Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 39.
Donderdag 24 December 1903.
Zeventiende Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Vftrsohljnt eiken ZATERDAG.
naentiprij» par dria n
Franco per port
Afzonderlijke nummert
(0,40.
f 0,05.
Bureau: Breedestraat 18, Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniglng De Eembodo.
Frijn dar Advnrtontdtni
Van 1 tot 6 regel»
Voor iederem regel meer
Bij dit nummer behoort
een bijvoegsel.
Wrgeai het FEEST van
II EE REN BESNIJDENIS op
Vrijdag 1 Januari a.a. moet de
EEHBODE reedt Donderdag
avond worden afgedrnkt. Der
halve veraoeken wij beleerd
advertentlën en correapanden-
tlfin tijdig aan ona bureau te
willen Inaenden.
Kerstmie.
Het feest van 's Heeren geboorte, is
by uitstek bet feest van vreugde. In de
versierde bedebuizen en tempels klinkt
bet jubelwoord des Engels tot de ge-
loovigen, in het nacbteljjk uur tezamen
gestroomd: .Evangelizo vobis gaudium
magnum: Ik verkondig u eene groote
vreugde: want heden werd u geboren
de Heiland, die ChriBtus is, de Heer."
De reden tot de hoogste feestvreugde
wordt in dit woord duideljjk aangewezen
ze ligt in de geboorte van den beloofden
Messias, den Redder der wereld, in de
komst van den Heer, onzen God. Dit is
het groote en heugeljjke wereldfeit, dat
alles beheerscht,dat vorsten en volkeren,
Engelen en menschen, Hemel en aarde
doet jubelen.
's Heeren geboorte is de spil, waarom
zich alles beweegt, is bet kern- en 't
keerpunt in de geschiedenis. De tijd vóór
deze verblijdende gebeurtenis moest een
t(jd zijn van voorbereiding. De schoone
belolte na 's menschen zondenval in hel
Paradijs uilgesproken, is de gouden draad,
die loopt door de geschiedenis, de eerste
heerlijke lichtstraal van de Zon, Die
duidelijker zich openbaart, naarmate Zijne
komst nadert. Eindelijk, na vier duizend
jaren, is de volheid der tijden gekomen,
de ster uit Jacob opgegaan, het Licht
der wereld verschenen. De vurige beden
des Ouden Verbonds zijn verhoord, zyn
propbetieën en verzuchtingen ver vuldzijn
smachtend verlangen bevredigd 1 Hoor,
Israel, den bljjden juichtoon over de
nachtelijke velden van David's stad weer
galmen: ,Zie ik verkondig u oen groote
vreugde I" Hoor daar de jubelzangen der
Engelen: .Glorie zij God in den Hoogen
en vrede op aarde aan de menschen
van goeden will"
En wat de feestvreugde verhoogt is, dat
de Heer geboren werd niet in een geslo
ten koninklijk paleis, in verblindenden luis
ter en glorie, maar in een open grot voor
allen genaakbaar, voor allen toegankelijk.
Zelfs tot de arme en eenvoudige herders
klonk hel: ,Gy zult een kind vinden in
doeken gewonden, en liggende in eene
kribbe." Niets wat afschrikt, alles wat
bemoedigt en uitnoodigtl Een lieftallig
kind, in grenzeiooze vernedering en in
diepste armoede geboren, Die Zijne
teedere armpjes ter ontvangst uitstrekt
„Komt allen tot Mjj, die belast en be
laden zjjt en Ik zal u verkwikken 1"
Bjj 's Heeren geboorte lag de wereld
in diepe duisternis gehuld. Alleen het
Joodsche volk bewaarde de voropen-
bariogen Gods, had de kennis van Jehova,
den alleen waren God, behouden. Maar
buiten het uitverkoren volk Gods leefden
de volkeren in de dichtste duisternissen,
in de schaduwen des doods, Alom
heerschte de diabolische, eeredienst in
allerhanden vorm en werd de slang des
Paradjjses in duizende afgodsbeelden de
aanbidding gebracht, zelfs menschenoffers
geofferd. De ondeugd werd verheerlijkt,
de deugd veracht, met voeten getreden.
