Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 16.
Zaterdag 21 Juli 1906.
Twintigste Jaargang
DE EERBIOE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementsprijs per drie maanden
Franco per post f o,40.
Afzonderlijke nummersf 0,05.
BureauBreedestraat 18, Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
BIJ dit nummer behoort
een Bijvoegsel.
Tegenstelling.
I.
Toen de beruchte scheidingswet in
Frankrijk was aangenomen, schreef de
„Lanterne", het socialistische orgaan
van Jaurès:
,Het is een ware revolulie, waarvan
inen de gevolgen spoedig zal ondervinden.
De Kerk is in het hart getroffen. De Repu
bliek heelt eindelijk over de Kerk ge
zegevierd. Weg met de Kerk, leve de
Republiek I"
Met weergalooze onbeschaamdheid
werd hiermede in het licht gesteld, dat
alleen vernietiging van de Kerk het
doelwit der sectarissen is. Het huichel
achtig masker, waarachter de geheime
machten der vrijmetselarij en socialisme
zich bij hun helschen toeleg soms nog
trachten te verschuilen, werd hier afge
worpen. En gedreven door satanischen
haat voegde het blad er aan toe.Iedere
scheidingswet zal een verderfelijke wel
voor de Kerk zijn. Meer nog is het een
wel tegen OodTusschen de Katholieke
Kerk en de Republiek kan geen wapen
stilstand bestaan."
En niet alleen door Jaurès, den invloed
rijken socialist in de Fransche Republiek
wordt zoo schandelijk uitgevarende
zelfde taal klinkt schier uit de geheele
anti-clericale pers. De Kerk moet het
onderspit delven, en daartoe bij te dragen
is het ideaal van de Regeering en haar
geheelen aanhang.
Ja, de mai'onnieke Regecringen, die
elkaar in Frankrijk in de laatste jaren ge
staag opvolgden,hebben zich van de macht
bediend om hare tegenstanders achter
eenvolgens al de vrijheden te ontnemen
vrijheid van vereeniging, vrijheid van
onderwijs, vryheid in 't uitoefenen van
liefdadigheid en van zijn godsdienst, en
tochnog altijd wordt aan de sec
tarissen, die zoo openlijk door woord
en daad verkondigen, wat zij beoogen,
vrij spel gelaten. De tegenstand, die uit
een heilige overtuiging voortkomt, en
Frijn dar Advertentièm
Van 1 tot 6 regels
Voor iederen regel meer
o uiterlijk Vrijdagavond
daarom onoverwinnelijk is, laat steeds op
zich wachten, terwjjl de nood stijgt van
dag tot dag.
Dat zeggen de feiten, en het program
der Regeering zegt nog meer. Nu het by
de jongste verkiezingen door middel
van laster, leugen, bedrog elc. gelukt
is een meerderheid van anti-clcricalen
in het Fransche Parlement te behouden,
en de Regeering daardoor het Staats
bestuur in handen hield, geeft zij vol
doening aan den meest bandeloozen
godsdiensthaat. Met beslistheid zal zjj
de scheidingswet doorvoeren de bewe
ging der reactie en van het ciericalisme
zullen nauwgezet worden bespiedde
verwereldlijking van het onderwijs en
van den hospitaaldienst zal worden
voortgezet evenals de zoogenaamde
zuivering, of duidelijker gezegd: demo
raliseering van het leger, der marine
enz. enz.
En toch zijn de socialistische vrienden,
trotsch op een macht, die zij bij de kamer
verkiezingen zagen versterken, niet te
vreden de Regeering slaafs volgen in
haar bedrijf ligt nu juist niet geheel in
hun bedoeling, zij willen ook de wet
stellen. Dit werd immers openlijk ver
klaard door den woordvoerder der socia
listen in de Tweede Kamer, wat daar
niet weinig opschudding bracht. Bout-
weg betoogde hij de noodzakelijkheid
van de onteigening der productie-midde
len en den krijg tegen het kapitalistisch
uitbuitings-systeem. En de Regeering
moet daaraan gevolg geven, indien zij
den steun harer partygenooten niet wil
verliezen.
