Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 17.
Zaterdag 28 Juli 1906.
Twintigste Jaargang,
DE EEIBIDE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementaprijn per drie n
Franco per post
Afzonderlijke nummers
f 0,40.
f 0,05.
Bureau: Breedestraat 18, Amersfoort
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prije der Advertentlini
Van 1 tot 6 regels
Voor iederen regel meer
BIJ dit nummer behoort
een BIJ voegsel.
De Doema ontbonden.
Na twee cn een halve maand werkzaam
te zijn geweest en daarbij de aandacht
niet enkel van het Russische volk, maar
ook die van de geheele wereld in groote
spanning te hebben getrokken, is de
Russische Doema op last van den Czaar
ontbonden. Een keizerlijke ukase van
den Slen beveelt de ontbinding van
de Rijks-doema en de bijeenroeping van
eene nieuwe Rijks-doema den 5en
Maart 1907.
Do bepalingen voor de verkiezing van
dc nieuwe Doema zulten later bekend
gemaakt worden.
Voorts wordt daarin gezegd, dat de
minister-president Goremykin is ontslagen
en tot zjjn ambt is benoemd de minister
van binnenlandsche zaken Stolypin, die
tegeljjk deze portefeuille behoudt. Verder,
dat de slad en hat gouvernement Peters-
burg in den toestand van buitengewone
bescherming zijn gesteld en dat in bet
geheele gouvernement Kiew de staat
van beleg is afgekondigd, behalve in
het district Kiew.
In het keizerlijk mae'fest, dat nader
werd uitgevaardigd, wordt o.a. verklaard,
dat de Doema de verwachtingen, die
op haar waren gesteld, teleurgesteld
heeft. Zy heeit hare bevoegdheid over
schreden en met haar manifest aan het
volk eene in waarheid .onwettige hande
ling ondernomen.
Verder verklaart de keizer, dat zijn
wil om de verbetering van het lot der
boeren tot stand te brengen, onwrikbaar
is. Hij bevestigt zijn onveranderlijk
voornemen om de instelling van de
Doema te handhaven.
Men moge deze daad des Czaren nu
beoordeelen zoo men wil, maar toege
geven moet worden het woord des
Keizers, dat de Doema de verwachtingen,
die op haar waren gesteld, jammerlijk
heeft teleurgesteld. In stede van, met
het oog op den toestand des lands, be
zadigd en beleidvol op te treden, was
haar eerste werk in hartstochtelijke rede
voeringen lucht le geven aan opgekropte
haat en verbittering. Aan de ministers
werd niet toegestaan tegen de heftigste
beschuldigingen, tegen hen ingebracht,
zich te rechtvaardigen of te verdedigen,
slechts uitjouwing en bespotting viel hun
ten deel. Het volk, ofschoon reeds in
een slaat yan opwinding verkeerend,
werd door de steeds vijandige redevoe
ringen legen de regeering in nog hooger
mate van spanning gebracht, terwijl
de revolutionnaire elementen daarin een
zekere aanmoediging vonden om met
hun snood bedrijf voort te gaan. Zelfs
werden eischen door haar gesteld aan den
geest der revolutie ontleend. En ten slotte
werd beslist, dat een manifest, uitgaande,
niet van eenige Doema-leden, maar van
de Doema-zelf aan het volk zou worden
gericht, waarvan de uitwerking niet
anders wezen zou, dan een opwekken
van reeds in spanning gebrachte gemoe
deren tegen het wettig gezag.
De maat was hiermede vol gemeten.
Bewezen is, boe men de zaak ook be-
schouwe, dat Rusland nog geenszins rijp is
voor een parlementairen regeeringsvorm
dat de proefneming jammerlik is mislukt.
En nu wordt gewezen op verschillende
redenen, die zulk een uilkomst deden
voorzien. Om oen reusachtig rijk, be
staande uit verschillende volken, met de
meest uiteenloopende gewoonten en ge
bruiken, te besturen van uit Petersburg
door een Doema, waarvan de leden voor
het grootste gedeelte de hoogst noodige
ontwikkeling missen om in een wet
gevend lichaam te kunnen optreden,
moest op een fiasco uitloopen. De mannen,
vooral degenen, die zich als leiders des
volks opwierpen en daaraan een zetel
in de Doema te danken hadden, hebben
bewezen, dat ze racer uitmuntten in
holle, maar pakkende phrasen aan den
man te brengen, en het volk op te
hitsen, dan door verstandig beleid en
het toepassen van gezonde beginselen
de volksbeweging in het rechte spoor
te leiden.
