I
N.V. Middenstands-Bank
h. ELZENAAR
Bel dan op No. 42
DE EEMBODE
Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
voor Amersfoort en Omstreken
Woensdag 19 Sept. 1928 No. 49
Twee en Veertigste Jaargang
Abonnementen kunnen elke week Ingaan, doch opzegging van abonne
ment moet geschieden voor den aanvang van een nieuw kwartaal. Prijs per
3 maanden f 1.00. Bulten Amersfoort f 1.10. Afzonderlijke nummers 10 ct.
KANTOOR: LANOEORACHT 28, AMERSFOORT, TELEFOON 314
DE EEMBODE VERSCHIJNT DINSDAO- EN VR1JDAQM1DDAQ
AdvertentlCn 25 ct. per regel. Billijke tarieven voor handel en nQverheld
bi] geregeld adverteeren. Advertentiën moeten Dinsdag en Vrijdag vóór
8 uur worden bezorgd. Een bepaalde plaats kan niet worden gegarandeerd
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
EERSTE BLAD
Denk bij al hetgeen gij zegt, maar
zeg niet alles wat gij denkt. Gedachten
zijn van u, uw woorden zijn het niet
meer.
Fransch en Duitsch.
Niet steeds leidt de ontmoeting vsn
twee staatslieden tot vriendelijke en
hoopvolle gedachtenwisseliog.
De verschijning van den Duitscher
rijkskanselier Villier ter Volkerbonds-
vergadrriog werkte deier dagen blijk
baar als een roode lap op een stier.
Briand, die tot de meest gematigde
Fransche politici behoort en steeds zoo
goed met den Duitschen minister van
Buil. Zaken, Stresemann, overweg kon,
blafte woest tot veler schrik I
tegen den heer l'ii'ler, die Stresemann
wegens diens ongesteldheid verving
Villier is scciaaï-democraat en beefi
deswege met de regeling van allerlei
internationale problemen veel baast, en
bij loopt wat hard van stapel. Locarno
vond hij mooi, en het Volkenbonds
instituut en het Kellogg-pact, maar ru
moesten de beeren maar eens een
beeije gaan opschieten, meende bij,
met hun ontwapening en Duitschland
niet alleen weerloos laten staan.
Maar toen kwam Briand los I
Die meende, dat Villier een bee'je
meer rekening moest houden met de
feiten; cntwapeticg kon slechts
zeer geleidt lijk geschieden, o. a. mede,
omdat de Duitsche geest Frankrijk nog
steeds bedreigde. Als Frackr^k ont
wapend aas, sei hij, dan zou Duitsch
land in staat rijn om door middel van
e«n snelle reorganisatie van rijn in
dustrie in fabrieken voor oorlogstuig,
eo bewapening van haar handelsvloot.
Frankrijk te vernietigenDuitachland
was nog altijd eeo groot millioenen-
volk, dat zich gestadig uitbreidde.
Zeer terecht vroeg de heer Villier,
of dat laatste aan het 'Duitsche volk
verweteD kon worden, nog is er
geen verdrag, sei hij, dat nec-malthu
siaansche praktijken aan het Duitsche
volk voorschrijft. Die opmerking lAtl
Want eerder dan door een Duitscher
aanval, zal Frankrijk ten onder gaan
aan eigen zedelijke verwording.
Intusschen is de vredelievende sfeer
tusscben beide volkeren, die den laal-
sten tijd viel waar te nemen, wreed
verstoord door het vrij heftige incident.
Watervloeden in Eemland.
Eoor T. Fluim,
Meermalen is Eemland door
stroomingen geteisterd, nu eens door
de Zuiderzee, dan weer kwam de vijand
uit bet Zuiden: bet Rijnwater. Onze
oude kronieken hebben al die rampen op-
geteekend, en duidelijk blijkt er uit, welk
een, onheil destijds een overstrooming
aanrichtte. Eerst in latere jaren, toen
er meer zorg aan de dijken werd be
steed, zien wij de watervloeden gelukkig
zeldzamer worden.
Ik zal hieronder eenige van die
stroomingen opnoemen, waarbij ik ock
van een bijzondere bron zal gebruik
maken, p.i. van bet Kerkebotk van
Eembrugge. Daar heeft in vroeger tijden
i kerk gestaan, wrarvan de Pastoor
zijn Koster in een boek geregeld al
de overstroomingen opteekende, met
aanwijzing, hoe hoog de vloed soms
steeg: bijv. »een steen breed boven 'i
Hoogaltaar» »zoo hoog als de dwars
boom in de torendeur ligt», enz.
