Katholiek Nieuws= en Advertentieblad No. 7. Eerste Blad. Zaterdag 18.'Mei 1912. Zes en twintigste Jaargang. DE EERBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. ico per post 'Uiterlijke nummers t 0.40 0.05 Bureau: Langegracht 13, Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Prjjs der Adverleniltin Van 1 lot 6 regelsf 0.30 Voor lederen regel meerf 0.05 Correspondenliën cn Advcrteiitiën moeien uiterlijk Vrijdag middag voor -I uur aan het bureau bezorgd zijn. De zegen van den Arbeid. leder menscli heeft zijn bijzondere plichten te vervullen. Plichtsvervulling waarborgt tevreden- ill en geluk; verwaarloozing van tcliten. wordt steeds een bron van twaad en ellende voor de samenleving 't algemeen en voor den pliclitver- iker in liet bijzonder. Nauwgezette vervulling van wal re- lelijkerwijze van ons verlangd en ge in kan worden in overeenstemming i den staat ol stand waarin de goede d >>ns plaatste, maakt ons gelukkig li bevordert eveneens het geluk en tel welzijn van anderen. Hel leven Is'uu eenmaal geen zorge- oze wandeling door rozengaarden, aar een vaak ernstige, een harde strijd. en niemand blijft verschoond van zorgen, moeilijkheden, ziekten, te genspoeden en teleurstellingen. Wél ons, als ons de troost ter zijde aal. dat wij de doornen van het lijden niet te wijten hebben aan eigen schuld! Onder kinderlijk vertrouwen op den algoeden Vader in den Hemel, is een 'oorwaarde' van. geluk; liet trouw ver tillen van zijn plichten, ieder in zijn tal en stand, de regelmatige en regelde arbeid. Arbeid, met (jod begonnen, voort- zet en voltooid, behoedt voor dwaas heden en domheden, en de inensch, die zijn deel van den dngclijkschcii arbeid .nauwgezet vervult, komt niet licht op,kromme gedachten en verkeer de paden. Allen zonder onderscheid hebben we plichten; de hoogslcn zoowel als de geringsten, plichten in ruimen en engen zin, - plichten tegenover den Staat, de maatschappij, de familie cn ons- zelvcn. Dat de plichten jegens den Staat irvuld worden, daarvoor zorgt deze wel zeil, en dat behoeft dus onze bij- mdere aansporing niet. Want... als liet heet: belasting be talen, soldaat worden enz., dan wordt er niet gegekscheerd, doelt boe dikwijls verliezen velen hun andere plichten voor een deel uit liet oog, hoeveel gebreken en ondeugden zijn geen knagende wormen aan veler levensgeluk. Van welken aard onze arbeid is, komt bij de vervulling onzer plichten 'n aanmerking. PEUILLETON. De verloren Dochter. Kuo vorhnnl uil duo 30-larlaon oorloil. 31) lllj voegde zich bij Alban "op de nf- -sproken plaats, en nu reden zij, een groo- ii omweg makend, naar de heirbaan, waar weg naar i Wondliuis afsloeg. Zij mst- 'I wal nit in dezelfde herberg, waar eens uil en Iteuedicl.i overnacht hadden; van- aar uit was de reis niet ver meer. Vioolijk.als een kind was Irml In den eldercn ochtend. Alban cn üeorge waren hij haar, zij was weer te midden der wou- lit haar kindsheid, welke zij zoo zeer grootv stad gemist had, en weldra zou t verblijf liiirei Jeugd weerzien, en allen, inar dierbaar waren. Met kinderlijke liefde tiad «Ij /zich aan den slotvoogd en Nolburg,a aangestoten, welke laatste, n gvnst,lande haai zuur'gezicht, altijd goed Alban zond Berk een eindje vooruit, om hun komst te melden, en Stuwer kon hen dan ook reeds aan de hofpoort opwachten. •AVlj komen, u, hoop Ik. niet