Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
aas? i
No. 48.
Zaterdag 24 Februari 1900.
Dertiende Jaargang
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATEBDAQ.
Abonnementsprijs per drie maasden i
Franco per postf o,40.
Afzonderlijke nummersf 0,05.
BureauBreedestraat, E 349, Amersfoort
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prijs der Advertentitm
Van 1 tot 6 regelsfo.30
Voor iederen regel meer- 0.05
Correspondenten en Advcrtentiüu moeien Qiterlyk Vrijdagavond
De veredeling van bet ambacht.
IV. (Slot)
Tot juister begrip der zaakwenschen
wij ten slotte te relevceren het verslag
van een belangwekkende rede over de
veredeling van het ambacht door Dr.
Cujjpers een specialiteit bij uit
nemendheid op de slgemeene ver
gadering van den R. K. Volksbond te
Roermond gehouden. Wij ontleenen dit
aan de Maasbode van 5 Aug. 1.1. liet
luidt als volgt:
ln 'I Gildewezen nas het leerlingstelsel de
basis van de geheele instelling. Wil men goede
ambachtslieden bebben, dan is 't allereerst nood
zakelijk dut meo goede leerliogeo vormt. Een
gebrek dat helaas thans algemeen is, is bet ge
brekkig en onvoldoende vormen van leerlingon.
Door de voorscbrirteo der gilden was bepaald,
dat .de leerling, die een meester gekozen had
en door den meester als leerling was aaoge-
nomen, daarvoor eeo zeker leergeld moert
betalen.
Naarmate het ambacht meer o( minder moei
lijkheden in bet aanleeren aanbood, werd de
leeitjjd korter of langer gesteld onder bepaling
van de werkuren, rusttijd enz.
Teveos werd aangewezen, boe hoog het leer
geld zoude zjjohet ijjdstip werd bepaald, waa
nneer hp e.
n tyd hel
Deze proeven van bekwaamheid werden be
oordeeld door eene commissie, beooemd door
meesters en gezellen, ln deze commissie had
altyd een bepaald getal meesters en gezellen
zitting, die bet vak beoefend hadden.
Voor bet verkrijgen van den graad van meester
in bet vak werd veel geCiscbl, en het is zeker
gedeelteiyk hieraan toe te Mliryveo, dal ge-
't algemeen en de aodere ambachten in "t bij
zonder tot een zóó hoogen trap van ontwikkeliug
zijn gekomco. Door groole eischen lettellen
Do gezellen, die groote bekwaamheid aan den
dag legden en in staat waren om hunoe proel
teruggehouden, al was liet dat zjj niet onmid
dellijk als zelfstandig meester konden optreden,
waaneer bet bepaald getal aanwezig was en
de behoefte aan uitbreiding zich niet deed ge
voelen. In dergelijke gevallen werd onder de
gildebroedere van verschillende gemeenten onder-
n Uk
k van' nyverhi
Er was geen deken, hoe hoog en eervol ooi
zijn stand was in de groole steden, ol bij was
als leerjongen zgn loopbaan begonnen; van
leerling was hjj langzamerhand lol gezel en na
langdurig en viytig arbeiden tol meester ver
heven alleen door de liuogachliog en waar
deering van z(jna gelijken is hjj tot den hoogslen
trap gestegen. Hy weel dus, welke de behoeften
zjjn, hg kent de toestanden welke hem ter be-
oordeeling worden voorgelegd en zal beter de
gelden duo iemand, die door anderen moet wor
den voorgelicht.
Terwijl de eenvoudigste geschillen legeowoor-
g eene reeks vau formaliteiten moeten door-
npeo van tal van ambtenaren, met name van
mi waarder, advocaat, procureur, griffier, sub-
vamen onder bet gildewrzen de belangliebben'
•n self biteen voer do vreehank en logden
hunne wederzydsche bezwaren bloot. I>e prac-
mannen, die de zaken duideljjk inzagen,
zp door de ondervinding de toestanden
kenden, spraken hun oordeel nit, en meestal
nneer wy de musea nagaan, dan vinden
wp herhaaldelijk opgeteekend dat de voorwer
pen, welke wy bewonderen, afkomstig zyn van
proefstukken, welke gemaakt zijn door gezellen
om den titel en de rechten van meester lo be
komen; deze voorwerpen worden dan ook
larom genoemd „meesterstukken".
Zulke meesterstukken zou ik u met hondor-
kunnen uanwjjzen^in alle vakken. Om er
proefstukken verkoos, wil ik er u eenigo op
noemen: lo. Baldakijn, in steen gekapt, aan
een der hoofdpyiers in de Bossche St. Jan. go.
