HEHENKAMP Co,
umwmm
Firma M. A. Ramselaar
H. NEFKENS Varkensmarkt 5 - Amersfoort.
Wilt gij uw
dan terstond van
zonder sleutel.
rijwiel tegen diefstal beveiligen, voorziet U
een HORLOGESLOT, te gebruiken
Metaaiwarenhartdel ..VULKAAN' Eers,e
Ge^edsclipppeii en üuisMelijlie Artikelen
Broodfabriek
Wat is „Wotsky"
Joh. Reinboudl
LANGESTRAAT 46 (hoek Laniregracht) Tel. SOI AMERSFOORT
Wij hebben nog een reuzenvoorraad Stoffen en Gemaakte
Kleeding voor Heeren en Kinderen en haast alles nog
tegen den ouden prijs van vorige jaren.
PVITRA«>JM.
Onder aanbeveling, Hoogachtend,
van U is het, daar ie koopen, waar U de
grootste waarde voor Uw geld ontvangt.
Dit kunt U het best bereiken bij ons, want
nergens vindt U zulk eene uitgebreide col
lectie, nergens zijn de prijzen zoo voordeelig.
Moderne confectie tegen billijke prijzen ver-
koopen is ONS SUCCES, UW VOORDEEL.
Krommestraat 4-6-t
Langestraat 90 Telefoon 288
op elk
'bied.
Aanbevelend,
P. NIEROP.
Telefoon ,341 Amersfoort
■MBIIMfiiHllfftHMBgBMBBBMaBHI t M'IIUI i llll
(Met schijf)
Tij bevrage» In tl" Slijtcrij-vao Godisivlleeid cn Wijnftn
Telef. 292 Havik 41 Amersfoort
Amnrsfnortschehup! ]pqiNfi'r
Begrafenisonderneming
\i;-rwsTR/ r u
A. >1 ER OOR i
Tele pit non 29.5
Billijke doch vaste tr-ri.
AMERSFOORT.
WIT'l EBRQOD 9 cent per 4 Kilogram.
BRUINBROOD 400 gram 5 cent.
8 TAFELBESCHUITEN p. zak 20 cent.
I Van het volgens deze prijzen van deze fabriek ontvangen en
betaalde brood, behalve van het Bruinbrood, zal liet 10 pCt. di-
t vidend worden uitgekeerd op den gewonen tijd.
Heeren-Costuums in Blauw, Zwart en alle Fantasiekleuren vanaf f 10.00 tot
f 65.00 Wollen en Katoenen Kinderpakjes vanaf f 2.25. Werkmansgoederen.
Vakkleeding. - Kleermakerswerkplaatsen aan huis.
Aanbevelend,
Zie de UitstallingenHEHENKAMP Co.
r I IMIHIII'lilMMMMMM—MM—MMMH
GROOTS KEUZE Karpetten en
Loopers, Linoleums en Vloer
zeilen, Chinamaiten tlgepisl m sluipt
Uit de Fransche revolutiejaren
1) In Vlaanderen.
Wie toch zou met al eens gedaan
hebben als Donaat dat is,
cn zijdeling-ch-r, maar eerbied vollen
i -,;»ag op het lief blonde spiristcrijc
verpen
l)i zeer diep woelt er den jongen
boer iets ia het hsrt, cn als hij alleen
sp den akker, in de weide of in het
b ,-rh, roept zij-te ruwe wilde verbeet-
'1 k u '>p. die hem bij Arnel-
'je i i' gu istig daglicht zouden
ii Je hoeve in brand en
hg, d'V.T vi,„i en rook liccn, redt
Ante lp wolf, met blordrooden
muil, d het blonde dochterke over
valt, cn dien hij izijne stalen kneu
kels grijpt hij doet waarlijk de
beweging cn wurgt als een oude
wollcr. want een drank met zeven
kopper, die Ameltje lu zijne innch
heeft en Uien hij /ou stroopen als eei
palingeen halt dozijn duivels ocl
neen! die mu Olm.>i Ameltje met haa
vroom gezichtje alléén wel verjagen...
