Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 49.<tf Zaterdag 15 Maart 1902 Vijftiende Jaargang. DE EEMBOOE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt elkan ZATERDAG. Abonnemontaprijs por drie maanden i Franco per postf o,40. Afzonderlijke nummert f 0 05. Bureau Br eedestraat, 18 Amersfoort. Uitgave van de Vereenlging De Eembode. Frija dor AdvortoutMm Van 1 tol 6 regeltf0.80 Voor iederen regel meer- 0.06 dvorlentiCn moeien uiterlijk Vrijdagavond Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. Een katholieke Hoogesebeol, Zonder polemiek te voeren met den schrjjver van een opstel in de Katholiek over dit onderwerp, nader uiteengezet in het Centrum, maar bestreden in de Maasbode, maken we hier slechts korte aanteekeningen betreffende deze zaak voor ons, Roomsclien, van 't grootst belang. Naar onze overtuiging is vooral in onze dagen aan zulk een stichting meer dan ooit behoefte. Op hun standpunt waren de Anti-revolutionnairen in de vaste meening, dat voor hen een eigen universiteit noodig was, en zij riepen er eene in 't leven. De wet veroorlooft zulks onder zekere bepalingen. Wjj, Katholieken, hebben liet tot zoo verre nog niet gebracht. Waar ze vermocht, heeft de Kerk, de gesclüedenis leert zulks, steeds in ver schillende landen de stichting van uni versiteiten bevorderd. Zij verrezen in landen, die aan Nederland grenzen, ja, uit de Kerkgeschiedenis van Molt ver nemen wij, dat in 1470 te Utrecht eene poging werd aangewend, om eene uni versiteit te vestigen. Zij mislukte, maar mag als blijk dienen, dat de ruime blik op de toestanden bij velen niet ontbrak. De Kerk is ook in onze tijden aan deze overlevering getrouw gebleven, zich steeds hel woord van de H. Schrift herinnerendeDeus scienliarum Dominus God is de Heer der wetenschappen. Getuige zij hier de oprichting der Katho lieke universiteit te Freiburg (Zwitserland), en in de Ver. St. van N.-Amerika. Nu gaat het niet aan, het denkbeeld der opriehting van zulk een instelling altijd naar den grauwen achtergrond der onmogelijkheid te dringen. Waarde behoefte spreekt, gaat men op onder zoek uit, of niet de mogelijkheid een schemerstraal, zij 't een smalle, dunne lichtstreep aanwijst. Het valt immers niet te ontkennen, dat in de meeste landen het universitair onderwijs op de leest der moderne wetenschap is geschoeid. Neem de natuur wetenschap, zy wordt thans dienstbaar gemaakt om God als Schepper en Be stuurder van alle dingen weg te cijferen, en een evolutie-leer tot waarheid te verheffen. In plaats van den eeuwigen God als eerste oorzaak, als eerste be weegkracht te erkennen, is men neer gezakt in een egyplischen nacht, waaruit op raadselachtige wijze een zelfwording (generatie spontanea) ontstaat, uil een serie van ontwikkelingen gaat het dan de hoogte in. We krijgen de afslatnmings- theorie, welke ons wil voorhouden, dal den aap de voorvader is te vinden van den mensch. Bij den menscli aan geland, zet die ontwikkelings theorie zich slop; mei de astraal-lichainen schiet men nog niet op, Trouwens die schijnen ook minder te stroken met het verfijnd materialisme, thans aan de orde, en dat n een zicleleven gewaagtzonder n eigenlijke, een geestelijke ziel. Met de moderne rechtsleer gaat het denzclfden avereehtschen weg op, ook hier wordt met de evolutie-os geploegd. Met een eeuwige wel, van een natuur wet wordt in die opvatting geen reke- ing gehouden. Misdaad wordt dan eigenlijk een anti-sociale daad, waarvan men voorlaan niel meer behoort te zeggen, dat ze in strijd is niet de zedewet. Eigenlijk