Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 43.
Zaterdag 21 Januari 1899.
Twaalfde Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland.
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist
Verschijnt eiken ZATEBDAQ.
Abonnementsprijs par dria nundam
Franco per post
Afzonderlijke nummers
BureauBreedestraat, E 349. Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prijs dar Advertentttni
Van 1 tol 6 regelsf 0.35
Voor iederen regel meer- O.Oo
Correspond,oliën e
Bij dit nummer behoort
De openbare School.
Naar aanleiding Tan het artikel, dat
onder bovenstaand opschrift voorkwam
in „de Eembode" van 7 Januari jl.,
werd het volgende schrijven toegezonden.
Open brief aan de Redactie ww de
,Eembode" naar aanleiding van het
artikel,De openbare School."
Geachte Redactie!
Bovengonoemd artikel beeft aanleiding ge
geven tot eene bespreking in eene vergadering
van do afdeeling Amersfoort 1. o. Tanden Bond
too Nederleodscbe Onderwijzers met het gevolg,
dat aan de Pers-Commissie dier afd. is opge
dragen, op te komen tegen de vele onjuistheden,
die baars intieos in dit artikel voorkomen.
Of onxe tegenwoordige regeeriog werkelijk
moreel zoo laag staat, dat zjj dea leerplicht
slechts gebruikt als een middel om de eendacht
van andere sociale vraagstukken al te leiden,
is een ongemotiveerde conclusie, waarop wjj
niet sollen ingaan.
Iets anders is het, wat de quaeslie Dunner
betreft. Het komt ons voor, dat Minister Bor-
gesius dien tanval volkomen afgeslagen heeft
door zjjn uitspraaknimmer is de gehechtheid
der Israëlieten aan de Openbare school duide
lijker gebleken, dan door ban algemeen protest
tegen de onbewezen beschuldigingen van hun
Opperrabbijn.
Het betreuren wjj de wijze, waarop collega
de Tietter zjjn geschiedenisonderwijs been in
gericht, doch eerlijkheidshalve mogen wg niet
verzwijgen, dat deze zon spijt heeft betuigd,
andersdenkenden mogeljjk In hun overtuiging
te hebben gekrenkt. Wjj ontzeggen echter ieder
het recht nit het gebeurde in Den Haag bet
bewijs te putten, dsl het gros der openbare
onderwijzers de noulraliteil bjj dit vak opvat,
als genoemde heer.
Op geljjke wijze wordt door U, Redactie van
de Eembode, tegoo de openbare school hier
ter stede, een aanklacht ingediend, gegrond
op een ingezonden stukje van dea Heer Ooe-
terman in een der locale bladen. Zelfs al waren
de gevolgtrekkingen, die U uit dat schrjjven
meant te mogen mikeo, ten opzichte van de
godsdienstige overtuiging vso den Heer O. juist,
den nog beweren wjj, dat er niet gegenerali-
eeerd meg worden en bjjoe hel geheele open
bare onderwjjzerseorps alhier niet de beginselen
mogen toegedicht worden, die U den Heer O.
Daar rolt de klaterende donder I
De ganscbe Schepping beeft!
Zoo schrik'lijk klaterde de donder,
Toen God de wereld sprak 1
Nog beeft de wereld voor die stemme
Die schrik is dankbaarheid 1
Naar deze aanhalingen is niet gezocht, ze
zjjn voor 't grjjpen. De beschuldiging uitgebracht
tegen vele Katholieke ouders, die hun kinderen
naer de openbare school zenden, stoet niet tan
ons te weerleggen, al zjjn ons van vele ge
vallen de redenen bekend, die geheel andere
zjjn, dan óe Eembode veroodersteli. Wjj willeo
het liever aan een der betrokkenen overlaten,
uw blad te dieu aanzien van repliek te dienen.
Wat betreft uw oordeel over de niet-Katho-
lieke ouders in wier gezinnen," niet alleen alle
godsdienstzin miskend, maar zells bespot en
veracht wordt en waar vloeken, godslasteringen
en zcdeloozo taal lol het gezellig verkeer schij
nen te behooren," hiertegenover stellen wjj
onze ervaring ale openbare onderwijzers, die
uit het gedrag en de uitingen onzer leerliogen
beid in die gezionen heerschl.
