Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 15. Zaterdag 12 Juli 1902. Zestiende Jaargang. OE EEMBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veonendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. abonnementsprijs per drie maandeni Franco per postf 0,40. Afzonderlijke nummersf 0,05. BureauBreedestraat, 18 Amersfoort Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Prije der Advertentièn i Van 1 tot 6 regelsf0.30 Voor iedcren regel meer- 0.05 Correspondenliën en Ailverlentiên moeien uilcrljjk Vrijdagavond Vernieuwing van i De Driebond, waartoe Duitschland, Oostenrijk-Hongarije en Italië bebooren, en waarvan üuilschland hel hoofd is, werd dezer dagen andermaal vernieuwd. Het leek eerst of die Bond zou liquideeren, wijl Duitschland zich te werk had gezet, om een tarieven-ontwerp lot wel te fabri- ceeren, drukkend voor de economische toestanden in de landen der beide overige veunooten. Nu moge de politiek een verheven zaak zijn, de economische quaestie raakt het volk van meer nabij. Maar al heet het, dat op het stuk van vrijheid de volkeren met groole schreden zijn vooruitgegaan, in zake sluiten, op zeggen, verlengen van verhonden hebben de volkeren nog geen slem. Eene inter pellatie in het parlement is mogelijk, maar in zoo'n geval is de Kamer-meer derheid op de hand der regeering. Het vclk dan eens niet gerekend, deze keer kwam er toch meer bij te pas. Oostenrijk, dat zoo nabij betrokken is met Turkjje's lief en leed, is het vrij wel eens met Rusland, dat het voor het oogenblik den toestand op het Balkan- Schiereiland wenscht te lal en gelijk die is. De Tsaar kan echter, desverkiezend, zjjn invloed bij den Sultan doen ge voelen, zonder zich aan eenige mogend heid te storen, daar is hij nu eenmaal Keizer van Rusland voor. Frans Jozef evenwel is zulk een gelukskind niet, hij moet rekening houden met ziju bond genoot Duitschland, en Duitschland deed zich voor als de vriend van Turkije. Heeft Keizer Wilhelm niet eenige jaren geleden, reizende naar 't H. Land, te Konstantinopel de hand van den Sul tan gedrukt, en een band van vriend schap aangeknoopt Nog minder sympa thiek dan toen die handdruk, moet het ,te wapen" tegen het Polendom tot de Johanniter-ridders te Marien- burg gericht, den Oostenrijkschen Kei zer in de ooren hebben geklonken. Ook met het andere lid van den Driebond, Italië, houdt het bindtouw niet alles even vast bijeen. Waarom zou anders Italië met Frankrijk vriendschaps betuigingen hebben gewisseld, terwyl, naar beweerd wordt, de spitse van den Driebond tegen Frankrijk is gekeerd? Italië heeft echter nog andere belangen en die schijnen zwaarder dan de Drie- bondsclie te wegen, van daar de neiging tol Frankrijk. Voor beiden ligt een stuk toekomst op de kusten der Middelland- sche Zee. Frankrijk aast op een stuk van Marokko, Italië is belust op geheel Tripoliniets natuurlijker dus dan dal die twee bij den gemeenschappelijken honger naar meer landbezit elkaar helpen willen. Van Duitschland en Oostenrijk is voor Italië weinig steun te wachten bij een expeditie naar Tripoli. Of Wil helm het hindert, dat den Sultan weer een afzetting bedreigt, hier over bekommert Italië zich niet, en wendt zich naar Frankrijk onder voor behoud van wederkeerigen dienst, natuur lijk. Zelfs wist Italië de teergevoeligheid van Engeland te ontzien, en schijnt van die zijde eerder steun dan tegenwerking te mogen verwachten. Vreemde