ongelegen, slotvoogd," zeide Alban lot hem, .Ik had in Wllrztinrg.waï te doen, eu de jonge dame hunkerde er al lang naar u en Nothing.! eens weer Ie zien. Op .verlangen mijner ouders heb Ik lianr hier heengebracht, naar wij hopen slecht voor korl. Ik kon u De hoofdzaak is, dat wij trouwe schildwachten zijn op den post, waar op wij zijn geplaatst. De arine steen- klopper, die op de wegen in zomer hitte en winterkoude de harde kelen te gruizel slaat, is als utcnsch even eer- en achtenswaardig als de Minister die aan de groene tafel of in zijn de partement werkzaam is. en de eelt- knobbels in de handen van een braaf werkman zijn even schoonc „ridder orden" als de lintjesin'l knoopsgat van 'n voornaam heerschap. De dienstmaagd, die nederige diens ten verricht; de knecht, die van vroeg ioi laat hard werkt; tie arbeider in de fabriek, de ambachtsman in de werk- plaafs; de beambte op het bureau; de nndcri'cRchikte langs den spoorweg; de koopman en de handelaar op de marktde geleerde in de studeerkamer de kloosterling in de cel; de liefde- zusier aan de lijdensspomlede onder wijzer in de school; de geestelijke in de kerk; de soldaat bij zijn regiment; de staatsman op het diplomatieke ter rein: de koning op den troon, en de huismoeder in haar gezin allen, allen moeten arbeiden, en aller arbeid is eervol. Voort moeten we allen op de levens baan. De ecu langs een rustig pad. de ander langs een weg van harden arbeid. Eeu rustig pad! Hoe heerlijk kan rust ons toeschij nen;! Hoe verleidelijk schijnt het niets doen En toch, als we even stilstaan bij liet droombeeld, dat niets-doen heerlijk is, dan zijn we bet spoedig met ons- zelven eens. dat rust als ontspanning noodzakelijk en heerlijk is. maar dat voortdurende rust ecu der toestan den is. die men zelfs zijn vijand nog niet wenschen mag. Niets-doen is voor het lichaam ge vaarlijk, voor liet verstand afstompend :n voor ons zedelijk bestaan verwoes tend. Kust roest! Het beste bewijs, dat wij werken moeten, zullen wij waard zijn te leven, wordl gevonden in de levensbron, die uit arbeid ontspringt. Zijn het niet de meest krasse oudjes, die in liet lange leven, dat achter hen ligt, zich duchtig hebben geroerd? Er worden er tegenwoordig velen gevonden, die van mecnlng zijn, dat werken uit den booze en niets-doen uit den hemel is. Velen, die meenen, dat handenarbeid vernedert en er enkel en alleen eer verscholen ligt in geestesvoortbreng- selen. Dat is een ongelukkig denkbeeld, Handenarbeid, vooral in eenfrisschc omgeving, heelt zulk een heilzame uit werking op de gezondheid. Het voort durend in werking brengen van de spieren, liet denken bij het doen, het behoorlijk verdeelen der dagtaak staalt én lichaam èn geest, èn spieren èn hersenen. Dus. hoe meer, hoe zwaarder men werkt, hoe beter lichaam en geest hunne bestemming bereiken? Neen! Er dient maat gehouden te worden. Oninntc, in wat ook, schaadt zelfs ijzeren gezondheid. Naast geregel- den arbeid moet ontspanning gaan. Ontspanning, die verscheidenheid in ons leven brengt, den geest verfrischt. het lichaam lot rust leidt, en den tijd doet heensnellen, als had een onzicht bare band de huisklok een goed eind verder gezel. Af aar .spanning ontaarde nimmer in uitspatting! Ongelukkig zij. die zich nooit kunnen ontspannen zonder uit den band te springen en zich over te geven aan dingen, die den