DUYKER Havik 29 Amersfoort
N. V. Middenstandsbank
Adviezen voor Geldbelegging Hl
kl dan op No 42
DE EEMBODE
R. K. Nieuwsblad voor Amersfoort
en Omstreken
Dinsdag 19 Jan. 1926 No. 82
Negen en Dertigste Jaargang
ABONNBMBNTBN kunnen elke week In gun, doch opiegglng van
abonnement moet geschieden voor den aanvang van een nieuw kwartaal.
Pr|i per drie maanden 11X0. Bulten de gemeente Ameraloort 11.10.
Afsonderllke nummert 10 et.
KANTOOR: LANOEORACHT 28, AMERSFOORT, TELEFOON 314
DE EEMBODE VERSCHIJNT D1NSDAO- EN VRIJDAGMIDDAO
ADVmtTBNTllR 25 cent per regel. BIU|ke tarieven voor handel en
ngverbdd geregeld advcrteeren. AdvertentiCn moeten Dtnidag
en Vrijdag vódr uur wordeo betorgd. Een bepaalde pluti ken
niet worden gegtrandeetd.
Hoe ongelijk vertoont zich 's werelds
ydelheiti
D'een ziet ze en lacht er om, en
d'ander ziet ze en schreit
Vondel.
Zoekenden.
Sinds jaar eo dag wordt in en om
Amersfoort propaganda gemaakt voor
de theosofie. Eo toen indertijd die pro
paganda nogal intensief werd gevoerd,
hebben we in De Eembode artikelen
opgenomen, waarin werdduidelijk ge
maakt hoe de katholiek staat tegenover
dieoude dwaalleer in een nieuw gewaad.
Kort geleden werd er in Amersfoort
weer eens een propaganda-rede gehou
den voor dat stelsel van dwaling en,
de verslagen vermeldden het: er was
veel belangstelling.
Dat Theosofie en Spiritisme tegen
woordig zooveel belangstelling wekken
bi) onze dwalende broeders, komt voort
uit de zucht naar iets betirs dan het
botte materialisme, de stof-vergoding,
die geen bevrediging aan het zoekend
menschdom buiten de Kerk bood.
De menschenziel moge eea tijd rond
dolen in het duister, altijd weer zal zij
zoeken het licht, omdat zij voor het
licht is geschapeD.
De mensch zoekt licht en bevredi
ging der diep-gewortelde begeerten naar
een hooger leven. En de oogen sluitend
voor bet licht der waarheid, loopt men
de dwaallichten na, de nieuwe en de
oude, die met geheimzinnige schittering
korten of langeren tijd flikkeren aan
den gezichtseinder.
Het Boedhisme met zijn waas van
mystiek, met zijn geheimzinnige leer
stellingen over het verleden, heden en de
toekomst van den meosch, voorgedra
gen in een stijl, die door een gegoochel
met woorden, bet ledige en onbegrijpe
lijke der gedachte moet verbergen, heelt
altijd veel grage ooren gevoot'
Het dagteekent van 600 jat
Christus en is nog niet dood.
Nieuwe wijsgeerige en godsdienstige
stelsels hebben nieuwen wijo gedaan ie
oude zakken en met bijmenging var
andere bestanddeelen, met sterk pan-
thr Htischen bijsmaak, dicnea zij hun
nieuw brouwsel op en noe
Theosophie.
Theosophie trekt, omdat het heel
geheimzinnig doet, alles uitlegt in een
taal, die niemand begrijpt, schermt met
philanthropie en ascetisme. In het duis
ter echter van de leer der stofvergoding
werpt het verblindende lichtbundels om
zich heen en menig zoekende geest
vliegt er op af als een mug op de kaars
om met verschroeide vleugels machte
loos neer te vallen.
Het Spiritisme, uit Amerika afkom
stig, zit in de luchtde mediums, die-
de verbinding tusschen onze aarde en
de geestenwereld onderhouder, zijn legio
en onze nerveuse, hysterische tijd blijkt
een vruchtbare bodem, waar deze
plant welig opschiet.