Glemenceau, Fransch minister
Binnenlandsche Zaken, had Jaurès te
beantwoorden, en hij verkreeg succes.
Om de slagvaardigheid en den oratori-
schen vorm zijner repliek had hy de
overgroote meerderheid san zijn zijde
gehaald. De redevoering mocht voor het
grootste deel voor de Katholieken aller-
grievends! worden geacht, toch waren
pakkende volzinnen en holle frazen vol
doende, om velen onder hen te ver
blinden. Vooral met den bluffcnden zin
het slot zijner rede.Wanneer gij
medewerking wilt verleenen zullen
u de hand toesteken en zeggen
laat ons samenwerken. Weigert gy daaren
tegen, dan zullen wjj moedig de verant-
wooidelijkheid op ons nemen", scheen
hij hel pleit gewonnen. Want nauw had
de minister geëindigd of met 365 tegen
78 stemmen werd tot de aanplakking
der rede besloten.
Maar spoedig weerklonk van uit de
verte een welsprekend protest en werd
den sluwen huichelaar Glemenceau het
masker atgcrukt. De .Osservatore Ro
mano", het orgaan van het Vaticaan,
schreef
.De minister van Binner.landsche
Zaken der Fransche Republiek, Cleinen-
ceau. die Dinsdag in de Kamer debat
teerde met de socialisten, vroeger zijn
bondgenooten en vrienden, thans zijn
verklaarde tegenstanders, heeft in zijn
rede diogen gezegd, die wij niet kunnen
voorbij gaajj zonder een woord van
protest.
Door, zooals hij de vermetelheid gehad
heeft te doen, Jaurès, het hoofd der
socialisten, te vergeljjken met Jezus, en
door te zeggen, dat de Goddelijke Ver
losser, de menscbheid willende her
nieuwen, er slechts in geslaagd is,
maatschappij te vormen, die ,een maat
schappij van geweld en bloed werd,
heeft hij niet alleen een Godslastering
en heiligschennis geuit, maar ook een
groven leugen en lastering.
Het geweld, door den Verlosser op
aarde gebracht en gepredikt, is het
geweld tegen de lage begeerlijkheden,
de slechte hartstochten en de dierlijke
instincten, en ook de school van ver
sterving, van zelfverloochening en opoffe
ring. Wat het bloed betreft, de leerlingen
van Jezus zijn steeds martelaren geweest,
nooit de beulen van hun broeders.
liet geweld der ware navolgers van
Jcsus is dat dier nederige kloosterlingen
en dier zachte zusters, door Glemenceau
en zijn vrienden vervolgd en verbannen,
die, beleedigd, vergeven, gekweld, goed
doen, wreed verbannen, steeds gereed
zijn terug te keeren, om hun heilige
wraak te nemen in de gasthuizen
toevluchtsoorden, voor armen die alle
hoop verloren hebbende, in hun land
te blijven, een toevlucht zoeken in de
kolonies en den grond kusser.,
die bun herinnert aan het ondankbare
vaderland en melaatsehen en pestlijders
verplegen.
Dal is het geweld, door Jesus gepre
dikt, dat is het geweld, door zijn ware
leerlingen in toepassing gebrachtdat
Glemenceau met een niet zeldzame
eenige vermetelheid op de tribune
der Fransche Kamer heeft gemeend te
moeten aanklagen.
Maar meer dan de verontwaardiging,
eer dan het gevoelen van protest, dat
door een dergelijke onbeschaamdheid
Dnze lippen komt, ondervinden wij
gevoel van diep medelijden bij de
gedachte, dat mannen van deze soort
helaashet laatste bolwerk zijn, die
nog overblijven, om den socialistischen
stroom, die onze Latijnsche zuster dreigt
te overstroomen, tegen tc houden."
Inderdaad ontzettend de gedachte,
dat mannen als Clemenceau het laatste
bolwerk vertooncn om den socialistischen
stroom, die de Fransche Republiek met
den ondergang dreigt, nog te keeren.
