Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 36. Zaterdag 3 December 1898. Twaalfde Jaargang. DE EEMBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland. Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. Abonnementsprijs par drie maanden i Franco per postf0,40. Afzonderlijke nummersf 0,05. BureauBr eedestraat, E 349, Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Prijs der AdrertentUm Van 1 tot 6 regelsf 0.3' Voor iederen regel meer- 0.01 n uiterlijk Vrjjdtgavond „Een laatste woord." Onder dit opschrift bevat het Centrum van 19 Nov. 1.1. dat ons dezer dagen n handen kwam een artikel, waarin de heer Mr. P. J. M. Aalberse, te Leiden, i viertal artikelen van 22, 29 Oct., 5 en 12 Nov. 1.1. bespreekt en daarbij eene soort grappigheid debiteert, die wij liefst niet aanroeren. Dat de heer A. op deze manier zou retireeren had- we ons niet kunnen voorstellen, vooral niet, omdat de zaak in quaestie zoo hoog ernstige beteekenis is, Wjj meenen dan ook, dat de roeping der Katholieke Pers eene andere is, dan iemand op zoo'n terugtocht te volgen. Bovendien zijn zooals ook onze bestrijder terecht heeft bemerkt de imers van De Eembode, waarin de bewuste artikelen voorkomen, het ge- heele land rondgezonden, zoodat deze zaak dus genoeg voor de rechtbank der publieke opinie is gebracht, wier uitspraak wjj geenszins vreezen. Drankbestrijding. Nog altijd zal men zich met vreug de herinneren, dat op 9 en 10 Octo ber 1.1. in de grijze bisschopsstad Utrecht, onder goedkeuring van Neür- Iands Episcopaat, op de roepstem van edele, wakkere strijders voor de katho lieke zaak mannen bijeen kwamen, om te beraadslagen over de doeltref fendste wijze, waarop de zeer ernstige volkskwaal, het vreeselijke drankmisbruik, kon bestreden worden. Want een ieder is overtuigd, dat dit merkwaardige Con gres volkomen aan zijn verheven doel beantwoord heeft. Immers na zaakrijke en op grond van rjjpe studie en ervaring ernstig gevoerde debatten, werden de voorgestelde reso- iutiën, waarin naast de ellende, door drankmisbruik gekweekt, ook de wapens ter bestrijding van dat maatschappelijke euvel werden aangewezen, door de talrijke aanwezigen met geestdrift aangenomen. Als eerste resultaat van dit Congres is te beschouwen, dat, met een niet ge noeg te waardeeren zaakkennis en over tuiging, niet alleen de oppervlakkig waar neembare, maar ook de minder in het oog vallende, de dieper liggende treurige oorzaken en gevolgen van de steeds voorlkankerende volkskwaal in al hare afschuwelijkheid den volke werden aange toond, en daardoor de oogen van vele onachtzame lieden zjjn open gegaan deze hebben thans een blik kunnen werpen in de peillooze diepte der ellende, door den drankduivel in de maatschappij geslicht. Maar bovendien is het resultaat dier bijeenkomst vol bljjde verwachting te I, wijl er velen van daar met de beste bezield naar hunne haard steden terugkeerden, om den strijd tegen den gevreesden vijand, den drankduivel aan te binden. Toch raag hel noodig heeten op alle mogelijke wijzen den geest levendig te houden, welke ons sterken moet in den strijd tegen eenen vijand, die zich niet dan een langen en volhardenden kamp zal laten bedwingen. Men schatte dezen ver woeden tegenstander nooit te gering. Geen enkele gunstige gelegenheid mag hem gelaten worden, wil niet iedere poging ten goede verjjdeid worden. Daarom is het een gebiedende nood zakelijkheid, dat een ieder, die aan den strijd, welke een zoo grootsch en ver heven karakter draagt, wil deelnemen, een standpunt inneemt, dat hem gunstige resultaten verzekert. En dit behoeft nie mand moeilijk te vallen, omdat dit uit de ten Congresse te Utrecht gehouden be raadslagingen zeer gemakkeljjk te leeren valt. Van een zeer groote verdienste is daarom de uitspraak van bedoeld Congres, dat geheelonthouding niet het eenige middel is, dat de maatschappij van den kanker van drankmisbruik genezen kan. Hiermede werd een zeker misverstand, hetwelk tot verwarring van meeningen in den strijd aanleiding gaf, voorgoed weggenomen. Aan degenen, die zich door geheelonthouding aan de spits stellen der strijders, werd een eere-saluut, en welgemeende dankbare hulde ge bracht, maar hun middel kon niet als eenig afdoend geaccepteerd