Woensdag 16 October 1912.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR AMERSFOORT EN
OMSTREKEN.
Uit het Buitenland.
DE OORLOG.
Tïi,"r"
Feuilleton.
Nummer 'O I I 'j pfllkl f Hk| r Hli Ml
elkon Woensdag en fl B Bi BH Hl ENBB II I I B|
Langegracht No. 13 B B B B J HBB BB I
Uitgave de Vereeniging De Eembotle. f|8 jlffi lif llfl 8j B B t^^B 8ËJ|jj| E JB I
ABONNEMENTSPRIJS:
Per drie maanden50 cent.
Afznnderlljko nummers 3
ADVERTENTIEPRIJS:
Van I tot 5 regels30 cent.
Eiken regol meor6
Bij abonnomont minder.
mist in den winter, veel bewolking,
weinig heldere dagen in den zomer
langzame overgangen van den winter
naar den zomer en omgekeerd.
De temperatuur verschilt betrekkelijk
veel in ons land, De bloemisten te
Utrecht en te Arnhem brengen hun
kasplanten 2 A 3 weken vroeger bin
nen, dan te Amsterdam noodig is.
Stamrozen, hortensia's enz., die in den
Achterhoek gedurende den winternood-
zakelijk moeten worden gedekt, hebben
dicht bij de zee geen bedekking noodig.
Aan <ic zeekust is de temperatuur
gelijkmatiger dan in het hoogcr ooste
lijk gedeelte van ons land. Die onge
lijkmatiger temperatuur is in die sire-
ken niet zonder invloed op de gewas
sen. Is het in 't voorjnar daags warm.
dan ontwikkelen zich die gewassen
daalt daarop in den nacht de tempera
tuur beneden (J°. C„ dan treedt nacht
vorstin- -en.'taprijkegewassen bevriezen.
Rogge lijdt door vorst vooral bij het
in aren schieten aardappelen bevriezen
licht kort na het opkomen; boekweit,
tabak, komkommers, augurken, snijboo-
nen enz. zijn als saprijke gewassen altijd
uiterst gevoelig voor lage temperatuur.
Eén nachtvorst neemt wel eens de
vrucht van een geheel jaar weg.
Huiten den winter zijn de koude Mei
dagen. 11, 12 en 13 Mei. gevreesd.
De wnrmoczcnler dekt waar 't kande
bloemist brengt zijn kasplanten niet
buiten voor uit de „IJshciligcn" Manier-
tins. Pnncratius en Survatius.
Waarnemingen hebben aangetoond,
dat de gemiddelde jaarlijksche regen
val in de Graafschap het grootst
is, en van daar naar 't Noorden en '1
Zuiden geleidelijk kleiner wordt. April
geeft door elkaar den minsten. Juli en
Aug. den mcestcn regen.
Met den gevallen vegen gebeurt vier
derlei een gedeelte verdampt terstond,
een gedeelte stroomt langs de opper
vlakte naar greppels en slooten, ceil
gedeelte maakt verschillende stoften
in den bouwgrond geschikt om door
planten opgenomen te worden, een
laatste gedeelte zakt in den bodem en
vormt het grondwater.
Koelt waterdamp in de dampkrings
lucht langzaam af tot beneden 0° C.,
dan komt er sneeuw, is de afkoeling
plotseling, dan volgt hagel. Sneeuw is
voor den budem als een wollen deken
op ons bed. Evenals die deken de
warmte van ons lichaam bij ons houdt,
behoedt de sneeuw de bodeiinvarmic
tegen het uitstralen in de lucht. Sneeuw,
een slechte warmtegeleider, beveiligt
bij strengen vorst liet winterkoren en de
overblijvende planten voor doodvriezen.
Dondert het bij zonsondergang dan
raast deze bui uit, maar wordt in dien
avond en nacht niet door een andere
gevolgd. Hangen bij het ondergaan der
zon buien zonder te donderen, dan ver
dwijnen ze, 0111 meestal den volgenden
dag los tc barsten. Na half Juli en in
Aug. komen dreigende buien meestal
reeds 's avonds of 's nachts tot ontla
ding. Een onweersbui trekt rivier en
hoogte gewoonlijk niet over; maar volgt
een dal, 0111 er onder hevige slagen
met woeste vaart door te trekken, v. 1'.