We veronderstellen met dit alles voldoende
te hebben aangetoond, dat de Eembode in ge
breke is gebleven te bewjjzen, dal er werkelijk
zulke „ernstige gevaren" aan de openbare
school verbonden zijn.
Nu moet ons leo slotte nog iete van 't hart.
Wjj zullen de lealalen zjjn om te bestrijden,
dat er onder de meer den 10.000 openbare
onderwijzers enkelen gevonden worden, die
handelingen gepleegd ol woord-- gesproken
hebben, die strenge afkeuring v i ieder wei-
Maar ver, ver beneden ons z
scliten, deze kennis te gebruiken r
tegen de bijzondere school, omdat
verachtelijk wapen zouden vindeo
er de Redactie van de Eembodi
dat geen neutraal onderwijsblad I
school Ie verbotten.
iet bijzonder
de openbare
W(| geven toe, det de vorm, waarin genoemde
Heer zijne gedachten heelt uitgedrukt, minder
golnkkig gekozen was en aanleiding XAH geven
lol onjuiste opvattingen. Bij nader onderzoek
ia ons gebleken, dat onze lezing de jniste was
en de. br. O. dos niet de etelliog: .Het onder
lijk gezag is van Goda wege ingesteld" heelt
willen aantasten, doch eenvoudig baar els punt
van uitgang tot butrjjding van leerplicht ver
werpelijk vond. Wanneer U das,niet tan onze
waarheidsliefde twjjfelt, moet U erkennen, dal
de Amerafoortsche Openbare onderwijzers nog
niet getoond hebben, stellingen te verkondigen,
zoo geheel ia strjjd met de Christelijke leer en
derhalve op dien groDd hel zenden ven kinde
ren van Christelijke ouders nssr onze school
niet diep Irenrig mtg genoemd worden. Doch
al was dit wel "l geval, dan nog staan we er
borg voor, del geen opvoeder zoo onpaedago-
gisch zou zjjn, dergeljjku beginsalen in do school
te propageeren.
Diep verontwaardigd zgn wjj, waar U 'tneu-
tola onderwijs de beschuldiging voor de voeten
SÜfJit, dat bet traebt alle godsdienstig lei
vernietigen. Totale onbekendheid mei de Open
bare jchool en mei de daar gebruikte school
boeken spreekt zoo duidelijk uit die bewering,
dat we zoo vrjj zjjn, de Redactie te verwijzen
zuur hier gebruikte boekjes als
Vertellingen van den Torenwachter door Hof
kamp Do onde Tolbaas door Koopmans van
Boeker enProza eo Poëzie van Koenen;
Dnitsch Leesboek ren Ter Bruggen en Koenen,
waaraan wjj de volgende citaten ootleeneo:
Wer anf den lieben Gott vertraut,
Der bat aai fasten Grond gebaut
O, Ooit, w
Wie gul ii
t' ich dirl
n gemocht baat.
Pl Peri Commitiii voornoimd
O. AKKERMAN.
P. W. r. SCHENDEL.
C. 1. T. PRINS.
Zooals in den aanhef van bovenstaand
schrijven wordt meegedeeld, heeft de
Pers-Commissie van de afdeeling Amers
foort, l.o. van den Bond van Neder-
landsche Onderwijzers in eene verga
dering van dezen Bond de opdracht
ontvangen om de Redactie van ,De
Eembode" eene terechtwijzing toe te
dienen naar aanleiding van haar artikel
„De openbare school." Genoemde Com
missie heeft zich dus van deze haar
opgedragen taak gekweten door inzending
van boven vermeld schrijven, welk schrij
ven wij echter op onze beurt thans aan
eene korte beschouwing wenschen te
onderwerpen
Gelijk men ziet, richt deze Commissie
haren eersten aanval tegen onze be
wering, dat minister Borgesius het
wetsontwerp op den leerplicht indiende,
om de aandacht van de sociale vraag
stukken af te leiden zij noemt dat eene
ongemotiveerde conclusie, waarop zij
echter niet zal ingaan. Met de opmer
king: „leder zijne opinie" meenen wij
hier gevoeglijk te kunnen volstaan.
Wat nu volgt lijkt ons in de gegevene
omstandigheden al evenmin belangrijk
voor een wijdloopige polemiek. Wij heb
ben beweerd: „Zelfs van joodsche zijde
treedt men nu immers met beslistheid
op tegen de ojtenbare school." Deze
bewering blijven we ook tbans hand
haven en daarbij zullen we het laten.