Op 13 Nov, 1477 werd Amersfoort
vreeselijk geteisterd door een hoogen
vloed, »de landerijen waren zoodanig
overstroomd, dat niemand ooit iets der
gelijks te voren gezien had».
In 1514 op St.-Remiglus-dag (1 Oct
is er io Eemland zoo'n hooge vloed,
dat het water een steenbreedte boven
het hoogaltaar in de kerk van Eem
brugge stond.
Op Allerzielen 1532 stak een hevige
m uit bet Noord Westen op, die
a vier dagco aanhield, zoodat de
zóó hoog werd, als in geeD dertig
jaar was voorgekomeo. Overal werd
groote schade aangericht eo verdronken
veel menschen en vee.
In 1552 werden opnieuw vele streken
land door een ontzetlenden water
vloed geteisterd. In de kroniek, die de
Zusters van het Amersfooitsche klooster
Sinle Agaiha bijhielden, lees: men
-Des nachts voor St. Ponliaansavond,
deze dag valt op 14 Januari, was het
zulk een groot noodweer vao donder,
bliksem, hagel, regen, wind en water-
rloed, dat er groote schade en ellei-de
'erd veroorzaakt.
Te Bunschoten werd de schade aan
de dijken op eeo ton gouds geschat.
De menschen klommen in de boomen,
aar sommigen vielen er uit en stierven
in honger en koude.
Op 14 Fcbr. 1566 nachts na St.
Valcniijosdag (14 Febrwerd Eemland
alw.er door een watervloed bezocht;
ditmaal kwam het water uit Gelderland,
de zeedijk bij Nqkerk was door
gebroken, en op 15 April kwam er
opnieuw een overstrooniirg, die nog
d.M. booger steeg.
Ontzettend waren de rampen, door
deo beruchten Allerheiligenvloed atom
den lande aangericht (1 Nov. 1570)
Io Bunschoten en Eemnes verdronken
:1e menschen en kwam er
n. Het water steeg een duim breed
boven het Hoogaltaar in de kerk
Eembregge, zoodat het zelfs in
eekstoel stond,
In het voorjaar vao 1588 is er alweer
:n watervloed in Eemland geweest
de Zuiderzeedijk brak bij Bunschoten
op vele plaatsen door, zoodat er een
schade van een ton gouds werd aange
richt.
Een buitengewone overstrooming
bracht het jaar 1595 en wel in bet
vooijaar. In overoude tijden zond de
Rijn bij de huidige Grebbe (tusschen
Wagetingen en Rhener) een breeden
arm uit, door de Gelderscbe Vallei heen,
om dan Noordwaarts door de tegen-
ige Zuiderzee Icd slotte bij Ter
schelling de Noordzee te bereikcD.
Maar langzamerhand kreeg de Rijn
minder wateraanvoer, en de machtigt
door de Geldersche Vallei werd a
kleiner en kleiner. (Nu is er nog de
Luntersche be»k en de E«m van over.)
Men besloot daarom ten laatste tusscben
Wageningeo en de Grebbe een dijk te
leggen, den Grcbbedijk, zoodat de Val
lei niet meer zou overstroomen en dus
op den duur droger zou worden. Doch
nu en dan probeerde de Rijn zhnboti
bij de Grebbe te verbreken en de Gel
derscbe Vallei weer in te storten.
gebeurde ock op 5 Maart
1595, toen door deD hoogen waterstand
ten gevolge van de vele sneeuw en
regens de Grcbbedijk bezweek en de
woeste golven de Vallei instormden.
