Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 14. Zaterdag 4 juli 1903. Zeventiende Jaargang. DE EEMBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn. Barneveld, Blaricum, Bus#im, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist Vórschljnt eiken ZATERDAG. 10,40. f 0,05. Bureau Breedestraat18 Amersfoort Uitgave van de Vereenlglng De Eembode. Fry» dar Advertnntian i Va» 1 tot 6 retell Voor iedere» rejel meer Wijziging der Hilitiewet. Nog kwalijk is de Militie wet van 1901 in werking getreden, een wet, wier aan neming niet genoeg kan betreurd wor den, of een wijziging dier wet, die alweer verzwaring van persoonlijke en financieele lasten zou tengevolge hebben, werd door de Regeering reeds in uit zicht gesteld. In de Memorie van Ant woord, betreffende het wetsontwerp, strekkende tol het onder de wapenen houden van de ingelylden bij de militie te land der lichting van 1902, behoorende bij de onbereden korpsen, wordt o.m. door de Regeering gezegd: De toestand van Amsterdam met zijn vele woelige elementen en sljn telkens herhaalde werkstakingen aal, naar de Reg. meent, blijvende voorziening eischen. Meer troepen dienen daar steeds ter be schikking te zijn. Trouwens de Reg. is, ook in andere opzichten tol de overtuiging ge komen, dat verhooging non het vastgestelde maximum van het blijvend gedeelte noodig is. Een daartoe strekkend wetsvoorstel solde Kamer weldra bereiken. Dat de Regeering van de revolution- nair-anarchisüsche proefneming der spoorwegstaking zoo fluks gebruik zon maken om de militairisten in 't gevlei te komen, zullen ongetwijfeld maar wei nigen vermoed hebben. Zjj prezen deRegee- ring om baar optreden, maar grepen, tcfen de eerstestaking eene oproeping van twee lichtingen noodig maakte, als met beide handen die gelegenheid reeds aan, om er op te wijzen, dat verlenging van den diensttijd nu wel volgen moest. Militai- riaten van profewie, wien.de invoering van den korten oefeningstijd een gruwel is, kwamen toen met drieerlei beweeg redenen aandragen, waarom zjj dit noodig achten. Eerstens, werd gezegd, was dit noodig met het oog op .de mogelijkheid van binnenlandsche onlus ten"; tweedens, tot „verdediging der uitwendige veiligheid", en ten derde, omdat twaalf maanden de „meest mini male" tijd ia, om van een recruut een loldaal te maken. Zoo werd, altof de nieuwe Militiewet reed* van jaren her dagteekende, door enkele organen en personen voor wij ziging dier wet gepleit. Wal er is voor gevallen tijdens de behandeling der wet in de Fransche Kamer schijnt bjj die vurige ijveraars voor het militairisme geheel vergeten, "t Kan daarom goed zijn eraan te herinneren, dat men des- tijds in ons Parlement alleen bereid bleek de groote verhooging van bel contingent toe te staan op de voor waarde, dat de achtmaandsche oefeningi- tijd in de wet werd vastgelegd. En toen minister Eland door die bepaling zjjn opvolgers niet binden wilde, viel hij en werd vervangen door generaal Kool, die de gestelde voorwaarden aannam. Wel een bewijs dus, dat de wel alleen is aangenomen, doordat de verkorte oefeningstijd den grondslag was, waarop grooter contingent was gebaseerd. Al vorens dus den grondslag aan te tasten, waarop de aanneming der niouwe Militie- wet berust, eischt eerlijke nakoming van voorwaarden, dat men dan ook tot het oude contingent van 11000 man terugkeert. In 1901 werd door de meest invloed rijke militaire specialiteiten, de acht maandsche oefening zeer voldoende ge acht de militairistische toestanden zijn sinds dien tijd in geen enkel opzicht gewijzigd, en toch werd door de Regeering reeds een wetsontwerp tot versterking van het blijvend gedeelte toe gezegd. Zeer terecht raag hier o.i. gevraagd Waarom dan toch moeten de militaire lasten nu al weder noodeloos verzwaard Liet het onder de wapenen roepen der lichtingen wei zoo veel te wenschen over, om een zoo stout plan ook maat eenigszins te rechtvaardigen? Heelt de opkomst niet, volgens eigen verklaring der Regeering, op voorbeeldige wjjze plaats gehad Wekte ze niet eene alge- meene tevredenheid? In dien kritieken tjjd bestond er dus geen eDkele reden tol wjjziging van den bestaanden toe stand; zelfs de Regeering