alliancie die Driebond. Twee geallieerden hebben een grief tegen den eersten firmant; daarenboven in aange wezen gevallen zoeken die twee weer bij een andere Mogendheid steun. De fameuse Bond vertoont nog altijd het reclame-etiquet: „Waarborg voor den Europeeschen vrede." Dien waarborg bieden wij roepen Frankrijk en Rusland, en beiden volgen één pad lot in het Oosten van Azië. En in dal Azië is Duitschlands invloed van jongen datum, de rol van Italië is er tot heden vrjj onschuldig, en Oostenrijk sprak geen woord, om vaste plaats in den Clii- neeschen winkel. Het schijnt of de Driebond buiten het behoud van dien vrede staat, of dat de vrede zich sterk genoeg gevoelt om eens te glimlachen over de lofspraak van Keizer Wilhelm I over de schitterende rol van 't Duitsche leger door alle eeuwen heen. Volgens de traditie is het front van den Driebond, gelijk we reeds opmerkten, gericht tegen Frankrijkal heet het min der dreigend, minder tartend, dat zijn karakter defensief is. Bij den oorspron- kelijken opzet, was Frankrijk in een ge- isoleerde positie, Ihans, met den Tsaar lot bondgenoot, heeft het van dien boo- zen in.-et minder te duchten. De Fransche minister van Buitenlandsche Zaken nam dan ook de verlenging der polilieke vennootschap vrij kalmpjes op, en Italië werd met geen enkel schamper woord afgestrafd. Hieruit valt Frankrijks over tuiging af te leiden: de Driebond werd gaandeweg vrij ongevaarlijk, boezemt ons althans geen beduchtheid voor een aanval in. Waartoe de Driebond dan nog? Men bedenke echter, dat al wierp Frankrijk zich in de armen der Republiek, niemand er borg voor spreekt, dat de toestand er vasten grondslag heeft. Op eventuali teiten zich voor tc bereiden is derhalve het parool. Voorls bedenke men, dat vooral Keizer Wilhelm aan 't instand- blijven van den Bond hechten moet. Als hoofd daarvan, primeert hij nu in centraal Europa, zelfs tot aan het eind punt van Italië. Aan een prikkelend ijdelheidsgevoel behoeft men hier niet eens, en zeker niet uilsluitend, te denken. Hoe losjes de band ook zij, zoo lang de drie contrac- teerenden nog bijeen blijven, zijn afzon derlijke stappen in elks eigenbelang denkbaar, maar worden deze niet omge zet in een scherpe, vijandelijke daad. Van zulk eene daad is allerminst het Duitsche Ryk gediend, hoe machtig het ook zij. Ook met het driespan is het le gen Rusland niet opgewassen, en zeker niet tegen Rusland en Frankrijk veree- nigd. Zonder Driebond kan Wilhelm te gen het Polendom fraseeren en Johanni ter-ridders tegen de Serinaten te wapen roepen, maar hij legt den vrede aan geen dukdalf vast; zou hij 't zwaard moeten trekken, dan ware dit om zich te ver dedigen. Laat de Driebond dan, volgens betweters, op een gezellig politiek onder onsje gaan geljjken. zoo lang hij blijft, bindt Duitschland andcrer belangen aan de zijne. Duikt er dan onverwachts gevaar op, dan vertrouwt Wilhelm op krach- tigen steun zijner hooge bondgenooten. Daar stond echter niet van in, wanneer het onder-onsje zich geheel en al had opgelost. In deze gedachtegang is du Driebond i zijn verlenging grootelijks in 'l belang van Duitschland, doch ook niet zonder belang voor de twee andere bondge nooten en ook vuor geheel Europa. Maar dc geschiedenis biedt overvloedige bewijzen, dal, wanneer eerzucht, winst bejag enz. in de politiek zich doen gel den, door vorsten en regeuringen geslo ten overeenkomsten luchthartig verbro ken, plechtige