het ziekenhuis, ver be,i00t een /.even en twintigste |aargang. No. 36. Vrijdag 1 Aug. 1913. DE EEMBODE NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. UITGAVE VAN DE VEREENIGING „DE EEMBODE" TE AMERSFOORT. Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond. Prijs per drie maanden vijftig cent. - Afzonderlijke nummers drie cent. Abonnementen kunnen eiken dag ingaan, doch opzegging van abonnement moet ge schieden vóór den aanvang van een nieuw kwartaal. KANTOOR EN DRUKKERIJ: LANGEGRACHT 13 - AMERSFOORT. Alle mededeelingen e ir op den dag van uitgifte. TWEEDE BLAD. Stslnl hel Godstijk slechts in 's menschen binnenste. 1^ en paar honderd passen boven dei -«begntien grond, op de bcrgvlakh tnsscben Capltornailni en Tiberias, i- een bonte menigte bijeen, Galilacërs en Judaeërs, Jcruzulemschc Schriftge leerden. bewoners van Decnpolis en liet ttver-Jord.iansclie. heidenen uit, liluiudca, Tvrus en Sidon menschen, die /.ijn. zooals menschen meestal zijn au nature begccrig naar rijkduin en macht, hunkerend naar blijdschap en eerbetuiging, tot wraak en zingenot ge neigd, beuijders van de gruotcn dezer aarde en van allen, die zich de weelde hunnen veroorloven anderen volgen en te verdrukken. I laar daalt de Godsgezant met zijn Apostelen uit het hoogere gebergte <-ii zet zich neer op een terp. vanwaar llij <le menigte en de menigte Hem gemakkelijk kan zien. Hij verheft zijn •tem en verkondigt helder en klaar, dal de deelgenootcn van het Godsrijk geheel andere dan gewoon-menschclijke neigingen en opvattingen in hart en hoofd moeien ronddragen. Zalig, zegt llij, - niet die weelderig leven, maar - de armen van geest, want hunner is het Rijk der hemelen Zalig niet dc hardvoehtigen, maar <le zachtinoeriigen niet de uitgclatenen van vreugde, maar die wccucnniet dte zich verzadigen aan spijs en drank, maar die hongeren en dorsten naar de rechtvaardigheid; niet de onmeedou- genden, maar de barmhartigenniet lie overtreders van Gods geboden, maar dc xuiveren van harteniet de twist zoekers. maar de vreedzamen niet de dwingelanden, maar die vervolging lijden om de rechtvaardigheidDe ge zanten van het Godsrijk moeten zijn als het zout der aarde, als het licht der wereld. Zeil' onbedorven, moeten zij anderen hoeden voor bederf. Zelt verlicht, moeten zij licht verspreiden voor anderenHet kijk Gods, een ver volmaking van „de Wet en de Profeten", bestaat niet in de stipte onderhouding van allerlei kleinere voorschriften, diej betrekking hebben op het stoffelijke, maar vooreerst en vooral in nederig heid, naastenliefde, vergevingsgezind heid. kuischlteid 1 Het Rijk Gods beoogt <le menschen te maken tot kinderen Gods, die God beminnend als hun N ader, volmaakt willen wezen, gelijk ook hun hemclsche Vader volmaakt is Uit deze bij uitstek „Christelijke" be ginselen. blijkt wel, dat liet Rijk Gods, de godsdienst, door Christus gebracht, iets zécr inwendigs is. II. Iemand, die in de Evangeliën nooit verder ias dan het 3de, 6de en 7de hoofdstuk van Matthaeus, zou kunnen vragen„gaat het eigenlijke van den t'hristelijken godsdienst dan geheel op in dc geestelijke vervolmaking van het binnenste des menschen Is het Gods rijk uitsluitend inwendig"? Auguste Sabalier. een Franschma», Adolph Harnack, een Duitsclicr. en met hen hunne volgelingen, die toch héél het Evangelie moeten bestudeerd hebben, antwoordden „Ja! Wat Christus op aarde bracht, is iets inwendigs, liet maatschappelijke element, het idee van vereeniging van allen tot één geheel, bestond