De Commissie heeft den naam Dunner
genoemd, en weet dus het adres aan
hetwelk zij zich te richten heeft tot het
bekomen van de meest juiste inlichtingen.
Dat de inzenders van den open brief
de wijze betreuren, waarop hun collega
de Vletter de openbare Bchool nog meer
in discrediet heeft gebracht, willen we
gaarne aannemendoch dat ook wij
daarover zouden mee treuren, deze ver
onderstelling berust op eene totale ver
gissing. Dat betreuren laten we aan de
openbare onderwijzers over. Wat wij
den Commissieleden echter niet willen
betwisten is hunne meening, dat zij ieder
het recht mogen ontzeggen uit het ge
beurde het bewys te pulten, dat het
gros der openbare onderwijzers de neu
traliteit opvat als genoemde heer
maar krachtig komen we in verzet,
waar zjj ons beschuldigen op bedoelde
wjjze legen de openbare school eene
klacht te hebben ingediend gegrond
op een ingezonden schrijven des hoeren
Oosterman in een der locale bladen.
Niet alleen toch, dat de Commissie zich
hier weder ten eenenmale vergist, maar
ook ontwaren we, dat zjj den persoon
met de zaak verwart. Wjj hebben be
zwaren en ernstige bezwaren tegen de
openbare school ingebracht, en deze
houden we staande geheel afgezien
van de quaeslie-Ooslerman dit
zullen we straks nog eens nader betoo-
gen. De zaak-Oosterman zullen we
echter eerst behandelen, vandaar dat
we hier opnieuw een citaat uit diens
ingezonden schrijven releveeren.
seen der onderwijzers wilde de-
batleeren, omdat mr. Heemskerk uitging van
deze stelling: .Hel ouderlijk gesag ia van Goda
wege ingesteld." We hadden nu wel kunnen
dan lwd de heer Heemskerk gezegd, „dat is
wel juist," en we waren geen stap verder go-
Hier staan we dus voor het feit, dal
eene redeneering van den heer Heems
kerk, welke de stelling bevatte „Het
ouderlijk gezag is van Gods wege inge
steld," (eene redencering moet toch iets
bevatten) zonder meer door den heer
O. als niet juist wordt gequaliffceerd.
Duidelijker, zouden we zoo zeggen,
kan het niet. Wie zal dus, zelfs met
den besten wil ter wereld, gaan
gissen of er ook eene andere be
doeling in deze tegenspraak verscholen
ligt En hoe lang zou men wel moeten
gissen vooraleer men bij de thans door
den schrijver voorgestelde bedoeling zou
zijn aangeland? De voornoemde Com
missie is dar. ook wel zoo genadig te
willen toegeven, dat de vorm, waarin
de heer O. zijne gedachten heeft uitge
drukt, minder gelukkig gekozen was en
aanleiding KAK geven tot onjuiste
opvattingen. Wjj echter zouden willen
vragen of er, zooals de zaak hier voor
ons ligt, wel een andere verklaring
daaraan te geven 18, dan door ons is
geschied. Wel vinden we 't heel lief,
dat de bedoelde Bond van Onderwijzers
zich met de verklaring der bedoeling
van den heer O. zoo zeer tevreden stelt,
maar nu de meer genoemde Commissie
ook aan ons de erkenning van deze ver
klaring met beslistheid wil opdringen, wen
schen we te vragen waren de leden dier
Commissie vóór de plaatsing van het
bewuste schrjjven des heeren O. ook
diens bedoeling onderricht zoo ja,
dan verwondert het ons zeer, dat zjj
niet gewezen hebben op het te ver
wachten geval, dal uit zijne correspon
dentie iets anders, zou kunnen gele
zen worden dan zijne bedoeling was.
Bleven zjj echter onkundig daarvan,
wat schijnt te blijken uit hun nader on
derzoek dan begrijpen we niet hoe
zjj zoo beslist durven beweren, dat de
heer O. bij openbaar schrjjven zjjne
ware bedoeling zoo onhandig verborgen
hield.