worden. Toch vervalle men niet tot het andere uiterste en stelle niet geheelonthou ding als overdreven voor. Voor sommige dronkaards immers is deze slechts het eenige redmiddel. Er zjjn, helaas, maar al te veel voorbeelden, hoe één enkele borrel soms de oorzaak wordt, welke den zwakken mensch tot volslagen dronkenschap brengt. Die ongelukkigen zullen dus, willen zij uil de klauwen van den drankduivel gered worden, zeer wijselijk doen met zich aan te sluiten bjj de leden der keurbenden, die zich oversaagd onder de kruisvaan scharen, en die als geheelonthouders den drankduivel me' onbezweken moed en vastberadenheid weerstaan. Het Kruis- verbond verdient daarom op de eerste plaats ieders warme hulde en vereering. Maar naast het middel van geheel onthouding beslaan er nog andere, welke ten Congresse besproken en met warmte werden aanbevolen. Deze zijn zeer ver schillend, doch ieder van ons kan ze op de een of andere wijze toepassen. Men behoeft slechts te letten op hetgeen bjj sommige gelegenheden voorvalt, om daar uit af te leiden, hoeveel er wel kan gedaan worden tol bestrijding van het drank misbruik. Tot hiertoe werd, helaas, maar al te dikwijls dit volkseuvel bevorderd, zonder dat het werd begrepen of inge zien. Als, om slechts een paar voorheel den te stellen, op den eersten dag des jaars, wanneer men gemeenlijk zoozeer hel drankmisbruik betreuren moet, op eenen dag, die waarlijk vel met God mag begonnen worden, zoo vele overheden, bjj het ontvangen der heilwenschen van ondergeschikten, dezen onder wie er zich meestal bevinden, die ternau wernood de kinderschoenen ontwassen zjjn in plaats van hen op drank te onthalen, op een meer passende wijze een genoeglijk oogenblik verschaf ten, zouden zij dan niet voorkomen, dat hunne welgemeende gulheid de zekere aanleiding werd tot dronkenschap En icer van die overheden een zoo weisprekend voorbeeld van drankont houding uitgaat, zou dat, of beter gezegd, moet dat niet een heilzamen invloed op hunne ondergeschikten uitoefenen? Wjj zullen er zeker niet op behoeven te wjjzen hoe feestelijkheden soms tot drinkpartijen leiden, en hoe licht vaardig daarbij de drankduivel in de hand wordt gewerkt. Of stuit het niet tegen de borst als men den werkman, b.v. by voltooiing van eenig werk of anders zins, zoo veel drank aanbiedt, ja zelfs opdringt, dat menig oppassend huisvader, de ongewone verleiding bezwijkend, volslagen dronken in zjjn huiselijken kring terugkeert? Zoo achteloos gaat men soms te werk, zonder te beseffen, dat een diep treurigen toestand schept voor den misleide-zelf, maar ook zonder in te zien hoe noodlottig zulk een voor beeld moet werken op het gemoed zijner vrouw en kinderen. En hoe menigmaal is hierdoor niet voor later de grondslag gelegd tot drankmisbruik bjj personen, die anders zich nimmer aan dronkenschap zouden hebben overgegeven. Maar nog bedroevender is het, als en iemand in staat van dronken schap ziet voortscharrelen, die even te voren een bloedverwant, vriend of kennis mede heeft ten grave gebracht. Men zou voor onmogelijk willen houden en toch komt het niet zoo heel zeldzaam dat begrafenisplechtigheden aan leiding tot drinkgelagen bieden. Kan er te veel gedaan worden om te voor komen, dat zulke schandelijke, afschuwe lijke tooneelen nog langer vertoond worden BUITENLAND. Spanje heelt ten slotte dan toch toe gegeven aan den drang van het oogen blik, maar meer nog door den dwang der Amerikaansche rooverpolitiek, aan bet recht van den sterkste. De Spaan- sche gedelegeerden ter vredes-conferentie te Parjjs, hebben de Amerikaansche vredesvoorwaarden, onder protest, aan genomen en derhalve toegestemd in den afstand der Philippjjnen en den Solo- Archipel, tegen den bespottelijk lagen ijs van twintig millioen dollars 1 Aanstonds na aanneming der voor waarden kwamen de Amerikanen voor den dag met een plan, om van Spanje de Carolinen te koopen en hadden zelfs de benoodigde papieren voor den ver koop reeds geheel in orde. 