Weldra hadden Jij ook Amersfoort be-
ikt. Met zulk eeo kracht stortten zij
op af, dit de brug bij de Slijkpool
et het Wachthuis tldaar geheel weg
ipoeldeo, eveoals een gedeelte der Poort
de stadswallen. Hel water kwam nu
stad binnen en wei lóó boog, dat
:o door de straten kon varen. Ook
andere bruggen en gebouwen in de
stad werden geheel of gedeeltelijk.ver
nield, «daar men not it geen Rijnwatei
gezien had!». Buiten de Kamppoort
sloegen io den Hoogenweg en de
Groenesteeg verscheidene gaten. De
schade werd in het Sticht op 4 ton
gouds geschat. Op drie plaatsen werden
in Amersfoort gedendsteeneo met op
schriften aangebracht om die ontzetteu
ip in herinnering te houden. Op
verzoek der stadsregeerirg ontving de
stad Amersfoort van 's Lands regeering
lage van f 10.000 voor de her
stelling van haar murer, poorten en
In 1607 kwam er weer een water
vloed, ditmaal opnieuw van de zijde
van Nqkerk, waar de zeedijk doorge
breken was. Vooral Bunzchoten eo
Hoogland (met name Duyi') werden
zeer geteisterd, «zoodat de ossen
bet land moesten.»
In 1643 kwam er een herhalirg
1595ook thans brak de Grcbbedijk i
dooi de golven bereikten alweer de
slad, waardoor het grondwerk der bal
ken bij de Groote Kopp Ipoort weg
spoelde. Vooipoort en biug verzwak
ten daardoor zoodanig, dat zij in 1645
geheel vernieuwd moesten worden »tol
greote kosten van de stad».
En reeds 8 jaar later (25 Jan. 1651)
brak opnieuw de Grcbbedijk door-
omstreken van Amersfoort stonden
geheel onder waterja er verdronken
zelfs menschen en veel vee. De land
bewoners moesten een schuilplaats
zoeken op hun zolders, a en ook w er dei
veel hazen op de boomen gevangen».
Een nieuwe ramp vinden wij in 1702
geboekt. In de maand April heerschte
er een aanhoudende storm uit hel
Noorden de dijk bij Spakenburg brak
door, zoodat io Eemland veel men
schen omkwamen en een «geweldig
groot getal beesten verdroDker». Ook
spoeldeo tal van buizen weg. Bij dezen
watervloed is de kerk van Eembruggt
zij werd niet meer opge
bouwd trouwens bet aanzieoiqke dorp
Eembrugge van voorheen, dat reeds
in 1300 stadsrechten bezat, was dooi
ooilogen en watervloeden allengs lóó
achteruit gegaan, dat er in 1702 nf
maar een paar huizen over wareo.
Het schijnt, dat na 1702 de dijki
meer en meer versterkt werden, althans
ik vind gedurende luim een ee
n< emeaswaardige overstroomir-i
meid.
Eerst op 25 Fcbr. 1825 kwam op
nieuw de waterwolf Eemland binnen
stormen. Op 19 plaatsen sloeg de Eem-
dijk stuk en veroorzaakte o.a. even
benoorden de Eembrug een waai van
10 M. diepte, terwijl er twee morgen
landz werden weggeslagen. De waai is
er nog altijd te zien, daar er een ge
deelte van buiten deo dijk ligt. De
schade oader Baarn beliep f 30 000.
In 1855 brak de Grebbedijk (nu sedert
voor 't laatzi) weer door en richtte ook
thanz groote verwoestingen in de Gel
dersche Vallei aanZ. M. Koning
Willem 111 kwam zelfs de geteisterde
streken bezoeken. Ook rondom Ameri
foort stond alles blank.
Van cuds had men in deD rechter
Eemdijk tegenover Soest (in de buurt
van de Melm, vlak bij het stoomgemaal)
opzettelijk een laagte in dien dqk aan-
gebreebt, een dusgenaamde «overlaat».
Steeg het water in de Eem door aao
voer uit de Zuiderzee zeer hoog, zondat
Baarn en Soe«t gevaar liepen te over-
slroomeD, dan golfde het water, dat er
te veel kwam, die overlaat over en
bereikte in den daarachter gelegen pol
der Hoogland. Deze polder wa«
echter met dijken omringd, zoodat hei
jwater daar gestuit werd en verder
geen kwaad meer kon doen. Die polder
diende dus in Igden van gevaar als
soort veiligheidsklep.
Msar omstreeks 1895 rekende een
-waterstaatkundig ingenieur uit, dat die
overlaat niet meer noodig was. Immers,
beweerde hj, de Eemdqken waren
pas opgehoogd en konden nu meer
water bergen. Daarom werd op zijo
advies de genoemde overlaat gedicht
de achtergelegen polder zou nu voor
taan ook droog blijven. Wei scbuddeo
sommige boeren wantrouwend bet hoofd
rer die berekening, doch meer konden
ook niet doen.