gaf niet het geringste bljjk, dat zjj een zoodanige wijziging noodig achtte, of dat zulks in haar bedoeling lag. Het verróoeden ligt dus voor de hand, dat de militairistische uitingen in de pers op de zienswijze der Regeering eenigen invloed hebben uitgeoefend. In begin April 1.1. schreef de „Standaard" nog het volgende: .Heel het land door de stations zóó te bezetten, dat men de stakers op een alstand kan houden, voor de rust in de steden kan instaan, en tegeljjk geheele spoorweglijnen kan bezetten, is met minder troepen dan nu onder de wapenen waren, eenvoudig onmogelijk. Daarom zijn het de lichtingen, die het land gered hebben. En vraagt men, of dan voortaan altoos een 20,000 man onder de wapenen moeten bljjven, dan ligt het antwoord gereed. .Neen, dat is niet noodig, mils de regeering haar maatregelen zóó neme, dat ze binnen tweemaal vier en twintig uren die troejien in de kazerne kan hebben." De „Standaard", die in de gunstige positie verkeert gewoonlijk de juiste ge voelens der Regeering te mogen ver tolken, gaf hiermede te verstaan, dat ook volgens zijne meening van uitbrei ding van het bljjvend gedeelte geen sprake zou komen maar van militairis tische zijde werd ai door in eene richting gedreven, welke de Regeering thans is ingeslagen, zooals blijkt uit hare toe zegging, dat een desbetreffend ontwerp in gereedheid wordt gebracht. Dat deze houding der Regeering eene rechtmatige onrust heeft gewekt, is nog ai verklaarbaar. Waar 'l toch alweder te doen is, om nieuwe offers le brengen aan het nimmer te verzadigen militairisme, zoowel van persoonlijken als flnan- ciSelen aard, die reeds zoo ontzaglijk zwaar drukken op ons volk, kan een zekere wrevel en verbittering niet uit blijven. De burgerij, die reeds zooveel moeite heeft om zich in den hangen strijd om 't bestaan op de been te houden, kan onmogelijk maar de minste sympathie gevoelen voor een regeerings- daad, die alweder onrustbarender in het maatschappelijk leven ingrijpen wil. De socialistisch-anarchistische spoor wegstaking heeft de Regeering onder drukt op eene wjjze, waarvoor haar een welverdiende lof niet is onthouden maar door nu de nieuwe militiewet op aandrang van militairisten te verzwaren, zou juist een spelen zjjn in de kanrt der socialisten, zooals de ondervinding dage- lijks leert. Om de zeer vele en door slaande redenen, die tegen een zoo ge waagd handelen pleiten, mag het plicht matig worden geacht, dat tjjdig worde gewaarschuwd, nu een gevaar dreigt, dat zoo beslist mogelyk dient afgewend. BUITENLAND. Het eene staatshoofd na het andere heeft zich gehaast den nieuwen Koning van Servië, Peter I, met het aanvaarden der regeering zjjn gclukwenschen aan te bieden. Rusland, Oostenrijk, Duitschland, Grie kenland, Rumenië, Bulgarije en president Loubet hebben hem op den troon be groet, de een natuurlijk wat meer geest driftig dan de ander. De Czaar ver zekerde, dat de mededoeling van Peter's troonsbestijging „niet zou nalaten al zjjne sympathieën op te wekken". Ook de Koning van Italië heeft een gelukwensch gezonden, terwjjl tegelijker tijd in den Italiaanscben Senaat de Minis ter van Buitenlandsche Zaken in ant woord op een hem gedane vraag ver klaard heeft, dat Italië afschuw gevoelt van het vreeselyke drama van Belgrado, maar by alle wreedheid van de ge beurtenissen hebben deze het karakter van binnenlandsche aangelegenheden, welke Italië een gereserveerde houding geboden. Volgens den uitslag der gehouden herstemmingen is de Duitsche Rijksdag thans samengesteld als volgt Conservatieven 52, Rjjksparljj 19, An tisemieten 9, Centrum 100 en 2 hos- pitanten, Nation.-liberalen 51, Vrjjz. Volksparty 21, Duitsche volksp. 6, Vrjjz. Ver. 9, Soc.