Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 26.
Zaterdag 26 September 1903.
Zeventiende Jaargang.
DE EEIBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, B&arn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
irnontaprij» por drie a
Franco per po*t
Afzonderlijke nummer*
10,40.
f 0,05.
BureauBr eedestraat, 18 Amersfoort.
Uitgave van de Vereenlging De Eembode.
Prijs der Advertentitn:
Van 1 tot 6 regels
Voor iedereu regel meer
industrie- ei Huishoudsebool.
Het ligt zeker nog frisch in "t
geheugen, dat in de raadszitting van
S7 Juni II. een request in behandeling
kwam van de Vereeniging „Atnefsfoort-
scheIndustrie- en Huishoudschool," waarin
steun werd verzocht uit de gemeentekas
tot het oprichten en onderhouden van
een dusdanige instelling.
Ofschoon de meening bestond, dal
hel Dagelijksch Bestuur onzer Gemeente
legen dit verzoek was gekant, word toch
de vergadering verrast met een voorstel
van B. cn W. tot het nemen van het
navolgende besluit
a. met iugaug van 1 Mei 1904 aan deze
Vereeniging lot wederopzegging een jaar-
liiksche subsidie van 12600 loo Ie kennen,
als bijdrage in de kosten en oxplolintie dier
b. in hot jaar 1904 aan deze Vereeniging
een subsidie voor ééns toe te kennen van
1000, als bijdrage in de kosten van inrich
ting dier school, een on ander ondor voor-
1. dat haar door hut KijV' eon jaarlijkscho
subsidie van minstens 15000 on door do
Provincie Utrecht eenc van minstens f1000
worde toegekend.
De andere gestelde voorwaarden, als
van ondergeschikten aard, meenen wij
thans gevoegelijk te kunnen weglaten.
Bepalen we ons daarom tot de rele
veering, dat na een zeer zaakrijke be
strijding van het voorstel, dit toch als
bij verrassing werd aangenomen met 8
tegen 7 stemmen. Deze uilslag was echter
alleen te danken aan de omstandigheid,
dat, zooals wjj bereids vermeldden, twee
raadsleden, tegenstanders van het voor
stel van B. en W., door omstandigheden
verhinderd waren deze vergadering bij
te wonen.
Voor de overgroote meerderheid c
stadgenooten was deze verrassing al
zeer onaangenaam, vooral met het oog
op den minder rooskleurigen toestand
der gemeente-financiên. En wjjl de tijd,
welke slecht* restte tusschen deze ge
wichtige raadszitting en de zitting der
Prov. Staten op 7 Juli, waarin de
provinciale subsidie voor bedoelde school
reeds aan de orde zou komen, te kort
was om de openbare meening der bur
gerij onzer stad in zake die school in
uitgebreider zin te doen kennen, werd
fluks door eenige ingezetenen een adres
ontworpen en onderteekend, waarin de
bezwaren legen een zoo kostbare onder
neming grondig werden ontwikkeld en
werd dit aan Provinciale Staten van
Utrecht ter overweging aangeboden.