In een peilloozen afgrond van zedeloos
heid lag de wereld verzonken. Het
wreedst egoïsme voerde den schepter en
verdeelde de mauU,.',iappij in slaven en
vrjjen, in overwinnaars en overwonnenen,
welke laatsten men het vae victis, het
wee kon toeroepen. Langs dezen nega
tieven weg, gelijk de Apostel leert, bad
de Heer Zijne komst voorbereid. De
heidensche wereld strekte hare handen
uit den poel der ellende ter redding om
hoog. Algemeen gevoelde men de nood
zakelijkheid der verlossing, reikhalzend
zag men uit naar Hem, Die de Ver
wachting der volkeren zjjn moest.
't Einde is gekomen 1 De nacht is
voorby, de dag aangebroken! Ziet, o
volkeren, uw Licht is gekomen en de
glorie des Heeren :s over u opgegaan 1
De Heer zelf is over u verrezen; de
volkeren zullen wandelen in Zjjn licht
en de koningen in den luister Zyner
verschijning! De heerlijke vervulling dezer
verheven propbetieën vernemen zjj uit den
mond van Gods hemelbode, die de
groote vreugde jubelend verkondigt, om
dat de Heiland der wereld voor hen geboren
is, de Gezalfde, de Heer. Hjj is't waar
achtige Licht, het Licht tot verlichting
der heidenen. Hjj is de Schepper: ge
neesbaar heeft Hij de volkeren gemaakt.
Hjj komt als de barmhartige Samaritaan
om hunne wonden te genezen. Hjj verschijnt
als do Heiland, om hen te verlossen van
de slavernjj des duivels, hen te bevrijden
uit de boeien der zonden, hen te redden
vnn den eeuwigen dood. Hjj treedt op
als Koning, om een rjjk te stichten, een
geestelijk, een eeuwigdurend rjjk, om hen
daarin door den band der onderlinge
liefde te vergaderen, te vereenigen tot
ledematen van één huisgezin. Hjj begint
Zjjn tocht, Hjj houdt Zjjn liefdepijlen
gereed, Hjj treft daarmede de harten
van 's Konings vjjanden, zij vallen neder
ter Zijner aanbidding. Juicht, gjj volkeren
der aarde: de heidenen worden geroepen.
Ziet, reeds is de Ster verschenen om de
eerstelingen, de drie Koningen, uit het
verre Oosten te voeren naar Bethlehem's
stal, waar zij nederknielend het Kind hun
offergaven bieden, Hem huldigen en aan
bidden als den voor ons menschgewor-
den God.
Twee eeuwen zjjn voorbijgegaan en
de uit de heidenen gesprotenen knielen
thans, met millioenen over de aarde ver
spreid, vol diepe godsvrucht neder voor
de kribbe en bieden het Kind de drie
voudige offergavenhet goud der liefde,
de myrrhe der versterving, de wierook
des gebeds; zij huldigen Hem als Koning,
zjj beljjden Hem als menscb; zjj aan
bidden Hem als God. Het Kiod, aldus
gehuldigd, stort in de harten Zijner ware
vereerders de hoogste, de reinste vreugde
uit, Hij geeft hun den voorsmaak des
Hemels; zy proeven hoe zoet de Heer
is. En terwjjl deze de onboschrjjfeljjke
vreugde, door den Engel jubelend ver
kondigd, voor de kribbe neergeknield in
stille godsvrucht smaken, zien w(j zoovele
miliioenen daarbuiten, die het Kerstfeest
vieren zonder het Feestgeheim, zonder
den Christus, den voor ons mensch ge
worden God, viereo in jjdele vermaken,
in zondig genot. Ook voor hen werd de
Heiland geboren. Maar zjj hebben de
duisternissen meer bemind dan het
Licht. Zjjne armoede is hun eene dwaas
heid, Zjjne nederigheid eene ergernis. Zjj
deinzen terug voor de kruisiging des
vleesches, voor de boetvaardigheid, ver
loochening en versterving, die het Kind
predikt; zjj schuwen het Licht, opdat
hunne booze werken niet openbaar
worden. Gedrongen gevoelen wjj ons de
diepgevoelde klacht van dan Apostel der
liefde te herbalen: .Het Licht schijnt in
de duisternissen endeduisternissenhebben
Hem niet begrepen," Toonen wij ons
diepste medelijden met deze ongclukkigen,
door een vurig en herhaald gebed voor
de kribbe, ter hunner bekeering. Hier
mede vervullen wij het diepst verlangen
van Hem, die gekomen is om allen te
verlossen en zalig te maken, werken wjj
mede met Zjjn genadenrjjke komst op
aarde. Dringend zjj onze bede tol het
goddeiyk Kind, dat ook zy deelachtig
mogen worden aan de heraelsche feest
vreugde, welke wij genieten, de groote
vreugde van 's Heeren geboorte.
