Lu
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN.
Zes en twintigsto Jaargang. Nummer 52.
Zaterdag 28 December 1912.
Verschijnt elke» Woensdag en Zaterdag
Bureau: Langegracht Ne. 13 - Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
DE EEMBODE
ABONNEMENTSPRIJS:
Per drie maanden50 cent.
Afzonderlijke nummers 3
ADVERTENTIEPRIJS:
Van I tot 5 regels30 cent.
Eiken regel meer6
Bij abonnement minder.
I tet volgend nummer van dit
Blad zal verschijnen
VRIJÖAG 3 JANUARI.
DE SOCIALISTEN.
r to" meer wjj een «et.r-1¥t,. Im.
1 1 Ie honger komt liet
zegt men, gunt het ook met
liet Socialisme: hoe wjj „r
"lis Iiiin laten gelogen liggen. <le,
stout
het voor ons.
Anderen ochterlieworen.dat het
niet zoo is. dat men het muur
liink in de nogen moet zien. om
van zijn onschadelijkheid overtui"d
te worden.
Nu dringen zich dadelijk ecnige
vragen op.
Moeten we lam maar ongestoord
laten woelen?
Wat wilt ge er legen doen'
tieweld.' Olie i„ 't vuur!
IIcil IUOt eo.iee-.-ies hevredigen
Nog meer plie in i vuur!
Want wi.' zjjn zin krijgt. roept
immer: ..Dat smaakt mme meer!"
hoe het eigciiljjl; iin-t deze zaak-
staat De ma»tsclui])|)jj i> eengroo-
le slaapkop, en nu i* er te allen
lijd.
haar
vakkei
Maar zij allen zijn toeh niet zoo
heel gerust op de m,schadelijkheid,
'rikt genomen: op noodzako-
hjkheid eu het nut der wekker*
-..m dat merk.
De theoriëii van het. tjoeialis-
ui" zijn niet. van onze dagen,
neen. zjj zijn zoo oud als de tijd,
Nu heelt, men in .Ie eerste plaats
tamme Socialisten. Dat zjjn de
zulken. die de mogeljjkhoid erken
nen om zonder gewehlmlige schok
ken en langs den weg van gelei
delijke hervorming het lot van liet
proletariaat te verbeteren en gaan
deweg aller verlangens bevredigd
te krijgen.
jj achten mogelijk, de Land -
regering door loven en bieden
tot gunstige maatregelen te bewe
gen. (iaandeweg, redeneeren zjj.
moet de Staat trachten liet kapi
taal en alles wat jjiet kapitaal ge
dreven wordt in handen te krjj-
gen. De schulden van Staat en
(ieineentLMi zullen gedelgd worden
door de renten in te houden en
t ot aflossing te gebruiken. Gvootore
Onze Kerstvertelling.
III.
s wilde li
Lang scitccn hi
terugkucren.
landelijk echter... eindelijk bewoog zlclt
even liet borstje, een zwakke adomloclit.
Altijd ijveriger wreef mevrouw Van Merkel
met de wceke doeken, lerwijl haar hope
rees, en God lot! daar sloeg het meisje
even de oogcn opl
Nu werd de ademhaling allengs dieper eu
zwaarder, voller en langer, en mal bleven
de oogen open, starend in 'I licht.
Zij gaf in deze eerste oogenbllkken nog
geen ach! op de vreemde gezichten, noch
op de prachtige, onbekende omgeving:
zit zag slechts den stralende» hoorn, hief de
handjes hoog op en riep: „Mijn KerstboomI
Mijn Kerstboom!... Dank. moeder, dankt"
l.eni wilde opspringen, en merkte hu eerst,
dat alles om haar heen vreemd was. Angstig
blikte zij de voorname dame aan. die
haar geknield lag en ecu schoone,
deken om haar had geslagen.
liet was een aandoenlijk toonccl van de
Christelijke Charitas. Mevrouw Van Merkel
wendde zich met levendige gebaren tot
haar man: „Hubert", sprak ze, „zullen we
mevrouw Willcms vragen oin wat afgedragen
klecdlngstukkcn van haar Orlcljc? Wij heli-
hen niets..."
Mijnheer ging die opdracht in persoon
vervullen, terwijl de ondc Hendrik zich
stilletjes terugtrok, overgelukkig in zich
zeiven sprekend: „Uod zij dankl... Toeli
erfenissen zullen «loot- den Staat,
genuast worden, enz. enz.
Alles berekend om op den lint-
yen duur te werken.