Maar ook deze mannen zijn slechts
dwingelanden van het heden; niet van
de toekomst. Dat leert o. a. de Brazili-
aansche Republiek, die thans een zoo
treffende tegenstelliug biedt voor het
diep beklagenswaardige Frankrijk.
Dit zullen we in 't kort aantoonen
in een volgend artikel.
BUITENLAND.
De groole wapenschouwing over de
in Parijs en omstreken gelegerde troepen
die bij het nationale feest op 14 dezer
heeft plaats gehad op het veld van
Longrhamp, is zonder stoornis verloopen.
De president der republiek weid op het
paradeveld en op den heen- en terugrit
door het zeer talrijke publiek met eerbied
gegroet. Tot manifestatien is het nergens
gekomen.
De luidruchtige toejuichingen, die
anders bij deze gelegenheid de toeschou
wers deden hooien, schijnen thans
achterwege te zijn gebleven.
Op dien nationalen feestdag zjjn in
het Journal Officieel de wetten afgekon
digd, waardoor Dreyfus en Picquart
weer ui het leger zijn opgenomen, Dreyfus
uiet bevordering tot majoor, Picquart
met bevordering tot brigade-generaal.
Verder is in het Journal Officie! opge
nomen een besluit van den minister van
justitie, waardoor kapitein Dreyfus en
majoor Targe, die in de reviesiezaak
een aandeel heelt gehad, zyn geplaatst
op de lyst van candidaten voor het
legioen van eer, en wel Dreyfus als
ridder en Targe als officier.
Hervé en andere anti-militairisten,
die te Parijs in de gevangenis zaten,
zijn Zaterdag, tengevolge van de amnestie
wet, op vrije voeten gesteld.
Over den afloop van het tweegevecht
tusschen Sarraut en Pugliesi-Conti ver
luidt, dat de doctoren hopen op Sarraut's
herstel binnen 8 of 14 dagen: de long
schijnt slechts even geraakt te zijn,
Uit Caslres ontving de .Gaulois" de
volgende merkwaardige mededeeling:
.Dezer dagen heeft hier de plechtige
uitvaart plaats gehad van mevr. Jaurès.
De plechtigheden werden bijgewoond
door de zoons van de overledene, de
heeren Jean Jaurès, afgevaardigde van
Carmaux en Louis Jaurès, zec-kapilein.
.Alle autoriteiten van de stad Castres,
de onder-prefect aan het hoofd, woonden
de uitvaart bij.
,By de Offerande zag men den heer
Jean Jaurès, zijn broeder, den onder
prefect en nog een stedelijke ambtenaar
plotseling naar het altaar gaan. waar
zij godvruchtig het kruisbeeld kusten,
dat hen door den priester werd voor
gehouden.
Dat deze daad van den afgevaardigde
van Carmaux, den hoofdman der
socialisten in de Fransche Kamer
heel wat sensatie verwekte, valt licht
te begrijpen.
De .Libre Parole", dit feit mede-
deelende, teekent hierbij aan:
Verre van mjj de gedachte, de daad
van Jaurès te berispen. Wellicht heeft
hij, een droevige beproeving doormakend,
gevoeld, dat er nog andure vertroostingen
zijn, dan zyn lied, om de mcnschelyke
ellende in slaap te wiegen.
Maar hij beware ten minste niet voor
zijn familie en voor ziehzelvsn het mono
polie dezer vertroostingen, en hy hebbe
den moed, niet meer te blaffen aan het
hoofd der bende, die degenen vervolgt,
in wie hel geloot nog leeft.
De anti-clericalen in Italië zyn gewel
dig boos over het bericht, dat het Itali-
annsche koningspaar een ontmoeting
FEUILLETON.
Een reddende daad.
Gesohindkundig verhaal.
4) Gerustgesteld begon de jangele der twee
een gesprek met den praatgragen broeder.