Nog onduidelijker wordt ons het ge
val als bjj een nader ingezonden schrijven
de heer O. komt beweren, dat bijna
alle openbare onderwjjzers in deze zaak
denken als hij, zonder ook
eene enkele syllabe zijne juiste bedoeling
toe te lichten. Maar tevens zjj hier ge
vraagd door wien wordt hier nu gege
neraliseerd De reprimande der Com
missie daarover behoort dus niet aan
ons, maar aan een heel ander adres.
in verband met hetgeen door den heer
O. beweerd werd.
Waarom wij het zenden van kinderen
van Christelijke ouders naar de openbare
school diep treurig noemen, zullen we
aanstonds behandelen j alvorens dit ech
ter Ie doen, nemen we acte van de veront
waardiging,die de Pers-Commissie bezielt
over de beschuldiging, dat 't neutrale
onderwijs alle godsdienstig leven tracht
te vernietigen. Niets minder dan totale
onbekendheid wordt ons aangewreven
aangaande de openbare school. Dit
tracht ze ons duideljjk te maken door
te verwjjzen naar de daar in gebruik
zjjnde neutrale boekjeszelfs citeert zjj
eenige versregels waarin begrjjp
eens zelfs de naam van God voor
komt.
En hiermede schijnt deze Commissie
te meenen haar pleit genoegzaam ge
wonnen te hebbenwjj echter staan
verbaasd over eene zóó verregaande
naïeveteit. Nog te meer zjjn wij er over
verwonderd, omdat we weten, dat in
den boezem dezer Pers-Commissie de
volle wetenschap beslaat dat van Katho
lieke zjjde heel wat meer gevorderd
wordt dan het gebruik van schoolboekjes
hier boven genoemd.
De grieven en bezwaren tegen de
openbare school zullen we thans
nader toelichtenze zjjn o.m.op de
bjjzondere school wordt godsdienstig
onderwijs gegeven, op de openbare mag
dit niet geschieden, derhalve is het onder-
wijs op deze school godsdienstloos en
dientengevolge alle godsdienstig leven
in de jeugdige harten stelselmatig vernie
tigend. De openbare school is volgens
wettelijk voorschrift zoo ingericht, dat
haar onderwijs zelfs moderne heidenen
moet bevredigen. Kan nu, aldus vragen
we, een zoodanig onderwijs voorkinde
ren uit godsdienstige gezinnen dienstig
worden geacht? Ook hier mag terecht
gezegd: de vraag stellen is ze beant
woorden.
Ter voorkoming echter van eenig mis
verstand wenschen we te herhalen,
wat wjj in ons vorig artikel „De open
bare school" gezegd hebben wij noem
den het diep treurig als christelijke
ouders wanneer zij over eene bijzon
dere school kunnen beschikken toch
het onderwjjs hunner kinderen toever
trouwen aan onderwjjzers der openbare
school. Wjj zeiden dit, omdat we maar
al te goed weten, dal er plaatsen zjjn,
waar door het schandelijk onrecht
de bestaande schoolwet neergelegd
onmogelijk eene bjjzondere school kan
bestaan, zoodat men dddr voor een
harde noodzakelijkheid het hoofd moet
buigen. Ook weten we, dat er op de
openbare scholen in die plaatsen nog
dikwijls hoofden en andere onderwjjzers
worden benoemd, die door hun gods
dienstzin de bezwaren tegen de openbare
school in die gemeenten veel minder
sterk doen gevoelen. Doch evenzeer
weten we, dat het volstrekt verlangen
onzer Kerkelijke Overheid geen ander
is, dan dat, waar zulks eenigszins moge
ljjk is, een bijzondere school gesticht
worde, en daartoe zien we, God
zjj dank! met de grootste liefde soms
zeer zware offers brengen. Is het nu
eenerzjjds niet dubbel smartelijk eo
anderzijds onverantwoordelijk, wanneer
door Katholieke ouders de bijzondere
school den rug gekeerd, en aan de
openbare de voorkeur geschonken wordt
Maar de meervermelde Commissie ver
klaart, dat er geheel andere redenen
beslaan voor de Katholieke ouders om
hunne kinderen naar de openbare school
te zenden, dan „De Eembode" veron
derstelt; wij echter houden ons aan
hetgeen hieromtrent door ons in ons
vorig artikel is gezegd. Doch welke rede
nen ook mogen worden opgeworpen, in
het feit, dat, in de door ons geschetste
omstandigheden, Katholieke ouders hunne
kinderen aan de openbare school toe-
vertrouwen, ligt iels diep treurigs, iets
Wjj' immers hebben slechts geschreven I grievends voor het katholiek gemoed.