koinen we aan de hand der moderne wetenschap veel verder, en wel tot de voorstelling, dat "s tnenschen vrij heid wordt ontkend, en hij geplaatst is onder een wet die noodzakelijkheid heet, aan niet te ontkomen is. Een nieuwe opvoering derhalve der leer van 't hei- densch noodlotal wat is moet zijn zooals Multaluli dit uitdrukte. Schuif daar nu onder als grond het determi- e, of der onverzettelijke bepaling zóó te handelen en niet anders, of verklaar hem, "lie misdoet, voor een lijder aan zedelijke krankzinnigheid, hel lood om oud jjzer. \"u wane men nietdat is in geleerde boeken zoo voorgesleld, ofzulke denk beelden doen een omwandeling onder de hersenpan van wetenschappelijke mannen, of welop kongressen disputeeren de vakmannen daarover. De draagwijdte gaat verder. Dergelijke theorieën vinden haar weg tar den geest van den jongen man, e in de medicijnen studeert, voor rechtsgeleerde zich bekwaamt, de filoso- phie bestudeert, of later in de natuurkunde voor anderen een gids wensebt te zijn. Ten einde zulks te slaven herinneren we aan de tijdschriften van prof. Trcub, Dr. Van Oppenraaij en prof. Vlaming te Warmond, en aan de opstellen van P. Rijken (O. P.) in de Sedert. Kath. Tegenover de zich opdrtngeKde nieuwe bepaling van de misdaad als anti-sociale daad, zeggen wjj hel den professor aan 't Roermondsche Seminarie Dr. J. M. L. Keullen (Plicht, schuld, straf) na. Zulke opvallingen maken liet mogelijk dat, in naam der wetenschap, natuurlijke schanddaden vergoeljjkt worden, en dat nieuw-Malthusiaansche praktijken profes sorale aanbevelingen verkrjjgen. Hierbij zij nog gedacht aan de meer in zwang komende praktijk, om voor beschuldigden de onloerekenbaarheid te bepleiten, soms met het gevolg, dat ze uit 't krankzinnigen gesticht, waar ze geplaatst worden, ontsnappen cn dan liet onderbroken misdrijvend leven weder voortzetten. Wel mogelijk, dat een eigen universi teit een verwijderd ideaal islaten we dan trachten althans dien afstaa t te verminderen. Een correctief, benoeming van katholieke professoren (de 2 Rijks universiteiten hebben thans ëén katho lieken professor, nl. te Utrecht) is een onvoldoende aanvulling. Een ministerie gaat misschien dien weg op, een op volgend staakt wellicht dit werk. En 't geeft ons bovendien niet wal wij behoeven een academisch onderricht over de ge- hcele lijn uit den wortel des geloofs. Nu moge ons wórden verzekerd, dal met toepassing „geloof en bid" den aankloppende geest van twijfel is af te wijzen, dat die verleider ook aan de studenten-kamer van puik-rooinsche Academies kan aankloppen, dat zelfs daar een zedelijke val niet onmogelijk is. Dit zijn eigenlijk argumenten, die in oude schoenen staan. Meer gewicht heeft de vraagwaar komen de professoren van daan hoe brengen we 't geld bijeen? De eerste vraag houdt verband met het in den laatsten lijd opgeworpen tekort bjj de Katholieken, nl. een te kort aan wetenschap. Vreemd ding dat tekort wanneer loeit voor andere be trekkingen, de hoogste in den lande in gesloten, kapabele katholieke mannen noodig waren, hebben ze nooit ontbroken en we kunnen zelfs eersle-klas mannen opnoemen. Men lierinnere zich namen van katholieke parlementsleden, Hooge Raadsleden,Raad van Slate leden, Opper en Hoofd-officieren, leden van 't Minis terie, dan verliest dat tekort aan weten schap nog al iels van zijn beteekenis. Wat op dit gebied kon, moet op uni versitair gebied niet onmogeljjk heeten. Een vluchtige blik op 't katholiek personeel, aan H. en M. Onderwijs werk- ni en op niet weinige