Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 8.
Zaterdag 23 Mei 1903.
ZeV'entiende Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Baraeveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
ent oprijd por drie a
Franco per post
Afzonderlijke nummer»
1 0,40.
f 0,05.
BureauBreedestraat, 18 Amersfoort
Uitgave van de Vereenlging De Eembode.
Prijo dor AdvorterstiSm
Van 1 tot 6 regel»f0.30
Voor iederea regel meer-0.05
Bij dit nummer hehoort
een Bijvoegsel.
De vrijmetselarij ie Frankrijk.
IV. (Slot.)
Het laat zich gemakkelijk vermoeden
hoe folterend het devote, echt katho
lieke gedeelte des Franschen volks
alreeds geleden heeft onder de sarrende
tyrannie der vrijmetselarij. Het reeds
geboden verzet van die zijde zegt het
maar al te welsprekend. In de wet
gevende Kamers werden met het vuur
eener heilige overtuiging redevoeringen
gehouden, die den onvergankelijken roem
en de grootheid der H. Kerk verkondden
en hare rechten zóó treffend, zóó schit
terend verdedigden, dat ze zelfs op de
ver hardste gemoederen een zóó diepen
indruk maakten, dat door de sectaris-
sen getracht werd door gebrul en getier
ze onverslaanbaar te maken, om zoo
doende aan de pijnlijke afstraffing te
ontkomen, die er in lag opgesloten. Maar
de geloofshelden in bel. Parlement lieten
zich niet versagenzij deden hun argu
menten als geeselstriemen neerkomen
op de vijanden, die jankend ineenkrom
pen of door satanische uitvallen zich
in hun wanhoop zochten te verdedigen,
wal gewone tactiek is der vrijmetselarij.
Betoog! igen worden gehouden, die als
een blik doen slaan in de ziel van zoo-
velen, die met bloedend hart hun zoo
geliefde kloosterlingen zien vervolgen,
uitdrijven, of voor het gerecht dagen,
en die slechts wachten op het sein ora
in dien hangen en droeven strijd
zelfs het leven te laten voor Christus
en Zijn vervolgde Kerk. In de katho
lieke pers wordt een strijd geboden, die
aan fierheid een onverschrokkenheid
paart, die het hart soms doel popelen
van genot en eerbied afdwingt voor de
geloofshelden, die zóó wèlgeoetend, zóó
slagvaardig, zóó door ontembaren moed
aangezet, den vijand ten schande stellen
voor tgdgenoot en nageslacht.
En trilt het gemoed niet van innige
aandoening als men deheerljjke protesten,
manifesten, brieven enz. der aartsbis
schoppen en bisschoppen van Frankrijk
te genieten krijgt, waarin de vurige taal
der belijders en martelaren uit de eerste
tijden des Christendoms ons tegenklinkt
maar ook van weemoed en smart, als
zij ons de diepe droefheid raaien,
die hunne ziel vervult, nu de Kerk,
vooral door het vervolgen der Congre
gaties, zoozeer getroffen wordt Diep
bewogen toch moet het hart zich ge
voelen als de grijze kerkvorst, Z.Em.
kardinaal Richard, aartsbisschop van
Parijs, tot de hem zoo dierbare religi-
eusen in een schrijven o. m. de volgende
troostwoorden richt: „Ik kan u niet
laten heengaan, zonder u het bewijs te
geven van mijn liefde voor u, zonder
de diepe droefheid uit te drukken, die
ik als bisschop en als Franschman ge
voel bij de maatregelen, die onze Con
gregaties treffen.'" En kan een kreet
van smart, maar ook van verbittering
wel uitblijven, als men kloosterlingen,
die zich niet bereid toonen deemoedig
te buigen voor tirannieke wetten, doch
zich lijdelijk verzetten, niet alleen met
geweld uit hunne stille verblijven ziet
verdreven, maar ook als vagebonden
geboeid naar de gevangenis worden ge
leid, em daarna een vonnis legen zich
te hooren uitspreken, dat hun boete of
gevangenisstraf oplegt Moet niet een
traan in het oog opwellen, als men zelfs
Zusterkens der Armen voor de recht
bank ziet gedaagd, beschuldigd van de
groote misdaad, dat zjj, na uil haar
klooster te zijn verjaagd, met haar tweeën
gingen wonen, terwijl zij hun liefdewerk
verplegen van zieken voortzetten,
deze engelen van liefde en opoffering
toch door het gerecht hoort veroor-
deelen? Het pijnlijke schouwspel van
dergelijke schandalen kon dan ook alleen
een weinig hierdoor worden verzacht,
dat op het veroordeelend vonnis de uit
roep weerklonk van Leven de Zusters
Leve de vrijheid I Weg met de vrij
metselaars
Welk een zieleijjden hel dan ook
moet hebben gekost aan militairen of
ambtenaren door de vrijmetselaars-regee
ring te worden aangewezen om de kloos
terlingen met geweld uit hunne recht
matige bezittingen en hunne liefdevolle en
verheven bedieningen te verdrijven, wordt
het best verklaard door die officieren
en ambtenaren, welke liever hunne
betrekking, soms met een schitterende
toekomst in 't verschiet, prijsgaven, dan
snoodheden voltrekken, hun opgelegd.