Hendrik werd toer spraakzaam. Hierooymus
rroeg in den loop van hel gesprek: .Wat denkt
ge, hoe zal T eerste treilen der beide koningen
agoopen
,Nu, dat is een lastige geschiedenis! Ueloolt
gil, dat het gemakkelijk zal zijn, koning Frederik
gevangen Ie nemen? Hij is van herkuliscbe
kracht, cn Oostenrijks zonen, die hem met Ijjt en
ziel aanbangen, zjja geen kinderengaarne
zouden zjj mei hem ten onder gaan. ha, ha,
als hat maar mogelijk was."
.Hendrik I" klonk bet van den achtergrond, .gij
hebt wat veel bier geproefd."
,Ik zeg maar, dat onze zaak de zege zal
behalen, maar ik onderschat den tegenstandor
niet,' lachte Hendrik.,Ea de bevelhebberSehwep-
permann is een prachtige gestalte. Zoo mager
als een lat. Verscheidene zoo Me bjj zou men
bezigen, om er voor Frederik een roede van ie
maken 1 In Oostenrijk noemt men den Beier-
achen held .Klepperman"; die naam past veel
beier. En als hjj ia den slrjjd valt o, wal zullen
de raven een schik hebben, als zjj zjjn afge
kloven beenderen vaarwel zeggen I"
.Maar Hendrik," klonk hel van de kachel, ,je
gooll je eigen glazen in."
„Neen, oompje, ik vergeet onze eigen zaak
Met steeds grooter verwondering keek broeder
Hieronymus naar den jongste der beiden gasten
en zeide ten slotte :.Gjj wordt zoo opgewonden,
en uw loon van spreken is bjjoa vijandig tegco
onzen koning Lodewjjk. En toch is, zooals ge
van onzen abt gehoord hebt, hel recht aan
diens kant."
„Ha, ha, recht is rochl. Het komt maar op
et standpunt aan. Maar, waar moet dat hier
gezocht worden Denkt ge, dat Oostenrijk den
d, door kieioe vorsten nit zjjn erlgoed ge
drongen te worden, maar zoo zal verduren?
Uabsburga strijders gelooven niet alleen, maar
)ok vast overtuigd, dat zij het recht bezitten,
de aanspraken van hun vorst met goed en bloed
te verdedigen," sprak de opgewonden jongeling.
.Hendrik, gjj beleedigt mj) cn den eertv.
broeder I"
,0, neen," slotterda do aangesprokene, .ik
geloot toch aan de zege oozer zaak 1"
.Beste Hieronymus, breng mü een versterkend
glas wijn; nog steeds voel ik mjj zwak, anders
was ik alreeds ter ruste gegaanGa bjj mjj
zitten, royn neet' maakt hot u lastig."
Zooals ik reeds gezegd heb, broeder kelder
meester," riep Hendrik, .xells in Frederiks leger
geloof! men vast dat het goed recht op hun
zijde is. Daarom zal het groole aantal en de
dapperheid der krijgers de zege behalen. GoJ
in dm hemel zal wel toezienzelfs geen vinger
zal hij uilsteken. Wie bjj de koningskeuze en de
kroning steeds de eerste was, weel gij ook wel
dat was Frederik. Eu zou hjj nu in den slag
ook niet de eerste rjjn? Maar ik hoop immers
ook op do zego onzer goede zaakl Dus
.Nu is 't genoeg," klonk de slem van Hans
toornig, doch dof door het vertrek.
„Eerw. broeder ik zat a de reden zeggen, van
die dwaze praat! Mjjn neel bemint eenOoslen-
rjjkich meisje; zjj woont teTillmooig,enscderl
dien ia zijn gevoel voor persoon en vaderland
io Blrjjd. Hjj heeft de vlegeljaren nog niel aclilor
zich; bovendien ligt het aan zjjn jaren en aan
zjjn opgewonden toestand, om zoo overmoedig
te spreken."
De oudste der beide gasten stiet Hendrik
duchtig aan, en riep: .Sla op!"
Deze stotterde ,0, gij weet wel
,Ja, ik weet heel goed, dat het meisje jo
nog geheel van streek zal brengen. Maar nu
opgestaan, opdat we bjj aanbreken van den
dag weer op krachten zijn."