geneeskundigen rechtsgeleerden, overtuigen ons, dat de gevorderde leerkrachten er zijn. Laat voor dit of dat vak, (de Rijks-universi teiten tollen elk buiten de godge leerdheid een kleine 50 vakken on nog zjjn eenige over de verschillende universiteiten verdeeld) een (ekort zjjn, we kunnen als 't moet,evenals 't Rijk, bij 't Buitenland aankloppen. De katho lieke Iloogeschool van Leuven benoemde wel Nederlandselie katholieken tot pro- Maar we mogen de geldkwestie, het hinkende paardniet vergeten, en tellen die niet licht. Al hielden we ze echter centenaarsgewicht, dat blok mag immer de stichting van eigen Hooge- school beletten. We weten toch wat wij, Katholieken, in de vorige eeuw offer den voor kerkbouw, gestichten voor ouden van uagen, vooi zieken, enz. enz. We welen vooral de offers voor onze scholen gestort. Kan bij zulk precedent de geldkwestie finaal onoverkomelijk heeten Trouwens met die kwestie viel altijd te worstelen. Toen einde der 18de eeuw aan de Katho lieken de Emancipatie bracht, stonden lanstonds voor de stichting van nariën. Ze zijn er gekomen ondanks de troebele dagen en de vrees voor nog bangere. Met tiet oog op dit verleden, zien wjj een toekomst inet een universi- tcits-stichting minder donker in. De vruchtbare kracht der Christelijke Chari- las is toch met de 20e eeuw niet uil- geput De giften bij 't l'auselijk jubilee, een tiental weken bijeengebracht, lee- Laal hel zijn, dal we eene stichting, compleet in alles, niet kunnen leveren, wat belet al vast met cenig plan, cn binnen niet te lang tijdperk een begin te maken? In La fille de Roland laat op 't einde de dichter Henri Bornier Charlemagne zijn door hem een gezegenden grond genoemd Frankrijk aldus toespreken. Terre du dévoucment, de l'honneur, de la toi. tl ne faut done jamais désespérer de toi. (Land van toewijding, van eer en van geloof. Nooit, nooit inag men wanhopen aan U.) Welnu ook wjj twijfelen niet aan de toewjjding onzer Katholieken, als mannen, wien de eer der Kerk e Gods ter harte gaat; als mannen geloof doorzien zij, dat met een eigen universiteit in een behoefte wordt voorzien, en zjj zullen 't werk aan durven. Moge dan, wanneer een volgend ge slacht voor nieuwe moeilijkheden en kwestiën staal, die op haar beurt oplos sing vragen, dat geslacht wjjzen op 't geen wij hebben gesticht na veel zorg toewjjding. Het geldt hier geen aard- die eer noch roem. Want na eiken gun- stigen uitslag van den arbeid, na over winning in den strjjd, zjj de kreet der katholieke geslachten Gloire au Christ triomphant. Glorie zjj den zegevierenden Christus. BUITENLAND. Den Engelschen minister van Oorlog, Brodrick, viel Maandag de hedenkeljjke eer te beurt in het Lagerhuis het vol gende telegram te moeten meedeelen Lord Methuen en majoor Paris zjjn bij Tweebosch door De la Rey aange vallen. Methuen is aan de dij gewond gevangen genomen. Van de Engel schen zjjn 3 officieren en 38 man ge sneuveld, 5 officieren en 72 man ge- kwclst, terwijl 1 officier en 200 man vermist worden. De Boeren hebben 4 kanonnen genomen. Dal dit bericht een verpletterenden indruk maakte, laat zich denken. Aan het einde der zitting las de minister nog liet volgende telegram van Kitche- „Methuen's ossenconvooi vertrok een uur vóór het inuildierenconvooi. Bjj het aanbreken van den dag deed de vijand een plotselingen aanval op de achter hoede. De eerste verwarring werd ver oorzaakt door Kaffers, die de paarden geleidden, welke in galop door hel muil- dierenconvooi sloven, toen dit laatste trachtte zich aan te sluiten bjj het ossen