Katholiek Nieuws» en Advertentieblad No. 18. Eerste Blad. Zaterdag 3 Aug. 1912. Zes en twintigste Jaargang. DE EERBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. Franco per post Al/ouderlijke nummers. f 0.40 f 0.05 Bureau: Langegracht 13, Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode Prjj» der Adverter Van 1 tot 6 regels Voor iederen regel meer f 0.30 f 0.05 Correspondentifn en AdvertentiSn moeten uiterlijk Vrijdag middag voor 4 uur aan het bureau bezorgd zijn. Vakorganisatie. Nauwe aaneensluiting van hen, die in eenzelfde bedrijf een broodje win nen, is nuttig en goed, wanneer ze ten duel heeft verbetering van den stoffe lijke» en zedelijke» toestand der vak- at heiders. Ter bereiking van betere toestanden up'gen natuurlijk alléén wettige mid delen worden gebezigd, mag men zich alléén laten leiden door Christen-zin. Uil dien hoofde is 'I lid worden van i'.etnralc of socialistische verccnigingen uit den booze. In zulke organisaties lijdt natuurlijk allereerst de godsdienstzin schade, maar ook verliest de werkman er ui veel gevallen den lusl, de liefhebberij in z'n vak. In voortdurend gemor over 't lot hem beschoren, wordt de arbeid voor den ontevredene een drukkende last. een plaag. I erwijl hij toch inderdaad, juist op- gvvnt en in goede stemming volbracht, ven zegen, een geluk voor 't tnensch- dom is. Wanneer we hier nu een weinig over de vakvcrceniging keuvelen en wijzen op enkele foutjes, hopen we, dat de tlittke werkman 't onzen ouden kinder dichter Van Alphen zal nazeggen Een vriend, die mij mijn feilen toont lieefl op mijn hart een groot vermogen. Gelegenheid om zich op katholieken grondslag te vereenigen, bestaat er voor de meeste vaklui, en waar die gelegenheid ontbreekt, is er met een weinig goeden wil, wat ijver en een beetje doortasten wel toe te geraken, in overleg met onze geestelijke leids lieden. Er is echter één ding hetwelk in 't vakverenigingsleven te veel over 't hoofd wordt gezien, te vaak wordt verwaarloosd. Wij bedoelen de veredeling van het vak of bedrijf, 't aankweeken van meer kennis enz., door middel van de vak vereniging. En toch is dit van zoo groot belang. In vereeniging lotsverbetering na strevend, mag toch zeker wel gewezen worden op een middel binnen 't bereik van ieder, die van goeden wille is: liet zich bekwamen in zijn vak of ambacht. Rechten heeft de werkman, zeker; maar ook plichten En wie zal durven ontkennen, dat 't plichtsgevoel niet vaak in 't gedrang komt en wordt achtergesteld bij 't onbe suisd ijveren voor ware of ook wel vermeende rechten V Niet aan den werkman zelf is zulks geheel te wijten. Die misvatting is hem vaak opgedrongen door leidersman nen, die onder een vloed van woorden hun onkunde inzake het normale be drijfsleven dekten. Waa i weg. Wie voelt, dat hij in zijn vak niet voldoende beantwoorden kan aan een redelijk patroonsvcrlangen, moei gele genheid zoeken zich te volmaken. En hier moet de vakvereeniging vooral steunen en leiding bieden. 