verdragen zonder schroom geschonden, of bezworen en onderlec- kende tractaten, als waardeloos papier, brutaal verscheurd worden. BUITENLAND. Lord Kitchener, de opperbevelhebber der Engelsche troepen in Zuid-Afrika, die heden te Londen zal aankomen en natuurlijk met stormachtige geestdrift en praal en luisler zal ontvangen wor den, heeft in een afscheidsgroet aan de troepen gezegd, dal hun houding in een veldtocht, die zich gekenmerkt heeft door groote ontberingen en moeilijkheden, boven allen lof verheven is geweest. Met name wenscht hij de soldalen geluk met hun goedhartigen en menschlievenden geest. Na hulde gebracht te hebben aan de militaire eigenschappen van de Boeren, en aan den bewonderenswaardigen geest, dien zij geloond hebben bij de overgave, vermeldt Kitchener, dat vele Boeren, die tot het einde gevochten hebben, de hoop hebben uitgesproken, dat zij hij de een of andere gelegenheid in de toekomst bij de troepen van den koning zouden mogen dienen. Uvcr den goedhartigen en mensch lievenden geest der Engelschen, in Zuid- Afrika betoond, had Kitchener beter gedaan te zwijgen, maar dat hij de Boeren lofprjjsl daar beslaat een ernstige reden voor. Deze nieuwe onderdanen van koning Eduard worden niet al te best vertrouwd, en nu tracht men hen met vleitaal te winnen, De Londcnsche correspondent van den Matin" schrijft aan zijn blad, dat men tc Londen eenige ongerustheid begint te gevoelen omtrent de feitelijke stemming der Boeren jegens Engeland. Langza merhand dringt het besef door, dat de Boeren onmogelijk van den eenen dag op den anderen hun gevoelens van vijand schap jegens Engeland ter zijde hebben kunnen zetten en gaat men hel vreemd, ja zelfs ecnigszins onrustbarend vinden, dat zjj bij het nederlcggen der wapenen zulk .een .geestdrift" hebben geloond. In regeeringskringen zegt de corres pondent, heeft de buitengewone haast van de Boeren om zich met het nieuwe régime Ie verzoenen, wel degelijk eenige ongerustheid verwekt. Hierin zal dan ook de oorzaak moeten gezocht, dat Chamberlain het in zake schorsing der Kaapsche grondwet met zijn vriend Milner niet eens is. In een parlementair Witboek zegt Chamberlain „De schorsing van de grondwet van een kolonie met een verantwoordelijke regeering is oen feit zonder precedent en zou slechts kunnen plaats hebben hij besluit van hut rijks-parlement. Boven dien heeft slechts de minderheid van de leden van het Kaapsche parlement het verzoekschrift geteekend, waartegen alle Kaapsche ministers zich verzetten." Juist, daar zit 'm de kneep. Verder zegt Chamberlain .De Brilschc regeering gevoelt, dat de schorsing van de grondwet, zonder de tegenwoordige afgevaardigden des volks te raadplegen, zou leiden tol onte vredenheid en agitatie in stede den rassenhaat te dooven. .Het is onbillijk te onderstellen, dat het Kaapsche Parlement zou weigeren de noodige maatregelen goed te keuren ter bevrediging van het land. Daarom is de Britsche regeering het eens met de Kaapsche ministers, dat het kolonische parlement zoo spoedig mogelijk bijeen geroepen behoort Ie worden. De Brilsche regeering stelt zich te gereeder op dit standpunt, omdal zij verzekerd is, dal de ernstige wen ch bestaat om twee dracht en haat, die door den oorlog kunnen zijn ontstaan, weg te nemen." Van tweedracht en oorlog schijnt dus ook Chamberlain genoeg te hebben. Maandag is Chamberlain een leelijk ongeval overkomen. Terwijl hij in een tweewielig rijtuig van Westminster naar de Athenaeum-club reed, gleed hel paard uit. Chamberlain werd niet geweld naar voren geslingerd en kreeg een ernstige FEUILLETON. De broeders. 