Het hart van den mensch heeft be
hoefte aan licht en aan rust. L'cht
te kunnen zien de wegen, waar hij gaan
moet om niet onverwacht in een af
grond neer te storten, waar de docd
op hem loert; rust om de stormen to
zwijgen te breogen, die woelen in zij'
>m stil na tfe denken over de
groote vragen, waar heel zijn bestaan
van afhangt en te vicden het klare
antwoord, dat alle moeilijkheden oplost.
Als op een stormachtige zee dobbert
hun bootje op en neer, zonder stuur
om in vaste richting voort te gaan,
zonder kompas, den weg wijzend naar
veilige -haven.
De golven slaan overboord; het
eenige, waarin men zich veilig waande,
voelt men zich ontzinken en kramp
achtig grijpt men het eerste stuk wrak
hout aan als uitkomst in den barren
nood.
Maar het blijft wrakhout, een speelbal
iü wind en golven.
Het is in dien toestand van ontred
dering en hoogste levensgevaar, dat het
iLicht, dat in de duisternis scheen en
niet begrepen werd» eensklaps klaar en
helder schijnt met vredige uitnoodiging,
belovend veiligheid eo leven.
Waar alles onmachtig bleek den
sren zielevrede te geven en bewuste
zekerheid te brengen in een warreling
twijfel, staat de Kerk van Christus
op de steenrots gebouwd, sterk in de
kokende branding met het kruis in top,
t warme licht stralend door de boog-
Eo velen kloppen en worden binncc-
gelaten, blijde als kinderen te zijn
Vaders huis.
Moge hun getal steeds grooter word
zijn al begonnen met pogingen om de
vloed te keeren. Ook onze Roomsche
bewegirg die in haar vaandel heefi
geschreven: «Voor 't Roomsche kind
het Roomsche boek», heeft reeds suc
cessen te boeken. Katholieke uitgevers
krijgen weer moed. Mooie kinderboe
ken worden herdrukt, zelfs voor nieuwe
gaat gezorgd worden. Daarom is het,
dat wij onze Roomsche ouders en op
voeders, onze Roomsche boekenkoopers
toeroepen: «Helpt onslc
Nee, ouders, u moogt ons nu niet
de steek laten. U moogt ons niet
ontmoedigen. Onze arbeid uit Christe
lijke kinderliefde heeft recht op daad
werkelijke waardeering van Katholieke
zijde. Nu er ten laatste met veel moeite
arbeid iets gaat komen, hebben wij
re steun hard noodig, de steun van
u allen. En zonder die steun zal alles
mislukken, is de kans op verbetering
ior altijd verkeken, 't Is nuer op
Alleen door overvloedige zegen van
boven en sterke steun der Roomsche
opvoeders zal ons werk gelukken. A.
titlpt ons!
u hoeft heelemaal ni
geven. Want ik hoorde u al: »Ocb
hemel, daar heb je ze weer met dal
eeuwig gezanik. Waar nou weer voer i
Al dat gegeef'. Nu voor dit, dan voor
dat I Dat ze jandorie voor d'r eigen
zorgen. Ik ben 't al lang beu, meosch
gerust. Ik bedel niet. 't Gaat
niet over andermans mini
er 'n zaak, die u zelf, die de
belangen van uw kinderen raakt.
Er wordt voortdurend meer onge
schikte lectuur onder de Roomschi
jeugd gebracht. Niet-Katbolieke uitge-
gooien maar boeken op de markt,
ten na het ander, allemaal ir
kleurige lokbandjes en onze Roomsche
firma's hebben ontzettend te tobben
misschien van buiten
minder mooie, maar van binnen veel
betere boeken, aan de man te brengen,
De laatste jaren was bijna geen enkele
katholieke uitgever meer te bewegi
'n kinderboek te hei drukken en ov
nieuwe hoefde je heelemaal niet te be
ginnen. Ondertusschen verovert
leege, godsdienstlooze boek de Ro.
sche jeugd. En hoeveel zijn er niet bij
die massa's neutrale boeken, die
Roomsch opvoeder moet kenmerki
«schoonblinkeude rommel»
'n Ellendige toestand, waar verarde-
g in moet konten en zoo spoedig
igelijk. Er is al it'.s aan veranderen,
De protestanten zijn ons reeds
Alvorens u beslist bij het koopen van een Instrument
is het mede in uw belang ook eens te komen zien in den
Piano- en Orgelhandel
Hmersfoortscbe Bedevaart
Door A. F. VAN BEURDEN.