Uit het verre Oosten.
pc toestanden in liet verre Oosten
blijven voor hem. die belang stelt in
de geschiedenis van den dag, steeds
belangwekkend.
Vooreerst wat Herzie betreft.
Door burgertwist verdeeld, is dit rijk
verzwakt en der ontbinding nabij. Het
roe,verwezen tiert er, en de onveilig
heid is allengs zóó toegenomen dat
den handel belangrijke schade wordt
berokkend.
't Feit, dat stoffelijke belangen vóór
alles behartiging vinden in de kabinet
ten der moderne regeerders, vindt met
betrekking tot I'crzle weer bevestiging
Al» mccst_ belanghebbenden zoeken
Rusland en Engeland, het eens tc worden
over dc verdeeling van Perziö.
E11 ze zullen het eens worden.
Ileide mogendheden met haar ont
zaglijk uitgebreid gebied, haken steeds
Met betrekking tot Rusland zou ech
ter de vraag gewettigd zijn of dit Rijk
niet beier zou doen eerst in 't clgcn
land wat meer orde en welvaart tc
scheppen.
D.it verdeden en Inpalmen van grond
gebied in het verre Oosten zal welhaast
gedaan zijn.
.Meer en meer worden do Aziatische
volken wakker.
De onderworpen houding laten velen -
varen. Men wordt zich van zijn kracht
bewust en allengs zullen de mogend-
beden daar in het Oosten op verzet
stuiten wanneer ze op landroof uit zijn.
Japan fungeert voor wekker.
Dat is het ..gele gevaar".
I let Westen Europa werd groot
door zijn wapenkunde en zijn vereering
van liet geweld; het Oosten Azië
betaalde zijn achterlijkheid op dat ge
bied met zijn vrijheid.
Op een gegeven oogenblik, besloten
de Japanners de Oosterschc gelatenheid
op te geven, en ze toonden zich
niet aUecn meesters in 't copiücrcn.
Ze namen Europa's wapenkunde over;
ze bekeerden zich tot het geloof In het
ijzerze bouwden een machtige industrie
ze wierpcu zich in den ccononitschen
strijd.
Soberheid en zuinigheid weken met
dc ontwikkeling en den vooruitgang
llict van deze Oosterlingen, terwijl zij
streefden naar liet nieuwe idennlaan
„liet Land van de Zon" een overwe
gende plaats onder de zon te geven.
In trotsche minachting voor dc blan
ken hadden zij zich vroeger den sla»
venboci laten aanleggen, maar op
ceil gedenkwnardigen cn voor Europa
beteekcnisvollen dag leerden zij inzien,
hoe dom cn onvoordeelig die minach
ting was en dat dc blanken er mee cn
er 0111 lachten.
Toen hebben ze met graagte dc aan
biedingen van de verkouplusligc Wes
terlingen aangenomen, toen hebben
ze eerbied gehuicheld cn bewondering
voor nl die schoonc krachtwerktuigen
nianr In dc ziel van den Oosterling
klom du minachting bij dc ontdekking
van zooveel domheid I
En in deze belangrijke dagen rijst
Toen Italiö aan [Turkije den oorlog
verklaarde, 0111 Tripoli te nemen,
kon men niet zeggen, dat de sympathie
van Europa was aan dc zijde der
Italianen.
Dc oorlog, welken zij voerden, was
een roofooriog cn algemeen voelde
men, dat dc Turk recht had veront
waardigd te zijn, dat hein aldus het
nies op dc keel werd gezet.
Geheel anders is het echter nu de
kleine Halkanstaten besluiten Turkije
te gaan beoorlogen. Als de Turk ge
slagen wordt, zal dat velen verheugen
cn uien Z'iu dan met recht kunnen
zeggenhij krijgt zijn verdiende I0011.
worden, hij had er al lang uit moeten
verdwijnen. En het is en blijft een
eeuwige schande voor de Christelijke
Staten van Europa dal zij eeuwen ge
duld hebben, dm in Konstantlnopel
een sultan de volkeren van net oude
Hyzaiitijnschc rijk bloedig onderdrukte.