Maar veel. outzagljjk veel groo
tte is liet, getal van ben. die de
eclit-Socialistisclie leer aanhangen,
dat men met mooie woorden geert
stap verder komt.
Dat zijn de ware Soeia listen.
Hint leus is: ..Onverzoenlijke hunt
un oorlog tegen de houders van
kapitaal
7,u\ er ooit iets tut stand ko
men, verkondigen zjj, dun moet liet
proletariaat zie.lt eerst meester van
ile Regeering maken. >p de volks-
regeering tin.et volgen de verbeurd
verklaring van het kapitaal.
iet rlc Staat, immer en altijd
i-getiwoordigd in «Ie zelfzuch-
bourgeoisie, mag de beschik
king hebben over het nationaal
ermogen, voor de securiteit
zuilen de Socialisten deze zorg van
u om de dictatuur van het
proletariaat tol stand te brengen,
ng geen middel van geweld ont-
■II worden
Toen in Dmtscliliuid, jaren ge
len Ifisinttrek's Uitzonderingswet
ten tegen du destijds zoo onstui
mige Dnitsehe Socialisten werden
geheven, werd het Socialisme
aldaar allengs makker en fatsoen
lijker.
liet Socialisme zette zich als po
litieke partij in den Rijksdag vast
waar in die dagen de zetels,
voor Rebel en Liehknecht ware
pijnbanken waren. In den tjjd der
vervolging gewoon als dictatoren
gehoorzaamd te worden, zaten zij
in 's Rijks hoogt' vergaderzaal lee-
ljjk niet lam houding verlegen.
Toon zjj geen auditorium meer
voor zieh luidden, dat hun groote
woorden van revolutie en geweld
toejuichte, waven zjj als met ver
lamming geslagen, en toen gin
gen zjj zich bepalen tot de rol,
om koppig des Keizers maatregelen
tot welzjjn van de arbeidersklassen
tegen te werken.
Allengs werden zjj tam en kwa
men weer op dreef.
Deze Socialistische geschiedenis
van Dnitschland is de Socialistische
geschiedenis overal, aangepast na
tuurlijk aan 'slands zeden en ge
woonten.
Neem bjjv. BelgiëKeil Belg
leest niet graag; diepzinnig knu-
vver van theorieën is Ujj nog min
der, maar gezellig wezen ishjjbij
uitnemendheid. 'Tengevolge van de
zen gezelligheidstrek zette het .So
cialisme in België zich sinds lang
om in uiterst pructische coöperatie
Utopia's in 'l klein.
Nergens guedkooper brood, ner
gens voortreffelijker bier dan in
de Volkshuizen van Brussel. (Jent,
laiik enz.
O, de leiders van het Socialisme
wisten zoo goed, dat men bij een
Belg met goed bier al gauw een
beul eind opschiet
TOCH GEBEURT HET,
't Is bekend, dal over hol vrnags uk
Vrijhandel of Bescherming de hoofden
verdeeld zijn.
Ilit behoeft niet ie verwonderen,
want de kwestie is nog al ingewikkeld.
Wat evenwel verbazend hindert is
wel, dat de hoeren Vrijliaiidclarcn het
nii* aannemen alsof zij de wijsheid in
pacht hebben.
Als men ben hoort of hun artikelen
leest, dan treft telkens weer de
zelfingenomenheid der hecrcn. Zij kun
nen zich gewoonweg geen begrip er
van maken, hue denkende inenschcn
nog tegen Vrijhandel en voor Bescher
ming kunnen zijn. Neen, dat vinden zij
zoo iets doms, zoo iets onmogelijks,
dat zij niet nalaten de onnoozclheid,
ja zeggen we maar de domheid van
de lui, die geen vrijhandel willen, te
signalccrcn.
Kil voor 't geval, dal zij hen niet
zoo vrtesolijk dom achten, dan ver-
onderstellen zij kwade trouw, dan zijn
de protectionisten misleiders.
Is liet dan zoo iets abnormaals te
gen vrijhandel en vóór beschermende
Onze Vrijzinnigen schijnen dat te
mcencn en zc trachten bij 't volk
ingang te doen vinden het denkbeeld
dat niet-vrijhandelanrs toclt eigenlijk
achterlijke lieden zijn met geen grein
begrip van economie.
Die taktiek is een zeer onbehoorlijke.
Wij hebben reeds vroeger uiteenge
zet dat nóch bet aanhangen van 't
starre vrijlmndel-dogma, nóch protectie
door dik en dun onze sympathie hebben.
lti de economie gelden maar zelden
uniforme wetten voor alle staten.