't Is te begrijpen, dat de Spanjaar den niet aanstonds ingingen op deze 8chacher-politiek. Doch wat nu, in dien Spanje weigert de Carolinengroep te verkoopen Wellicht weet Mac Kinley er wel iets op te vinden, om het arme, schandelijk behandelde Spanje te dwin gen Lang niet alle Amerikanen, en vooral et de democraten, zjjn het met de politiok van Mac Kinley eens. Er is in de Vereenigde Ütaten een bond opge richt door zekered Carnegie, welk lichaam zich krachtig verzet tegen het verkrijgen van koloniën door Amerika. Vooral is de leider gebeten op Mac Kinley, op den ,god van den oorlog", zooals hg hem noemt, en verzet zich met hand en tand tegen hem ten aanzien der Philippjjnen. Ook de democraten in 't algemeen veroordeelen de staatkunde van Mac Kinley en schromen niet deze een groote ramp te noemen. Al aan stonds komt de oorlog Amerika duur te staan, door de vele aanvragen om pensioen, waardoor, naar eene opper vlakkige berekening, het Budget jaarljjks verzwaard zal worden met eene uitgave van meer dan twintig millioen dollars. 't Eigenaardige dezer pensioenaanvra gers is wei, dat de meesten dezer niet gewond zjjn, doch hunne aanvrage gronden op opgedane ziekten in den laatsten oorlog. Onverantwoordelijk moet de geneeskundige commissie in de dagen van strijd en vermoeienissen dan ook gehandeld hebben en men weet zelfs, dat om en by Santiago de Cuba twee geneesheeren heboen dienst gedaan, die gebleken zjjn veeartsen te wezenGeen wonder, dat men algemeen op minister Alger verbitterd is I Uit Luzon, op de Philippjjnen, komt het bericht, dat de toestand der Spaan- sche krijgsgevangenen aldaar uiterst droevig is. De Vereeniging van het Roode Kruis doet alles, wat zjj kan, om den nood dezer ongelukkigen voldoende te lenigen en te verzachten. Zeer merk- FEUILLETON. De zoon der weduwe. (SM) 3) Id Oost-Indió aangeland eD daar in het leger ingelijfd, liet njne ongewone ontwikkeling, ijjn •matig iwjjgend karakter, zjjne aan waanzin w grenzende dapperheid, verbonden met zjjn ont zag inboezemend uiterljjk en gestalte, hem bijna voorbeeldeloos snel verschillende militaire rangen doorloepen. Zeil» de officiersrang bleef voor hem niet niL Met z(jne geboorteplaats had bjj alle betrek kingen geheel afgebroken. Niet eens de conranten wilde hij meer lezen, uit vrees daarin iets aan Ite treffen, dat hem aan zjjn verleden herinneren zon, of andere nieuwstijdingen, die smartelijke gevoelens in zjjn hart konden opwekken, ook aangaande zjjn arme ongelukkige Keen, aan zjjn arme, ongelukkige moeder durfde hjj in 'tgeheel niet meer te denken; wanneer dat mocht gebeuren werd hjj gramstorig, zoo zelfs, dat zjjne kameraden in zotte oogenblikken hem werkelijk vreeaden. Zulke melancholische, «elfpijnigende aanvallen eindigden gewoonlijk zoo, dat de daarmee geplaagde, anders zoo oppassende en gestrenge officier, in het drinken afleiding en verzet ging zoeken, en zich aan losbindigheden en uitgelatenheid overgaf, wel zonder door zjjne overheid, die zijn uiuiiuio kennii en moed wisten te waardeeren, daarom minder geacht te worden. Zoo gaat het In het Indische leger. Enkele jaren waren aldus voorbijgesneld. Op Atcbin betrachte de bloedige strijd. De trotsche inlanders hadden opoienw zich ten strjjde aangegord, om hel door bon diepgebate juk van den vreemdeling af te schuddei vochten met de woede der vertwijfeling, doch werden door de beier gewapende Hollaodsche troepen bjjna overal verslagen én in hunne bos- schen teruggedreven. Bjj tolk een heet gevecht, gebeurde het, dat eene de veralagene Alchineezen in den storm pas nazettende lofanterie-kolonne in een sluw gevormde hinderlaag geraakte. De kapitein vocht als een leeuw en zette zijne manschappen door zjjn voorbeeld tot heldhaftige dapperheid aan. Echter vergeelscbe moeite en worstelen, want de vjjandeljjke overmacht was te groot, de kogels en pijlen kwamen hageldicbt aange vlogen, en brachten den troep tot wijkende Alchineezen, nu als dronken over deze winning, stortten zich al verder en verder vervolging voortzettend, op bet open veld, om ook een aanval op bet Diets kwaads vera dende hoofdcorps der Hollanders te wagen. De kapitein lag in het bosch en bloedde geweldig. Midden in den strjjd had hjj plotseling een hevige pjjn in den bovenarm en bjjna gelijk tijdig een slag op de borat gevoeld, en was daarbij ruggelings op den grond getuimeld. Toen hij weder tot zichzelven kwam, stond de zon tegen den middag brandend heet aan deu hemel; en om hem beeo lagen een aantal