoort is het geoorloofd op gema
tigde wijze en met het doel om tot de
waarheid te komen, te redetwisten, maar
dan met vermijding van beleedigende
onderstellingen en wederzijdsche verwij
tingen. En opdat nu de eendracht der
geesten niet door vermetel getwist worde
verstoord zoo sta dit bij allen vastde
volle belijdenis der Katholieke leer is
echter gehandeld wordt over zuiver
staalkundige vragen, over den besten
staatsvorm, over de verschillende inrich
tingen van liet staatsbestuur, over deze
dingen kan men 'op voegzame wjjze van
meening verschillen."
.In onderlinge lielde en in eerbied
jegens den Aposlolischen Stoel zullen
de Katholieken twee dingen verkrijgen
op de eerste plaats zullen zij de Kerk
bijslaan in het bewaren en verbreiden
der christelijke wijsheid, op de tweede
plaats zullen zij een groote weldaad be
wijzen aan de burgerlijke maatschappij,
wier heil door booze leeringen en booze
begeerten in groot gevaar verkeert."
Naar den eisch van deze woorden
vol wijsheid hebben zij getracht een
program saam te stellen, dat in een vaste
éénheid toch ruimte van beweging zou
laten en tevens veor de praktijk een
slelligen grondslag zou geven. Zij heb
ben zich niet beperkt lot hetgeen men
soms een .pogram van actie" noemt. Zij
hebben aanwijzing willen doen van de
hoofdpunten op welke de werkzame
aandacht van al de Katholieken in den
lande gevestigd moet zijn en blijven.
Op welke wijze en in welke volg
orde de behandeling van deze zaken zal
plaats hebben is een vraag, die door
allerlei omstandigheden zal worden be
antwoord, allermeest door de samenstel
ling van de Tweede Kamer der Stalen
Generaal,
Volgens hunne overtuiging is de strijd
over de ontwikkeling onzer Staatsinstel
lingen voor langen tijd beëindigd en
op de hoofdpunten beslist. Daarom
richten zij allereerst hunne aandacht op
de dingen, die het volk in al zijn krin
gen kunnen verheffen, zijn welstand
vermeerderen, zijn rust verzekeien, so
ciale nooden lenigen, sociale ontwikke
ling bevorderen, sociale beroering voor
komen. Want door al de deelen van
dit pogram gaat de ééne gedachtehet
Staatsgezag voor alle standen van het
volk, dus voor het geheele en ééne
Nederlandsche Volk ten weldaad te
doen zijn.
Zij worden in die overtuiging versterkt
door de wetenschap, dat de in 1897 te
kiezen leden van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal zullen geroepen wor
den om mede H. M. Koningin Wilhel-
mina, aan wie de Almachtige God geve
wijsheid, kracht, heil en vele jaren, in
naam van het Nederlandsche volk en
krachtens de Grondwet als Koningin te
ontvangen en te huldigen, Haar te
zweren dat zij Hare onschendbaarheid en
de rechten Harer kroon zullen hand
haven, Haar te zweren alles te zullen
doen wat goede en getrouwe Staten-
Generaal schuldig zijn te doen. Als ge
trouwe onderzaten van het Huis van
Oranje, als trouwe aanhangers van het
Koningschap en van de Grondwet, rnee-
nen zij in 't belang van Vorstenhuis en
Vaderland te handelen door op wetge
vend gebied aan die maatregelen hun
kracht te wijden, die kunnen strekken
tot bevestiging van onze Nederlandsche
rechten en vrijheden, tot beter en vaster
vervulling van ieders plicht, tot meerdere
ontwikkeling en meerderen bloei van het
geheele volk en vooral tot versterking
van den band tusschen Vorstenhuis en
Natie naar het woord van Z. M. Koning
Willem III: .Oranje en Nederland,
onder Gods zegen, vrij, onafhankelijk
en één!"
Door deze overwegingen geleid en van
deze gevoelens bezield hebben de Ka
tholieke leden der Tweede Kamer vast
gesteld en aanvaard het volgende
PROGRAM.
I. Sociale Vragen.
Voor de Katholieke leden van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal is
de Encycliek Serum Notarum op
stuk de grondwet.
Met haar verwerpen zij het Socialisme
ala waanzinnig, onrechtvaardig en lei
dende tot vernieliging van alle rechl,
alle vrijheid en alle orde.
De sociale vragen zijn in de eerste
plaats zedelijke vragen en alleen in den
geest van het Christendom kunnen zjj
t een goede oplossing worden gebracht
Godsdienst, huisgezin en eigendom
zjjn de van God gewilde grondslagen
der maatschappij.
Voornamelijk in den nood dezer tijden
moet de Staat zijn macht op dit gebied
doen gelden, allijd met eerbiediging van
de natuurlijke rechten van persoon en
huisgezin.