Een traan van smart, maar ook van
verbittering glinsterde in het oog vajt
zoo menig krijgsman, die soms een
roemvolle loopbaan reeds achter zich
liet, bij de gedachte, en nog meer bij
het schouwspel, dal het leger, de roem
van Frankrijk, teD aanzien van klooster
lingen tot roof en beulswerk werd ver
laagd.
Maar toch bracht die fiere houding
van enkelen reeds een zekere verademing,
en zjj prikkelt tevens tot een tegenstand,
die zich allerwege meer en meer begint
te openbaren. Heldenmoed treedt in de
plaats van lijdelijk verzet. Aanvoerders
staan op en sletten zich onverschrokken
aan de spits, zooals o.a. Mgr. de Tu-
rinaz, die aan een medewerker van den
Gaulois den sir l tegen de vervolgers
der Kerk o.a. in deze bewoordingen
heeft aangezegd „Laat men mij Iretfcn,
als men wilik ben bereid bereid
tot alles, het oog gericht op Hem, die
voor ons allen zooveel heeft geleden
en door wiens lijden de wereld gered
Bereid lot alles I ziedaar de leuze,
die helden kweeken zalwant de tijden
worden steeds banger, de strijd op leven
en dood is aangevangen. „Men moet
zich gereed houden te sterven zonder
priester," schreef onlangs de Univers,
„en naar de andere zijde van hel graf
heel den drukkenden last zjjner fouten
mede nemen. Publicisten, journalisten,
conferenciers, zegt dit aan het volk van
het platte land, en op den dag, waarop
het zulks duidelijk zat begrepen hebben,
zullen de pogingen der Jacobijnen sluiten
op een onoverwinnelijken tegenstand I'
Ja, de tijd zal komen eD wellicht spoe
diger dan men durft hopen, waarop de
vrijmetselarij weder naar hare geheimzin
nige spelonken zal worden teruggedreven.
De maal harer euveldaden zal dra over-
loopen. Zelfs uit de Boetekerk, de Basi
liek van het. H. Hart van Jezus op den
Monl-Martre en uit het Genadeoord van
Lourdes zijn de paters reeds verdreven
alleen redenen van sloffelijken aard
weerhielden Judas-Combes om de sluiting
der grot van Lourdes door te zetten.
Er dreigde daar in de streek een opstand
en daarvoor deinsde dc ex-abhé nog
terug. Maar de toestanden zullen hem
toch te machtig worden. Hel aller-
schandeljjkscht optreden van revolulion-
nair gespuis in sommige kerken, bewijst
dal volkomen. Wellicht zal men dra
in vervulling zien gaan het woord van
Mgr. Touchet, den bisschop van Nancy,
die aan het slot van zijn brief aan
Combes zegt„ik vrees minder voor
de Kerk dan voor hen, die tegen haar
razen. Ik schrijt u op frtschdag. Weldra
zal, zooals voor 19 eeuwen, de Christus
den steen uwer wetgeving afwentelen.
Hij heeft het /egel der synagogen ver
broken. Hij zal ook het zegel der „Vrij
metselarij" verbreken, Hij zal de ver
schrikte bewakers ter aarde werpen, Hij
zal verrjjzen om niet meer te sterven.
Op het graf van hen, die meenen zullen
Hem overwonnen te hebben, zullen wjj
nog volgens het woord van Lacordaire
„den Profundis" en het Allejuja! die
nimmer voorbijgaan, zingen."