II.
Maar dan trok de processie ten
tweedemaale over de Langestraat door
tot achter den Kamp, voorbij St. Jans
Kerkhof, Singel, voorbij St. Agnes, St.
Barbara (thans Pensionaat), Mariënhoof
(thans Burger Weeshuis) en weer
de O. L, Vrouwenkapel terug.
De Kerkmeesters moesten toezicht
houden op den goeden, geregelden gang
der processie en voerden tot teeken
van hun ambt een rooden stok mede.
Er slopen op den duur misbruiken
inzoo lieten zich sommigen een koe
len dronk, in wijn óf bier, nadragen,
wat verboden werd.
Toen de Reformatie in de stad in
gevoerd werd, de Sint Joris aan de
Katholieken ontnomen was en van al
taren en sieraden beroofd,
O. L. Vrouwekapel eveneens ingenomen
was, moesten de processies verdwijnen.
Men moet niet denken, dat dit alles
op eenmaal geschiedde, dat de Katho
lieken door massa-afval Amersfoort in
eens omzetten. De minderheid, gesteund
door de Staten Generaal, de Staten van
Utrecht, trad scherp op en hield er
den schrik in. De stadsregeering
gilden kregen eene regeering van
nieuwgezinden en macht werd boven
recht gesteld. Toen eenmaal die toe
standen vastgegroeid waren, was er
weinig meer aan te veranderen, vooral
omdat wie niet meedeed, kans had om
uitgekreten te worden als te heulen
met den Spaanschen tiran.
De processie en bedevaart, die telken
jare zoovele vreemdelingen in de stad
bracht, en d ie aanleiding hadden gegeven
tot het stichten van den hoogen monu
mentalen toren werden verboden.
Maar de geloovigen vergaten den
bedevaarlsweg niet. Zij volgden bid
dend en in stilte den weg, wat niet
onopgemerkl bleef voor de Calvinisten.
Vooral hunne voorgangers waren
sterk tegen alle Roomsche stouticheden"
en „superstitiën" en zooals ik vroeger
in „Droevige dagen" beschreef.
voor Amersfoort en Omstreken
AMERSFOORT.
Lange Qracht no. 4 - Telefoon no. 304
LIPS SAFE-INRICHTING.
het niet de gewone menschen, die
onverdraagzaam waren tegenover de
Katholieken en aanhoudend bij den
Magistraat op audiëntie gingen, maar
de voorgangers van stad en omgeving.
ifls de Magistraat dan niet wilde,
gingen zij hoogerop en dan zorgden
de Staten, aangespoord door de Synode,
dat er verandering kwam.
Zoo ook in 1715 verzochten de pre-
dikanten Wilbrenninck, Neander en
Van Oostrum, dat het volk in zijn
ommeganck zou worden belet. De Ma
gistraat gaf daaraan voor zooverre ge
volg, dat hij den O. L. Vrouwenboop
tusschen kapel en toren met een heb
liet afsluiten, zoodat de „Stille Omgang"
niet meer driemaal om de Kerk kon
trekken.
Deze maatregel had echter het aver-
rechtsche gevolg, dat de omgang nog
drukker werd.
Nu paste men het oude dwangmiddel
e en zond, een waarschuwing en
bedreiging tot de bedienende Roomsche
priesters. Dat er van de vrijheid ^an
godsdienst, die in het begin van hetverzet
tegen Spanje nog bestond, geen spoor
meer te vinden was, gevoelden de Katho
lieken deerlijk aan den lijve. Nog na
drie en een halve eeuw wordt met de
rechten wenschen en verlangens der
Katholieken, door sommige voorvech
ters der onverdraagzaamheid weinig
rekening gehouden, zooals de practijk
leert.
Het volk kon zich in die verande
ring niet voegen. Het zag wel dat de
toeloop verminderde tot groote mate-
rieele schade van de stad, de drape-
niers, commercanten en logementhou
ders. De inkomsten van Kapel en Sint
Joriskerk van die dagen zakten tot nul.