inensch verlagen en de onsterfelijke ziel be zoedelen. Rampzalig zii, die geen vermaak ken nen dan in de zonde of de naaste aanleiding tot de zonde! BUITENLAND. Italië zucht zwaar onder de gevolgen van den oorlog met Turkije. Zij, die 't een roekeloos avontuur noemden, hebben gelijk gehad. Maan denlang is men nu al bezig Tripoli te onderwerpen, maar vorderen doen de Italianen niet. Het bezettingsleger is sterk en van alle moderne hulpmidde len ruimschoots voorzien cn toch als ze niet oppassen, worden de in dringers door de Turken en Arabieren in zee gedrongen. lntusschcn neemt de werkloosheid voortdurend toe. In de zuidelijke provinciën wordt reeds op bevel der regeering werk ver- schalt Lombardije heelt onder den slechten industricelen toestand zoodanig te lijden, dat in Milaan alleen 30.000 arbeiders werkloos zijn. In de provincie Ferrari ts het al tot ernstige ongeregeldheden gekomen. Een menigte arbeiders was ontevreden over de wijze, waarop de regeerin» d» werk verschaffing leiddi- begon onder liet geroep „urood en werk!" een op tocht door de stad. Alle werkplaatsen en winkels moesten gesloten worden. De ontevredenen vernielden de tele graaf- en telefoondraden. Ook het spoor wegverkeer maakten zij onmogelijk. Een spoorwegbeambte werd het mikpunt der woedende menigte, De man trachtte zich door revolverschoten te bescher men en vluchtte in een huis, maar de deur werd door de menigte openge- loopen en de beambte na een vreese- lijk gevecht vermoord. Een luitenant die de woedende menschenmassa in be dwang wilde houden, werd door een stokslag op het hoofd levensgevaarlijk gewond. Er zijn nu soldaten gezonden tot herstel der orde. Een en ander bewijst wel, dat Italië lijdt onder den oorlog. Als schrale troost geeft dc regeering snorkende overwinningsbericliteii. Een serie kleine, onbeduidende eilan den in Turksch bezit, werd achter eenvolgens bezet, doch zulks deert den Turk niemendal, Eu zou het ooit zoo ver komen dal de Italiaan den Turk in 't eigen land komt bestoken, dan voorspelt men hem een bloedige nederlaag. Ter zee beteekent der Turken weer macht niets, maar hun leger is een der beste van Europa. Marokko. I let ziet er in Marokko dreigend uit. Aan alle kanten gist het en in heel bet land leeft een anti-Fransche geest op. De Afarokkanen zien duidelijk in, dat het met hun onafhankelijkheid gedaan is. Niet hun Sultan zal regeeren, noch hun stamhoofdenneenFrankrijk zal heer en meester zijn. Dat wekt weerstand bij de Muzel mannen, die nu te laat inzien, dat zij net zoolang onder elkaar gekibbeld hebben, net zoo lang den Sultan wei gerden te gehoorzamen, totdat de „ongeloovigcn" nu in hun land gaan hecrschen. En dat zal niet meevallen, want de vrijheidlievende stamhoofden, die om den Sultan weinig gaven, zullen op den duur toch aan het Fransclte gou vernement moeten gehoorzamen. Zij begrijpen dit ook wel en vandaar de Misschien zal ,ot vora-i, uocit de Fransehen zullen dit verzet wel den kop in drukken, al zal 't moeite kosten. Zij hebben nu het commando op gedragen aan generaal Lyautey, die tot resident-generaal benoemd is. Generaal Lyautey heelt in Afrika zijn sporen verdiend. Hij is onder de inboorlingen gevreesd. In Algiers tv in den zij Item „den Witten dulv n geloofden, dat hij zich op twee sen tegelijk vertonnen kon. Dit 'r.