reeds in dc Joodschc overleveringbet geestelijk element is het nieuwe, liet door Jesus aangebrachte. l)e Proleet van Nazareth vond bij zijn volk een leerend gezag, een godsdienstige wetgeving. Nimmer beeft Hij dit afgeschaft en ook maar afgekeurd. Hij is met zijn tijd meege gaan. Maar daar volgt ook uit, aldus redeneeren zij, dat dit sociaal, maatschappelijk karakter niet tot het eigenlijke Christendom behoort. Alléén dat inwendige, dat vergeestelijkt worden, dat kinderlijk denken en voelen omtrent I God als omtrent een Goeden Vader.1 moet beschouwd worden als het wezen van den Christclijkcn godsdienst. De Katholieke Kerk heeft dus omtti ■odsrijk een onjuiste opvatting" III. K„ii een onpartijdig en verstandig I ncnsuh hel eens zijn mei dit antwoord <ceul Waarom niet? Gin vier redenen. 1 Ten eerste, omdat de gevolg trekking. die deze heercu maken, valsch Alleen datgene, wat andere gods diensten niet hebben, tut het eigenlijke n ern godsdienst rekenen, mist eiken lelijkcn grond. Een voorbeeld. De Joodschc godsdienst, de Christelijke godsdienst en de Mohamedannsche godsdienst belijden alle drie het be staan van één (iod. Zr. men daar uit besluiten, dat liet aannemen één God niet tot liet wezen van drie godsdiensten behoort? 't Zou dwaas heid zijnMaar cvenzoo is liet dw; beul te zeggenhet idee van vereeniging lot één mautschappelijk-gudsdienstig geheel bestond reeds, toen Christus op aarde kwam dus behoorde dit element niet lot het wezen van het Rijk Gods, dat Hij op aarde bracht! „De afwijkingen maken wel liet verschil tusschen de| godsdiensten", zegt een schrijver terecht, ar de afwijkingen zijn daarom nog heel liet wezen van den godsdienst zelf'. 2. Icn tweede: isabatier en llaruarck ijfeleti er zelf niet aan. of de profeten hadden juist een Godsrijk voorspeld, dat niet alleen inwendig, maar ook uit wendig. ook sociaal maatschappelijk ou wezen. Maar dan vragen wijwas iet met de laak van Christus, te ver- uilen wat de profeten hadden aan gekondigd'' „De lijd is vervuld", zoo predikt Jesus. „en het rijk Gods is nabij, bekeert u en gelooft in liet Evangelie". *1 'l Is waar. de Goddelijke Stichter aan- ■aardde niet zonder voorbehoud elke oenmalige opvatting omtrent „de ver- 'ulling der tijden". Zeer duidelijk, wij zagen hef hierboven, wijst Hij van dc hand het ucgrip van wereldsche groot heid en roemruchte oorlogsfeiten, het begrip van een Godsrijk, dat zicli be perkt tot wie gehoorzaamt aan de Mozaïsche wet. Maar wat Hij aanbrengt, is toch het voorspelde Messiaanschc Rijk, in wezen een collectief en sociaal geheel, zooals Isaias' voorspellingen het schilderen; voorspellingen, waarop Hij nadrukkelijk wijst én in dc synagoge van Nazareth -1). en wanneer de leer lingen van Joannes Item vragen „Zijt gij het. die komen moet".'4) 3. Behalve dc voorspellingen vair n uitwendig Godsrijk komen nog een groot getal parabels onze tegenstanders in het ongelijk stellen. Herinner u slechts de meest bekende, waarin Christus zelf ons zijn Rijk voorstelt als een collectief geheel. Het Rijk der hemelen is een akker, waar tezamen opgroeien hel onkruid en de tarweeen groot sleep- alle soort van vissollen komeneen feestvierende stoet van igden, wijze en dwaze een gast maal, waar komen aanzitten slechten goeden, armen en gebrekkigen. blinden en kreupelen; een wijngaard, waarin gemeenschappelijke arbeid verricht wordt. De zorg des Heeren om in zijn parabelen liet element van gemeen schappelijkheid niet te laten ontbreken, blijft onverklaarbaar, ja brengt den on partijdige!» lezer op het dwaalspoor, als zijn Rijk niet wezen zou een uit- rendig maatschappelijk collectiefgeheel. 