't Is immers toch zoo klaar als 'n zonnige» Julidag, dat verbetering van positie door vermeerdering van vakken nis redelijker, beter en meer van blij- venden aard is, dan die welke volgens andere methoden, door middel van staking enz. wordt veroverd. Als de leiders onzer vakvereenigin- gen hier hun voilé aandacht aan schen ken, zullen ze het doel der organisatie beter en vollediger benaderen dan door allerlei meetings en congressen met 'n nasleep van motie's enz. Vergissing of Onhandigheid? Het socialistisch hoofdorgaan „Het Volk" bevatte Zaterdag op de eerste bladzijde een manifest van het partij bestuur, waarin sterk wordt aanbevolen de deelname aan de betooging voor algemeen kiesrecht in September, bij de opening der Staten Generaal in Den Haag te houden. We lezen daaro.m.: „De Invaliditeits wet van Talma, die men vóór de ver kiezingen nog zal trachten binnen te halen, is een brutale aanslag op den nood der door de dure levensmiddelen zoo geteisterde arbeidersklasse, die men dwingen zal, van haar armoede ook nog te sparen voor den ouden dag, die velen niet zullen beleven". En in hetzelfde nummer, derde blad zijde slaat te lezen: „Hedenochtend, acht uur, verliet een 100-tal onzer abonne's vroolijk en wel Amsterdam voor de zes-daagsche reis. naar Parijs. In drie fraaie, speciaal voor onze reizigers gereserveerde wagens, werd de reis aanvaard. Er heerschte nu reeds een prettige, opgewekte stemming en een ceht kameraadschappelijke geest". Wie zou er nu op tegen hebben, dat arbeiders eens een verzètje hebben in het reis-scizoen? Mocht het allen, van welke politieke geloofsbelijdenis ook, mogelijk worden! Maar 't is toch wel de moeite waard even te constateeren „den nood der door de dure levens middelen zoo geteisterde atbeiders- klasse" en de weelde van 'n zesdaag&ch pleziertochtje naar Parijs „in fraaie ge reserveerde wagens" door dezelfde zoo geteisterde arbeidersklasse. 't Is zeker een vergissing ofeene onhandigheid. BUITENLAND. Uit het Vaticaan. Z. H. de Paus heeft een aanmoe digend schrijven gericht tot dien voor zitter der regelingscommissie van den Duitschen Katholiekendag, welke eerst daags te Aken zal worden gehouden. „Niets is ons wenschelijker", zegt de H. Vader, „dan dat uit alle standen der samenleving, uit alle katholieke kringen in geheel Duitschland talrijke bezoekers tot deze vergadering op gaan, dat bij uwe besprekingen de liefde voorzitte, zooals de broederlijke bond uwer gemeenschap in geloof en vaderland dat eischt en dat, wat de hoofdzaak is, uwe besluiten van dien aard zijn, dat zij voor de toe standen juist van uw volk zoo rijk mogelijk nut stichten." Duitschland. Kardinaal Fischer, de aartsbisschop van Keulen, is op 72-jarigen leeftijd fe Neuenahr overleden. Z.Em, was sinds eenigen tijd onge steld, doch niemand vermoedde het doodsuur zoo nabij. De overleden kerkvorst was een onderwijzerszoon en zag te Jiilich het levenslicht. In Juli 1903 werd hij tot Kardinaal benoemd. Zijn zware levenstaak, want dat is het besturen van een groot diocees als het Keulsche, heeft Kardinaal Fischer trouw volbracht onder vaak moeilijke omstandigheden, gesteund door den eerbied en de liefde zijner onderhoorige geloovigen. België. Bij onze roomsche naburen trilt nog de verontwaardiging over den laffen moordaanslag op een priester in een Brusselsch park. Meerdere gevallen van geweldple ging op weerlooze geestelijken ver neemt men uit verschillende streken des lands, vooral daar waar de Socia listen agiteeren. Week aan week hebben de ver dwaasde volgelingen van Van der Velde c.s. in hun krant allerlei laster lijks gelezen omtrent de geestelijkheid; geen wonder dat die menschen. ver giftigd door dergelijke lectuur, er toe komen geweld te plegen op hen, die inderdaad hun grootste weldoeners zijn. Engeland. Eindelijk is de staking der Londen- sche havenwerkers opgeheven. Schoorvoetend hebben de menschen den arbeid hervat. Hun was allerlei fraais voorgespiegeld: de zaak stond goed; de werkgevers