convooi. De wanorde in het inuildieren convooi deelde zich mede aan de bereden troepen. ,De Boeren, in khaki gekleed, veradel den alle pogingen van de officieren om de orde te herstellen. Er volgde een groote verwarring onder dit deel van de bereden troepen. Zjj en de met muil dieren bespannen wagens galoppeerden drie mijlen voorbij het ossenconvooi en werden afgesneden. De artillerie en de infanterie legden grooten moed aan den dag; de infan- FEUILLETON. Op het Zolderkamertje. (Slot.) Op zekeren avond, loco vrouw Lantenspiel els gewoonlgk in het zolderkamertje zot en Inisli" de naar hetgeen de goudsmid vertelde, kwi bet gesprek ook op onde versierselen en j melen. .Een echt koslbaar, oud sieraad, waarv hot kuoBtvolle werk evenwel waard is als steenen zelf, zooals ge daar juist zeidet, z ik wel eens gaarne van nabjj bekijken," sprak vronw Lantenspiel gemoedelijk. ,Dat treil al heel toevallig," zei Rugendas, joist heden bracht men mg zulk een klei nood in mjjne werkplaats. Hel is een der fraaiste en kostbaarste werken, welke ik ooit gezien heb. Het werk is onlwjjfelbear van den groot- aten meester in de goudsmeeknnst, van den Italiaan Benvannto Cellini. Kjjk eens, boe dal glanst eo schittert." Hij haalde een doosje uit den zak en reikte het over Ier bezichtiging. ,lk nam het mede, giog bjj voort, naar huis om bet mjjne dochter Ze Laten zien, die ook nog nooit een oorspron- kelgk werk van Benvenuto Cellini gezien heeft." Met het vuur en de begeestering van ee vakman toonde de gondsmid den vrouwen stuk voor stok de pracht en kunst, waardoi werk van dezen grooten kunstenaar zich ken merkt. Zjjoe oogen fonkelden, eo toen bjj het kleinood weer bjj zich slak, sprsk hjj, meer tot zich zelf dan tol zjjne loeboorderessen .Had het geluk mjj oiet den rug gekeerd, dan kon ook ik, evenals Benvenuto Cellini naar het hoogste trachten. Nu echter moei ik als eenvoudig werkman in een vreemde zaak ar beiden." Een lichte zucht ontsnapte zjjne borst. .God wilde liet zoo. vader," troostte Martha. .Laten wjj met geduld verdragco, wat Hjj on8 overzendt."' In deo winkel en in de werkplaats van den heer Seraphini, deo patroon van Rugemlas, heersebte geweldige opschudding. Hel kleinood, een oorspronkelijk werk van den beroemden Benvenuto Cellini, dat de gravin Von Horn- stein gisteren zjjn patroon gebracht had, om er eenige hersielliogen aan te verrichten, waa verdwenen, spoorloos verdwenen. Mijnheer Seraphini liep ala een razende heen en weer; niemand wist iets van het kleinood. Jacob Rngendas zat ah een wezenlooze bjj een aan beeldje in een hoek van de werkplaats, af gezonderd van de andere werklieden, waar bjj altjjd arbeidde. „U, Rugendas, heb ik het kleinood ter be zorging toevertrouwd," schreeuwde meester Serapbioi, een tleio leveodig maonelje. ,Gjj, geen ander dan gij kunt hem gestolen hebben. Waar hebt gg het gisterenavond na werktgd gelaten Hebt gjj bet weggesloten in een iobraakvrg kastje, zooals het in mjjne werkplaats gewoon te is Antwoord I" Jacob Rogendas stond verstomd. .Spreek I" ging Seraphini op gebiedenden loon voort. ,A!