BUITENLAND
Maandag is de Wetgevende Kamer in
Spanje door den jeugdigen Koning Al
lans XIII plechtig geopend. In de troon
rede, dooi' den Koning voorgelezen, ver
klaarde hij vasl overtuigd te zijn, met
de hulp der Cortes in de ontwikkeling
van Spanje's welvaart te zullen slagen.
Spanje, dat over groote hulpbronnen be
schikt. wegens zijn staatkundige samen
stelling, zal die besteden aan de voltooi
ing der organische wellen, aan de be
vestiging van 's lands crediet door een
ordelijk en vrij bewind. De Paus, zoo
zeide Alfons XIII, bljjft het grootste be
lang stellen in Spanje. De regeering
blijft hopen, dal de reeds aangevangen
onderhandelingen tot wijziging van het
concordaat met goeden uitslag zullen be
kroond worden.
In een Fransch blad werd melding
gemaakt van een gerucht als zou een kom-
plol legen het leven van den Czaar ont
dekt zijn. Tot dit gerucht heeft zeer
waarschijnlijk het volgende aanleiding
gegeven
Gedurende de parade, die Zaterdag
te St.-Petersburg gehouden werd, ver
brak een man, terwijl de Czaar op hei plein
voor het Winterpaleis het front van de
cavalerie-regimenten afreed, het cordon
en viel voor hein op de knieën om een
verzoekschrift te overhandigen. Toen de
Czaar op het Marsveld het front van de
andere troepenafdeelingen afreed, ging
een andere man op liet rjjluig van de
beide keizerinnen toe en overhandigde
eveneens een verzoekschrift, dat keizerin
Alexandra in ontvangst nam.
De beide mannen werden tot vast
stelling van hun indentiteit door de
politie weggeleid. Het gebeurde was
volmaakt onschuldig en had volstrekt
geen politieke beteekenis.
Zondag jl. hadden de regeeringg-
sectarissen in Frankrijk weder het plan
gevormd om in eenige kerken te gaan
demonstreeren en schandaal te maken,
maar de katholieke bevolking schjjnt
eindelijk het geterg en gesar der tyran-
nen moede te zijn, althans den kornuiten
van Combes is geen gunstig onthaal
bereid. In d tkerk Notre-Dame-de-Plai-
sance te Parijs, waar een pater Jezuïet
preeken moest, werd o.a. heftig betoogd en
gevochten. Onder het gehoor bevonden
zich tal van nationalisten als Gaston
Méry, Max Regis, Lazies, Archdéacon,
e. a. De socialisten maakten weer tumult
en weldra waren de poppen aan hel
dansen. De politie trad met groote
macht op, .naar kon niet beletten, dat
er in de rue Moulin de Beurre flink
werd gevochten. De prefect van politie
Lépino kreeg daarbij een slag met een
flesch op het hoofd, waardoor hjj een
wonde bekwam. De politie chargeerde
om hun chef vrij te nlaken.
in de kerk van Saint Jean Baptiste te
Belleville, voorstad van Parijs, had een
zelfde schandelijke vertooning plaats,
maar ook daar zijn ze van een koude
reis thuisgekomen. Een rustverstoorder
drong tot vlak voor den preekstoel, en
zeide tot den eerw. heer Auriault,
professor in de godgeleerdheid, aan het
„Instilut Gatholique" en nog steeds
Jezuïet, die zjjn predikatie beginnen zou
„Burger-predikant, zjjt gij geautoriseerd
Want als ge
„Houd den mond 1 De deur uit met
hem!" wordt wel uit honderd monden
tegelijk gehoord, en schier op hetzelfde
oogenblik ontvangen de rustverstoorder
en eenige zijner vrienden een tuchtiging,
die geducht aankwam. Toen nu andere
troepenanti-cierialen begonnen teschreeu-
wen „A bas la calotte I Leve Combes I
Leve de revolutie I" traden eenige poo-
tige slagersknechts op, die de rumoer-
makers bij den strot grepen en ze buiten
de deur smeten, zoodat de strjjd spoe
dig geëindigd was bij gebrek aan strijders.
Hiermede is slechts een fiauwe schets
gegeven van de schandalen, die reeds
in veel kerken verwekt werden, en die,
wal nog al begrijpelijk is, de verbittering
onder de Katholieken tegen de belagers
van wat hun boven alles heilig en dier
baar is, doet toenemen.