Zoo werd de Czaar voor een uiterst
moeilijken toestand geplaatst. Men staat
wel gereed om hem staatkundig beleid
te ontzeggen, hem halfslachtigheid aan
le wrijven, le verzekeren, dat hem de
kracht ten eenenmale ontbreekt om ais
heerscher over een zoo machtig Rijk
als Rusland tc gebieden. Vooral een
zekere pers heeft zich in deze niet
onbetuigd gelaten. Maar zij schynt daarbij
wel een weinig uit het oog te verliezen,
dat het Russische volk ook uit Russen
bestaatdat wil zeggen dat hel karakter
van de Russische autocraten zich ook
maar al te zeer onder de bevolking open
baart. De geest van vorzet is niet minder
barbaarsch, dan die by het gezag valt
te wyzen. En zonderling is wel
dat men meent, dat het bommen
werpen, om slechts dit te noemen, aan
het knoet-systeem tc danken is. Alsof
dc afschuweiyke aanslagen op den jeug
digen Koning van Spanje niet hebben
bewezen, dat de anarchistische idee alom
rondwaart, maar in hevige mate het
Russische volk heeft aangetast.
Men versta ons echter wel: niet het
Russische autocratisme wenschen we
ook maar in hel geringsle in be
scherming te nemen, maar wol vinden
we het gepast er op te wyzen, dat de
Czaar meermalen blyk heelt gegeven van
een goeden wil om daarin verbetering
te brengen. En heeft de Doema niet
bewezen, dat ook wijzigingen ten goede,
wat de regeeringsvorm betreft, niet te
voorzichtig kunnen aangebracht worden
Veilig mag men dan ook aannemen,
dat de Czaar eerst na ryp beraad, ook
thans tot de ontbinding der Doema is
overgegaan. En het schynt ook wel, dat
de geruchten over onbetrouwbaarheid
van het leger, welke echter reeds door
generaal Trepof zyn tegengesproken, op
zyn zachtst genomen, sterk overdreven
zijn. Ten vorigen jare, toen men hier en
daar in hel leger aan het muiten sloeg,
werd overal met beslistheid iedere muiterij
onderdrukt, wel een bewys, dat de kern
van het Russische leger met de revo
lutie niet heulen wil. Daarvan zal
de Czaar ook thans wel overtuigd
n. Dat Rusland ondanks de
vreeseiyke beroeringen der laatste jaren,
zich nog zoo heeft weten te handhaven,
weder een bewijs, dat het volk voor
het overgroote deel aan het Czarisme
nog gehecht is.
Het Russische volk, ook het goedge
zinde, gaat zeer. waarschynlyk zware
tijden te gemoet. Maar ongelwyfeld zal
het liever zuchten onder het gezag van
dun Czaar, dan volop genieten van de
zegeningen eener revolutie. En gewis
zal het nader blyken, dal dc lessen, die
de Czaar in du laatste jaren heeft opge
daan, in de toekomst hare gunstige
uitwerking niet zullen missen.
BUITENLAND.
Uit Rome wordt gemeld, dat het
Valicaan zich tot de Italiaansche regee
ring heelt gewend met betrekking tot
de overbrenging van het stoffelijk over
schot van Z. H. Paus Leo XIII uit St.
Pieter naar de basiliek van SI. Jan van
Lateranen, waar een praalgraf voor Z. H.
is opgericht.
De H. SI oei heeft het Quirinaal door
tussehenkomst van de kardinaal-vicaris
gevraagd, of er gerekend kon worden
op handhaving van de ordo tijdens de
overbrenging, die op bescheiden wyze
in den vroegen ochtend zal plaats hebben.
In antwoord hierop heeft de prefect
van Rome laten weten, dat de regeering
besloten had, aan den overledene mili
taire eer te bewijzen en dat troepen langs
den weg geschaard zouden worden.