1} Twee broeders woonden io eene, die vóór de eerste Revolutie in hel bniten- Und had gediend, was schermmeester, de aoder was eeoigeo lijd op een semiuane geweest en wilde io den geestelijken stand treden. Toen de eerste onlusten uitbraken, wierp de schermees- ter zich met lgf en ziel io de verwarring van het oogenblik; bij begon mei genegenheid te koesteren voor de Republiek en werd ten slolto een verwoede Jacobgn. Zgn broeder Jaareotegen, die God had loeren kennen, bleel den koning tronw. Hjj, do jongste, volgde dan ook geenszins het voorbeeld zjjos broeders, maar aloot zich bjj het leger der Vendeêts aan, om voor hel kruis van Christus en het witte vaandel van den reehlmaligen koning te slrgdea. Sederl lang hadden beide broeders elkaar niet meer gezien, en elke band scheen tusschen hen verbroken, toen de wisselvalligheden van den oorlog den republikein in de banden der VendeSre deden vallen. Hjj zoo Ie St. George worden doodgeschoten, dair de koniokljjken vost besloten wareo, voor do vele gruwelen vergelding te plegen aao de vjjanden, die boven dien daags Ie voren een groot aantal VendeSra hadden vermoord. De officier der koninklijke afdeeling boorde het plotseling." rumoer, en bemerkte, dat zijne soldaten een blaowrok hadden gevangen geno- atond een bevel tot doodschieten. .Wachten," gebood de olficier, .ik zal eerot den republikein zelf ondervragen." H(j glog naar den groolea weg. .Haak hel ving at mei hem, commandant," riepen de boeren, .het is een van deBlauwco, dio onze broeders zoo gruwelijk vermoord heb ben! Hjj is een goddelooze. Iljj gelooft niet eens .Goed," antwoordde dc ateeds christelijk ge zinde officier, die ongaarne zulk een bloedige wedervergelding zag, ,dao zullen we hem eerst een paar dagen bjj onzen aalmoezenier laten misschien bekeert hem die nog met Gods hulp. En els hjj dan weder aan God gelooll, zal zijn hart zich tot oos keereo, hg zal zgo gezalfden kooing weer liefhebben en slrjjden onder de De gevangene hoorde de weldadige woorden van dan officier, die hem wilde redden; hg keek op, om hem te zienbet was zijn Beiden herkenden elkaar. De royalist Jacht op dat oogenblik niet aan den repnblikein, hjj zag slechts den broeder voor zich. Hjj wilde hem aan zjjn hart drukken, doch deze beaotwoordde dit broederlijk gevoel gceos- zios. Hel gedempte stem sprak hjj: .Stel je toch oiel aao, alsof je me lief hebt; jrj baat mjj, en ik, ik verafschuw jou!" ,lk bezweer n bjj de gedachtenis onzer goede, vrome moeder, die ons leerde bidden, God en de menschen liefhebben en onze vjjandeo ver geven," riep de jongste broeder vol ontroering en liefde uit, .olschoon gij dc bloedige Repu bliek dient, bemin ik u van ganscher bartel" „Welaan, bewijs dal!" antwoordde do repu blikein! .Zend mjj ongedeerd naar Saotes terug." .Dat zal ik doen, ik beloof bet u!" riep de Veodeër, zjjn blik ten hemel slaand. ,Hg moet sterven!" riepen do boeren, die dichtbij stonden. Ooze geweren zjjn geladen I Achteruit, com mandant'. Hg is uw broeder niet! Wjj willen zjjn bloed!" .Dan zult gij eerst bet mijne moeten ver gieten!" riep de edele aanvoerder vol vnnr nit. .Nooit zal men van een Veadedr kunnen zeggen, dat hjj bjj de vermoording zijns broeders kalm heeft toegezien. Wjj zjjo ChristenenWjj