De drukte bleef uit en de vroolijke
stemming was verdwenen. Nu moest
:n het volk iets in de plaats geven,
was 'took in schijn, en zoo ordon
neerde men, dat de gilden zouden op
trekken, salvo's zouden lossen en althans
wat leven in de stad zouden brengen.
Men kon dit gemakkelijk doen, omdat
Taxi of auto noodig
Amersfoort.
ftebt II een
men indertijd op eenmaal de besturen
der Gilden omgezet had, de Katholieke
hoofdmannen met een briefje van ont
slag naar huis gezonden had en andere
lieuwgezinden er voor in de plaats
Maar de Gilden moesten in den
Franschen tijd weer wijken voor nog
nieuwere toestanden, men blies hun ook
't licht uit en het soldaatje spelen der
schutterij begon, dat na een eeuw ook
weer sterk verouderd was en verdween.
Het laatste volksfeest, uit de middel
eeuwen stammendde Kermis, heeft
ook geen genade meer kunnen vinden
in onzen hedendaagschen tango- en
jaszbandtijd en is opgeborgen tot nader
order, of voor goed.
Nog volgen sommige vrome Katho
lieken in alle bescheidenheid biddende,
den weg, die de beroemde Vrouwen-
vaartprocessie eens ging, en houden
deze aldps in aandenken.
Het kleine Mariabeeldje wordt bewaard
ter pastorie der Clerezy op hetjZand.
De tijd heett het onaanzienlijk gemaakt
en aangetast.
In den O. L. Vrouwentoren, waarvan
het onderste gedeelte gewelfd is en
van slank opgaande ribben voorzien,
is alleen nog het beeld, in halfverheven
werk, van een engeltje te zien, dat bij
de Console van het beeldje was aan
gebracht, Is er ook veel verdwenen,
de hooge toren en den traptoren. geven
samen als silhouet gezien een afbeeldsel
te zien van de hoogvereerde Moeder
met het H. Kind en diep in de harten
der geloovigen leeft nog altijd het aan
denken aan der Amersfoortsche Vrou
wenvaart en maakt men in stilte den
bidweg.
(Wordt vervolgd).
13 Bij da Indianen.
Allen hadden handen vol werk,
de afwezigheid van Jackson was nie
mand opgevallen. Eerst toen het gezel
schap zich in beweging zette, keerde
deze terug.
„Goeden morgen, waarde Jacks:
riep Mr. Allen zijn gast toe. „Hoe hebt
ge geslapen?"
„Zeer goed, dank u waarde gastheer,
zooals men gewoonlijk na zulk een
langen tocht slaapt."
„Als ge ons tot Nacogdoches
gezellen wilt, heel gaarne. Het paard
van den ouden John. loopt daar toch
zonder berijder. Ge kunt er gebruik
van maken."
Jackson nam de aanbieding aan.
„Wilt ge nu de Sabine al over?'
vroeg hij.
Mr. Allen knikte van ja.
„En dat wilt ge dan hier wagen
riep Jackson schijnbaar zeer verbaasd.
„Een paar hondeid meter stroomop
waarts is het water veel kalmer,"
„Maar ook veel dieper," klonk een
stem.
„Kerel, wat weet gij daarvan V" vloog
Jackson op. „Wilt ge een ouden pad
vinder den weg leeren?"
„Houd u kalm, waarde Jackson,"
kwam mr. Allen lusschenbeide.
kan u vei zekeren dal deze man,
gids Williams, ons tot nu nog geen
enkele maal op een verkeerden weg
gevoerd heeft."
„O, bent u mr. Williams Het ver
heug! mij zeer u le leeren kennen,"
sprak Jackson aanstonds.
„Kom, padvinder, hier is uw paard,
stijg op," klonk het nu eenigszins on
geduldig uit den mond van mr. Allen.
„Ziel, de eerste dieren zijn al in het
water. Ze hebben nog vasten grond
onder de voeten."
Mr. Allen gaf zijn paard de sporen
en Williams volgde hem. Jackson
daarentegen wendde zich naar dc
achterhoede.
De overtocht der rivier ging zonder
bezwaren. Aan den anderen kant werd
de orde in de karavaan weer hersteld.