> het kleinood niet weer terecht komt, kost mjj dat injjn halve vermogen." Jacob Rugeodas sloeg zjjn fraai, donker, nu mol tranen gevuld oog op en antwoordde kalm maar bealiat,lk nam hel étui met hel klei nood, dat ik om zjjoe kunstwaarde voor kostbaarste en fraaiste stuk houd, dat mjj in lange jaren in handen is gekomen, mede hui*, om het mjjne dochter te laten zien hel Stephanusplein, dat ik over moeit, raakte ik in 't gedrang. Men stiet mjj van verscheide kanten. En toen, ik hier aankwam, om t mjj door eeneo zakkenroller ontnomen zjjn." ,Uil den zak gerold I" spotte meesterSersplii .Vertel me toch geen sprookjes, man. Gjj hebt het kleinood gestolen, Vlug Jan, haal de Ue loopjongen verwjjderde zich snel o boodschap Ie doen. Jacob Rugeodas zonk als gebroken op zjjoen werkstoel, waarop hjj anders bjj het werk placht te zitten, ,0 God, gjj beproeft mjj zwi klonk het met een zucht uit zjjoen mond. .Rngendas, meu zal bjj n eene haiszoe doen. Bekeo, zoolang hei nog Ijjd is," drong meester Seraphini nogmaals aan. .Mijnheer Seraphini, ik kan niets bekennen heb niele Ie verbergen. God in den heinel ia mjjo getuige, dat ik met mjjne bekentenissen de waarheid heb gesproken. Hem laat ik bet mjjne onschuld aan deo dag te brengeo. O, mjjn arme dochter, mjjo arme Martha I" Daarna brachten hem de politieagenten, iotusschen gekomen waren, weg. Hetaansto ingestelde onderzoek leverde volstrekt geeo dwenen. Do gravin Von Hornstein verlangde schadevergoeding, die Seraphini haar ook ge ven moest. Rugcndaa werd gevonnist en tot drie jaar gevangenisstraf veroordeeld. Zjjn af- mjj, mjjne dochter, opdal mjjne onschuld moge hljjken," sprak de vader. Daarna volgde hjj de agenten, die hem in de cel brachten. Ia het dakkamerlje, waar Martha lot dao toe met hem geloefd had, heerechte diepe rouw. Elk vrooljjk lied was verstomd. Alleen het ver trouwen op God en de H. Maagd hield haai itaaDde. Eiken morgen giog zjj in de Stephanos- kerk de H. Mis boerenstil en met oeergesla- gen oogen keerde zjj naar huie terug. .Kjjk daar gaat de dochter van den jnweelon- diei!" hoorde zjj dikwjjls fluisteren. Zjj keek niet om, maar werd steeds bleeker, .Werp uwe zorgen op God, Hjj zal el wol goedmaken." zeide een stern in haar b oenste. En deze stem bleef zjj sleeds geirot Vier maanden waren voorbijgegaan. Marl zat in hare kamer aan 't werk Door 'l geopen de venster, dal alleen uitzicht gal op de die veel weken laog gezwegen had, begon zjjn vrooljjke wjjsjes Ie nenrien, eerst zacht, daaroi steeds luider, als ware heJen een dag des ge luk* aangebroken. Ja, bet waa werkeljjk een zonnige tlag vol licht eo glans, dia in bet zolderkamertje actuoo. I'lotseling, werd de dear geopend en vlugger dan gewoontjjk Irad vronw Lanlenspiel bin- .Juffrouw Martha," riep zjj. .kjjk eens, wnt ik hier heb! Is dat niet het kleinood, dat uw vader eens op dien bewnsten avond Hel zien?" Daarbjj hield zjj het meiaje een geopend etui Maitba wierp een blik op de kostbaarhoden ala om zich te overtuigen, of bare moederlij ke vriendin de waarheid aprak. Daarna atond zjj op en riep met stralenden blik „O, ik dank u, H. Maagd, gjj hebt mjjn ge bed verboord. Het is hot kleinood der gravin Von Horosleio, hel onovertroffen kunstwerk van Benvenuto Cellini, waarvoor mjjn arme vader in de gevangenis zucht I" ,0, kind, wat verheugt bet mjj, dat ik nu, die eens dooi u gered werd, ook uwe redsler ,Ora Godswil, vronw Lantenspiel, bee komt gg er aan?" .Beneden in den winkel, onder de hoede van twee koperslagersknechls van de werkplaata hierover, staal hjj nog, de schelm, die hem mjj juist ten koop aaobood. Ik heb de beideknechl* gezegd, dat zjj hem niet moeten laten heen- gaaD, voor ik terugkwam." Martha liep snel naar de naastbjjzjjnde politie post. Toen zjj met de dienaars van bei gerecht aankwam, werd de man, die bet kleioood bad willen Ie gelde maken, gevangen genomen. Hjj waa de zoon van een beruebten zakkenroller, f4

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1902 | | pagina 1