Het oud-Kamerlid, de strijdlustige de
Cassagnac, raadt dan ook in zijn blad,
de Autorité, den Katholieken eenvoudig
aan, geweld met geweld te keeren, telkens
wanneer tooneelen, als die te Auber-
villiers, door vrijdenkers georganiseerd
worden.
FEUILLETON.
DE VEROORDEELDE.
4) De soldaten morden luide o
Vrouw, houd den mond I" riep haar
hoofdman toe, en sprak toen tot Brand -
„Weet ja wel, dat deze grip jou aait de galg
kan brengen
Brand voelde xich diep beleedigd door dit
gezegde en antwoordde:
„Kolonel, ik beu mij geen kwaad bewust eu
slechte dieven en moordenaars hangt men."
„Durf jjj nog tegenspreken, ellendelingI"
"cbreenwde de kolonel, rood van woede, en
sloeg met den degenknop naar Brand, zoodat
deze met bloedend hoofd ter aarde stortte.
„Dat ia schandelijk 1" riepen verscheidene
so<daten en tilden Brand op, die, doodeljjk be
leedigd over deze onverdiende en lage mis
handeling, doodsbleek van toorn op den Kolonel
dreigend tooloopen wilde, doch door zgne kame
raden leruggohonden werd.
„Wie zegt dat daar?" schreeuwde de Kolonel
woedend en wendde zich naar de deur der
kamer. Niemand sprak meer, maar oen dol
gemor liep door de rgen der soldateo, die de
denr bezet hielden en geen aanstalten maakten
om voor den koloool plaats te maken.
„Op zfj, schurken!" brulde hg. „De eerste
van jullie, die bet waagt ook maar een woord
te kikken, sla ik neer 1" Op hetzelfde oogenblik
greep hjj een hem in den weg ataaoden mus
ketier en wierp hem op zjj. Was het toeval of
opzet, genoeg, bjj het driogeo der soldaten
naar de huisdeur, werd de kolonel tegeo den
muur geworpen, terwjjl vrouw Uhleraan laid
begon te scbreenwen, want zjj had, zonder te
weten van wieo, oen vuistslag in het gelaat
gekregen. Op hetzelfde oogenblik verscheen
onder aanvoering van een onderofficier een
palronille voor hel bols en stelde zich in de
dear op.
De kolonel schuimbekte vin woedehij keek
de soldaten wezenloos aan en snakte naar
adem. ,Kanalje, muiten willen jullie? Besl, je
zult eeos zien boe je dat zal bekomen 1" Daarop
riep hg den kommandanl der patrouille en
sprak: „Ooderolfloier Kobiscb, jjj blijft er met
je liooid borg voor, dat geen dezer schoften
het huie verlaat, tot verdere orders komeo."
Daarop gespte hjj den degen weer om, welke
door den worp aan den muur losgesprongen
was en verliei hel bnis, welkt denr achter hem
gesloten werd. Eenige oogenblikken later stelde
zich een sterke afdeeling musketiers voor het
huis van vronw Ublemann op eo spoedig zagen
de bewoners der Anoastraal, die nieuwsgierig
san de denren kwamen kjjken, alle zich in 't
huis van vronw Uhlemann bevindende soldaten,
naar de hoofdwacht wegvoeren.
III.
Sedert dezen oogelnksmorgen waren zes
dsgeu verloopen. Alt een groot misdadiger was
i ia boeien geslagen en sat in den donkeren
kerker der hoofdwacht. Zeveoenlwiotig zjjoer
kameraden, die op dien morgen >n hetzelfde
ongeluk waren gestort, deelden met hem de
gevangenschap, en trachten aanhoudend vcr-
wenschingen uit tegen vrouw Uhlemann, die
door tiaar wraakzucht en haar ellendige gierig
heid do oorzaak van al dien jammer was. Geen
hunner echter kon in zjjn binnenste zoo ellen
dig er aan toe zg'n als Brand, de man, die
nog voor enkele dagen zoo vol hoop io de
Dezellde aogst en kommer heerschle in het
hois van BOtig, den fazantenopzichter. Merie was
twee dagen later in Dresden aangekomen dan
haar maa en kind. Het eerste, wat zjj van
baren mao vernam was zjjne gevangenneming.