Want men vergete niet: de heer
schappij der Turken is er een geweest
van bloed en tranen. En in Mare.lonk
bewoond door Christenen, heeft de
Turk nog in deze eeuw het Christen
volk verdrukt.
Men kan er zich geen voorstelling
van maken, hoe dc Turken huishielden
.•11 veroverde laiulcti,
Daar was geen wet. daar bestond
geen recht, geen veiligheid van leven
en bezittingen, daar was geen vrouwen
deugd veilig.
Er hccrschte dc wreedste onrecht
vaardigheid, dc bloedigste tyrannic, en
de wanhoop der verdrukten voerde
hen vaak tot uitersten, die men wel niet
goedkeuren doelt zich levendig begrij
pen kun.
l)e Hiilgarcn, de hervifirs, de Mon-
tcncgrijnen en Grieken zijn geen hcili-
Igen, verre van daar, maar hun haat,
hun verbittering tegen den Turk, is
maar al te goed verklaarbaar, Zij zelf
hebbende verdrukking gevoeld, eeuwen
lang de bloedigste vervolging geleden
|cn eindelijk bevrijd, zien zij hun stam
verwanten nog zuchten onder liet wan
bestuur.
Eu natuurlijk is altijdr. dc zucht ill
hen levendig gebleven mede tc werken,
opdat ook die stamverwanten uit de
handen van de Turken bevrijd mochten
worden.
Want moordtooncclcn en schandda
den, en gruwelijke wreedheden bicven
aan dc orde van den dag, d.l.ir waar
de Turk- nog hccrschte.
Dat had echter sinds lang ecu einde
kunnen nemen als tegenover Turkije
gestaan had een eensgezind Europa,
dat den Turk had kunnen veijngon of
tenminste aan de jammerlijke ellende
der verdrukte volkeren een eind had
kunnen stellen.
Maar dc grootc Mogendheden wilden
dat niet. Zij konden geen einde stel
len aan de heerschappij van den Turk
in Europa, omdat zij niet eensgezind
waren. Want hun politiek wordt geleid
niet door een hoog beginsel, maar
slechts door eigenbelang. Zij hebben
OP DE SLAGVELDEN VAN RUSLAND.
Dc vijand toch beproefde hun voort-
dringen op den weg naar Wilna
te beletten, en hen naar de rivier terug
te drijven. Dit gelukte hem evenwel
niet, in weerwil van al zijn pogingenook
thans weer was het de dappere Ney,
die, nadat maarschalk Oudinot ge
sneuveld was, het bevel overnam en
den terugtocht voor de zijnen cn 't
leger bevocht.
Zoo bereikte men Zcmbin cn de
maarschalk* liet de bruggen, welke naar
die stad leidden, afbreken, 0111 het
snelle naderen des vijands tegen te
houden. Een oogenblik van verademing
scheen thans voor de vermoeide strij
ders aan te breken, hun rampen en
ellende schenen op te houden, want
tic woeste streken van 't land lagen
thans achter hen, en zij bevonden zich
nu in een streek, welker inwoners
menschelijker jegens hen gezind waren,
dan tie bewoners van Oud-Rusland.
Het treurige noodlot, dat de terug
trekkende!) vervolgde, was nog niet ge
heel vervuld. Wel gelukte het den overste
voor een paar geldstukken, die hij in
zijn mantel genaaid had, te Zcmbin
twee paar sterke schoenen voor zich
en Karei te koopen, alsmede wat mond
voorraad, doel) wat hielp dit alles bij
elk hun eigen wcnschcn, die zij ver
wezenlijkt willen zien en al* zij op dit
tijdstip op de vervulling dier wcnschcn
niet kunnen hopen, welnu dan zijn zij
er voor dat de toestand maar blijft
gelijk die is.
Of daar duizenden verdrukt worden,
of daar toestanden bestendigd blijven,
die om wraak roepen zij verlangen
den vrede, niet voor dc Hnlkan volken,
maar voor zich.