De fraaie metselwerken aan 'l vroegere poort
gebouw, thans archief op de Nieuwe Harkt te
Amsterdam. 3o. Do fraaie, zeer lijn en heerlijk
gebeeldhouwde kast in het Nederl. museum te
trdam. 4o. Eene reeks van prachtige
id, id. 5o, Modellen voor torenspitsen,
kappen, bruggen en dergelyken. Zoo werden
raardigd voor proef van gezel de min of
meubelmakcn
ingewikkelde v
verd bp eeue internalioi
'a'ijs door alle kenners
bewonderdhel is in steen vervaardigd in de
XV eeuw en beslaat Uit een overhuiving in
sterrengewelf. Hel beeld, dat in vroegere eeu-
n onder dit baMalcyo stond, werd door de
eldstormers vernield thans is een beeld van
Hierop gal spreker eene mededeeling
uit 't verslag van de Vereeniging tot
veredeling der ambachten. Vooreerst
wat aangaat den tijd, voor het maken
werkstuk bepaald en gevorderd,
timmeren zou men hoogstens l -J dagen
meubelmaken 4 weken,
lï dagen,
8 dagen,
ti dagen,
koperwerken
schilderen
maanden Juli en
de verschillende plaatsen te vormen.
Hy bezocht 2» steden, waaronder Alkmaar,
Amsterdam. Breda, Haarlem. Slechts in Middel-
Z-volle, Groningen, Alkmaar en Utrecht
er
no"'ter
luimelsdjlk, 1 Schiedam,"j Kralingen. l Dells-
tven, 1 Haastrecht, I Nijmegen, I 's llertogeo-
hosch, 4 's-Urnvcnhagc.
1 op.
Do uilslag dezer eerste proel was nis volgt
an de 35 candidates die zich voor hel timme-
;n hadden aangemeld en waarvan er 18 op-
wamen slaagdenvoor meester 3, voor gezel
Van de 5 candidalen voor^ het meuheluiaken
•1 1. De i
lo do laatste algemecne vergadering is vast
gesteld, dat er in 't begin van hel aanstaande
jaar gelegenheid tot '1 afleggen van proeven
van bekwaamheid zal gegeven worden in Gén
plaats, onid»U de kosten vooralsnog te groot
De resultaten van de gtldeproeven zijn
dus sinds 1893 nog zoo gering» dal wij
in ons eerste artikel, bij de beschouwing
daarover, er eenvoudig niet eens op ge
wezen hebben. Verblijdend is echter,
dat het genomen besluit in bovenge
noemde algemeene vergadering zal wor
den uitgevoerd.
Het volgende wordt daarover bericht
Van 58 candidalen hebben na verkregen na
dere inlichtingen zich thans 30 voor die proel-
allegging aangemeld, welke u|i hun nog nader
op te geven Uig en plaats einde Februari een
aanvang zal netnen te Utrecht. Deze proelal-
G. Brouwer, F. d
oor het meubelm
i Kruid e
i gekozen de
d Vloten, W.
Kien
i C. E. E
de Hod, J.
I (1. de Bouler (voor het smeden),
eer I,, J. H. Trooster, bijgestaan
van de Technische Commissie uil
de linolileiding
litgaat is aangewezen om hel theoretisch
in teekenkunelig gedeelte van deze prueven af
gezien I
artepunt dezer p
ktijk der vakken,
t gedeelte v;
gelegen is in c
de candidalen eerst u
doende I ekwaamheid blijk moe
rens tot hel theoretisch eo leekeokunst
Het ligt in de bedoeling van de Vereei
om, zooveel noodig on mogelijk zal hljikeo,
den candidalen restitutie van reis- en verblijf
kosten te verschalfenju hun lijj welslagen
ook nog eenigszins te geiooet te komen in hun
;en, 8 S 14 dagen
van zjjn bekwaamheid te doen hljjken.
Zsl do Vereeniging wider ook jn
dan behoeft zjj nog meer geldelykon
haar tot heden gewerd waarom nogn
allen, die in vermelde poging lot
van het ambacht" belang stellen en
daarvan hlyk gaven wordt herinnerd.
jaar lerwjjl do hr. H, I, lioorsniR te 'i
BUITENLAND,
In de Franschc Kamer heeft de minis
ter van Oorlog, tie Uullifot, het hard te
verantwoorden gehad naar aanleiding
cener interpellatie van den afgevaardigde
I'ellelan. Deze beschuldigde den minister
van Oorlog van 't toelaten van knoeie
rijen in de administratie van Oorlog en
noemde de officieren o.a. dieven. Hierop
vatte de minister van oorlog vuur en
sprak
„Ik heb eenige woorden te zeggen,
alvorens wij tot behandeling der arti
kelen van de begrooling van Oorlog
overgaan. De redevoering en het rapporl
van den heer I'ellelan hebben eene uit
werking gehad, die deze zeker niet be
doeld heeft. Zij zullen ongerustheid in
hel land en tuchteloosheid in hot leger
teweegbrengen." (Heftige protesten aan
de uiterste linkerzijdeapplaus rechts
en in het centrum.)