-. ain omdat de generaal zich snel verplaat ste en dikwijls verscheen, waar men hem allerminst verwachtte. Generaal Lyautey zal over een vol doend leger beschikken om het land tot onderwerping te brengen. Intusschen wordt er in afwachting van zijn komst, al lustig gevochten. De toegang tot Fez trachten de in boorlingen af te sluiten en verschei dene stammen, zelfs die tot nu toe rustig bleven, bereidden zich ten oorlog. Alaar al kunnen ze liet den Frnn- sclieu lastig makenhen verdrijven uit Marokko kunnen zij niet.^ Ze zijn er en ze blijven er. Oenemarken heelt zijn koning door den dood ver loren. Koning Frederik was lijdend aan verkalking der bloedvaten, waarvoor bij te Nizza genezing zocht. De laatste dagen gevoelde de vorst zich zeer wel en hij was met dc koningin en zijn dochters op weg naar huls. Te Ham burg toevende, maakte hij alleen een wandeling, toen hij op straat plotseling neerviel, door een beroerte doodclijk getroffen. De omstanders wisten niet dat het de Deensche koning was, die daai voor hun oogen stierf èn men bracht het lijk naar liet havenhospitaal. Dc familie wachtte inmiddels met ongeduld en onrust op de terugkeer van den koning en toen een onderzoek werd ingesteld, werd haar spoedig 't onverwachte sterven van den vorst bekend. Het lijk is naar Denemarken over gebracht. Koning Frederik was een goed vorst. niet tevoren bericht zenden. „Hier, in uw lulls, zijt gij elk uur van den dag ol den nacht veilig, edele lieer. Ik houd er geen nachtboek op na." „Dat weet ik. beste Stosser. Overigens breng ik een dubbele verrassing in uw pleeg dochter on Berk mede. Wat zegl Notburga, de keukenprinses, wel van zulk een overval „Zij zegl. lieer graal," antwoordde Notbur ga, „dat in een goede keuken altijd wat ge reed moet zijn, en dat er wat in voorraad moet zijn in de provisiekamer. Qij zult daar over echter zelf oordeelcn. Waar is Irml echterV Wal? Hoe? I» dat liet meisje? Nu, die is ook veranderd I" Veil Stosser had zijn pleegkind in de ar men gestoten; Notburga trad onwillekeurig een paar schreden achteruit, hield de hand onder dc schort en maakte oen neiging, toen Ir mi op haar toekwam. Dat kon toch onmogelijk het kind zijn, dut enkele maanden geleden 'I Woudhnls verlaten had? Wat was zij groot geworden! En wat een pracht van klcerenl Zij zag er hijua uil als de gra vin zelve I Niet voordal Irml haar belde han- itcn toeslak cn vroeg: „Roept ook gij mij 'I welkom niet toe, tante?" hekwam zij van haar verbazing. •poen Alban zich met Stosser alleen be vond. veilig voor elke onderbreking, vernam de slotvoogd, om welke reden zijn pleegkind Miinchcn bad moeten verlaten. „Arm kind," riep Stosser ontroerd uil, „,CII behoeft slechts in die heldere oogen i'c zien. om Ie weten, dat in haar ziel geen slechtheid woont, Qij hebt er echter goed aan gedaan te verzwijgen, waarom Irml hier heen kwam. Ik geloot evenmin als u. jonker, aan heksen en toovenaars, doch 't meereu- dccl van 't volk leeft nog in dien waan. Ik zal Irin' 't zwijgen opleggen; zelts Notbur ga mag er niets van welen. Wat moet die Erbe een slecht inensch zijn! Eeugcluk.dat Irml ontkwam I" „Tot mijn spijt kan ik niet langer dan een paar dagen blijven, Stosser, doch Berk blijlt bij u. Irml Is veilig In uw hoede, daarvan ben ik overtuigd. Mocht Erbe naar hier „Heb daarover maar geen zorg, lieer graaf. Voor den secretaris is 't maar beter, dat hij