De interparlementaire conferentie, te
Londen gehouden, besprekende een
model voor een arbitrage-verdrag, nam
met algemeene stemmen een amende
ment aan van Bryan, den democralischen
candidaat voor liet presidentschap van
de Vereenigde Staten van Noord-Amcrika,
strekkende om te bepalen, dat in twist
vragen, waarby de nationale eer betrok
ken is, en welke daarom niet vatbaar
zijn voor arbitrage door het Hof te
's-Gravcnhage, de twistende partyen,
voor zij de vyandelykheden beginnen,
een beroep zullen doen op een inter
nationale commissie van onderzoek, of
op de vriendschappelijke tusschenkomst
van andere mogendheden.
Bryan verdedigde dit voorstel in een
krachtige redevoering en zeide, dat een
dergelijk onderzoek de feiten zou vast
stellen en dat het honderd tegen één
zal zijn, of door die vaststelling der feiten
zouden de quacslies van nationale eer uit
den weggeruimd worden.
Zijn rede werd luide toegejuicht.
Nadat het manifest tot ontbinding
van de Russische Doema bekend ge
worden was, begaf het roeerendeel der
Doema-leden zich naar Wiborg in Fin
land, ou daar nog eens uiting te geven
aan den revolutionnairen geest, die hen
bezielde.
In een manifest, door hen ter uil-
vaardiging vastgesteld, wordt gezegd, dat
de ontbinding van de Doema is geschied
wegens het streven van dat lichaam om
aan de boeren land te verschaffen uit
de kroongoederen, de kerkgoederen en
door gedwongen onteigening van parti
culiere gronden. Gedurende 7 maanden
zal nu de regeering de volksbeweging
bestrijden, en als dat haar gelukt zal
zij in 't geheel geen Doema meer byeen-
roepen. Het manifest spoort de burgers
aan, de onmiddellijke wederbijeenroeping
van de Doema ai le dwingen, daar de
regeering niet het recht heeft buiten
goedkeuring der Doema belastingen te
heffen en recruten op te roepen, en
leeningen, gesloten zonder goedkeuring
van de Doema, ongeldig zyn. .Geen
macht zal den onbuigzamen wil van
het volk kunnen weerstaan."
Het manifest des Czaren tot ontbin
ding der Doema luidt aldus:
„Wij hebbcu uit vrijen wil ilo vertegen
woordigers ven hot Kusslscbo volk bljocm-
gcroepon lot woigovoudoii arbold. Vaat
vertrouwend op do goddelijke gonsde cn
gcloovcnd in do scbincrondo on grooio toe
komst van ons volk, vorwachtton wij v»n
hun arbeid veel goeds voor het lend. Op
ioder gebied van hot nationale lovon hebben
wij groote bcrvorpiingon voorgesteldhet is
steeds een onderworp van onze voortdurende
zorg geweest, door hot licht der beschaving
een einde tc maken aan do onwetendheid
van het volk en door verbetering der arbeids
voorwaarden en dor voorwaarden voor hot
verkrijgen vnn grondbezit do lasleu van het
„Ken wreodo beprooving heelt ons in onze
verwachtingen teleurgesteld. In plaats van
te werken nan don wotgoveudou arbeid,
waartoe zij geroepon waren, zijn de volks
vertegenwoordigers hulton de grenzen van
huutio bevoegdheid gegaan on hebben zü
FEUILLETON.
Een reddende daad.
Gezohiedkandig verheel.
5) Weldra klonken de welluidends stemmen
der monniken door de wjjde ruimte, terwijl
kaarseogt flikker en dikke dniiternis met elkaar
om den voorrang streden. De overste der vrome
monniken, die anders zoo vol aandacht en ver
diept was In 't gesprek met den Almachtige,
deed thans vergeefsehe pogingen zjjn storm
achtige gedachten te boheerscben,
,0, Vader in den homel, reken mjj dezen
keer do lauwheid in Uw dieost niet amik ken
alechlB denken aan 't heli van 't vaderland
miaschlen rust het lot eens konings in mjjn
zwakke hand. Verlicht mjj, opdat ik snel, recht
vaardig en verstandig bandein".