4. Een vierde reden, waarom men niel kan aannemen, dat het Godsrijk uitsluitend iets inwendigs is. vinden we in dc foutieve verklaring van een Schriftuurtekst, die tocli volgens onze tegenstanders den doorslag geven moet aan dc onafwijsbaarheid hunner op- ratting. Zij zeggen: „zie bij Lucas. 1/, :ii 111"! Nu slaan wij eens. niet ons Bijbcltji inling „hel Nieuwe Testament" lezen daar: „Hot koninkrijk Gods is binnen ii lieden". Ziet ge wel, zeggen zij, Christus zegt het zelf. Jawel, wacht eens. Zooals wij reeds zagen, laat Christus zijn leerredenen nu eens het uit wendige, dan weer hel inwendige van het Godsrijk meer op den voorgrond treden. Doch dan ligt liet voor de hand, dat, als Hij gezegd Itceft: „Het konink rijk Gods is binnen u lieden", hiermee de itadr"1' gelegd wordt op den in- wcndlgen geest, die in den mcnsch komt „niet met uiterlijk gelaat", terwijl daardoor toch het uitwendig karakter geenszins geloochend, maar alleen thans niet besproken wordt. Bovendien is de uitdrukking, die de Zaligmaker bezigt, van dien aard, dat zij twee vertalingen toelaat. Mei» kan vertalen„is binnen u lieden" en„is ililen". Nu eisclit de samen hang. dut men vertaalt, zooals ons Bijbeltje te lezen geeft: „is in uw midden", en daardoor valt de moeilijkheid heclemaa! in lici niet. Christus sprak tot de Parizeen, die toen allesbehalve, liet Godsrijk, gelijk Christus dit schilderde in zijn Bergrede, in hun binnenste j hadden. Neen, wel koesterden zij een wereldsche opvatting van het Godsrijk, en nas het hun mcening, dat een bloeitijdperk als onder David en Salo mon voor Israël zou terugkeeren. Daar nu de Heer al herhaaldelijk gesproken had over het nabijiijnde Koninkrijk Gods, dachten zij natuurlijk aan een of andere politieke omwenteling, mis schien wel aan een coup d'état I Doch Christus bleek al heel spoedig wars van elke politieke bedoeling. En daar om vroegen zij eens vol nieuwsgierigheid „Wanneer komt het Koninkrijk Gods" Zij kregen afdoende antwoord: „Het koninkrijk Gods komt zonder opzien Ie baren zonder staatsomwenteling, coup d'ëlul of oorlog. Men zal niet zeggenkijk hier, of kijk daar het is niet aan plaats gebonden Want zie. bet Koninkrijk Gods is in uw midden. lk ben de Messias, dat heb ik door mijn wonderen getoond. Ik heb reeds volgelingen. Het Rijk is er dus al". - Deze tekst kan das in de :e verte niet als bewijs worden aangevoerd, dat Christus' godsdienst slechts inwendig is. Om ilcze vier redenen moeten wij :t een grove dwaling noemen, te eenen, dat het Godsrijk uitsluitend beslaat in 's menschen binnenste. IV. Wij, Katholieken, ontvangen in boven staande een ernstige vingerwijzing. Hel Rijk Gods is inwendig. Als wij ït arm van geest, zachtmoedig, vreed zaam. rein leven, maken wij ons be spottelijk in de oogen van andersden kenden, want wij loochenen dan onze eigen beginselen door onze eigen daden. Van den anderen kant zouden onze ijanden niets liever-«ten. dan dat wij ns beperkend tot inwendige gemoeds temmingen, nimmer uitwendig voor den dag kwamen als een collectief, zichtbaar geheel. In dat geval zouden zij zelf, als collectief geheel, veel ge makkelijker aan hun eigen beginselen de zegepraal bezorgen, en ons dood drukken Maar, wat zij ook denken of willen, wendig echt Christen zijn. en uit wendig één groot sociaal, collectief geheel vormenwij moeten het cc doen en het andere niet laten! Jac. J. Zmj S. J. Matlh. hoofdst. 