Men vergete ook niet: op de openbare
schooi is voor ieder plaats en juiat daarin
ligt tevens het grooto gevaar voor kin
deren in aanraking te worden gebracht
met die kinderen, tegen wie wjj het als
een duren plicht achten te waarschuwen.
De naïeve verzekering der voornoemde
Commissieleden, dat zij bij ervaring uit
het gedrag en de uitingen hunner leer
lingen nimmer konden opmaken, dat
zulke verdorvenheid in die gezinnen
heerscht, als door ons werden aange
wezen, is toch te onnoozel om er ons lang
mede bezig te houdenop grond van
andere ervaring, die maar al te be
trouwbaar is, meenen we dan ook, dat
niet genoeg op het door ons aangeduide
gevaar kan gewezen worden.
Wat de Pers-Commissie ten slotte van
"t hart moet is alweder onjuist ten onze
opzichte; wjj hebben niet noodig, geljjk
we immers duideljjk bewezen hebben,
den openbaren onderwjjzer in een on
gunstig licht te plaatsen ter bestrjjding
van de openbare school. Aan deze school-
zelf kleven bezwaren te over om haar
van onze zijde met klemmende betoogen
te kunnen bestrijden. Toch zullen we
ons er wel voor wachten den onder
wjjzer te scheiden van de schoolwant
even als tusschen de bijzondere en de
openbare school eene breede klove ligt, be
staat ook een groote alstand tusschen het
onderwijs gegeven door een onderwjjzer
van de openbare en die van de bjjzon
dere school. Die van laaUgenoemde
school moet godsdienstige beginselen ver
kondigen, terwijl die van de openbare
deze beginselen indien hjj ze bezit
aan den kapstok hangen moet. Derhalve
is een ongeloovige onderwijzer, ol een,
die zich al weinig om godsdienstige be
ginselen bekommert, in de openbare
school juist op zjjne plaats.
Tol besluit wenschen wjj het woord
te geven aan eenen onverdachten ge
tuige in zake de openbare school. Wjj
ontleenen dat aan De Maasbode van
15 dezer, waarin we lezen
„Niet langer zjjn het alleen de tegen
standers, ook de vrienden van het
openbaar onderwijs slaken dag aan dag
hunne verzuchtingen.
„Een „verlicht, vrjjzinnig man" (stjjl
Amst- Ct.) dr. C. J. N. Niemejjet-, klaagt
in Teekenen des Tijd» aldus
lntusechen ia hel een feil, dat het vertrouwen
in de openbare echoot vermindert, en dat zeker
niet het minst om dea snti-godedienstigen geest,
waarvan sommige onderwijzers blijk geven. Ook
bjj hua onderwijs f Het ie eenvoudig ondenk
baar, dat dit nimmer het geval zon z(ja. En
bovendien ondervinden de kinderen, vooral in
kleinere plaateen, voor wie hun onderwijzer
ook buiten de echool onderwijzer blijft, al heel
licht van zgn openbaar optreden zijdelings eenigen
invloed. Die Invloed moge niet nauwkeurig zijn
aan ie wijzen, bepaalde voorbeelden van min
achtend spreken in de school over den gods
dienst mogen moeilijk Ie geveu zgn, liet is niet
meer dan natuurlijk, dat men ann sommige
onderwijzers zijn kinderen niet wenschl toe te
„Dal du* is onbetaalbaar I"
Dat zeggen wjj ook 1
BUITENLAND.
Op Kreta zijn orde en rust zoogoed
als teruggekeerd. Prins George neemt
zjjne taak van Oppercommissaris ernstig
op en doet zjjn best in alle opzichten
Kreta de zoolang ontbeerde rust terug
te schenken. Met de nauwgezetheid en
het voorzichtig beleid van een wjjs regent
stelt hjj alle pogingen in het werk om
zich van zijne taak te kwjjten en slaagt
daarin tot nu toe naar weusch. De Prins
uioet het voornemen hebben tot minister
president te benoemen den heer Spha-
kiarukis, deu gewezen chef van het