Hjj peinsde, hoe het govaar 't best te bezweren.
,En bestaat or gevaar? Heb ik bewjjzen, die
mjj zeggen, dat het onmogelijk anders zgo kan,
dan ik vrees?" vroeg hg zich af. .Misschien
is het niet anders dan vooroordeel, hartstocht I
Zon dit ichrjjven niet voor private aangelegen
heden bestemd kunnen zjjn? Neen, hoe zon een
volbloed Beier zich tol overbrenger van Oosleo-
rjjksche brieven leeoen I Maar als het nn van
onzen kant eens een krijgslist wss Als mgn
gasten, zoo hen de vjjaad eens verraste, met
zulke aaubeveliogs-brieveo de vrienden van
Oostenrijk op een dwailspoor moesten leiden
O, Ai wetende, laat mjj niet ooreohtvaardig, doch
ook niet schroomvallig worden I Het zegel van
dit schrijven moet Ik verbrekende Irouw, mijn
Zoo zat bij te peiozen, en bet koorgebed der
zgueu drong als de verre brandiog der zee in
zijn oorzelfs toen het schjjnsel de' iaarson
was nitgedooid, zat hij daar nog. Plotieling
zcheen hjj csn besluit genomen le hebben en
de godvreezende abt stond leveudig op. .Laat
pater Ambrosias bjj mij komon," beval bjj den
koster en ging naar zjju cel.
Een hoogo gestalte veracheen met verwon
derde trekken, in de spreekkamer van den abt.
.Goed, dat g(j hier zijl, pator," kloak de grort
van den abt. .Wij moeten een gohcim door
gronden. Dit achrjjvoo, dat wjj twee vreemde
lingen, gisteren bier aangekomen, ontnomen
hebben, moet geopend worden. Ik moet welen,
of mijn voorgevoel waar is, dat het een staats
geheim bevat. Hoe moeien wjj het echter weer
•Initeo, als mijn vermoeden niet juist ia?" vroeg
,Io een oude kroniek slaat: .Hen nemo oen
hset, scherp mes on stoke dat onder hetzegel,
dan zal bet niet breken. Met een weinig warme
waa wordt alles weer dichtgemaakt. Zoo wordt
bet document gelezen eo gesloten," antwoordde
pater Ambrosius.
.Doe dat dan," sprak abt Mauros.
In weinig tjjds wu het schrgven geopend.
Zwoetdroppelen paarldeo onder het lezsn op
bet hooge voorhoofd van dan abt en zijn oogen
traden acbler uit hun kassen.
.Zoo ie hel dan tools waar 1 Mijn verdenking
waa dus niet ongegrond. Zie zeil maarl"
Ambrosias las cn keek hoogst verbaasd.
.Een achrjjven van koning Fredorlk aan zjjn
broeder?" riep h(j op hall vragendeo, half ver
wonderden toon.
.Gij spreekt de waarhoiil. Wie kan uit Oosten
rijk anders zijn broeder schrijven, dat hg met zgn
troepen in versnelde marschon uit het westen
naar Mühldorf moet oprukken Ook de namen
Leopold en Frederik zgn juist," sprak de abt.
.En op zga laatst, 6 October, moet de samen
smelting der belde legers plaata tiebbeo," voegde de
pater er bg, mot den vinger op de regels wgzood.
Wg moeten zoo snel mogelgk handelen, pater,"
riep de abt vol vuur en vast beslaten ,de
Inhoud van dit stuk komt uit 't land van den
vijandhet kan geen zot van Beieren zgn op
bet politieko schaakbord, om 't aantal zgne
tegenstanders to vermeerderen,',Haak u aanstonds
reisvaardig. Gg kunt good r|j-JeQ en zgt overigens
flink en bekend mot den weg; daarom heb ik
u uitgekozen tol deo eeredientl, dit schrgven
aan koning Lodewgk le overhandigen. Neem
drie bedienden mede, en haast u zooveel gg
kant, over Mflachen naar Mühldorf. Gg hebt
zelt gezien, hoe boog de inzet van bet spet is.
Binnen een uur kaal gg mg hier vaarwel
zeggen," sprak de abt en ging naar het vreemde-
liogen-kwnrtiir. Daar trof hg broeder Hie-
rooymus aan, die bg den zieke wazkte.