BUITENLAND.
Keizer Wilhelm schijnt thans weder
hersteld te zyn. Hij heeft ten minste,
geheel overeenkomstig het vastgestelde
program, het aangekondigde bezoek aan
Hannover gebracht, om daar tegenwoordig
te zün by de plechtige viering van het
honderdjarig be9taan van de Hannove-
raansche regimenten.
Nadat graal Hülsoh-H&seler, de chef
van het militaire kabinet, voor het front
van de troepen een keizeriyke kabinets
order had voorgelezen, werd een groot
feestmaal aangericht in de feesleiyke
versierde zaal van Tivoli.
Aan tafel was de groote verrassing,
dat de Keizer met zeer luide en duideïyk
verneembare stem, in antwoord op een
heildronk van prins Albert van Pruisen
een korten toost uitsprak.
Uit Rome wordt aan den Univers ge
seind, dat de kwestie van het „nobis
nominavit" eindeiyk tot een oplossing is
gekomen. De Fransche bisschoppen zul
len nu in het eerstvolgend Consistorie
benoemd worden.
Aan de Temps wordt uit Constan-
tinopel gemeld, dat op aandrang van
de gezanten van Duitschland en Rusland
de sultan den ministerraad heelt bijeen
geroepen met bevel, een besluit te ne
men omtrent het controle-program van
Ooslenryk en Rusland.
De toestand in het verre Oosten wordt
steeds onrustwekkender. Wel is door
Japan, wat in hot begin der week reeds
beweerd werd, geen ultimatum aan Rus
land gezonden, maar een oorlogzuchtige
geest blijft heerschen, al behoeft naar
het schynt, voor het oogenblik niet voor
een uitbarsting gevreesd. Uit Tokio werd
Maandag geseind, dat daar dien middag
een conferentie heeft plaats gehad tus-
schen Rosen en Komoera, in de Rus
sische legatie. Rosen is zoover hersteld,
dat hy zyn aandeel in de onderhande
lingen hervatten kan, hoewel hy nog
niet uit mag. Komoera overhandigde
Rosen Japan's antwoord op de jongste
meededeeling der Russche regeering. Dit
antwoord heeft niet den aard van een
ultimatum. Het bevat een verzoek aan
de Russische regeering om zekere in
haar antwoord vervatte voorstellen,
waaraan Japan byzondere beteekenia
hecht, te herzien.
Hiermede is het gewapende conflict
in ieder geval weer eenigon tyd uitge
steld en wordt de Russische meening
waarschijnlijker, dat, zoo er oorlog komt,
het zyn zal in hel aanstaande voorjaar.
De Köln. Zlg. heeft uit St.-Petersburg
.van goed ingelichte Russische zjjde"
een uitvoerig telegram ontvangen met
beschouwingen over de crisis in Oost-
Aziö. De correspondent gelooft, dat Rus
land en Japan de onderhandelingen zul
len rekken en dat de vraag „oorlog of
vrede" niet voor het voorjaar beslist
zal worden.
FEUILLETON.
Het wederzien.
r 186..