Mr. Allen reed met den gids Williams
aan de spitsdaarna volgden de zwaar
met koopwaren beladen dieren. Ge
wapende knechts vormden de achter
hoede. Bij dezen hadden zich Jackson
en de Indiaan aangesloten, lntusschen
scheen de laatste op den woudlooper
1 niet erg meer te letten. Williams reed
eerst de vlakte in, daarna echter keerde
hij zich naar liet meer noordwaarts
gelegen heuvelland. „Zoo besparen
ons een omweg en vermijden een ont
moeting met de spionnen der Rood
huiden," sprak hij tot mr. Allen.
Tegen den middag bereiklen a
dalketel. Daar werd voor een wijle
halt gemaakt. Pratend stonden de
mannen bij elkander. De Indiaan stond
in de nabijheid der rijdierenniemand
iette op hem, maar zijn scherpe blik
was voortdurend op Jackson en Wil
liams gericht. Het was hem niet ont
gaan. dat die twee elkaar in het ge
heim woorden toefluisterden. Ook wist
hij, dat de karavaan in de Daviskloof
overvallen zou worden. Deze kloof
op een uur afstands en de
vijand moest dus in de nabijheid zijn.
Jackson en Williams stonden zoo dat
ze in de richting van het Noorden
een vrij uitzicht hadden. Ook dit had
de indiaan bemerkt en zijn blik ging
in dezelfde richting. Daar waar de weg
een scherpe bocht maakt om de heuvel-
rij, viel zijn oog op een machtigen
eik, wiens forsche kruin zich hoog
boven de andere boomen verhief. Juist
wilde hij zich weer naar de beide
blanken richten, toen uit den top van
den hoogen boom als met een doek
heen en weer gezwaaid werd. Het
volgende oogenblik was het weer ver
dwenen, maar de Indiaan wist genoeg.
Langzaam stond hij op en ging het
woud in, zonder dat zijn verdwijning
door iemand opgemerkt werd.
De dieren waren uitgerust
brak weder op.
De heuvelen aan beide zijden van
den weg begonnen al hooger te wor
den. Een goed uur kon voorbij zijn,
toen men aan een diep dal kwam.
Reeds waren de eerste dieren in de
Davis-kloof. Plotseling gaf Williams
zijn paard de sporen en reed le kara
vaan een flink eind vooruit.
Jackson was aan den ingang der
kloof achtergebleven. Het gezelschap
had ongeveer het midden van het dal
bereikt, toen van den linkerkant
scherp gefluit door de heuvelen klonk.
Mr. Allen hield zijn paard in, maar op
lietzeifde oogenblik kraakte een schot
en het dier stortte doodelijk gewond
ter aarde. Slechts met moeite kon mr.
Allen zijn voeten uit de stijgbeugels
bevrijden.
Met het eerste schot was ook het
leeken tot den aanval gegeven. Van
drie kanten tegelijk werd de expeditie
overvallen.W.illiams had zich aan het!
einde der kloof aan de spits zijner
kameraden gesteld, terwijl Jackson met
een tweeden troep de mannen van mr.
Allen in den rug aantastte en een derde
uit het woud aangerend kwam. De
aanval geschiedde zóó plotseling, dat
de bedreigden als verlamd stonden
van schrik. Ook de dieren waren on
rustig geworden, en een noodlottige
verwarring dreigde den ondergang der
karav&n te veroorzaken. Mr. Allen zag
het gevaar en riep met luider stem
„Rustig mannen Vormt een carré
Vlug, de geweren omhoog!".
Het bevel werd terstond uitgevoerd,
de mannen kregen hun koelbloedig
heid weer terug.
„Geef u over, mr. Allen," riep de
aanvoerder der derde bende. Het; was
man van ineengedrongen gestalte
en fantastische kleeding. De korte
lederen jachtrok was met breed zilver
borduurwerk bezet en een breede
Spaansche sombrero beschaduwde het
gelaat.
„Ons overgeven?" riep mr. Allen.
„Dat nooit. Mannen, we moeten vech
ten voor ons leven, want roode Jack
kent geen erbarmen!"
Weder klok een schril gefluit, en
van drie kanten kraakten de geweer
schoten. Twee knechts en eenige
dieren stortten getroffen ter aarde.
(Wordt vervolgd.)