.Hoe gaat het met bem vroeg abt Maurus.
.Bgna 't zelfde, doch hg ia wat kalmer ge-
.Berg de wapens en den mantelzak der reizigers
op, en bewaar ze goed, ga dan naar patjr
Alexius en zeg hem, dat ik hom verzoek torstoud
met de fraters Bernard, Johannes en Jozef hier
te komen. Daarna kunt g[| nas- uwo cel gaan,
gg hebt rust noodig."
Hierouytuus verwgderde zich. De abt ging
zeil bg den zieke zitten. Weldra hoorde bg
schreden op de trap eo ging do geroepen mon
niken met het licht tegemoet. Hg gaf hun een
teeken, dat zg oaderbg konden komen, declda
hun 't voorgevallene in korte trekken mede,,sa
beval huo tot 'I aanbreken van den morgen bjj
hen le waken. Mocht de jongite van beiden
vroeg wakker worden, dan moest hg in den
roller gebracht en den abt torstond daarvan
bennis gegovea worden. Als de knaap echter
zich begon te verzetten, moeslen z(j hem buiten
het vertrek brongon, en in hel uiterste govnl boelen
en bem bewakeo. Frater Jozef nam do abt met
zich en liet hom hoon gaan na oen ontvangen bovol.
Tegen drie uur ia den morgen trad paler
Ambrosius, geheel reisvaardig, ia het vertrek
,Gg zgt stipt op tgd, Ambrosius, dst doet
mg genoegen 1"
„Welke bevelen, hoogeerwssrde, moet ik vol
brengen
„Ik behoef u niet op het hart te drukken,
dat gg voor het gewichtig doenmont zorgt als
voor uw oogappel. Ook beu ik niet bevreesd,
dat gg bg Mühldorf de Oostenrgkers io handen
zult vallen, want hoo dichler gg bg den vgand
komt, des ts vooraichtigei moet gg zgn. Meld
den koning mgn onderdanlgo huldo en frouw,
als gg hem het documenl overhandigtdeel hem
het gebeurde mede, al oaar zgn vragen, lang
ot iu korto trekken. Dat kunt ge. Vergeet ook
niel onzen grooten koniug te zeggen,dat ik ver
spieders naar 't westen sul zenden, om de plaats,
waar de vgand zich ophoudt, uil Ce vorscbea.
Van hier lot aan den Donau en de Alpen, zat
ik de bevolking her,erken, gesteund door wakkere
krijgsknechten. Zoodra de vgand deze linie ge
maakt zal hebben, zuilen vuurbikens ontdoken
worden op de hoogte tot Münldorl toe. Maak
te MQocben de besren vao den raad met deze
staat. Ga nu, 'a Hoeren zegen geleide u
.Vaarwel, hoogeerwaarde abt!" en kort daarna
werd hoefgetrappel hoorbaar iu den stillen naohl
op de straat oaar het oosten.
Met het krieken van den morgen tre-1 broeder
Jozef de kloosterpoort uit; hg ging naar dn
nabg gelegen boerenhoeve. Den inwouere deelde
hg 't bevel van den abt mede, om verdaehle
personen, vooral ruitors, tan to houden, want
er konden wel eone vgandolgke boodschappers
rondsluipen. .Gisteroo," zoo zei bg, ,zjja er
twee Oostenrgkers la 't klooster aangekomen.
Zg hebben den abt smtdelgk bedrogen, doch
door Gods goedheid zga zo ontmaskerd eu ge
kerkerd. Het agn listige, moedige manneo,"
verzekerde da broeder doa gretig luisterenden
booren, .vooral de ouJsie echjnt mg een wolf
in schap snvacht toe. Op 'l oogeablik ia bg kalm
op "t ziekbed. Toch vertrouw ik hem geenszins,
sis bg berstsld ls. Hg maskt den indruk zetr
sluw te zgn. Mocht bg trachten te ontkomen,
dsn zal ik o daarvan een teeken geven met de
groote klok. Dan moei gg eiken vreemdeling aan
houden, dlo uit de richting vaoonskiooiterkomt.'
(Wordt vervolgd.)