De groole Mogendheden willen den
vrede ook thans niet verstoord zien,
hun diplomaten doen moeite 0111 den
strijd tc voorkomen. En zij waarschu
wen de regeeringen der Halkanstaten
zij willen de verantwoordelijkheid voor
den blocdigcn strijd van zich werpen.
Maar dat zij daarvoor niet verant
woordelijk zouden zijn, is een leugen.
I )e grootc Mogendheden hadden den
strijd zeer goed kuilt
cn voorkomen. Zij
hebben Turkije al m
urinalen laten bc-
loven, dat het in M:
cudonio een recht-
vaardig bestuur zou
vestigen, dat door
grondige hervorming
il.uleii en ongerechtigheden van het
hccrschctid regime ec
Maar ze hebben i
ooit gezorgd, dat
Turkije zijn beloften
hield, zij hebben
de lurken maar latei
huishouden, „den
ftmoordenaar
zijn gang laten
gaan in den Halkan,
cn in Armenië en
duizenden Christcuci
laten vermom -
den. En dat dc lu
it en verbittering
ook anderzijds vaak tul wreedc uiting
kwam. het valt niet te verwonderen.
Eu een oorlog, gelijk nu dreigt los
te breken, is niet liet werk van een
eerzuchtig volk. hel is de wil der vol
keren, die weinig kunnen winnen, die
ontzettende offers zullen moeten bren
gen. maar die niet langer willen lijden.
Wat dan de aanleiding tot den strijd
zijn moge. welke omstandigheden de
uitbarsting mogen verhaasten of nog
verhinderen, de oorzaak van alles ligt
in het wanbestuur van Turkije, de ver
antwoordelijkheid treft goeddeels de
grootc Mogendheden.
Hun ministers en diplomaten loopcn
zich nu wel het vuur uit de slolïcn om
den brand nog tc koeren, te laat waar
schijnlijk, maar zc hadden voor eenige
weken of maanden, indien ze wilden,
een blocdigcn strijd vast en zeker kun
nen voorkomen.
De Halkanstaten cischten veranderin
gen van bestuur in Macedonië cn andere
door Christenen bewoonde onder Turksch
wanbestuur zuchtende landen. Als de
groote Mogendheden eensgezind die
cischen terstond en met kracht onder
steund hadden, geen twijfel of Turkije
had moeten toegeven, zich niet durven
verzetten. Maar daarvoor hebben noch
Rusland, noch Oostenrijk- of Engeland
zieli druk gemaakt. Zij wilden de sou-
vcreiniteit van Turkije niet aanranden.
Dat doen ze heel graag als ze zelf
wat inpalmen kunnen, dat deed Frank
rijk gaarne om Tunis te krijgen. Enge
land 0111 Egypte tc bezetten, Italiü om
Tripoli te verwerven, maar waar zij
ziclt zelf niet bcvoordcctcn kunnen,
eigen belangen niet kunnen dienen,
doen zij het niet.
Wij weten het: staten als Hulgnrije,
Griekenland, Scrviii zijn niet belangeloos,
zulk een koude, die sedert den over
tocht der Hcresina niet verdubbelde
strengheid was ingevallen. Opnieuw
vulden de lijken de wegen, die men
volgde, nieuwe offers vielen dagelijks.
Daar brak de dag aan, waarop de bit
terste vijand des legers, de Russische
winter, zijn hevigste koude scheen saam-
getrokken te hebben. Deze 4e Decem
ber sloeg het goheele overblijfsel des
legers tot mistrouwen en deed duizen
den, die de hoop op terugkeer naar 't
vaderland niet hadden opgegeven, ten
gronde gaan. Gedurende den nacht was
tie wind omgeloopen en blies bij 't aan
breken van den dag uit 't Noord-Oosten.
Dc overste had met degenen, die hem
tot dan toe gevolgd waren, den nacht
aan hel bivak doorgebracht, welks vuur
in den ochtend was uitgegaan, daar
niemand den plotselinge!) overgang van
warmte in snerpende koude vermoed had.