I)a( is de pot'ne van Donaat.
.Gekheid, gekheid I» lacht de jongen,
uit zijne dichterlijke droom.n wakker
schietende hij fluit een deuntje, her
neemt zijn werk met riek of schup. en
laat alles welgemoed aan den goeden
God over, die liet ook wel schikken
.1 gelijk hel wezr n moet I
Maar boer Rombout, die een vos i.
en oogen heeft als een lynx, ziet se
dert lang door de vest van den jongen
heen, tot diep in zijn hart, en voelt
zich niet geneigd hem als
over den dorpel te zien tr
Als dat denkbeeld bij hem opkomt,
staart hij met hardvochtige trotschheid,
naar zekere roodc plavei in den vloer
cn hij ziet, in het groote dambord,
zonder tellen, juist op den tichel dieu
hij zien wil.
Over die vierkante roodc plek treedt
Donaat dagelijks met zijne ruwe, er
zwarte holleblokken en hij vermoedt
niets 1 En dc plavei klinkt niet als ecne
klok En de plavei bonst niet op eu
slaat den ruwen klomp niet verachte
lijk wegEn Donaat de kinkel, hoort
niet dat déAr, en dédr alleen, liet hart
klopt van den boer I
Trouwens, zeer gelukkig ookl denkt
Rombout.
Zelfs Ameltje, ats zij 's morgens,
met dcu ruwen heibezem, in het witte
zand figuren over die plavei kecitals
zij er Zaterdags water op plast cn niet
den schrobbenden bezem den steen
doet rood worden als itene kriek, ver
moedt niet in 't minste wat onder dat
roodc vierkantje zit, zoomin als zij weet
wat er klopt onder den rooden lijfrok
van Donaat
De oude zou den jongen reus wel
uit de hoeve willen verwijderen maar
in dezen naren tijd cn in de eenz;
beid, en met die roode plavei,
hm is dit besluit nu niet uil te
voeren.
Maar als er, in gunstiger oogcnblilc-
ken, iets mocht voorvallenals de
knaap, bij voorbeeld, geh geilheid mcclu
geven hein weg tc zenden, danja,
dancn Rombout loeit schuins uaai
den vloersteen, nu met ecne wolkach
tige laag grauw zand bedekt.
Men zit hij het vuurde boer vindt
dat hij heler zit dan ooit,
wonderDe mat van d- n s
dood versletengeen st'U.irnnlt
in maanden tij-is langs de lu
Dónaat heeft er nu ecne ai
in gevlocht- n van haverstroi
deze een oude paardedekeu,
gevouwen, gelegd. De boer
voelt het wel, maar weten wil hij 't
niet al hei ft Amellje dit. heel on-
noozcl, ter eere van Donaat dt-n knecht,
Verteld.
Deze rookt zijn pijpke, de schcêpcr
schilt aardappt,--., doch Staakt zijn
werktuiglijken arbeid als er iets belang
rijks gezegd wordt, spalkt dan zijne
ronde oogen wijd open, Iaat zijne
'eeselijku snijtanden zien als hij lacht,
1 vergeet, in die oogcnbh'kken, de
zwarte oogen uil den gcschiiden appel
steken.
Builen is het hclsch wcérde wind
gonst cn bromt in de boomtoppen
de regen klettert met vlagen tegen de
bovenvensters, die langs binnen met
luiken gesloten zijn. Soms komt de
wir.d Onstuimig in den schoorsteen
dwarrelen ea drijft den rook naar be
neden, 't geen den scheéper de wijs-
gccrige bemerking doet maken;
hier beur dan buiten
D» ketting, waaraan Vos vastligt,
ratelt over don dorpel van zijn huk.