wegblijft. Hier op 't gebied der Rottnaehs heelt de graaf, uw vader, de hooge ea lage re rechtspraak. Ik, zijn plaatsvervanger, duld geen ingrijpen in zijn rechten, en geweld zou ik mei geweld kcereti. Vrees kennen wij niet, niet waar George?" „Vrees? Ik ken do beteckcnis van dal woord niet. Laai het echter eens iemand wagen, Erbe of wie,ook, een vinger naar meisje uil Ie steken." Notburga vond liet niet meer dan natuur lijk, bij de verandering in 'l voorkomen van Irml, dal zij niet meer als vroeger behan deld kon worden zij stemde dan ook dade lijk toe in Albans verzoek, haar 't vertrek in gereed te brengen, dat Benedict.! bewoond I bad. Daar kon zij zoo leven, als zij het tot dun toe gewoon geweest was, Alban kon slechts korl In 'I Woudlui!» blijven. Om zijn verblijf aldaar ook voor anderen een verklaring Ie geven, ging hij meermalen naar 'I bosehdorp en hield zich voortdurend bezig mei de aangelegenheden der bewoners. Mei vreugde zag hij. dal alles er sedert de lente zeer verbeterd was; een zegen des vredes cn eeu zeker teeken van betere lijden, Teruggekeerd in 'I Woudliuls, bracht dc graaf Irmi naar de bovenzaal en liet Stos ser cn Berk er ook ontbieden. „Slotvoogd," zei hij tot dezen, „in tegen woordigheid van dezen braven man, - hij wees op Berk vraag ik, Alban graal Roiimtch, u dc hand van uw pleegkind, Irml Woll. Wal zegl gij ervan?" „GraafIrml.... dat Is niet mogelijk." Stosser kon baast geen woorden vinden. „Niel mogelijk. Bedenk toch, mijnheer dc graaf, uw vader.Nooit zal die zijn toe stemming geven." „Het is mijn zaak,Stosser.detoestemming mijner oudets Ie krijgen. Ik zal mijn bruid iu «ere naar huis leidentol dan toe blijlt zij onder uw en Berks hoede hier. Vergeet niet, wolk kostbaar kleinnood ik u toever trouw; zij is mij meer waard dan mijn eigen leven." „Qij hebt gelijk, graat Alban," zei Berk, „uici het Inzeilen hcpntU dc waarde van den edelsteen." Stosser wist later niet. hoe hij Uit dczaal gekomen was; hij herinnerde zich slechts, dat zijn pleegkind hem op 'l voorhoofd ge kust had. Notburga was geheel In dc war, toen zij 't groole nieuws hoorde. Hoe! Irml, dc arme vondelinge, zou gravin Kotumch worden, cn moest van heden at als zooda nig behandeld worden I Zoo wilde het graal Alban, en wat die wilde, dat moest gebeu ren. Nu kon Irmi boven in de kamer der gravin vertoeven, zoolang zij wilde, ze was er nu gerechtigd roe. Irmi was overgelukkigzclls bij 't afscheid van Ablan glimlachte zij door haar tranen heen, „Vaarwel,', fluisterde graaf Alban haar van 'l paard toe. „gij zult van mij hooren. Dc trouw is toch overwinnaar." VlJITIENDB HOOPD8TUK. Nog niet lang had Berk WUrzburg verla ten, ol er werd aan dc deur geklopt van 't grafelijk huis Kottnich; daar stond Erbe. om binnengelaten Ie worden. Schurzer deed zelf open. „Mijnheer dc secretaris," riep hij verwonderd uit. „Wal is er van uw dienst V" „Ik kom als vriend u en uwvoortreffelijke huisvrouw een bezoek brengen. Om die leden alleen kom ik hier." „Welk een eert" riep Schurzcrs vrouw uit. „Hoe kunnen wij. geringe mennetten, ons vrienden van den secretaris noemen. Al hoopten wil steeds op een bezoek van u, gij wa.irt altijd zou onbaatzuchtig, hadden wij u toch niet zoo spoedig kunnen verwach ten. Doch, kom binnen, als ik u verioc-

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1912 | | pagina 1