Het wu op Kerstavond
In een huisje vun een der voorsteden van
Weenen zjjn tweo joogo menechen druk bezig
om de laatste baod Ie leggen aan een armoedig
kerstboompje. Hel Blaat tn een gfoolen bloem
pot; 'lis een beel beecheideo boompje en aan
de lekken burgen vgf kleine appelen, een dozijn
vergulde nolen en ook nog een engeltje van
maraepetn, aan welke schuiten men duidelijk
zien kan, dat zjj reedi verscheidene keeren het
KersUoest hebben meegevierd. Terder is de
boom overladen met repen gekleurd papier eo
kleine stokjes lint. Andere geschenken bangco
„Stille nscl
In een si
't Jezuskiuc
.Zonder i
Do o
i heelt joist het laatste der x
Viat een vreugd!
Die paar lichtje», de appelen eo ooien op
bot bwwpjo ajj verheugen de kinderen even
zeer alsof de kerstboom met de rgkste schatten
beladen ware. De vjjf kinderen juichen en
springen van pleilier en beschouwen het boompje
met oprechte vreugde. Ieder licblje, ieder ver
gulde noot, elke tak werl bekeken, bewonderd
en verhoogde de ieeetvreogde. De moeder bad
do oogen vol kranen, locn zg dezen keer de
kinderen hinnen riep. Zóó armoedig was het
[t g8Wee<li
il .gedaald,
praebt 1'
pracht 1" klonk het nog-
ier wilde joiat bet tweede
couplet beginnen, toen er aan de kemerdenr
geklopt werd.
Op bet verwonderde en
.hinnen", van den vader ging de dear o
en daar uad een slanke, naar bet echeen
voorname dame de kamer binnen. Zjj bad
langen mantel aan, die haar gebcele gesl
omsloot, en een diebte, donker voile ma
haar gelaat bjjua onzichtbaar.
Eerst ksek zjj eea oogenblik
rond en vroeg daarna met i
Btem: „Beo ik bier bn de
Beroer»?"
,Ja, dat ben ik," zei dehnisvader, terwijl bjj
oo de dame toetrad.
.Kan ik n een oogenblik spreken V'
,0 ai
erl" I
j »ij" vt
.Het scbjjot v
Ie bet ai
n beetje oi
begon de vreemde dame; .maar wat ik a
vragen wilde, weoscb ik alecble te weten tot
nw eigen bestwil. Ut verzoek n dos mjj Ie willen
vertroawen. Hebt gij werk?"
Zucbteod antwoordde de men.Jawel, maar
ik verdien er bijna niets mee".
Zyn vrouw wilde ook spreksn, maar dikko
een half jaar beeft bij ona in zyn macht Wg
hebben hem onze kleine scbuld al wel tien
dubbel betaald, maar telkens heelt by weer een
nieuwe schuldbekentenis in do baod
dat wjj m
schiint bet zoo in te i
kuoneo betelen. Zoo b<
een half jaar lang dag en oacht al; en wal wy
opsparen met zorg eo nood, door vasten eo
mtzuiuigeo, dat neemt week in week uit de
woekerjood. Myo man werkt 1-llvrljjk voor
dien uuzniger eo moet nog dankbaar zijn, dat
dezo hem niet aanklaagde. O hoe gelukkig
waren wij vroegerI - en du? Doodarm zijn
wy en wie weel, hoo lang dit buisjn nog ons
eigendom bljjftl"
Niet zonder ontroering bad de vreemdelinge
geluisterd.
.Gjj no
zeide zy. ,Hoa hi
haalde
rerbaodigdo die
.Hier slaat bet adres, ziet u.
naar ioformeeren, Eo onze buren, de Zuster»
van den Goeden Herder, kanoën het ook ge-
Inigen, royoe vroaw heeft al dikwijls daar haar
toevlucht genomen en by de goede Zniters baar
nood geklaagd 1"
.Ja, ja, dat weet ik I" zeide de dame maar
alsof zjj (e veel gezegd bad, ging zjj haastig
voort: „Eo hoeveel bedraagt de schuld, als ik
vrageo mag?"