Elk geval moet op-zicll-zclf worden
beschouwd en behandeld.
In Denemarken bijvoorbeeld zijn toch
zeker wel vooruitstrevende staatslieden
aan het roer. Zij denken er niet aan
alle tarieven af te schaffen en van
Denemarken een vrijhandelsland te
maken.
In Frankrijk regeeren toch wezenlijk
geen clericale dompers, maar er bestaat
op het oogenblik veel eerder neiging
den nationalcn arbeid meer te gaan
beschermen, dan wel de beschermende
tarieven nf te schaffen.
Zeker ill die landen zijn ook men
schel), die vrijhandel zouden prcferec-
ren, maar heusch de lieden, die be
schermende tarieven willen, zijn geen
domooien, zij welen wel wat zij doen.
We willen maar zeggen, dat zij die
zich protectionist noemen, zich daarvoor
nog volstrekt niet behoeven te scha
men. En de hoeren vrijhandelaars mo
gen mcencn, dat sij eigenlijk de lui zijn,
toch is dat maar bluf.
Vroeger vonden zij het onmogelijk,
dat ooit een niet-libcraal minister zou
zijn en hel onmogelijke is maar wat
goed mogelijk gebleken.
Vroeger geloofden zij niet, dat
de bijzondere scholen ooit rlc gelijk
gerechtigden van de openbare school
zouden worden en liet staat toch te
Kil thans kunnen zij zich nog maar
niet voorstellen, dat in Nederland het
Liberale vrijhandelsteiscl zou wijken
voor du bescherming.
En toch zal liet wellicht ook zoover
komen.
De Pauselijke Onfeilbaarheid.
\T adat wij in een vorig artikel hebben
i aangetoond, dat volgens de godde
lijke belofte van Christus de Paus on
feilbaar is, komt nu een andere vraag,
of dit ook altijd algemeen in de H.
Kerk geloofd werd. En het antwoord
luidt volmondig: ja. welke moeite de
ongcloovigcn ook doen, om dit te ont
kennen. Wij loochenen natuurlijk niet,
d.it de ketters zich altijd tegen de on
feilbaarheid verzetten; wij willen ook
niet beweren, dat hef woont „onfeilbaar"
in vroegere eeuwen gebruikt werd, maar
■lat de leer zelve altijd in de katholieke
kerk werd beleden, is niet aan den
minsten twijfel onderhevig.
Dit blijkt op de eerste plaats indirect
hieruit, dat de Paus algemeen als opper
hoofd der kerk werd erkend. Immers
als opperhoofd der Kerk heeft dc Paus
het recht wetten te geven, ook in ge
loofszaken doch welk redelijk mcnsch
zou zijn verstand onvoorwaardelijk aan
hem willen onderwerpen, als hij niet
tie zekerheid had, dat de Paus hem
niet in dwaling voeren kan
En om uit de geschiedenis van de
eerste eeuwen der kerk ecnige directe
bewijzen voor de onfeilbaarheid aan te
Reeds in de eerste eeuw schreef Pans
Clemens aan de inwoners van Corinthe,
dat zij moesten gehoorzamen aan het
geen hij hen door den H. Geest geschre
ven hadin de tweede eeuw de I I.
Ironaeus, bisschop van Lvoii, «lat met
de Kerk van Rome alle geloovigen
moeten overeenstemmen, omdat daar
altijd dc leer door de apostelen gepre
dikt, bewaard is. Paus Victor schreef
voor, dat in Klein-AziC dezelfde prak
tijk moest worden gevolgd in de viering
van het Paasei)feest als in Rome. In
de derde eeuw gaf Paus Callistus vol
gens Terlullianus wetten over liet Sacra
ment der biecht; vernietigde Paus
Stcphanus een besluit van een Afri-
kannschc vergadering van bisschoppen,
en verklaarde den doop, door ketters
toegediend voor geldig, tegen dc mee-
ning in van de bisschoppen van Klcin-
Azië en Afrika, waaraan dezen zich
onderwerpen. En de H. Cyprianus
schrijft, dat bij de Romeinen (d.i. de
Pausen) liet ongeloof geen ingang kan
vinden. Op de l'nusen beriepen zich
dc bisschoppen van Alexandria, Diony-
sius en Athanasius, om geloofsredenen
door de oudere bisschoppen afgezet en
later dc H. Johannes Chrysostomus,
patriarch van Konstantinopcl. In de
vierde eeuw schreef de H. Augusilnus
Rome heeft gesproken, dc zaak is ge
ëindigd (dc ketterij der Pclagiahen was
door den Paus veroordeeld). Paus Leo
1 beval dat zijn brief aan Flavius waarin
hij de ketterij van Eutychcs veroordeelde,
door de bisschoppen, op het concilie
van Chalcedon vergaderd, zou worden
onderteekend, zonder dat te voren over
den inhoud nog mocht worden getwist;
hij zond zijn gezanten naar het alge
meen concilie van Chalcedon, die het
in zijn naam „moeten besturen als het
hoofd de ledematen." In de zesde eeuw
verklaart Johannes van Jeruzalem: De
opvolgers op den stoel van Petrus zijn
gezond in het geloof, onfeilbaar vol
gens het woord van Christus (Math.