-democraten 81, Elzassers 9, Polen 16, Welfen 3, Boerenbond en Landwirthe 7, Denen 1, Wilden 11. De samenstelling van den nieuwen Rjjksdag verschilt ten slotte du* niet zoo heel veel van de vorige, want de meerderheid bleef rechts al is de minder heid links zeer versterkt. Het'Centrum heeft ongeveer zjjn oude aterkte behou den de socialisten hebben in het ge heel 25 zetels gewonnen, maar wat zjj zich hadden voorgesteld is bjj de her stemming niet verwezenlijkt. Intuuchen heeft het Berljjniche dag blad de .Post" een beschuldiging tegen de socialisten gepubliceerddezen zouden bij de verkiezingen in Berljjn II op de brutaalste wjjze bedrog hebben gepleegd. De beschuldiging van het Berljjnsche blad komt hierop neer: Van de81,000 zg. stemgerechtigden in Berljjn IT, zjjn volgens de gegevens postadmini stratie, ongeveer 5000 overleden of ver trokken. Toch hebben er van bedoelde 5000 c.a. 1000 gestemd. De .Post" komt nu tot de conclusie, dat een dui zend sociaal-democraten onder valsche namen nebben gestemd. Spoedig zal echter bljjken of deze beschuldiging op waarheid berustvan regeeringswege zou reeds een onderzoek zjjn gelast. De Fransche Kamer heeft over 81 vrouwen-congregaties weder het dood vonnis geveld. Toch bleek hierbjj, dat de regeeringsmeerderheid begint te slin ken en de tjjd niet ver meer verwjjderd is, dat de regeeeing een nederlaag zal lijden, die haar tot aftreden dwingen zal. Want het wetsontwerp op de onder- wjjzende vrouwenorden is met 285 tegen 269 stemmen aangenomen. Derhalve eene meerderheid van slechts 16 stemmen. Maar ook in den Franschen Senaat heeft zich een verzet geopenbaard tegen de tirannie van Combes, dat allerwege druk besproken wordt. Niemand minder toch dan de oud-minister, deheerWal- deck-Rousseau, de vader der wet op de Vereenigingen, die zulke rampzalige gevolgen heeft gebracht, heeft de ellen dige politiek van Combes gebrandmerkt. Of gewetenswroeging hem daartoe dreef, is niet onmogeljjk, maar dat een ont zettende verantwoordelijkheid op dezen oud-minister drukt is zeker. Zjjn rede voering, die hjj in den Senaat gehouden heeft, heeft evenwel een geweldigen in druk gemaakt, te meer, omdat ze, naar uit eene vooraf gehouden vergadering der senaatsgroep „Union républicaine", bleek, de gevoelens weergeeft van een 50-tal senatoren, die tot dusverre het ministerie gunstig gezind waren. ,Mcn schijnt te denken," zei bjj o.a. FEUILLETON. De blinde schilder en zijne dochter. lSlot.1 3) Wederom trad de breve borgemeeete bier btaaea. ,Mgn beate, enne Deyeter, denkt ge dan, dal de burgemeester geetorvea ie, oi o vergelen heeft? Weerom wilt ge onze goede •tad Brugge verlateo Weerom gaan toevlucht gezocht bjj den ouden Ronloff? God beeft n bezocht ec daarom hebt gij dobbel recht op bet medelijden der mensehen. Het peviljoen vu meester Rubeoa staat ook thans weer voor u opea." Deyeter betrok bet peviljoen weer, meer In geheel andere stemming du du eenten keer. Het kunstenaarsleven en dee kuutteneare noodlot zjjn twee geheel verschillende dingen lauwerkrans u bedelstaf hebben vele kim mensen en geuieho gek «cd; in oogeobtikkao vu triomf wordt hjj te boog verheven, la oogeobiikkea vu zwakheid of onvermogen le diep temeer gestort en weldra vergeten I Lode- wjjk Deyeter, wiens kruisbeeld en de drie llaria'e hem lot du beid vu du dag, du Irols na Brugge hidden gemaakt, wu thans in de veel kioderen bedDeyster bad rjjker kunnen sjjn dan hij, ala hg maar mindor verkwiatend was geweest. Zjjn ongeluk ia zgn eigen schuld Zoo verliepen vijf jareoDeyster leefde bijna ln vergetelheid, sDo roem bloeide alleen nog in het prachtige kruisbeeld. Deer verraste de grijze bnrgemeeiter op zeker» morgen de i niet vergelen, dal by uil bjj ln het bezit wu gekomen aener kostbere echllderjj, en tevens met de nitnoodiging ze le kom» bezichtig». Aanstonds kwam» all» lot hem, ra etondea vol verwachting voor het groene gordjjo, welke bet kostbare konalwark au bonne oogen onttrok. Nog ew ontbrak er era onde kunstkenner en liet hebber, wiens oordeel algemeen op prjja werd gesteld. Ook deu kwam ra allen herinnerdeo zich, dat voor twintig jaren, joist op deu ulfde plaats, ben door Rooloff Deyslere algemeen bewonderd doek getoond was. De spanning der wachtenden «nu groot: dear trok de burgemeester nil wiens oog» trots ra vraagde air aaiden, bet gordijn weg u de luide kreet vu bewoadering, die oit aller mond klonk, wu de beste lof- .Goddank I" riep de leatat aangekomen kunit- kenner, .zoo beeil du Lodesrjjk Deyaler bel gezicht terug bekomen, wint zoo schilderen els by, ku oiemand anderal Dat zjjn zjjne penseelstreken I Maar zijn geest ie gerijpter, gelouterd door ongeluk ra ervaring