De Gallifet herhaalde zjjn woorden,
hetgeen opnieuw lawaai deed ontstaan.
„Het is onmogelijk, zonder protest te
laten zeggen, dal het leger bestaat uil
oflicieren, waaronder er dieven zijn.
Alle chets zijn eerlijke lui, het leger
verdient het vertrouwen des lands. Ik
vraag dal van u. Het is altijd gereed,
om tegen den buitenlandschen vijand op
te rukken en de strikte inachtneming
der wet af te dwingen van opruiers in
het binnenland." (Geraas aan de uiterste
linkerzij.)
Nadat de minister de eer van't leger
in dezer voege had opgehouden, werd
van socialistische zijde een voorstel inge
diend, om eene parlementaire commissie
van onderzoek te benoemen, ten einde
de misbruiken in t leger te onderzoeken.
Hierop nam de minister-president Wal-
deck-Rousscau 't woord.
Niet de critiek ol de waarheid, aldus
de minister, zijn in staat het leger te
verzwakken, wél de verdenking. De
administratie van Oorlog, zeide hij, Blaat
onder ernstige controle, en ais daaraan
iels haperde, dan was de minister van
Oorlog de persoon een onderzoek in te
stellen.
Het socialistische voorstel werd nu
verworpen met 440 legen 58 stemmen.
In Italië wil men het den clericalen
weer lastiger maken, dan in den laatsten
tijd het geval was. In de Kamer van
Afgevaardigden heeft Pulle de Regeering
Maandag geïnterpelleerd over hare hou
ding ten aanzien vanhet„clericale gevaar"
in Italic. Hij monde van minister Bonasi
verklaarde het kabinet, dat de Regeering
zich door hare ambtenaren van de cleri-
eale beweging in 't geheel op de hoogte
laat houden. Daar nu de Regeering tot
de overtuiging is gekomen, dat deze
beweging in den laatsten tijd verminderd
is, acht z(j hel niet noodig uitzonderings
wetten toe te passen. Toch zal de Re
geering op hare hoede zijnHet „cleri-
cale gevaar" kon, volgens den minister,
gemakkelijk bestreden worden met de
bestaande wellen, en indien andere par
tijen hunne denkbeelden even flink
verdedigen als de clericalen, is alles in
orde.
Dat deze verklaring geen koren op
den molen was der anti-clericale afge
vaardigden en vooral der woelige stu
denten buiten de Kamer, ligt voor de hand;
minister Bonasi heeft dan ook een storm te
gen zich ontketend. En het is er voor hem
niet beter op geworden, nu hij het heeft
durven wagen aan de republikeinsche
studenten- „vereeniging van 20 Septem
ber," om ter eere van den beruchten
Giordano Bruno een anti-clericaal con
gres te organiseoren, zulks te weigeren.
Ook heeft de minister dezer dagen de
politie bevel gegeven den weg te ver
sperren aan een groot aantal studenten,
die op de publieke straat voor het beeld
van genoemden huichelaar eene anti-
clericale belooging wilden houden. Nog
grooter werd de verbittering tegen dezen
minister, toen hij de naar huis terug-
keerende studenten, die deelgenomen
hadden aan de eerste zitting van het
verboden anti-clericale congres, en op
FEUILLETON.
Een schilderij.
eens rustig te bidden."
wilde geen onnoodige en ongewonsobte
mak houden op do vroomheid dor gralo-
lijke familie en zeide slechte: .De schilderij
schijnt uit den laatsten tijd te zijn en is alles
behalve antiek."
„Dit is zeer waar," hoorde ik een zware
„,ein achter mij zeggen. Het was de graaf,
die juist thuisgekomen zijnde, ons hier had
opgezocht.
i" zoo ging h(j voort „het is een
Zijn stem klonk zeer ernstig en ik gevoelde,
dat er in deze weinige woorden veel lag op
gesloten. Toen het avond geworden was,
mocht ik ook de geschiedenis van de schil
derij hooren. De graaf vertelde:
„Vóór mijn huwelijk woonde ik, als jonge
ling van twee en twintig jaar, een halfjaar
in Berlijn. Daar leerde ik natuurlijk de keur
van adellijken en militairen, kunstenaars en
diplomaten kennen en hoogschatten. Ik kan
niet zeggen, dat ik destijds godsdienstig wae
-mijne opvoeding was belaas niet zeer vroom
geweest. Ik was een verkwister, een jonge
ling, die alleen voor vermaken leefde, zon
der zorg voor de toekomst en er maar op
los zondigde. Toch durf ik zeggen, dat ik
nooit een laagheid beging en in het algemeen
nog eenig godsdienstig gevoel had overge
houden.