De Wetgever beeft dus o. m. zijn
aandacht te wijden aan de volgende
punten
Zondagsrust
Zedelijke en stoffelijke verheffing van
den ambaehlsstnnd, voornamelijk met
beitekking tot de leerlingen
Het vraagstuk der arbeiderswoningen
Verbod of beperking van den arbeid
or vrouwen en kinderen voor zooveel
mogelijk en naar den aard der werk
zaamheden en verbod van dien arbeid
fabrieken en werkplaatsen voor
met de zorg voor eigen kin
deren belast
Bestrijding van overmatigen arbeid
Regeling der uitbetaling van loon
Verzekering tegen ziekte, ongevallen,
invaliditeit en ouderdom.
Terwijl het recht van den arbeider
een pensioen van Staatswege als
zoodanig beslist wordt ontkend, wordt
beslist erkend, dat de Staat er
toe behoort mede te werken, dat het
den invalieden en den ouden
werkman niet aan de openbare wel
dadigheid zij overgelaten. Dit brengt
zijne roeping mede,uit het samenstel
uil het bestier van den Siaat moet
de welvaart van de gemeenschap en
de enkele personen opbloeien." Ene.
Serum Novarum.
Verbetering van de Armenwet met
behoud van' het thans gehuldigd be
ginsel ,de ondersteuning der armen
wordt" in hoofdzaak .over
gelaten aan de kerkelijke en bijzondere
instellingen van weldadigheid."
II. Onderwijs.
Hoofdbeginsel blijft: onderwijs als
wezenlijk deel der opvoeding is plicht
en recht der ouders.
Er behoort naar gestreefd te worden
de bijzondere school regel te doen zijn.
De rechtsgelijkheid, door de pacifi
catie van 1889 erkend en gevestigd,
moet over het geheele gebied van het
onderwijs, ook over dat van Hooger en
Middelbaar Onderwijs worden uitgebreid.
Getuigschriften van bekwaamheid, af
gegeven door bijzondere gymnasia, ver-
leenen dezelfde rechten en bevoegd
heden als die, afgegeven door openbare
instellingen van dien aard.
„mits de eischen voor het verkrijgen
van die getuigschriften gesteld ongeveer
overeenstemmen met die van het pro
gramma bedoeld in het derde lid van
art. 11 der Wel op het Hooger Onder
wijs," art. 85W» Wet H. O. Wet van
23 Juli 1885 S. 141.
en een eindexamen zij afgenomen
door de leeraren der genoemde gym
nasia in tegenwoordigheid van een
specteur en van gecommitteerden door
de Regeering te benoemen.
Aan erkende Kerkgenootschappen en
Vereenigingcn tot bevordering van Hooger
Onderwjjs, die rechtspersoonlijkheid be
zitten, moet het recht tot vesligingvan
leerstoelen aan de Rijksuniversiteiten en
de gemeentelijke Universiteit van
Amsterdam worden verleend.
Aan bijzondere gymnasia en bijzondere
scholen voor Middelbaar Onderwijs, die
aan zekere bij de Wet te stellen voor
waarden voldoen, moet van Rijkswege
bijdrage in de koslen van het on
derwijs worden verleend.
III. Leger.
Vermindering van financiëele en per
soonlijke lasten moet richtsnoer en doel
blijven.
De vraag moet worden onderzocht
of bjj den tcgenwoordigen sland van
1 een uitgave van meer dan twintig
millioen 'sjaars voor het leger gewet
tigd is.
Voor miliciens, die geacht kunnen
worden geheel of ten decle kostwinners
te zijn, wordt schadeloosstelling verleend.
Naar verheffing van hel zedelijk leven
bij land- en zeemacht moet worden ge
streefd.
IV. Zaken vim Hecht.
Als beginsel sta de uitspraak, dat de
overheid, die uit God is, het recht be-
m te straffen met de straffe des
doods.
Rijksopvoedingsgestichten en gevan
genissen voor jeugdige misdadigers
moeten worden toevertrouwd aan erkende
Kcrkgenoi tschappen en daartoe in bet
leven geroepen liefdadige instellingen
behoudens het toezicht van den Staat.
Inzonderheid voor jeugdige beklaag
den is kort recht een eisch van zedelijk
i stoffelijk belang.
Over het geheel moet naar vereen
voudiging in de rechtspleging worden
gestreefd.
Art. 449 van het Wetboek van Straf
recht moet worden afgeschaft en art. 136
B. W. dien overeenkomstig gewijzigd.
De formaliteiten, gevorderd bij het
sluiten van het burgerlijk huwelijk,
moeten zooveel mogelijk worden ver
eenvoudigd.