Het was iu geheel Dresden bekend geworden,
wat op den bewusten morgen in 't huis van
vrouw Uhlemann was voorgevallenin de
gansche stad was Diemand, die met het gedrag
van vronw Uhlemann en van den kolonel van
Zedlils veroordeelde eo met alle gevangenen,
vooral met Brand, be'. diepste medelijden ge
voelde. Alle inwoners wisten ecbler ook, welke
uarde, barbaarsche straften den ongelnkkigen
boven het hoofd hingen,
Harie zat schreiend in de kamer van den
lazanten-opzichler, en diens vrouw trachlle naar
tevergeefs te troosten. De kleine Frits, die vol
strekt niet vermoedde, welk zwaar leed zjjae
ooders getroffen had, speelde met den jacht
hond, die weldra met het kind vriendschap had
gesloten en zich alles liet welgevallen, wat het
jongske met hem ailhaalde.
was de vronw naar het
bof geweest, om heren man te redden, doch
alles was tevergeefs goweeel; de Koning was
zeer vertoord over de maiterij der soldaten
tegen den kolonel on hnd besloten, de schul
digen te straffen met al de gestrengheid der
krijgswetten. Haar bleet nog slechts de hoop
op de keurvorstiD, wier iovloed op den Koning
De kenrvorstin echter bevond zich nog Ie
Wernsdorf, terwjjl dit alles in Dresden gebeurd
was; juffrouw Brand had haar echter alles
geschreven en de hooggeplaatste vrouwe had
beloofd den lOen Juli te Dresden te zijn. Een
bericht van het hof over het voorgevallene
deed de keurvorstin 't ergale vreezen en daarom
maakte zjj baast met haren terugkeer.
BOtig was uitgegaan om eeos te hooren of
de kenrvorstio te Dresden was teruggekeerd.
f:..nsschen verkeerde Harie ia doodsangst thuis
zwevend tusscben hoop en vrees telde zjj de
miooten lot de terogkomst haara neefs. Einde
lijk trad deze door het hek der lazanterie
binnenbarsch wees bjj de liefkozingen der
honden van zicb, want hjj was geen bode van
blijde, doch veel meer van slechte tijdingen.
Wel was de keurvorstin la Dresden terug
gekeerd en juist wilde BOtig huiswaarts gaan,
ora dit aan Harie te melden, toen op dat
oogenblik het vonnis van den krijgsraad werd
bekend gemaakt. Dit luidde
„De soldaten, die aan het muilen geslagen
zjjo legen hnonen kolonel, hnn leven hebben
verbenrd naar de airengheid der krijgswetten,
daar dit als een begin van revolutie moet
worden aangezien, zullen voorbeeldig worden
gestraft. In den uit onpartijdige olffcierei
geatelden krijgsraad van 10 Juli ie a
digd en besloten, dat twee
muiters mot den kogel zullen gestraft worden
eu de andere zesentwioitg man twaalfmaal door
d.iehonderd mao spitsroeden moeien loopen."
Dit vonnis had de Koning bekrachtigd, zonder
de alral ook maar eenigsiins te verminderen.
Met bevend hart kwam de oade BOlig in
zijne woning. Hoe zon bjj Harie dit vreeseljjk
vonnis meedeelen Hij kon het niet, hjj was
niet in staat er een woord van over de lippen
te krijgen, in weerwil van het smeeken der
vrouw, om baar zonder omwegen Ie zeggen, wat
hg wist; eersl na herhaald jammeren, hielp hg
haar uit de doodeljjke onzekerheid en deelde baar
liet vraeaeljjk vonnis mede. Wat Batig gevreesd
had, gebeurde nietHarie brak niet in gejammer
nitwel schrok zjj hevig bjj het onheilsbericht
en vouwde de handen over haar van amart
bjjoa barstend harl, maar vroeg daarna op
doffen loon„En wanneer moet dit verschrik
kelijk voooia voltrokken worden
„Morgenochtend te zeven nnrl" antwoordde
BOtig met sidderende stem.
„Dan ia geen tjjd, te verliezen," riep Harie
uit. wonderbaar kalm, ala had do grootte van
het gevaar de krachten van lichaam on geest
gestaald. Zjj nam het jongske, dat met vrees
achtige blikken beurtelings zjjn neef en zjjne
moeder aanzag, bjj de hand en zeide meteeae
uitdrukking van diep zieleleed: „Kom Frits, wjj
zolleo voor vader gaan smeeken, voor hjj gaat
sterven."
„Haar kind," sprak Batig, „lot wie wilt g|j