moesten toegeven enz. En zoo kwam het, dat, toen de leiders geen raad meer wisten en her vatting van het werk de eenige uit komst bleek, duizenden weigerden zich voor 't werk te laten inschrijven en eerst later terugkeerden. Groote ellende heerschte in de stakersgezinnen, waar vrouwen en kinderen honger leden en alles ont beerden. Aan geen der stakerseischen werd toegegeven, doch uit eigen beweging zullen door de werkgevers in 't haven bedrijf enkele verbeteringen worden toegestaan. Japan. De keizer van Japan is overleden en werd door zijn zoon, den ruim dertigjarigen kroonprins opgevolgd. De laatste dagen voor zijn dood bleek hoe afgodisch het volk den ouden heerscher eerde. Want al is Japan geheel en al ge moderniseerdin de volksklasse leeft nog altijd de oude heidensche traditie, welke den keizer goddelijke eer toekent. De dood van den ouden vorst bracht weer in herinnering de won derlijke verandering, welke het eilan denrijk in een halve eeuw tijds, van een afgesloten, voor vreemdelingen schier ontoegankelijk land, in een modernen staat omschiep. Voor den wereldvrede is detroons- verwisseling in Japan van geen be duiden. 't Land heeft rust noodig. Nog altijd drukken de gevolgen van den oorlog met Rusland loodzwaar op het volk. Roem en eer werd toen behaald, zeker; maar een repetitie van zoo'n avontuur zou men niette boven komen. Japan zoekt nu in bondgenootschap pen kracht en voordeel. Zulks is ook gemakkelijker. Neem b.v. het ten deele weerlooze China. Komt het Engeland, Rusland of Japan in 't hoofd daar wat voor deel te behalen, dan is alleen een zekere eenstemmigheid tusschen die drie noodig om te nemen waar men zin in heeft. Of het recht is en geoorloofd, daarover redeneert men niet. In de hooge politiek, welke de verhouding tusschen de staten onderling beheerscht. geldt slechts sluw overleg en kracht. Binnenland. Inzake de Tariefwet verklaarde de minister, dar, waar het kabinet zijn plannen voor de sociale verzekering steeds ten nauwste verbonden heelt geacht aan eene tariefsherziening, die deveretschte middelen zou moeien opleveren, de herziening in dien zin bovenal een fiscale strekking heeft. Maar, dit punt ter zijde gelaten, heelt bij de uitwerking van het tarief de bedoeling voorgezeten de nationale industrie te hulp te komen in haar strijd tegen de buiten- landsche concurrentie. Bevestigend beantwoordde de minister de vraag, of hij dus ook de roeping zou hebben gevoeld, dit wetsontwerp in te dienen, wan neer de behoefte der schatkist, in verband met de sociale verzekeringsplannen, hem daartoe niet hadden genoopt. Hij zou niet zijn te vinden verklaarde hij voor een stelsel van zoo hooge rechten, dat'de invoer vrijwel wordt afgesloten. Hij wenschte de vreemde concurrentie niet te weren, doch de, binnenlandsche voortbrenging tegenover die concurrentie eenigen steun te bieden. Wat de theorie betreft is minister Kolkman in beginsel voor de leer van den vrijhandel, maar de werkelijk bestaande verhoudingen verstoren de theoretische overwegingen op dit terrein. Met name Iaat z. i. de belemmering van onzen uitvoer in bijna alle ons om ringende landen niet toe onzerzijds tegen- le tot dusver gevolg- FEUILLETON. Opdeslagvelden van Rusland. 5) Intussclien had de overste reeds de te genwoordigheid van den geheimen politie man bemerkt, evenals die der beide soldaten, en daaruit opgemaakt, dal zijn haast zeer noo dig geweest was. Bij zijn komst in de voor kamer stond de agent op en deelde Item de reden zijner komst mede, hem het hevel tot inhechtenisneming van Karei overhandigend. „Dat is in orde," sprak de overste, na het stuk gelezen te hebben, „de hier genoemde is mijn zoon, dien gij, mijnheer, ongetwijfeld zult herkennen in dezen jongen man. 