Rombcut draait, scherp luisterend, ten
halve h. t hoefd cm. Hij heeft zich
niet bedrogendo hond blaft, blaft
sterker, bi?.» nijdig, geweldig en springt,
als razend, aan de ketting op.
«Volk!., zegt de boer slechts in
schijn gerust.
Wal mag dal zijn zegt Amcllj
en ziet naar den jongen leus.
Donaat staat kalm op, gaat lang
saam naar de deur, schuift den giendc
weg, heft de klink op en opent de
deur op eene spleet. De wind stormt
binnen, als een schalk die buiten li
wachten staat, cn danst, raast en wcr
velt het huis rond.
De. knecht roept tc vergeefs - koes.
t de waakzame schildwacht cn gaat
litcn, de deur achter zich toetrekkend,
os zwijgt en uit 't pikdonkere klinkt
ne stem -goed volk,- en de boet
b nog altijd luistert, hoort de slem
n Donaat die antwoordt en luid
lacht. Op hetzelfde oogenblik treedt
luj met een tweeden persoon binnen
en stent den grendel andermaal voor
'l is Knuut, de ketellapper I,. zegt
de knecht.
Nu, die komt gotd van pas!
Rombout vroolijk, want Knuut is
wandelende nieuws van den dug.
- Ja, die kan m-itgen aan de slag
gaan I laat Ameltje er op volgen, aan
haar verslaten koperwi.-l; denkende.
Nadat Knuut zijnen zak met gereed
schap heeft afgelegd en zijn hoedje,
welks randen slap en doornat tot op
zijne ooren hangen, op oen vloei heeft
schut» hij «licht bii
laai
:nd brri
Knuut, de rondreizende ketcllapp
eene opmerkenswaardige figuur. Ais
ik schilder was cn op zoek naar een
beeld van eenen St. Jun-den-Doopcr,
gezegd hebben: H;lt, ketel
lapper
pal I
haar, dik afhangend t<
-dii lange cn vlokkcrigc
baard, een bleek, beenderig. maa
krachtvol wezen omlijstend lu l grooi
levendig oog dat een zweem bezieling
geeft aan de uitdrukking van
laat, zou inderdaad veeleer
dichterlijken dweper dan t
zaïschcn ketellapper doen vermoeden.
«Wel, Knuut, waar komt ge zoo
at en in dien donkeren avond van
daan gewaaid:- zegt de boer.
«Ik heb vandaag vele dorpen, ten
slotte Zoerscl, Wcslmalle cn Hallc
bezocht, doch nergens eenen slag werk
gevonden, 't Is of de menschen overal
vergeten dat or ketels moeten gelapt
worden, scdeit die verduivelde Fran
sozen hier aan 't woordenkramen zijn I
Op dit oogenblik buldert de wind
spookachtig in den schoorsteen,'t geen
Rombout angstig doet opzien, Donaat
or verschuillaat, maar Knuut aan 't
spotten brengt,
t Is of «jie schavuiten ook hier
door de schouw willen binnen komen 1
scgt hij.
«Kom, kom, antwoordt de boer
met gedempte sten zwijg daarover
Knuut't is beter daarvan niets dau
■ets te zrggep.»
Bah
'd'-' W'J .'•jj" h'er al'ecn
nier breekt Knuut,
mogen te midden der ezn-
saamheid ons lir.vt legen de schuimers
wel eens ophalen..
sSssstwaarschuwt de boer. «De
stomme muren hebben somtijds ooren.
k voor mij spreek ovei dit 'alles het
tefst niet.:
c'i aou<h hun dus maar vrij spel
latenGij zoudt hen laten rooven
plunderen, moorden; onze kloosters
en kerken sluiten, onze priesters cn
vele anderen welke ons dierbaar zijn,
r het verre moordhol, naar Caycn-
zenden onze jongelingen, ver van
huis wegrukken, om ginds in den
vreemde, onbekend cn vergeten te
gaan sterven?»
Wordt vervolgd.