5, 6 en 7. Marc. 1. 15. Luc. 4,17. Matt. II. 5. Epistel en Evangelie. Twaalfde Zondag na Pinksteren- LES uit den tweeden brief van den H. apostel Paulus aan dc Korinthiërs: ra. 4—9. BroedersZoodanig een vertrouwen hebben wij door Christus bij God. Niet 'i waren wij uit ons zei ven genoeg- ain om iets te denken als uit ons Ivenmaar onze genoegzaamheid uit God, die ons ook bekwame be dienaars gemaakt heeft van een Nieuw Testament, nietdoor den letter maar door den Geestde letter immers doodt, maar de Geest maakt levend. Indien nu dc bediening des doods, met let ters in stccnen gegrift, in heerlijkheid geweest is, zoodat Israel's zonen het gelaat van Mozes niet konden aan schouwen wegens de heerlijkheid zijns aangczichts, welke te niet gaat, hoe zal niet veel meer de bediening des Gcestes in heerlijkheid zijn. Want in dien de bediening der veroordeeling heerlijkheid is. veel meer is de bedie ning der gerechtigheid overvloedig in heerlijkheid. EVANGELIE ilgens den H. Lucas X. 23—37. In dien tijd sprak Jesus lot zijne leerlingenZalig de oogen, die zien rat gij zietWant Ik zeg u, dat vele profeten en koningen verlangd hebben te zien wat gij ziet, en zij hebben liet niet gezien en te hoorei» wat gij hoort, en zij hebben liet niet geboord. En zie, zeker wetgeleerde stond op! n Hem op de proef te stellen en „„ideMeestermet wat te doen zal ik hel eeuwige leven bezitten En Hij sprak tot hem Wat staal er in de Wet geschreven? Hoe leest gij? Hij antwoordde en zeide Gij zult den Heer wen God liefhebben uit geheel uw ar! en uit geheel uwe ziel en uit al we krachten en uit geheel uw ver- t.iiulen uwen naaste als u zelvcn. a» Hij sprak tot hem Gij hebt goed cantwoorddoe dit en gij zult leven. Doch hij, zicli zei ven willende recht vaardigen, zeide tot JesusEn wie is mijn naaste Jesus nu nam het woord op en sprakZeker mcnsch ging van Jeruzalem af naar Joricho en viel on der roovers, die hem uitschudden en wonden toebrachten en heen gingen terwijl zij hem halfdood lieten liggen. Het gebeurde nu dat een priester den- zelfden weg afkwan» en. hem gezien hebbende, voorbij ging. Ook een Le viet, toen llij nabij de plaats was en hem zag. ging eveneens voorbij. Doch zeker reizend Samaritaan kwam nabij hem. en hem ziende, werd hij door me delijden bewogen. En toetretend, ver bond hij zijne wonden en goot er olie en wijn in, en legde hem op zijn last dier en voerde hem naar eene herberg en droeg zorg voor hem. En des an deren daags nam hij twee tienlingen en gaf ze den waard, zeggendeZorg voor hemen wat gij verder moogt te kosten leggen zal ik uw bij mijne wederkomst terug geven. Wie van de ze drie was. dunkt u, de naaste van hein. die onder de roovers gevallen was Eii hij antwoorddeDie barm hartigheid aan hem heeft gedaan. En Jesus sprak tot hem Ga en doe gij Weekkalender. DE MAAND AUGUSTUS. ZONDAG 3 Augustus. 12de Zondag na Pinksteren MAANDAG 4 Augustus H. Dominions. Belijder. DINSDAG 5 Augustus. Kerkwijding van O. L. Vr. ter VyOENSDAG 6 Augustus. Gedaanteverandering des Heeren op Tabor. DONDERDAG 7 Augustus. H. Capelarius. Bel. VRIJDAG 8 Augustus. HH. Cyriacus en gezellen. Mart. ZATERDAG 9 Augustus. Vigilie v. d. H. Laurentius. Kevelaer. II. Meermalen heeft men de genadeka- pel van Kevelaer en de duizenden die er zich in de zomermaanden onophou delijk omheen verdringen, met een we ntelenden gonzenden bijenkorf vergele ken. Nauwelijks heeft dc Koningin er geus hare rustplaats