I Hoe ver beven, hoe grootecb I Wet een diepte ven op vatting, welk een lieftalligheid en juistheid van nitvoering I Het coloriet is onvergelijkelijk levendig, warm en krachtig; in dit goddelijk gelaat ligt een vlucht dea geeetea, welke zelfs bjj Lodewjjk Deyster op vooruitgang wjjal I Wat een koenheid en vulbeid van penseel I Dit doek kan vu niemand anders dan van Lodewjjk Deyster zyn, niet waar, bnrge- De onde RonlolT antwoordde niet, maar raakte met den vinger een der geaehilderde gewaden aan, toonde de doffe pfekku, welke hg had augebracht en de vergaderden sqq natten .Wet zon del?" riep de onde burger, .bet bewyat slechte, dat het doek pu voltooid is, ra dst Deyster het gexicht teruggekregen bult, want zoo sla bjj ku geen levend schilder werken I" ,Zoo acbooo heeft hg nooit geschilderd, voor hy ago geziebt verloor," eprak era tweede, .hier is meer diepte ven gevoel, een veel meer gelonterde ra gereinigde geut, meer gloed, ver hevener gedachte I" .00 n is, dat eene t te veel is vi it doek vroeg HoololT. .Het verhangt my, mynheer de burgemeester, det ik n de torn vu Uw duizend galden ter stond kan aanbieden 1" riep snel de eerwaarde pastoor vu St. Jacobus. .Era mjjoer perochi- beeft mg due groote eoe voor zijne grafkapel, late koateljjkera ku ik niet koop», beter kso ik het geld niet beateden. Burgemeester, laat my het doek I Dan biyft het toch ook in Brngge en aal de eer onzer •lad oog verhoogeo." De burgemeester wu diep geroerd ,- aoel be gaf hg zich in het aangrenzend vertrek en leidde den blinden Deyeter en dieoe dochter Anne binnen. .Waarde bnrgers onzer goede atad Brngge," zoo begon by, .God heeft ODzen meester Lodc- wgk Deyster wel niet bat licht der oogeo maar toch Mo groote trout in zjjo ongeluk gegeven. Ziet bier deze jonge dochter, rein ven leden, en bescheiden bg buitengewone schoonheid. Hire sielsschoonbeid is echter oog veel grooler I Ziet, boa de kinderiyke schaamte btre wangen nog meer klenrt, en toch is zjj eene kunstenares ven den eenteo rug ra staal even hoog als haar vader. Je, bet doek, det gy allen bewon dert, dal ontegenseggeiyk tien dnizend gulden waard ia, eo misschien nog meer, heeft dit tee re meisje Anne Deyster geschilderd I ■e( aogeiechllg gedold voegde bet meisje zich in het Ir en rig lot, det haren vader en ook bur had getroffen, wul in plette vu in over vloed, weereu zy eertyds gewend wu, mout sg zich nn au ontberingen gewennen. Zy ia de bend eo het oog geworden ven dra armen blind» veder«yn diep voreehende geut beeft middelen gevoodra, om met de oogeo der doebler te zien u met bare t eed ere hand te schilderen eo bur alle geheimen der kuoat le ontsluieren. Hoe goed ij) zijne leerlinge geworden is, ziet gy hier ellen ln dit meesterwerk. Dit brave melaje, wier oogra stralen vu vreugde voor den welverdieodeo Iriomf, is de reddende engel vu beren veder. Eerety n, Anne Deyeter I Uwe deugd, nw talent sUn een sieraad voor De eerwaarde putoor der St. Jeeobtkerk u de euaieoiyke borgen der stad wenaebtw bet goede melaje geluk, de blinde vader hief de banden teo hemel en riep in weemoedig blgds stemming,0, God, zegen bur, meek hut hier en hierboven gelukkig, want niemud verdieot het gelok zeo ele zyi" Het innig gebed ven dra blinden veder werd verhoord. Anna werd spoedig algemeen geeeht en beroemd. Meer zy beweerde een onwankel bare trouw voor haren veder. By hem wilde sy bljjreo tol rijn leeUtm ademtocht, wut de arme blinde bed bare geheele opmerkzaam heid noodig. De blinde daarentegen, die door oefening zgn geest gescherpt bed, wist zjja verhevene idecdn, welke door nitweodige aan schouwingen niet belemmerd werden, diep te prootcu io de aiel der beroemde schilderes Anna Deyster. De blinde mees Ier stierf op boog» ouderdom in de armen zijner leed ere dochter. Det is de meester, die het prachtige doek, .Cbriitue au bet kroie en de drie Maria's", dal de meesteres, die bet nog bed» ten dage zoo bewonderde eehilderstnk .Christus' heeriyke verrytenU" geschilderd hebben. Nog beden ie Brugge trotecb op Lodewjjk Deyaler, dlw men den .biloden veder" noemt ra op zijne nog beroemder dochler Anne.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1903 | | pagina 1