16 18).
Wat blijkt uit deze feiten? Dat de
Pausen ziclt het recht van beslissing
in geloofszaken en dc daaruit volgende
onfeilbaarheid toeschreven en de bis
schoppen en kerkelijke schrijvers dit als
een algemeen bekende en als een van
zelf sprekende zaak beschouwden. De
aangehaalde getuigenissen en feiten ver
kondigen het geloof der eerste eeuwen
de toen levende Pausen en bisschoppen
en kerkelijke schrijvers, wier geleerdheid
ook nu nog onze bewondering opwekt
stonden dicht bij Christus, zij moesten
toch zijn leer en zijnen geest beter ken
nen dan de ottgeloovigeii van onzen
tijd. Is het nu niet dwaas om te ver
onderstellen, dat zij allen in dwaling
verkeerden Zou er niet een luid pro
test zijn opgegaaft, als de Paus zich
dc onfeilbare beslissing in geloofszaken
tegen de leer van Christus in had aan
gematigd en het katholiek geloof in
zulk een gewichtig punt veranderd had
Doch het allergewichtigste getuigenis
hebben wij nog niet vermeid, het ge
tuigenis namelijk van de Griekschc bis
schoppen, die zich in latere eeuwen uit
naijver tegen dc macht des Pausen van
de katholieke kerk hebben afgescheiden.
Een verklaring uit den mond van een
tegenstander zal men toch zeker wel
geloof moeten schenken. Het is waar,
zij hadden zich toen nog wel niet af
gescheiden, maar waren toch ook vol
strekt niet overdreven gunstig jegens
den Paus gestemdeen schisma ontstaat
niet op eenmaal, En zij zouden zeker
niet een verklaring hebben afgelegd,
die zij later door hunne daden tenmin
ste herriepen, als zij niet vast van de
waarheid ervan overtuigd waren geweest.
En wat zien wij nu Onder liet ponti
ficaat van Paus Hormisdas (314-523)
onderteekenden de synode van Epirus
en daarna van Constantinopel en elders
in liet Oosten 2500 bisschoppen der
Üosltrsche kerk dc geloofsbelijdenis die
t dood op
De brave mevrouw nam het kind op haar
schoot, zóó handig alsof zij al lang moeder
ware geweest.
„Arm, licl kind, „hoe heet gij toch?"
„Lcli Leuke...." was het schuchter ant-
„Waar kom je vandaan, meisje? Je hebt
zeker aan onze stoep gezeten en bent daar
ingeslapen. De sneeuw Imd je geheel toe
gedekt. Wal heb je daar gedaan, liefkind?"
„O, ik wilde... ik wilde op liet kerstkindje
wachten I"
„Dacht je dan, dat het Kerstkindje hier in
htiis was?"
„De dorpskinderen hadden gezegd, dat
liet hier binnen was, en ik wilde liet zoo
graag eenmaal zien..."
„Goed schaap!"
„En ik wachtte op den Kerstboom, dien
de Goede God mij wilde ontsteken..."
„Dien de goede God je wilde ontsteken,
kind?"
„0. ja!"
„Heb je geen vader of moeder meer?"
„Mijn lieve moeder hebben zwarte man
nen onder de aarde gelegd, zij is dood...
Met vader ben ik reeds vele dugoii onder
weg. Vanavond zijn we in uil dorp aange
komen. Hel werd juist donker, en vader is
het eerste liuis van liet dorp binnenge
gaan..."
„En jij. l.eni V"
„Vader wilde mij wat warms brengen,
aar is heclcmaal niet weer builen ge
komen. Hij vergat mij geitcel en al... Toen
werd ik heel koud, en toen ben ik dc kinderen
iiageloopen tot in den grooten tuin, en
daar wilde ik op Itet Kerstkindje wachten...