Hel geachte lid dier Stalen voor 'l dis
trict Amersfoort, de heer D. P. Hamers,
niet enkel de lolk dier prolesteeren-
maar zeker ook van de overgroote
meerderheid der ingezetenen dezer slad,
toen hij in de Statenzitting van 20 Juli
II. bij de behandeling dezer quaestie
sprak:
.Mijnheer do Voorzitier. Do godacl
Hot v
ra,;,
II tijd v
.jlstrokt niet
de bedoeling, eeue inrichting tot stand te
brengen, zooals nu wordt voorgesteld door
het bestuur der Vereoniging. Het was oono
zeer oonvottdige zoalser zou lsomen een
kookschool en een naai- en hreischool. Van-
algemeen sym-
drngo i
groot ging opzetten, toon men
ng en van do gemeente oeno bo
rgde, die er toe zal leiden, dat de
oi "Siuigen, die in Amersfoort reeds zoo hoog
zijn upgovoerd, nog weer verhoogd zullen
moeten worden, ia do aanvankelijke sym
pathie veranderd in antipathie, bij zoor
velen. Hot besluit tot die uitbreiding word
genomen logen hot gevoelen van liet Dago-
iijksch Boatuur. dat aanvankelijk hoetlge.il-
viseerd tot afwijzing van hel verzoek. In dit
advies werd er op gewezen, dat er toen al
een tekort van f 10,000 viel In constatecron
op den gewonen dienst, waarin zou mnoten
worden voorzion bij hel npiuakeu van do
begrooting voor 1901. Men rekent, dat dit
onmogelijk kan worden gedaan, zonder ver-
hooging van de belastingen. Dan is hot do
vraagIs het nut van dozc zaak van zóó
overwegend belang, ilat men ter wille daar
van mag overgaan tot verhooging van de
belastingen Wordt de belasting verhoogd,
gedaan. Door toevallige omslandigbc
daar het voorstel om subsidie te verl
or door gogaan. Maar de antipathie tegon
do zaak, zooals zij nu zul worden ondcruomcu,
is nog veel sterker gewordou, en dat is geen
wonder ais men weet: in do eerste plaats
dat do zaak zoo onorm is uitgebreid en in
do tweede plaats, dat nu reeds noodzakelijke
uitgaven niet gedaan kunnen worden wegenB
den linoncteolen toestand. Dat zijn bezwaren,
die b(j vele ingezetenen zwaar gewogen
hebben en die hun afkeer van de zaak wot-
tigen. Om dozc redenen zal ik stemmen tegon
De verwerping van het voorstel zal
volge hebben, dat de uitvoering met zal
doorgaan. Ik ineen in deze zaak recht vnn
spreken te hebben en hoop, in het belang
van do gemeente Amersloort, dat de Industrio-
en Huishoudschool uiet tot stand komt.
Ondanks dit klemmende betoog bleek
er toch eene meerderheid in de Prov.
Staten Ie bestaan, die zich tegenover de
Vereeniging „Araersfoorlsche Industrie
ën Huishoudschool" eens zeer vrijgevig
wilde loonen. Onder de tegenstemmers
van hel voorstel behoorden benevens
den heer Hamers o.a. ook de afgevaar
digden voor het district Amersfoort, de
heeren van Beeck Calkocn, Hartman en
van Beek.
Nu evenwel restte nog de subsidie
aanvrage van den Staat, die, volgens
voornoemd raadbesluil, minuien# 5000
moet bedragen. En, ziedaar, op de be-
groolingslijst voor Binnenlandsche Zaken
wordt daarvoor slechts f 3500 uitgetrok
ken, waaruil volgt dat, ook bij toekenning
dier subsidie, hut besluit van den Ge
meenteraad onherroepelijk vervalt. Want
dat in de Tweede Kamer eene meerder
heid zal gevonden worden, die tegen
liet voorstel der Regeering in deze sub
sidie tot f5000 verhoogt, is schier
ondenkbaar.
Hiermede hebben wij, naar wij meenen,
de bewuste zaak duidelijk genoeg uileen-
gezel, thans blijft ons nog over er op
te wjjzen aan welk een dreigend finan
cieel gevaar onze gemeente, naar wij
stellig hopen, ternauwernood is ontsnapt.
Niet alleen toch, dat bij de tegemoetkoming,
welke onie gemeenteraad der bedoelde
Vereeniging onder de bekende voorwaar
den reeds had toegezegd, feitelijk de
financieele draagkracht onzer burgerij
totaal uil het oog werd verloren, maar
er kwamen onze gemeente in deze zaak
nog andere linanciecle gevaren boven
het hoofd hangen. De bovenvermelde
Statenzitting gaf reeds daaromtrent een
ermstige waarschuwing. Daarin immers
werd de subsidie ingewilligd, ntaar
slechts voor drie jaren. Neemt men
hierbij in aanmerking, dat in dezelfde,
zitting door de Vereeniging ,De Am
bachtsschool" te Zeist opnieuw werd
aangevraagd een subsidie van f 600 ten
behoeve van die inrichting, en d:
een schier eindelooze beraadslaging
titans slechts voor één jaar een subsidie
f400 werd toegestaan, en dat, in
dien in eenc vorige zitting bjj stemming
daarover, do stemmen niet hadden ge
staakt, dan die Vereeniging met een
subsidie van slechts f200 ware afge
scheept, dan behoeft men niet te vragen
wat ook onze gemeente soms te wachten
stond. Wanneer immers eene Industrie-
en Huishoudschool hier werd gesticht
dan bestond voor deze school zeker
even groot gevaar op die wijze de wis
selvallige gezindheid der Provinciale Sta
ten te zullen ondervinden.