Toen hij wilde opstaan was hij als
verlamd, nauwlijks kon hij met de uiterste
krachtsinspanning opkomen, cn zijn ver
stijfde ledematen wrijven. Terstond blies
hij t vuur weer aan riep zijn lijdens-
genoten toe, op te staan. Als beschon-
kenen openden eenigen dc oogen, doch
sloten zc aanstonds weder
„Staat toch gauw op", riep dc overste
hen toe, „anders zal het u onmogelijk
zijn deze plnats te verlaten. Ik voel,
dat vandaag eerst de winter in zijn
volle strengheid is begonnen, cn dat
de volkeren, die het Turkschc rijk wil
len aanvallen, zijn ook geen heiligen, hun
bedoelingen zijn niet steeds zuiver. Wel
licht, maken zij zich in den verbitterden
strijd aan niet goed te keuren wreed
heden schuldig.
Maar dit is daarom niet tc minder
duidelijk: in dcil strijd, dien zij voeren
willen, staat veler sympathie hen terzijde.
OVER WEER EN KLIMAAT.
Ons land ligt in de gematigde lucht
streek. met betrekking tothetklima.it
gunstig voor landbouw en veeteelt.
Over het weer zijn we echter lang
niet altijd goed te spreken. Maar
we pruttelden ook wel eens voorbarig,
zooals nog pas geschied is!
„Weer" is de toestand, waarin de
dampkringslucht zich op een gegeven
oogenblik bevindt ten opzichte van
warmte, wind cn vocht.
„Klimaat" Is hel gemiddelde der
wcertocstnnden over langen tijd voor
een bepaalde streek.
De weci haan is het symbool der
veranderlijkheid, en als iemand door
het weer heet geregeerd te worden, is
hij alles behalve gelijkmatig 111 zijn
Ziedaar hel karakter van hel weer
hevrschen. is een praatje over 't weer
met dc nllcdangschc aanloop voor een
gesprek.
Temperatuur" is de graad der lucht-
warmte, zooals die wordt aangewezen
door een thermometer, die buiten dc
zon. vrij v.111 andore verwarmende en
verkoelende invloeden in de lucht hnngt.
Wij leven in «Ie onderste, de dichtste
luchtlagen. Deze worden verwarmd door
de bodemwarmte. De zonnestralen ver
lichten en verwarmen dc aardoppervlakte,
en deze geeft door geleiding en door
uitstraling de warmte af aan de op
haar rustende lucht.
Temperatuur, luchtbeweging en neer
slag worden waargenomen op meteoro
logische stations, die haar waarneiniu-
op weérkaartjes neerleggen.
In waterrijke streken, op eilanden,
langs de kust verandert de temperatuur
der lucht niet snel. Dit komt door de
groote warmtccapacitcit van het water.
Hieraan danken wij den langzamen
overgang van den herfst naar den
winter, evenals de prachtige herfsttinten
aan dc bladeren onzer boomen.
Daalt bij invallende koude de thermo
meter beneden O". C, dan staat het
water terwijl het bevriest, een aanzien
lijke hoeveelheid wnrmte af aan de
lucht, zonder zelf kouder te worden.
Dit vrij komen van warmte heeft op
het klimaat van 011s lage en waterrijke
land veel invloed.
Hij invallenden dooi kan de tempera
tuur slechts langzaam rijzen. Het smcl-
aan de lucht', zonder dat de warmte in
staat is. de temperatuur van den bodem
boven O0 C. te brengen, voordat alles
ontdooid is.
Onze late voorjaren volgen daaruit.
Het klimaat van ons land heelt de
volgende grondkeninerkenzachte win
ters en niet heetc zomerszachte nach
ten, frisschc dagen; betrokken luchten
wij allen verloren zijn als we niet maken,
dat wij wegkomen."
En gelukkig, 't gelukte eenigen hun
ner, onder wie ook Karei, op te staan
drie hunner waren echter reeds verstijfd
van koude, cn hun leden bleven stijf
in weerwil der warmte van 't vuur. Er
bleef niets anders over, dan hen aan
't bivak achter te laten, want dc grond
was zoo hard bevroren, dat het onmo
gelijk- geweest zou zijn een graf te graven.