't Spijt mij ecliter u- niet ter wille te kunnen zijn. 11 is een uur te laat gekomen; zooals uzict draagt mijn zoon de uniform van zijn regi ment en Is soldaat. Hij behoort dus niet meer tot uw rechtspraak, doch tot die van den krijgsraad, en ik zal hem dan ook niet aan u uitleveren tot ik het bevel daartoe van den krijgsraad ontvangen hebt" Met een spottenden lach itad de blik van den politieman op Karei gerust, die Item naar zijn meening niet meer ontgaan kon, nu hij hem had gevonden. Toen hij nu echter zag, dat zijn verwachtingen op zoo onverwachte manier verijdeld werden, werd hij bleek van toorn en keerde zich woedend tot hem, die hel waagde Item zijn slachtoffer te ontrukken. „Oij waagt het dus, mijnheer," riep hij he vig opgewonden uil, „een misdadiger den arm der gerechtigheid te ontrukken 7 Goed, doe het, gij zult het te verantwoorden hebben. Toch zal men den schuldige weten te straf fen, en gij zult zijn medeschuldige zijn!" „Zwijg, onbeschaamde," antwoordde de overste, wiens hart zich verzette tegen deze ongegronde beschuldiging, „en veroorloof u geen aanklacht, waarover gij nief hebt fe oordcclcn. Gij hebt in dit huis niets meer te maken en zult dan ook wel zoo goed zijn, het zoo gauw mogelijk te verlaten, en 't ove rige dengenen over te laten, die daartoe be voegd zijn! Ga heen en waag het niet meer hier te komen zonder'mijn toestemming!" Diep gekrenkt door den hem aangedanen hoon trachtte de politieman zijn tegenpartij door nieuwe bedreigingen bang te ntaken, doch de overste keerde hem den rug toe, zonder verder een woord met hem te wisse len, eu ging met Karei naar de huiskamer, waar zijn vrouw en Marie met groote onrust denalloopdczeronaaugenamezaakafwachtten. Zijn toorn bedaarde toen hij den angst op haar trekken zag, en zcide: „Maakt u niet ongerust, er is geen gevaar; verwondert u ook niet als ik u hier een re- cruut van mijn regiment voorstelgij zult alles vernemen, wat er gebeurd is, zoodra die politic-spion 't huis verlaten heeft." „Dan is het toch waar, wat die heer zeidc, dat Karet7" „Stil, Maric,"antwoordde de overste, „wees! maar niet bevreesd meer, kinderen, het gevaar is ten minste voor 't oogcnblik bezworen. Karei zal u nu zelf wel vertellen, wat hent tot deze verwisseling van kleeren gebracht heelt, en wat het voorval beteekent, waarvan gij zooeven getuige zijt geweest." Karei verhaalde nu alles van den vorigen avond, en de overste voegde er bij, dat de stap, waartoe hij zijn zoon geraden had, deze slechts behoeden kon voor de gevolgen van zijn overijlde daad. Zijne vrouw en dochter waren zeer ontstemd over de daad van ge weld, welke de politic-agent zich tegen Karei veroorloofd had; bij beiden was het Fransche leger even gehaat als bij Karei, doch me vrouw von Feldheim deelde hetzelfde gevoe len als haar gemaal, nl. dat Karei juist door zijn verzet schuldig was. Wat moeder en dochter echter 't meest smartte was wei het treurig vooruitzicht twee dierbaren des huizes tegelijk te moeten mis sen, wanneer, zooals zij vreesden, het regi ment van den overste bevel tot den afmarsch zou krijgen. Mevrouw von Feldheim sprak hierover met haar man, doch deze was de overtuiging toegedaan, dat de stap van Karei, om soldaat te worden, 'l eenigste