Bovendien biedt de staatsbegrooling
voor 1904 een niet minder ernstige les.
Terwijl door de Vereeniging „Amers-
foortsche Industrie- en Huishoudschool"
eene subsidie van f 5000 werd aange
vraagd, wordt door de Regcering bij
bcgrooting voor Binnenlandsche Zaken,
zooals we reeds opmerkten, slechts
f3500 uitgetrokken; en even te voren
werd in die begrooting gezegd, dat voor
de Hoogere Burgerschool te Amersfoort
de buitengewone subsidie met f 1000
is verminderd, om gaandeweg meer op
een normaal subsidie-bedrag te komen.
Dat wil zeggen, dat de bijzondere sub
sidie van f 5000 successievelijk zal wor
den ingehouden en onze gemeente ten
slotte in plaats .an met f 15000 zich
mol f 10,000 zal moeten tevreden stel
len. Wal of wie waarborgt ons nu, dal.
indien een Industrie- cn Huishoudschool
werd gesticht, en deze genoot voor het.
jaar 1904 de volle f 5000 subsidie, ook
deze subsidie niet aan een dergelijke
bekrimping zou onderworpen worden V
Een voor onze gemeente nieuwe be
lastingdruk, wiens zwaarte in de toe
komst steeds knellender zou worden, is
derhalve thans, behoudens onvoorziene
omstandigheden, door onze Regeering,
wellicht onbewust, gelukkig afgewend.
En daarmede wenschen wij onzen belas-
tingbetalendcn medeburgers van harte
BUITENLAND.
De Fransche minister van oorlog,
generaal André, heeft Zondag te Libourne,
waar hij verscheidene commissies
afgevaardigden ontving, onder ander
ook eene socialistische ontvangen. Tegen
den voorzitter er van zeide hij:
„Gij kent het lied de „Internationale"
geheeten, en waarin men zegt, dat de
kogels bestemd zijn voor de generaals.
Welnu, ik zeg u, dat, wanneer men ergens
die „Internationale" speelt, ik onmiddel
lijk zal vertrekken."
De voorzitter der groep wilde ant
woorden, doch generaal André zeide
kortweg: ;Ik wensch geen discussie over
dit onderwerp."
Dat muisje zal nog wel een staartje
krijgen.
Tegenover het standbeeld van Renan
le Tréguier zullen de Katholieken uit
eigen middelen de opricliling van een
monument van eerherstel bekostigen.
Het zal beslaan uit een greep, voorstel
lende den gekruisten Christus, tusschen
de twee moordenaren, niet Maria, Joannes
Magdalena aan den voet van het
kruis. Het gedenkteeken zal worden ge
maakt in Bretonsch graniet en in Mei
s. onthuld worden.
Combes deinst voor niets meer terug.
Zelfs het toevluchtsoord voor arme blin
den te Parijs, dat reeds dateert van de
Xllle eeuw, zal „verwereldlijkt" worden.
De kloosterlingen zullen er uit ver
dreven en vervangen worden door niet-
religieuzen.
Ook heeft Combes het traktement in
gehouden van den pastoor te Guingamp,
het plaatsje, waar de minister op zijn
reis naar Tréguier heeft stilgehouden.
Zeker om de kosten van zijn snoepreisje*
te dekken.
Chamberlain is wel uil het Engelsche
Ministerie getreden, maar zijn tegen
standers zijn nog geenszins van hem af.
Men weel, dat Chamberlain is heenge
gaan, omdat hy de vroeger radicale,
later liberale, ten slotte conservatieve
politicus—op te veel zwarigheden stuitte
bij zijn pogen, om Engeland van het
vrijliandclssystecm tol het proteclie-
stelsel te doen overgaan.