.Honderd en twintig gulden," antwoordde de
bet hoofd
ankhiljelt
eo, ot liet it
e is?"
de lyoe smalle band der
onbekende eo kuste die, terwijl tranen van
vreugde over baar gezicht stroomden. Zjj riep:
.Kioderen, komt toch hier! Josepb, Uarle, Agob,
Jan, Treesjo ganw, komt on bedankt die
goede dame on zegt: „God loooo het ul" Eo
dadeiyk wus do dame omringd door vijl lieve
kinderen, die haar banden oo kloedereo roet
kussen overdektenterwjjl zy haar vriendeiyk
aankeken, en elk op ago wjjze trachtten te be-
De dame had vooral schik in den vierjarigen
Daar naderde de vader met het geschrevene
lier is de schuldbekentenis; wilt n nazien of
t zoo good ie. Haar bet scbrill la slecbt
'it scliryren van vreugde. God vergelde
zend en duizend1
issls, dal gjj my eo n
I. O Trees," zeide
s gelakkig zyn ne nn, welk
som renteloos roor een on-
bepaalde, tgd wilde leeneo, zond: ge dan ge
red zyn t" vroeg de dame op zacfalen toon.
Sprakeloos koken de arme meubelmakor en
beertgk
Eo lot do dame glog by voort: ,VVjj beloven
u, zoo waarachtig als n ons geholpen hebt,
lederen avond aUen te samen vjjf Onze vaders
voor u te bidden Ik, myn vroaw eo de
kinderen, zoolang er een ran one in 't leven
bljjft."
De dame had de schuldbekentenis aangenomen.
Jantje," vroeg zy aan den kleinen jongen,
die zg nog eltyd op den arm droeg. .Jantjo,
welk is nw kaarsjo aan den kerstboom?"
Trotsch wees Jantje op het meest nabgzgnde
kaarsje.
„Toe, neem dsn dit papier eens eo bond het
er boven," zeide zy eo ging met bet kiod t
zoodat bet pipier hem brandend nlt de band
,Zoo en hier la nog ieta voor den kerst
boom," zeide de dame snel, legde eea goudstnk
op de tafel, zette den kleine Jan op den grond
en wilde de denr niigaao,
Jantje hield haar ecbleraiyi aan haar mantel
vaal. „Kom. lieve dumo, ik moet a nog iels
aan uw oor zoggen,"
De dame kon bet kind oiol weerstaan. .Wat
wilt gy dan, kleine?" zeide zy vriendeiyk
en boog zich tot hem neder. Hg Heisterde haar
iele toe, maar zóó zacht, dat hg '1 waar-
schüoiyk zelf niet verstond. ,Gy moet het barder
zeggen", zei de dame; eo Jao sprak na 100
bard, dat het door de beele kamer klonk, aan
baar oor: „Laat my tocht eventjes nw gezicht
zleol"
Nauweiyiu bad hy die woorden geaproken,
ol de gebeele familie smeekte met bem mee
om deze gunst, .opdat zy een gedachtenis van
dozen avond mochten hebben".
Een oogenblik aerzelde de dame. Docb zy
zeg, dat meo het niet nic nieuwsgierigheid, oeao,
uit oprechte reine dankbaarheid en vereering
vroeg. Zjj bief dan baar hand op. sloeg de
voile terng, en do veeriien oogen vau het bals-
gezin zagen een wonderbaar schooo, jeugdig en
glimlachend vrouwengelaat van buitengewone
majvalaiL Een overvloed van goudblond haar
kwam ooder den boed te voorachyn. Het donrde
eenigo oogeoblikkeo, toen viel de eloier neder.
„God tegeue n allen!" klonk bet zacht, en de
vreemdelinge was in de dniaternie verdweneu.
Builen bad zich nog eene dame by haar go-
„Wuar beb ik dit gezicht al meer gezien?"
zeide do meubelmaker, ,In geoo geval zal Ik
bet ooit vergeten".
Hel keizerlgk hof was In diepen rouw.
De lakeien droegen rouwstrikken een bood
en monwen, de mllilairen insgelijks; in groot
tonuo met rouwbanden gingen do hovelingen