„Er werd in dien tijd te Bcrliju een ten
toonstelling vau schildorynn geopend. Op
zekeren dag slenterde ik die eens langs:
het was twee dagen na do opening. Daar
zag ik in een dor zalen een Ecce. homo han
gen. Het was omringd door allerlei schilde
rijen die ecliter geen van alle iels gods
dienstigs voorstelden. Ja, vlak naast den
Ecce homo, hing als pedant een bijna levcna-
groote schilderij, die de christelijke schaamte
waarlijk eeu kaakslag gaf.
„Ik moet bekennen, dat ik inwendig kookte,
toen ik dit zag. En mijn verontwaardiging
nam nog toe, toen ik zag dat honderden be
zoekers bicven stilstaan en met oen welbe
hagen, dat mij aan de kruisiging op Golgotha
herinnerde, naar den armen Holland keken,
die daar zoo geheel alleen verlaten hing en
Heer ln den HemelAls ik geld had
dan zou Ik do schilderij dadelijk koopeu,"
zeide ik, „alleen om die ongeloovigcn en
joden het genot van hun hatolijkeu triutnf
„Maar het geld
geloofde ik mjjn vrienden, die beweerden, dat
er toch zooveel niet aan gelogen was aan
de plaatsing der schilderijen men had er
immers geen verkeerde bedoeling by gehad.
„Den volgenden dag [ging ik weer naar
de tentooustelling en bekeek de schilderij
nisdezo had een jongen beursman meege
bracht, den oenigen zoon van een Bchatrijken
bankier. Toen ik zijn brutale blikken en ge
baren zng en den spot las op het bleokc
gezicht van dien kwajongen, had ik Item
graag een paar oorvijgen toegediend,
„Mot ongeëvenaarde verachtingen gering
schatting vergeleek de jonge man do beide
schilderijen. Elke blik was oen stilzwijgende
lastering jegens den Zaligmaker. Ik kon ni'ij
niet meer inhouden en keerde mij naar nijjn
vriend, die naast don vreemden goldwoll
stond en zeide hardop„Vindt gij hel niet
opvallend, dat men Christus naast zulk een
schilderij hangt?"
Mijn vriend werd een beetje verlegen;
zijn metgezel antwoordde echter dadelijk
„Och, het is hier immers geen kerkhet is
hier om de kunst te doen en dan is do eene
schilderij zoo goed als do andere."
Ik antwoordde tamelijk barsch„Ik kan
u hierin geen gelijk geven, Wat zou men
wel zeggen, als het portret van dou keizer
of prins Bismarck naaBt dat van een bo-
ruchten moordenaar hing, ook al was dit
laatste door Makart of Kaulbach geschil
derd?"
De jonge beursman keek mij brutaal aan
en herhaalde„Voor de kunst bestaat er
geen God of geen Christus daar staat
alles gelijk."
„Dan zal ik u nog een bewijs geven," riep
ik wondend over den koudeu spot vau den
jongeling. „Indien gij uzelven gelijk wildet
blijven, moest hel u onverschillig zijn, als
het portret uwer moeder naast dit schandelijk
schilderstuk hing. Durft g|j dit toegeven
Zoudt gij u daarvoor niet schamen
„De jongeling werd driftig. Van het eene
woord kwam het andere. Het gelukte slechts
met moeite, ons van elkaar te schelden. Nog
maals herhaal ik uitdrukkelijk, dut ik des-
lijd» alles behalve ecu goed christen was. Ik
kwam zelden in de kerk en beschouwde den
godsdienst ais iets, dat ieder naar willekeur
kan beoefenen of verzaken. Maar rayn
natuurlijk rcchtsgovoel kwam tegen deze
lichtzinnigheid in verzet.
„Den volgenden dag werd ik schitterend
in het gelijk gesteld. Op hovel van den
minister van Ecredienst von Miihlcr werd
do schaamteloozo schilderij uit do nabijheid
van don Ecce homo verbannen. Nu begon
er een algemoen geschreeuw ln da grootere
on kleinere joodscbe dagbladen van Berlijn.
Zij overlaadden den minister met beschim
ping, smaad en spot, omdat h(j voor de eer
van Christus was opgekomen. Hy moest
daarop geantwoord hebbendeze menachen
kennen niet eens de eerste bede van het
Onzevader„Geheiligd zy Uw Naam."
„De jonge gsldwoif liet nu vrjj spel aan
zyn goddeloosheid. Hy zorgde ervoor, dat
de slechte schandelyke schilderU in dagblad
artikelen overdreven werd geprezen; aan
den Ecce homo werd daarentegen volstrekt
geen kunstwaarde toegekend. Toen na veer-
tien dagen hot rumoer op zyn hoogst was,
kocht hij het schandelijke schilderstuk voor
een fabelachtige som en liet er met groote,
Historisch,