Nu wordt, naar men vermoed, Cham
berlain als minister van koloniën opge
volgd door lord Selborne. En het minis
terie van financiën toevertrouwd aan
zijn zoon, Austin Chamberlain. Sommige
Engelsche bladen zeggen nu ronduit, dat
Joe aldus achter de schermen denzelf
den invloed in den ministerraad zal be
houden als lot dusverre.
Voorloopig gaat
zelf redevoeringen i
togen den vrijhandel en propaganda
maken voor een protectionistische politiek
met tolunie tusschen moederland en
Het weerzinwekkend moorden en bran
den gaat in Macedonië maar steeds
voort. Ontzaglijke rookwolken zoo
seint de correspondent van de Timete
Samakof stijgen op uit het gebergte
bij Rilo. Mijlen ver wordt de lucht ver
duisterd door een bruinen nevel. 'sNachts
levert de brand een prachtig schouwspel
op de Turken moeten op verscheiden
plaatsen de bosschen in brand gestoken
hebben in de bergen van Rilo en Perim,
om er de opstandelingen en vluchtelin
gen uit le jagen. Om de ontzaglijke
schade, die aldus aan het land berok
kend wordt, bekommeren de soldaten
zich niet.
Een gelukkige wending in den toestand
FEUILLETON.
Twee
der arbeiders.
1) Ver baitea de stad met den eeuwenouden
toren rooken de schoor9leenen der arbeiders-
kwartieren, en de Incbt en de dwalm dringt
1 vooruit als een duistere wolk en baugl
Onder dete
een rijk, geloovig volk gewoond. De stad lag
aan den grooten verkeersweg, die zee met zee
verbindt. Wat aan waren en rijkdom nit het
verre Zuiden werd aangevoerd, moest die plaats
voorbjj en zoo steeg ze in maebt. Daarbij
volk i
i ziel a
Kerk en Paos gehecht.
Eo wjjl hst geloovig was, bonwde bet den
praebtigeu dom te Manstor en wa3 trotsch daarop,
hem le boawen tea dienste des Gebieden, Die
welvaart schenkt ea vrede voor land en volk.
Heden slaan die tinnen daar als een onver
klaarbaar raadsel van vervlogen tjjden. De eer
lijke welgesteldheid is tot woeker, tot uitbuiting
des volks geworden. Zoo is die konde of kloove
ontslaan tusschen volk en volk ia het volk. De
cbristeljjko gerechtigheid is verdweaen en de
gooit des eigenbaats ia tot een boozen geest
dor beiitteaden geworden.
Buiten voor de stad, die eens gelakkig was
ea rjjk, ligt het arbeiders-kwartier. Do rookende
achooraleenen sproken de duistere taal des nieuwe-
ren tjjds. Tusschen de fabrieken liggen de arbeiders
woningen, kazerne aan kazerne. Binnen heerscht
ellende, armoede, honger, vloek, zonde.
Tusschen do bewoners dezer kazernes rjjsl
een schaar van kinderen op, bleek en als zonder
leven, zooder leveosvrougdo. Op de zwakke
schouders Jrnkt zware arbeid, op de harten
bacge komer om het dageljjksche brood.
De moeder wacht op den terugkeer des vaders.
Het is Zaterdag. H|j komt niet.
„Zie eens, Lina, ol bjj niet komt."
Het bleeke meisje gaat, bet spoedt zich do trap
pen af en treedt naar buiten. Hot kind ademt op,
als het in de buitenlucht komt.
De ernstige blik van het meisje ricbtle zich
angstig over de straat, maar de verwachte was
Hg kom', niet.
Het meisje doet eeoige schreden op en neer
dat is het eenige, wat zij tot ontspanDiog geoiet.
Dan snelt zjj weder de trap op tot hare moeder.
„Vader komt nog niet, moeder," zegt zjj met
bekommerde stem.
Zonder meer zet zjj zich weder aan den
arbeid. In gespannen ijver vliegt de naald door
hare vingers, steek op steek volgt met verbazen
de snelheid.
„Werk wat voort, heden moet het nog klaar,
morgen moet ik de zakeo afleveren, dus spoedig,"
gromde de moeder tegen het kind.
Het twaalfjarige meisje verdobbelt baren
ijver, om hare moeder tevreden te stellen.
't Was reeds zeven uur en list werd in de
kamer, die op een bioneoplein uitzag, vrjj donker.