gekozen, of dui zenden nijvere bijtjes hangen in zware zwermen om hare meeslcrcsse, met blij gegons en vlugge bedrijvigheid. Zóó ging het ook te Kevelaer. Dc Koningin dor Christenen had ternauwernood hare woon in het heiligenhuisje gevestigd, of van heinde en ver kwamen hare kinderen in breede scharen toegestroomd In 1643 moesten reeds voor den bc- devaarttijd 2 priesters meer naar Kc- velaar worden gezonden. In hetzelfde jaar werd de groote beóovaartkapel of kaarsenkapcl begonen, en in 1643 vol tooid. In 1646 moest de nu zeer druk geworden bedevaart aan ccnc klooster orde. de Oratorianen worden toever trouwd. Maria liet zich intussclien niet onbe tuigd en beloonde vorstelijk de liefde en het vertrouwen der 9anienstroon»en- de menigte. Wie bedroefd was. werd getroostwie belast was, werd verlicht, wie zwak was werd gesterkt cn wie ziek was werd genezen. Van 16421643 alleen, zegt Stalenus, de eerste geschied schrijver van Kevelaar, gebeurden er ontelbare wonderen. (Een klein aantal dezer werden opgeteekend en voor het nageslacht bewaard.) On» de echtheid dezer wonderen en den al dan niet goddclijken oorsprong van de bede vaartplaats te onderzoeken, werd door den Vicaris Capitularis Bosman, van Roermond, in 1647, te Venlo, cene synode bijeengeroepen. Busman ver scheen in persoon en deed onder ecde het verhaal van hetgeen hen» weder varen was. De wonderlijke genezingen werden met de grootste nauwkeurig heid door de 24 leden, deels kerkelij ke waardigheidsbekleders, deels beken de theologen of gezaghebbende ge- nccshccren, onderzocht. Acht gevallen werden eenparig als echte wonderen erkend. Op deze synode werd door dc kerkelijke overheid het bedevaartoord, van bovennatuurlijke afkomst verklaard. Men bad den vinger Gods erkend, die wonderen wrocht. Nu nam ook hel bedevanrtleven be grijpelijkerwijs een grootcre, wijdere vlucht. Niet alleen lalloozc afzonder- S KV"'Sj"Sfc f 2aü!)U JLÏS «erden O™" bezoekers c vermeld dat ""SS „n hei aantal pelgrims. kan niet d"a gelijktijdige .^-'Siaa „eed, erden den, geschiedden, t" 4 ni„uwe wondereu li,.Chop Oeveie» „echt ÏÏÏStV ^tfSfZdin ssgte: ö3*«cr::. getcckend. ue t- kwalen arS ÊvangSie. ie bk- «uiting ™dn Blmden worfol dames en een S goedheid dervinden de maeht en ac g "JSSsaïjs: en Willem J-«^£id?„e kinderen P riekten melaatsheid, geslagen. ïTAja—-3S» getasi bevonden. echtgenoot, '(".ïSS,XodTopgesiotitiii» fcS.ctiel=r^-b='r»"?è mocht baten. weerstand. behandehng hmdnektogMt Zes jaren man en kinderen. Kerrenrats omrooste Hij ging hoogere macht klaagde daar zijn naar Ke velaar, T steresse die daar nood bij de.l,,e dien dag af beterde zeleU-, llJdc mSTauehe. Sa gaandeweg vertoonde zij zich aan SSKT-riMS allen, grootv0clden getrokken. soon, bezoek en offerde een meikoning»" e ?ond hij een groote aars. e kaars zijner hovchngcn wap tc offeren, vers kaarsenkapcl schild, dat nog ,733 kwam hij nog- Tal n» KeS- "vee prinsen. u„ aid, Ook de kerk*' ovCT^e Dc begtijpeljke™,» bisschoppen t beroemde ge- den op- alle lkt„ «adeoord. htcermaiea latere persoonlijk naar K Joo. tijden «erd herhang Stecïef SSSTouÏÏ- Roermond. oproerendc godsvrucht don» met een den groolcn schei» bisschop. der hier be- ook tot de bcg ®_jen gerekend, sproken bedevaar! aflaten en het Z 11. verleende kostbare_aua verlot om meui -„elltcschenken, gelijken zegendeng al\t.veinar over Ook Selas"l7raCh,ig Missaal, hen» ï^rs»S'p"iAp'"1,11 "in I jubilé aangeboden.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1913 | | pagina 5