middel was, om hem te ontslaan van de vervolging van zoo'n machtigen vijand, en hij zeide, dat hem gevangenis en misschien een nog hardere straf zou getroffen hebben, als F ij in handen van den agent der geheime politie ware gevallen. „En dan," ging de overste voort, „hij heeft zich maar voor één jaar verbonden, cn hoe zeer 'I mij spijt, dat Kareis studién daardoor onderbroken worden, zal toch deze verande ring zijner levensomstandigheden voor hem zijn nut hebben. Hij zal zich in zijn nieuwen stand aan orde en nauwgezetheid wennen; hij zal leeren zijn opvliegendheid te beteu gelen welken gevolgen hem reeds zooveel leeds berokkend hebben, door zich te gewen nen den wil van anderen te eerbiedigen;hij zal zijn eigen krachten leeren kennen en in practijk brengen, terwijl hij een grootere zelf standigheid en vastheid van karakter, dan hij tot dusverre bezat, zal verkrijgen. Allen zwegen, en zelfs Karei die hun afkeer van den vreemden overheerschcren hun liefde voor het Duitsche vaderland deelde, verstoutte zich niet deze bepaalde uiting zijns vaders tegen te spreken. Zijne gedachten verwijlden nog bij het feest van den vorigenavond.dat op zulk een onpleizierige manier gestoord werd, en hij dacht na. welk lot zijn vroegere kameraden ondergaan hadden. De volgende dagen lieten tem geen tijd naar hen onderzoek te doen. Reeds vroeg in den morgen moest hij deelnemen aan de exer cities, die een oude onderofficier, met een klein oogcnblik van rust, met hem tot den middag hield. Natuurlijk toonde zich onze rekruut in 't begin vrij onbeholpen bij deze verwisseling van pen met zwaard, doelt lang zamerhand wende hij aan het ongewone wapen en begon hij er van te houden. Eenige dagen later ontving Karei bevel voor den krijgsraad te verschijnen. De agent der geheime politie had een aanklacht tegen hem ingediend, wegens hoogverraad tegen den keizer cn verzet tegen de uitvoerders der wel. Karet hoorde deze tegen hem ingebrachte klacht niet zonder eenige vrees aan, doch spoedig herstelde hij zich weder, toen de president van het gerechtshof hem zeide, het voorgevallene naar waarheid mee te dcelcn. Dat deed Karet, en door zijn onopgesmukte, levendige schildering kreeg hij den rechters op zijn hand. Eenige oogenblikken moest hij zich verwijderen en vernam, toen hij weer binnenkwam, zijn vrijspraak. Met verlicht gemoed snelde hij naar huis, om dit de zijnen te doen weten, die in ge spannen verwachting het vonnis afwachtten. Allen waren daarover zoo verheugd, dat zij de dreigende tockomstzorgen vergaten en besloten Kareis vrijspraak door een feestje Er'werd tot een roeitochtje naar Pillnitz besloten, en terstond maakte men daartoe de noodige voorbereidselen. Dat was spoedig geschied, en het kleine gezelschap besteeg nu liet sierlijke bootje, dat den overste toebe hoorde en dikwijls gebruikt werd tot kleine watertochtjes voor hem en zijn gezin. Twee wapenmakkers van Karei, oppassers van zijn vader, roeiden de boot stroomopwaarts, terwijl Karet aan het roer zat. Men koos een scha duwrijk plekje in 't park, waar allen hel zich gemakkelijk maakten onder een eik, én waar zij tevens het genot hadden, de in de verte spelende muziek te hooren. Daar dit plekje tamelijk ver verwijderd lag van de druk bewandelde wegen des parks, zat het gezin van den overste hier heel gezel lig bijeen, zonder door de wandelaars, waar van in dezen tijd het bosch wemelde, ge stoord te worden. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1912 | | pagina 1