doode soldaten. Zjjn eerste gedachte was, zich op ta heften, om te zien of er ook isls drink baars voorhanden was, om zjjn ontzettenc brandenden dorst te lesschen. Doch alleen ver mocht hjj zich niet op Ie richten, zjjn arm war krachteloos als afgestorven, het hoofd ah lood zoo zwaar, in de zjjde voelde hjj oen snjjdende smart, die nog heviger werd, als bjj zich ook maar het minste verroerde. Nn wilde njj roe pen, maar de stem begaf hem, en nit zjjn mond vloeide het roode bloed. Ver, zeer vor van hem verwijderd meende bjj doffe kanonschoten en leveadig geweer vuur Ie vernemen-, hel trok, naar hjj meende, immer meer in de verte, zoodat de Hollandicbe troepen terugtrokken. Vanwaar zal na redding komen .Geen uitkomst, neen geen redding I' verzachtte hjj. Hoe dikwjjls reeds had bjj in al de bloedige gevechten den dood lichtvaardig getrotseerd hem zelfs zich toegewenseht, opdat daarmede asn zjj o waardeloos leven een einde zou worden gemaakten thans, nn bjj hem voor had, gruwde en huiverde zjjne ziel ervoor. Het aogsizweet parelde hem op bet voorbool angst voor het eeuwige, het onzekere kwelde zjjoe ziel; de vrees voorzjjnen Schepper, Who hg wellicht binnen enkele oogenblikken rekenschap zon moeten geven, van zjjn geheele laven, folterde hem geweldig. .Neen, neen", riep hjj in vertwijfeling nil, .ik wil nog niet sterven, eerst mjj beteren, voor mgn misdadig leven oprecht boete do Hjj wilde bidden, maar hjj kon bet niet; in den loop der jaren had bjj bet nagenoeg leerd. In zjjn groote zieleangat schoot hem geen enkel gebed in de gedachte, dat hjj opzeggen kon. Nn sloot hjj de oogen. daar eene doodeljjke zwakte hem overviel. Toen, als in een droom, zag hjj het woninkje, waarin hjj geboren werd, en daar in de kamer, zjjn lieve moeder, met zorg heerschende, en hartelijk lachende. Zich zelf zag hjj als kind weder en hoorde zjjn braaf moedertje hem voorbiddendoch nu ook wist hjj weder eenige woorden te bidden en harten lippen spraken se innig en aandachtig na Daarop een snisen en brniscben in bel hoofd en in de ooren, en voor zjjne oogen werd het volslagen nacht. Hjj zag niet eens meer de troep verspreide soldaten, die de hemel tot xjjne redding op het slagveld terugvoerde. Eenige uren later bevond bjj zich in het veld hospitaal, onder de handen van een ervaren geneeskundige. Wederom was de lieve lente ingotreden. De wgnrank tegen de woning der onderwijzers- weduwe te X. begon reeds nieuwe knoppen te sehieten, de om het huis staande appel- en peren- boomen prijkten reeds in volle heerljjke bloesem pracht, en tusscben hunne takken zongen de vogelen vrooljjk hun lied. In bet zonnige, lieve kamertje echter, het eenige, wat haar In den nood goblevan ar, rimpelige gelaatstrekken i herkennen. Op hiren schoot lsg .Heden', zoo verzuchtte ïjj, ,is wederom een jasr vervlogen, heden vóór tien jaren was bet, dat ik de verschrikkelijke tjjdiug vernam van de treurige vlucht van mjjn zoon. En hoezeer ik ook op zjjoo terugkomst heb gehoopt en er mjj op voorbereid, toch zal ik mjjn armen zoon in dit leven wel niet weder zien I* Tranen vloeiden daarbjj op het boek ter neder. Daar wordt opeens aan de dear geklopt en een man van een hooge, krijgshaftige gestalte, de borat met de Militaire Willemsorde gesierd trad binnenEenige oogenblikken later lag hjj aan de voeten dor sprakeloos zittende vronw, zjjn gebruind baardig aangezicht op haren schoot latende rusten, en smeekend nitron* .Moeder, liefste moeder, vergiffenis I Kunt ge mjj nog vergeven?' .Goeds hemel, mjjn Frans I «jjt gjj het I leeft ge nogl' stamelde zjj. En het leed van langs jsren was opeens vergeten, eene jarenlange droef heid veranderde plotseling in onnitsprekeljjke vrengdebjjna te plotseling voor de arme moe der, die bjjoa in onmacht viel. Doch zjj herstelde zich spoedig en haar zoon begon weder met weemoedige stem .De lieve God heeft mjj tot n teruggeleid, moeder .Zeker de lieve God, niet wasr?' ,Ja ik heb weder bidden geleerd in graoteu nood en in levensgevaar. De Moeder Gods en rnjja Engelbewaarder hebben voor mj) bjj God gebeden en mjj wonderdadig beschermd. Ja ,da's waar IMaar mjjn God, wat lie ik daar, eeo leegt jasmouw I"

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1898 | | pagina 1