Met gebogen bonding zat het meisje en staarde
inspannend op baren arbeid.
Eindeljjk hield zjj op, bare moeder bemerkte
„Voortwerken, met stil zilten bekomeo wjj
geen geld. Het werk is besteld, dus maak voort!"
Het meisje zuchtte. Dsu boog zjj zich weder
over haar werk eo do naald vloog ouafgebrokeu
Kaast Lina arbeidde de mooder.
Na eeDige oogeoblikken zeide bet meisje:
„Moeder ik kan niet meer, bet is le donker."
„Omdat gjj niet meer wilt, leeljjk ding," gromde
de moeder.
Lina beproetdo weder te arbeiden, en na
eenige oogenbllkken zeide zjj: „Na ben ik klaar
En dan hoestte zij.
Zjj gaf hel afgewerkte hemd aan hare moeder.
Deze beschouwde bet werk zoo goed zjj kon,
maar geeu woord vau lof of tevredenheid kwam
Het meisje echler fluisterde zacht bjj zich
„Alles U ter eere, o God!"
Dasrbjj dacht Lioa aan den goddeljjken Heiland
mei hel zware kruis beladen, on het was of do
gefolterde Jezus naast haar 8,and on Itaar
Eu haar dagwerk was geheiligd eo wachtte
een bemelloon.
„Nu voor het avondeten gezorgdhaal bout
Lina!" snauwde de moeder.
Lina ging en haalde hont.
„Moeder, dat is bet laatste hout, moer is
niet," zeide zij.
„Niets meer!" riep de moeder, als ol I
wo gemakkelijk een stuk meer afleveren, maar..."
„.Moeder, zeide het moisje ruBtig, „moeder ik
Hel meisje hoestte, en over hare bleeke wan
gen vloeide een traan.
„Ja, huichelt maar, ik ken u. Gjj zjjl niet
ziek".
Het meisje zweeg. Later klaagde zjj over
„Dat zal welbeter wordeo", zeide de moeder,
Denk er maar niet aan, denk liever aan uw
werk."
Stil deed hot kind haar arbeid
Men hoorde schreden van kinderen, die de
trap op kwamen.
„Eiodeljjk komen zjj, die etraatslenters" riep
Twee küapon eo een meivje traden binnen.
„Moeder, ik hob tien krenzer," riep de eersto
triomfantelijk uit.
,'i'ien kreuzerl Dat had veel meer kunnen
zjjnGjj hebt niet eens uw eten verdiend.
Ga
„Eo gij?"
De knaap bleof een schrede terug staan.
„Drie krenzer", zeide bjj zacht. Hjj sprak niet
verder, de angst wrong hem zjjn keel toe.
Do oogen der moedor glooiden van toorn.
„Drie kreuzor? Sinds den gebeelen middag?
Of hebt ge weder mot aodere knapeu rond
geslenterd, leeljjke bengel."
In de school had hjj altijd gehoord, dat het
woord „moeder" een lief beminnelijk woord
was, maar bjj kon bel niet gelooven, want bjj
bad het geloof aan moederliefde verloren.
„En gjj" snauwde de vrouw met nijdigo uit
drukking het meisje toe, dat voor haar atond.
Dit kind, Anna geheeten, was zes jaar oud
en moest ook reeds „arbeiden".
Do kloioe mei baar achoono, blauwe oogc-a
eu bet blonde baar weeude.
„Wat weent ge? Geef bier, wat heb ge?"
„Moeder ik ben niet gaan bedelen".
„Waarom niet?
„Moedei", zeide bet zuchtend, ik schaam mjj
te bodelen."
„Waar waart gji dan den ganschen dag?
„Moeder ik heb voor a en voor vader gobe-
deo. Ik was bjj do Moedergods
Daarop greep do vronw het kind, duwde het
baitea de deur ea deed het neerknielen. Nu
volgda slag op slag op het hoold van de kleine.
„Zie zoo, nabljjft ge bier tot we slapen gaao".
„Moeder ik ben zoo moe", sprak bet kind
met bevende stem.
„Gjj blijlt knielon", was hst harde antwoord.
.Moeder, ik heb zoo'n honger".
„Honger?" Een aantal slagen kwamen op-