Schadeloosstelling kan volgens wet
telijke regeling worden toegekend aan
hen, die uit preventieve hechtenis zijn
ontslagen, zonder dat eene veroordeeling
gevolgd is, zoomede aan onschuldig
veroordeelden.
Toezicht van overheidswege op levens
verzekeringen, zieken- en begrafenis
fondsen.
Verbod van huizen van verkoop met
recht van wederinkoop.
V. Belastingen.
Geen verders uitbreiding of verhooging
van 'anjjks directe belastingen.
Afschaffing van het recht van suc
cessie in de rechte Ijjn. Versterking van
's Rijks middelen, zoo die noodig is,
worde verkregen door indirecte heffingen,
o. a. door eene belasting op de trans
actiën ter beurze.
VI. Landbouw en Nijverheid.
De Regeering behoort den Nederl.
Landbouw en de Nederl. Nijverheid te
steunen en te ontwikkelen door maat
delen van overheidswege te nemen.
Met name behoort zjj, waar zij op
treedt als werkgeefster en aanbesteedster,
op de belangen van den Ned. arbeid
te letten en zich niet dan om gewichtige
redenen te wenden tot het buitenland.
Bescherming van landbouw en nijver
heid door herziening van ons Nederl.
tarief van invoerrechten.
Wederinvoering van octrooien.
Vermindering van lasten, bjjzonder
drukkende op den landbouw als b. v.
door afschaffing van tollen op wegen
vaartenvermindering van kosten
i zegel voor pacht-contracten verge
makkelijking van den tiend-afkoop.
Wijziging der gi ondbelasling.
VU. Koloniën.
Herziening der verordeningen op het
toelaten van christenleeraars, priesters
i zendelingen in Ned. Indië.
Krachliger ondersteuning der Missiën.
Bjj het inlandsch onderwijs behoort
de invloed der erkende christelijke Kerk
genootschappen langs wetteljjken weg te
worden verzekerd.
Voorziening in den rechtstoestand der
inlandsehe Christenen.
Verbetering van den financiëelen toe
stand door krachtiger ontwikkeling der
natuurlijke hulpbronnen.
Ten slotte wenschen de Katholieke
leden der Tweede Kamer nog het vol
gende te verklaren.
De opheffing der Nederlandsche le
gatie bij den H. Stoel blijven zjj af
keuren en betreuren. Voor het belang
e eer des lands vorderen zij haar
herstel. Zoo spoedig dit herstel met
eenige hoop op goeden uitslag kan
worden beproefd, zullen zjj geen middel
ongebruikt laten om daartoe te komen.
Zij hopen en vertrouwen, dat al hun
Katholieke landgenooten aan boven
staand program hun krachtigen en on-
ontbeerlijken steun zullen verleenen.
Vastgesteld te Utrecht 20 Oct. 1896.
Mr. H. F. Lambrecuts.
Dr. P. J. F. Vermeulen.
Dr. H. J. A. M. Sghaei'man.
Mr. B. M. Baiilmann.
Mr. H. A. M. van Berckel.
Mr. M. J. C. M. Kolkman.
Mr. A. F. Vos de Wael.
Mr. J. J. I. Habte.
Mr. L. Baron Micuiels van Verdunnen.
L. de Ram.
Mr. J. A. N. Travaglino.
B. F. van Vlijmen.
Mr. Th. Borbet.
W. P. A. Mutsaers.
F. T. J. H. Dobbelmann.
Jhr. J. van den Berch van Heemstede.
I. Graaf de Marcuant d'Ansembouiig.
M. de Ras.
j. Th. M. Smits van Oijen.
E. A. M. van der Kun.
Dr. W. Everts.
P. J. Truijen.
Mr. W. van Basten Batenburg.
Mr. J. A. Loeff.
Dr. W. H. Nolens.
1) Doze artikelen luiden ale volgt
(Art. 449, Wetboek va o Strafrecht.) „De
bedienaar van don godsdienst dio, voordat par
tijen hem hebben doen blijken, lat haar huwelijk
ten overstaan van den burgerlijken stand ia
voltrokken, eenige godsdionsligo plechtigheid
dnartoe betrekkelijk verricht, wordt gestraft
met geldboete van ten hoogste driehoodord goldeo.
„Indien tjjdens bet plegen van de overtre
ding nog geen twee jaren zijn verloopen sedert
eene vroegere veroordeellog van den schuldige
wegens gelijke overtreding onherroepelijk is ge
worden, kan, in plaats van de geldboete, hech
tenis van ten hoogste twee maanden worden
opgelegd."
(Art. 136 Burgerlijk Wetboek.) „Geene gods
dienstige plechtigheden zullen vermogen plaats
te hebben, voordat de partijen aan den bedie-
oaar ion haar -eeredienst zullen hebben doen
bljjken, dat het huwelijk ter overstaan van den
ambtenaar van den burgerlijken stand ia vol-