zjjn Katholieken! Onder ons bevindt zich geen Kaïn 1" Bjj deze woorden had bjj den degen getrok ken en voor den soldaat der Republiek gaande staan, riep bjj: ,lk oisch gehoorzaamheid in den naam onzer koninklijke banier, waaronder wjj voor godsdienst on vaderland dienen 1" Hierop drongen zgne soldaten niet verder op hem in, en enkelen riepen zelfs: .Genade, ter- wille van onzen bevelhebber 1" Op dat oogenblik kwam eeo jong geeste lijke, die veel invloed op de boeren bad, nader bij. Toen hjj bemorkte, dat in weerwil van het genadegeroep toch nog een gedeelte van beo den dood van don gevangeno begeerde, trad hg op hen toe en vroeg: „Waarom slaat gg oog steeds onder de wapeoen?" Zg antwoordden: ,Wg willen met dezen Republikein eerst afrekenen; hij is een dergenon die onze vrouwen en kinderen hebben vermoord." .Dat kunt gjj oiel, zonder een zware zonde te plegen!" Hprak hoogernstig do trouwe dienaar Gods. ,En toch wjj allen hebben hel gezworen!" schreeuwden de opgewonden mannen en z den huone wapens boven 'l hoofd van de .Hebt gjj er op gezworen?" riep thai geestelijke, met een sterke, moedige slem, wgl hg eeo kruisbeeld va» uit zgo kleed haalde en het den soldaten voorhield; .hebt gg op dit kruis den eed afgelegd, om uwco vjjaod lo vergeveo?" Do Veodefira verstomdenverscheideni hen legden hunne wapooa af; de olficier liep oaar deo geestelgke toe, drnkte hem dn haod eo sprak: „Wees gezegeod! Gjj hebt mjjn broe der voor my behouden!" ,lk wist niet, dat die man aw broeder was," antwoordde de priester „ik zag io bem slechts een ongelukkige, dien ik van den dood wilde redden. Wat bad ik anders als priester bier te midJen van bet leger te doen, als ik geen cbrislelgke zachtmoedigheid en vergeving predik te? Hier roept de eer, de oaluur, de tronw tegen bet vaderland en bet koningschap luid genoeg om wraak; doch ik zal steeds met kruis van het Lain Gods, van onzen Verlos eo Zaligmaker, slechts om vergiffenis smeeke Eo: .Vergiffenis om deo willo van het L Gods!" riep thans de gcheele troep eo giog vreedzaam niteen. De republikein stond ten hoogste verbaasd; zjjo broeder vul te hem by den arm en leidde hem naar den getalelgke, docli hy was in zgnen hoogmoed gekwetst, door oen priostor der hei lige Katholieke Kerk gered to zjjn, Hy bleef sprakeloos eo geon woord van dauk kwam over zgne lippen. Toeo het dooker geworden was, bezorgde de kooinklgkc officier zgo broeder oen bootje, om veilig naar Nantes Ie kunnen ontsnappen. Voor zg scheidden oprok hg met bewogen stem tot hem: „Ga met God, en denk nog eens aan mg!" .Dat zal ik, om n te betreuren." .Mij betreuren? Wat igd ik dan, om uw medeljjden op te wekken?" „Ongelukkige, gg zgt niets minder dan een slaaf!" .Dat ben ik minder dan gg! Ik heb slechts God en in Hem mijnen koning tot lieer en meester, terwgl gg talloozcn lyrannen moet gehoorzamen 1" „Wal gg mgne lyrannen noemt, zgn slechts mgos gelgken; zooals ik, aaobidden zg de vrg- heid, geljjkheid en broederschap!" ,Ja, en zg hebben voor deze vrgheid, gelijk heid en broederschap geeo andere altaren dan schavotten opgericht; hunne beulen zjjn uwe priesters 1" .En wat zgn de uwen?" .Ooze priesters redden Ier liefde van Jezus Christus degenen, die hen als vyand ver volgen. Dit hebt gg in dit gevaarlgk uor zelf onderionden. Wien toch dankt gg uw leven?" .Een wezen, dat ik baal en veracht! Hel

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1902 | | pagina 1