Ik had zoo'u honger en was zoo moe. Ach,
mijn voeten deden mij zoo'u pijn van den
langen tocht op den harden sneeuwweg... En
wij moesten nog verder, heeft vader gezegd".
„Maar, kind, dat is onmogelijkI Ge kunt
vannacht niet verder; blijft maar hier tot
je vader..."
„Hier blijven I" riep Leni mei schitterende
oogcn. „Hier, in deze schoone, warme kamer,
en bij den Kerstboom!"
Dc glans in die kinderoogen veroorzaakte
mevrouw Van Merkel hartcwcc. Welke ellende
mocht dut bloedje niet al ondervonden heb
ben... Welk een vader was dat, die zijn kind
in sneeuw en storm liet slaan, terwijl hij in
dc herberg zatl
Mijnheer Vau Merkel was spoedig met de
vertelde hem,
t zij zi
leisje
Dadelijk stuurde dc goede man een bode
naar de herberg, om te onderzoeken of
Lcni's vader daar nog vertoefde.
In allerijl en met ware moedervreugde
kleedde mevrouw bet kind beier aan. Dit
was ecu genot, dat de kinderluozc vrouw
nooit gekend had, en het ging haar lot haar
eigen verwondering dan ook wondervlug af.
De boozu wereld miskent maar al te vaak,
hoeveel harten er in de woningen der rijken
warm kloppen voor de nooden en het levens
geluk van de arme medemcnschcn.
„O, wat een mooi kleedje is dat!" riep
Leni levendig. „Stuur mij dat nu ook de
goede God? Moeder heeft altijd gezegd:
„God zal wel zorgen", maar waar Is het
Kerstkindje?"
„liet Kerstkindje, mijn kind, kan men niet
zien, maar het is overal..."
„Ja, dat weet ik? Moeder heeft het mij
gezegdDoelt dezen avond, toen ik in
de sneeuw zat en Ik zoo warm werd, heb
ik toeh liet Kerstkindje gczlcu. O, 't was
zoo schooit! En toen ik dc oogcn weer
opende, zag ik hier den Kerstboom 1 Vader
zal mij nu niet kennen; ik heb nog nooit
zulk een kleed gehad... Wij zijn heel arm.
Moeder zei allljd: zoo arm als niemand op
de wereld."
Met gevouwen linndeii stond hel kind voor
den versierden Kerstboom, en nog grooler
dan voorheen schenen de licfblauwc oogen
in het blevkc gezichtje.
„Waarom zijn uwe kinderen niet hier?"
vroeg Leni plotseling.
„Wij hebben geen kinderen..." klonk het
treurige antwoord.
„Geen kinderen? En u heeft zoo'u groot
huis!"
Leni scheen dut niel (c kunnen begrijpen.
Mijnheer Van Merkel stond naast zij
vrouw. Hij had hare hand gevat en drukte
ze hartelijk. Hun blikken troffen elkaar: dc
een wist, wat de ander dacht; de eei
cnsch en hoop uit dc oogen van den ander.
„In de sneeuw gevonden..." zei van Merkel
tcht, „ach, mochten wij dat kind be
houden..."
Mijnheer werd in den gang geroepen.
De boodschapper was teruggekomen en
al hel antwoord gebracht, dat de „bedelaar"
die bij liet vallen van den avond In de her
berg was gekomen, daar een paar uren had
gezeten en toen was heengegaan. Van een
kind had hij echter niet gesproken.
„Arm kind!" sprak Van Merkel, locn hij
weer in de zaal trad, - „uw vader is niet
meer iu hel dorp. Hij is zeker verder gegaan,
en zal je zoeken en zich beangst om je
ntaken".
Leni schudde het hootd.
„Neen, vader zal zich niet beangst maken
en zal niet naar mij zoeken. Hij heeft alle
dagen gezegd: „Als ik jou maar eens kwijt
wasl" Hij zal ook wel eens terugkomen; hij
heelt moeder en mij al zoo vaak alleen ge
laten, en is toch altijd teruggekomen."
Meewarig blikten mijnheer en mevrouw
Van Merkel op liet kind, dat de liefde eens
vaders niet scheen te kennen. Lenl's woor
den ontwierpen voor luin oogen een beeld
van zulke diepe ellende, dat hun het hart
bloedde.
Telkens cn telkens stelde Linl vragen, en
uit de vrome vragen was het besluit te trek
ken, dat door de brave moederhand goed
zaad in het kinderhart was uitgestrooid.
Deze ontdekking vervulde de godsdien
stige mevrouw Van Merkel met grootc
vreugde.