Maar wat gebeurt er begin December
1896? Opnieuw jaagt een storm een
hooge zee de Eem binnen en het water
zet zeer hoog opimmers het vindt
ihans geen uitweg meer over de vroe
gere overlaat. Onrustbarend begon het
te sltygenhet bereikte in den nacht
van 4 op 5 Dec. reeds de boerdeiqin
de Baarnache Hoofdstraat, terwqi hel
zelfs de huizen van Eembrugge bin-
rndrong.
Doch in den vroegen morgen begOD
bet plotseling te daten ergens moesl
dus de Eemdijk bezweken zijn. Het
bleek al spoedig, dat dit werkelijk hei
geval was, en wel... precies op de
plaats van de vroegere overlaat (daai
de nieuwe verhooging van den dijk
zeker neg niat voldoende bard gewor-
i). Het scheen dus, of het water
:r zijn boeien wilde wreken en
den spot dreef met de mooie cijfers
in onzen waterbouwkundige.
Zoo Bteik was daar de kracht van
:t water, d»t het stoomgemaal werd
voor Amersfoort en Omstreken
AMERSFOORT.
Lange dracht no. 4 - Telefoon no. 304
Deskundige voorlichting bjj den aan- en verkoop van Effecten
Verhuring van Lips safe-loketten
Verzilveren van coupons Handelscredieten Incasseeringen
Spaar-deposito's rente 4 pet.
huis van den molenaar (machinist)
stortte. Ternauwernood had de man
nog in zijn nachtgewaad met zgn
gezin kunnen reddenhij vond een
wijkplaat» op den dqk. Een paar dagen
te voren bad bq juiit een erfeniije van
f600 ontvangen, die bq de doorbraak
in de woedende golven voor altqd ver
toren girgen. Nu wachtte hij op den
dqk, ter weerzoden door de schuimende
wateren gebeukr, xqn -,-dding af. Ge
lukkig kwam bq het eerste morgenlicht
de Burgemeester van Baarn, Jhr. Mr.
de Beaufort, vergezeld vao een paar
andere wakkere mannen, hem en z^i
gezin uit xqn hacheiqken toestand ver
De overlaat heeft men niet meer
gedicht.
Nog rest mq eigeniqk écn verschrik
keiqke watersnood, die van Jao. 1916,
maar deze ramp ligt nog te versch in
het geheugen om er meer over te
schrqven.
Baarn, Sept. 1928. -
Kantoorboekhandel
Kantoormeubelen
Schrijfmachines
Langestraat 84 Telef. 528
Speciaal adres voor Uw Kantoor-
School-, Schrijf- en Teekenbenoo-
digdheden. - Advertentie-Bureau
Hebt U een
Taxi of auto noodig
Amersfoort
Amersfoort
Dr. Schaepman-fondt.
Comité Amersfoort.
Door bixondere omstandigheden, is
stagnatie ontstaan bq het bezoeken van
diverse parochianen. Zq, die nog
zqn bezocht, mogeo de eerstkomende
dagen een bezoek tegemoet zien.
Het Bestuur.
Io het «Jacht- en Kennelnieuws»,
orgaan van de Jachtvereeniging, word'
medegedeeld, dat door het lid mr. Joa.
Gilisseo te Leusden het initiatief is ge
nomen tot het organiseeren van een
jaariqkschen wedstrijd, waarvan ver
schillende takken van sport deel sulleD
uitmaken. Er wordt hiervoor door hem
een wisselprqs beschikbaar gesteld, die
den naam 2al dragen van «St. Huber-
tusbeker».
Deze wedstrqd, die voor de eerste
maal zal gehouden worden op 29
30 Sept. a.s., zal het karakter hebben
driekamp en als volgt z^i
samengesteld
a. ruitersport, b. schieten en c. scher-
De wisselprqs zal twee malen achter
eenvolgens ot driemaal in het geheel
reten gi wonnen worden om definitief
het bezit van den winnaar
gaan. Ook voor de eerst-geplaatiten in
iedere afdeeling afzonderiqk, worden
prqzen beschikbaar gesteld.
Voor ditmaal heeft mr. Gilisseo aan
ruitersportvereeniging «Eemland»
verzocht, zich met de organisatie te
belasten.
De wedstrqd wordt vermoedelgk ge
reden Zaterdag 29 September voorm.,
in de omgeving van Leusden (Bavoort).