Hieronymus bracht beiden, die hem volgden
naar hun slaapplaatsen. Hjj nam afscheid van
hen met een vromen wensch.
Te middernacht riep het klokje de Cister-
ciensermonniken tot de metten. In den breedeo,
gewellden gang, die ter kerke leidrie, wachtte
broeder Hieronymus liet hould der nbdjj.
.Ueeatelyke vader," sprak bij, toen fail heiu
zag, ,ik moet u iets gewichtigs moodeelei."
,En dat nu, op zoo'n laat uurGjj scbjjnl
zeer opgewonden, laten wjj wat ter zijde gaau."
.Hier heb ik een perkament ik vond bet
hjj den oudsten der beide vertoevende gasten,"
sprak de broeder in hoogst opgewonden toestand,
.Hoe komt gjj aan dal schrijven
.Gjj weel, eerwaarde abt, dal de man 's avonds
plotseling ongesteld werd- Geen wjjn kon hout
len zjjn wangen, doch dat
kan ook w
hij zig o
slecht u
had I
o hjj n
r bed ging.
r loen hij was
Een uur later luisterde
deur, Ik boorde eeu klagend gekreun, vermungd
mei hevig snorken. Ik deedopeoeo lichtte naar
binnen. De jongste der beiden snorkle alsol
men een knoestigo eik doorzaagde. De ander
lag met open oogen, haast bewusteloos, opzijn
legerstede en lag Ie ijlen, Hjj moest tot eiken
prjjs Leopold spreken. Zijn hoold stond op 't
spel. Men poogde hem Ion verdorve te brengen -
Frederik was toch tjjn heer. Plotseling greep
bij gillend naar zjjn harl, alsof hjj een beroerte
gekregen had. Snel maakte ik do knoopen vao
zjjn wambuis, dat h|j vreemd genoeg niel uil-
getrokkeo bad los, eu vond dit document, 't Wat
van builen nat van 't zweet, en daar er een
groot wapen op alond, nam ik het mede, om
't u Ie laten zien!"
.Laat eens zien. Gerechte hemel I Dat is
liet wapen van Oostenrijk I De dubbel-koppi
adelaar ia duidelijk ia het wae lo zienl Zoo'o
leugenaarlijj zeide, dal hjj geen papieren 'ty
zich had 1 O, wat heelt zjja huichelen mjj om
den tuin geleid I"
.Hoogeerwaarde abl, toen ik gisteren melde
vreemdelingen alleen wat, aprak de jongste van
bolden met waar welbehagen en leedvermaak
:«ven> over de voortreffelijkheden onzer vjjanden.
3e ander logenstrafte hem verschrokken, doch
net zwakke slem. Doch de jongste lelie daarop
liet en spotte met de gestalte van generaal
jchweppermaoo, sprak onomwonden over de
rechtvaardigheid van Oosteorjjks zaak eo zeide,
Jat Frederik van snel handelen hield, en hij
daarom Lodewjjk bjj de koniogakeuze en do
kroning sleede een dag voor geweest waa. Op
de tercohlwjjziog des ouden had de ander alljjd
't antwoord gereed„ik geloot zeker aan de
zege onzer goede zaak," waarbij hij steeds den
klemtoon legde op .onze", zoodat het rnjj uit
zjjn spreken voorkwam, dal onze gasten lot
den vjiand hehooren. Zjjn oom schreef de handel'
wjjzo van zjjn neef toe aan zjjn opgewondenheid
rjjksch meisje. De jongste van beiden keek bjj
deze laalsle verontschuldiging zeer verwonderd
en achalerlaelile. In 't kort. het doen en laten
der vreemdelingen kwam nijj na uw vertrek
zeer verdicht voor, en er is een spreuk, die zegt
„In den roas zegl men dikwijls, wat men nuchter
zjjnde denkt," eindigde broeder Hieronymun.
.Ik dank u voor deze mededeeling, maar wjj
moeten ons liaasloo voor do netten, de anderen
zijn er al." Zoo gingen zjj ter kapel.
(Wordt vervolgd.)