Men bedekte hen daarom met hun eigen
mantels en trok verder.
Thans kwam er ook beweging op
andere punten der legerplaatsde trom
men riepen tot den opmarsch, docb
slechts langzaam volgde men dien op
roep. Eindelijk was er een troep bijeen,
die den weg vervolgde. Zwijgend slap
ten zij voort, want de koude was zoo
hevig, dat dc ademhaling bemoeilijkt
werd en ieder 't zwijgen oplegde. Allen
waren met ijs bedekt en geleken een
schare geesten. Pijnlijk on met moeite
sleepten zij zich voort en werden tijdens
den opmarsch steeds minder in aantal.
De stilte des doods omgaf hen, slechts
afgebroken door het kraken der sneeuw
onder hun voeten en het weeklagen der
ongclukkigcn, die neervielen, 0111 niet
meer op tc staan.
Er behoorde waarlijk heel wat wils
kracht toe, om bij 't zien der ellende
alom, den moed niet te verliezen en
sterk genoeg tc zijn om den steeds
grootcr wordenden nood 't hoofd tc
bieden. Velen vielen vertwijfeld neer
en scholden degenen, die voorbij trok
ken; anderen, door de onuitstaanbare
koude bevangen, richtten de wapens
tegen hun eigen strijdmakkers op. en
trachtten deze de klcercn van 't lichaam
te rukken. Terwijl men hier een troep
zag, die zich haastte 0111 zoo spoedig
mogelijk weg te komen, zag men daar
een andere, die om de magere been
deren van een gevallen paard vochten.
Gedurende den geileden dag was er
geen dorp te zien. geen huis, tiat den
ongelukkige» een beschermend dal; bood.
Eerst laat in den avond, toen de koude
glans der zon reeds verdwenen was en
dc sterren aan den hemel stonden te
llikkeren, ontdekte men in de verte de
witte daken van een dorp. Een kreet
van blijdschap ontsnapte hun, opnieuw
leefden hun krachten op om het bescher
mende onderdak te bereiken. Spoedig
echter volgde op deze jubelklanken een
des tc grooter schrik. Plotseling toch
werden tie omringende hoogten, bedekt
met donkere massa's; de vijand was
langs andere wegen komen aanrukken,
om den vluchtelingen het beschuttend
onderkomen te beletten. Daar klinkt
weer de stem van den aanvoerder:
„Hierheen, schaar u 0111 mijl Laat ons
den vijand verjagen en een nachtkwar
tier veroveren I" Deze woorden sprak
maarschalk Davoust, en een groot deel
dergenen, die reeds de wapens wegge
worpen hadden, werden met nieuwen
moed bezield. Zij nemen zc weer op,
en weldra snellen zij, aangespoord door
den moed der vertwijfeling, tegen de
dicht opeengehoopte vijanden op. Velen
hebben er echter geen kracht meer toe,
de dngmnrsch heell hen tc zeer uitge
put, dc plotselinge schrik, onmiddellijk
gevolgd op de groote blijdschap, heeft
hun don moed ontnomen.
Ook Karei behoorde tot dezen. Nog
lijdend door het bloedverlies van de
wonde, in '1 laatste gevecht ontvangen,
had hij nauwlijks zijn strijdmakkers kun
nen bijhouden. Toen de avond viel was
hij genoodzaakt meermaals tc gaan
zitten, en slecht» de dringende woorden
zijns vaders en dc bijstand zijner kame
raden waren in staat hem tot verder
gaan te zetten. Daar hoorde hij dc
blijde tijding, dat er een dorp in de
nabijheid wns en hij spande alle krach
ten in, om het gros «Ier zijnen, die reeds
een heel eind verder waren, In te linten.
Daar weerklinkt plotseling dc noodkreet
„de vijand!" en hij gevoelt zich niet
in staat een stap verder te doen. Hij
smeekt zijn vader hem achter te laten,
eil zich ilict zijn kameraden bij den
troep aan te sluiten. Een oogenblik
wijlelt de overste tusschen plichtsgevoel,
dat hem aanzet dc oproeping van den
maarschalk te volgen,
Wordt voortgezet.