Eindpunt en begin zoo mogeiqk nabij
de «St, Hubertushof». In den namiddag
zal de schietproef plaats vinden, terwqi
Zondag da.v. geschermd wordt. Beide
wedstrqdeo zullen worden gehouden op
den «Sint Hubertushof».
Onder zeer groote belangstcliiog
werd Zaterdagmiddag de nieuwe garage
Molenaar aan het Stationsplein geopend.
Het forsch opgetrokken gebouw is een
sieraad van het Stationsplein en doet
J-:n architect Pothoven alie eer aan.
Naast den architect verdient de aan-
iraer van Keulen lof voor de wijze,
waarop bq in zoo korten tq^ een der-
geiqk gebouw wist op te trekken.
De nieuwste modellen der Fiat», Ci-
treëas, La Salle's, Cadillacs en Buicks,
op overzichtelijke wqze in de show-
a de garage» geëxpeseerd, wer-
groote belangstcliiog bez'cbtigd.
15 Uit droeve dagen.
Zonder te weten welken weg hij
opging, kwam hij hoe langer hoe
in het hartje van Luxemburg.
Het dorpje Anloy passeerende ver
nam hij dal in eene herberg een man
ernstig ziek lag, die daar dien morgen
aangekomen was en gezegd had dal
hij van Parijs naar Duitschland reisde.
De Bannoyaard deed talrijke vragen
len zijnen opzichte, zocht vervolgens
de herberg op waar hij lag, en alsof
hij met de zieke afgesproken had hem
daar le ontmoeten, deed hij zich naar
de kamer brengen, waar hij lag.
Op hel eerste gezicht zag hij dat de
ongelukkige op zijn uiterste lag. Ook
kon hij zonder gevaar van gestraft
worden, de eenvoudige bewoners ge
rust vertellen; dat de stervende zi
beste vriend was, waarom hij ook zeid
dat hij geheel alleen een laatste onder
houd met hem hebben moest.
Toen hij alleen in de kamer was,
haastte hij zich de kleederen van dr~
zieltogende te doorsnuffelen, haalde
het geld en verschillende andere voor
werpen uit, waaronder ook eene porte
feuille hij vertrok vervolgens zeggende
dat hij den pastoor der parochie ging
roepen, tevens zijne verwondering
kennen gevende dat men daaraan
't geheel nog niet gedacht had.
De behendige booswicht richtte zijne
schreden naar het bosch, waar zij:;
eerste werk was de portefeuille te
openen. Hij vond er slechts eenige
brieven in en een paspoort afgegeven
door de stad Parijs aan Pierre Larcher,
een tafelbediende, om zich naar Aken
te begeven. De Bannoyaard onderzocht
•olgens het signalement en slaakte
vreugdekreet daar hij bemerkte
dat het zeer goed met het zijne overeen
kwam. Op die ontdekking volgde eene
andere die hem niet minder belangt ijk
voorkwam, namelijk een getuigschrift
waarin de ridder de Mornac verklaarde
dat Pierre Larcher gedurende negen
jaar bij hem gediend had en gedurende
dien tijd doorslaande bewijzen had
geleverd van zijn trouw en eerlijkheid,
en dat stuk was voorzien van alle
handteekeningen die het een authentiek
karakter moesten geven.
„Met deze twee documenten," zeide
de Bannoyaard, „kan ik ophouden de
oude te zijnik ben degene die op
sterven ligt en begraven zal worden
zonder dat iemand ooit zal te weten
komen wie hij geweest is. Hoe geluk
kig! En hoe toevallig ben ik er aar:
gekomen. De zaakjes gingen in den
laatsten tijd ook zeer slecht. H
regende teleurstellingen. Zulk een lev
was niet uit te houden. Wat zal ik i
doen? Ik, die sinds de revolutie
dikwijls naar verlangd heb Parijs
weder te zien. mij dunkt dat ik....
maar neen, dat zou misschien gevaar-
ijk wezen. Later zullen wij eens zien.
Intusschen is het zeker, dat ik door
middel van die stukken geen oogcnblik
dienst verlegen behoef te zijn...
Daar valt mij iels in: als ik mij eens
presenteerde bij dien baron de la Vierre,
bij wlcn het kleine meisje is?.... Hij
kent Parijs. Ik zal hem bewijzen dat ik
het ook ken. Verknochte dienaar van
een vermoord edelman, vervolgd door
de vijanden mijns meestersvoortref
felijk! Ik wil twintig tegen een wed
den, dat hij zich gelukkig zal achten
mij onder het getal zijner bedienden
op te nemen. Komaanstoutmoedig op
het kasteel afgegaan; ik heb er den
naam van onthouden, Bief."
De bandiet begaf zich met vluggen
tred op weg en bereikte na eenige
uren gaans langs smalle voetpaden,
die hij bij voorkeur insloeg, het kasteel
van Bief.
De baron was op de jacht, maar de
Bannoyaard werd ontvangen door
barones, die hij al dadelijk voor i
innam door met een bewogen stem
den dood te veihaleu van den ridder
zijn heer, door verfoeilijke jacobijnen
vermoord, de gevaren, die hij bij diens
verdediging geloopen had, de vervol
gingen, waaraan hij daarna ten doel
gestaan had en die Item genoopt had
den zich naar het buitenland te bege
ven om er een dierst te zoeken. Toen
de heer de la Vierre thuis kwam vond
hij zijne vrouw dan ook zoo ingeno
men met den vreemdeling, dat hij wel
gedwongen was het voornemen goed
te keureu dat zij gemaakt had; en
reeds daags daarna verblijdde hij zich
over zijne keuze, want de gewaande
Parijzenaar legde een geschiktheid -
den dag, welke de baron nog in geen
enkelen andere bediende had aange
troffen.
XXVIII.
Op het bevel van zijn meesier om
de beide marskramers te gaan halen,
liet de gewaande Pierre Larcher een
paard zadelen en sloeg in galop de
richting naar Saxy in. Maar voor hij
daar aankwam, ontnam hij het paard
behendig een zijner hoefijzers, om het
in een op weinige schreden afstands
liggende hoeve te kunnen achterlaten.
Nu ging hij een boschje in en haaide
onder zijn jas eenige kleeding- niet zag wederkeeren, ik meende, dat
stukken te vooischijn, waarmede hij gij dien Schinderhannes waart gaan
die verving, welke hij droeg, hetgeen opzoeken, van wien gij steeds den
hem, met behulp van nog eenige andere
middelen, die hij aanwendde, geheel
onkenbaar maakte.
het dorp komende won hij na
richten in en had weldra de woning
gevonden waar zijn vroegere mede
plichtige en diens moeder hur. vérblijf
hielden. Hij begaf zich er onverwijld
heen en trof er alleen Jacques Borju
aan. die niet weinig verbaasd was hem
te zien.
„Wat, zijt gij daar, meester?" vroeg
hij. „Hoe hebt gij ontdekt dat ik hier
was
„Dat is mijn geheim." antwoordde
de Bannoyaard hooghartig; „het is aan
u mij de reden te verktaren. die u
herwaarts voert."
,Och! die is dood eenvoudigtaijn
moeder had nog veel koopwaren et:
wij wilden die aan den man brengen
ginds waren daaraan moeilijkheden
verbonden en daarom besloot zij op
andere plaatsen haar geluk te gaan
beproeven en op mijn woord, zij heeft
geen ongelijk gehad dr zaken gaan
uitmuntend."
„Maar gij, hoe durft gij?"
„Ik moet u zeggen, dat toen ik u
mond vol had en ik u niet zou weder
zien. Ik ben daarop naar mijn moeder
teruggekeerd en heb mij kunnen ver
zekeren, dat ik volstrekt niets te vree
zen had en men hoegenaamd geen
vermoeden op mij had. Nadat ik hiervan
overtuigd was, heb ik mij niet langer
schuil gehouden en mij in de omstre
ken vertoond terwijl ik mijne geschie
denis op mijne manier vertelde. Ik zag
dat men mij geloofde en mij goed
ontving. Dat alles benevens de ver
maningen mijner moeder en de verwij
ten van mijn geweten hebben mij aan
gespoord mijn leven te beteren. Ik heb
tot mij zeiven gezegd daar ik voortaan
een eerlijk ambacht moet gaan uitoe
fenen, zal ik marskramer worden. En
zoowel ont de vereischte vaardigheid
dat vak te krijgen als om moeder
Borju gezelschap te houden en haar
pak te dragen, ben ik met haar op
weg gegaan en ziedaar de geheele
geschiedenis."
Terwijl Jacques Borju sprak, keek
de Bannoyaard hem met opeenge
klemde lippen strak aan.
I Wordt vervolgd.