Katholiek Orgaan voor Amersfoort en Omstreken R. K. Spaarbank - Amersfoort H. ELZENAAR Abonnementen hunnen elke week ingaan, doch opzegging van abonnement moet geschieden voor den aanvang van een nieuw kwartaal. Prijs per 3 maanden f 1.00. Buiten Amersfoort f 1.10 De €embode Adverlenliën 26 cent per regel. Billijke tarieven voor handel en nijverheid b\j geregeld udvér- teeren. Advertentièn moeten Dinsdag en Vrijdag vóór 8 uur in den morgen zijn bezorgd. Kantoor en Drukkerij Langegracht 28 te Amersfoort - Telefoon 314 Drie en veertigste Jaargang Verschijnt eiken Dinsdag' en Vrijdagmiddag - Post-giro no. 44234 Dinsdag 7 Mei 1929 - No. 11 Wanneer iemand geregeerd wordt door zijn zaken, verschilt hij in waar heid weinig van hem, die geregeerd wordt door zijn whiskeyflesch. Het is alleen een andere openharing menschelijke zwakheid. Er is geen gewichtiger gebod op deze wereld, geen gebod rnct een dieper lie- teekenls, danIVVes trouw aan uzelf". Het Witte Paradijs. Pieter van der Meer de Walcheren, de geestelijke vader onzer jongere katholieke schrijvers, hun nobele raad gever, hun sterke trooster binnen de kamers van zijn gastvrij huis, is afge reisd naar Frankrijk, waar hij eertijds lè lang woonde om er niet ééns wellicht voor goed terug te keeren. Wat hij, bezijden het hautain misbaar van zijn tegenstanders en de driftige reactie daarop van zijn vrienden, achter laat, is niet slechts de leegte van unieke plaats, welke anderen nooit de hém eigen wijze zullen innemen, is ook het „testament", een boek, dat hij als een hartelijk en beteekenisvol afsclieidsgebaar op de tafel Nederlandsche literatuur heeft gewor-! pen, een karakteristieke groet v<Mr zijn afscheid. Dat boek heet „Het Witte Paradijs". Wie van den scheidenden literator en baanbreker (in het publiek en in de harten) méér dan dit boek ten af scheid hadden gewenscht, beseften de diepe achtergrond van dit werk niet. Want in dit boek beschrijft van der Meer de Walcheren niet slechts zijn tocht naar het Karlhuizer-klooster La Valsainte in de verre stilte van de Zwitsersche bergen, hij geeft veel méér. En het klinkt wat paradoxaal als wij zeggen dat deze man die de felle beweging van het leven tot in het diepst van zijn ziel heeft moeten ver dragen en anderen heeft geleerd de moderne, actueele stand er van te aan- vaarden, voor zoover aanvaardbaar, lot een wakkere en hevige energie dal deze man in waarheid de apostel van de stilte was. En deze stilte is niet anders dan de stilte van het „witte Paradijs", de verworven, bevochten, in tranen en opoffering en gedurig zoeken verkregen stilte van de ingekeerdheid en rustige overgave aan Gods liefde. Er is een hoofdstuk in dit boek, dat opzettelijk daarheen wijst en de ge dachte, daarin meer te kennen ge geven dan volledig verwerkt, bevat feitelijk de voornaamste beteekenis van het werk, een beteekenis, die meer waarde krijgt nu de schrijver, bij zijn vertrek, al de uitingen van zijn open lijk en onbemerkt leiderschap juist daarin ten slotte heeft willen samen vatten. Het is niet de eerste maal ook dat wij op deze plaats en nu wederom naar aanleiding van een boek, waarin het allerschoonste en meest doeltref- ende in Itooger zwijgen nog onge-f schreven bleef spreken over de ontzaggelijke waarde van de stille, juist in een tijd, die alle rust en medi tatie wegrumoert in de angst van zijn 48 Uit droeve dagen. De kolonel was bezig met schrijven toen de deur zich opende om den bezoeker binnen te laten, die, de armen over de borst kruisende, langzaam vroeg: „Philippe de Sevan, herkent gij mij?" De aangesprokene monsterde den vreemdeling met een snellen blik en riep toen met een bewogen stem uit: „Groote God! zijt gij het Marcel?" „Ja, mijn vriend, gij bedriegt u niet, het is uw voormalige kameraad van de lichte dragonders." En de beide mannen omhelsden el kander met warmte. „Gij zijt dus in Frankrijk terugge keerd?" vroeg de kolonel. „Ja, sinds zes jaren, en sinds twee woon ik op eenige minuten van Bar- sur-Aube met mijn dochter en mijn schoonzoon, wiens vader uit deze streek geboortig was. Maar onze oogen- blikken zijn voor beiden te kostbaar, dan dat ik u over mij zeiven zou onder houden. Wij zullen later wel eens praten over het leven, dat wij beiden geleid hebben sedert onze scheiding. Een kwartier uurs geleden ben ik van Luxemburg gekomen, waar ik eenige maanden bij een bloedverwant heb afdalende hart. Het is echter moeilijk om daarover te schrijven, want allen, bijna zonder uitzondering, gaan wij eerder, en zelfs liever, op in het boeiend spektakel van eiken nieuwen dag (ver geet niet: ook de onrust en de onvol daanheid boeien), dan de ijzige, maai in wezen ontzettend levende stilte eener allernoodzakelijkste contemplatie te ver werven. Contemplatieliet woord is voor ons een stijle, dorre muur, het schrikt ons af, we denken aan stuk geslagen, voor tijd en eeuwigheid begraven en iergeten(?) liefde voor de tijdelijke, naar daarom o zoo directe en natuurlijke dingen des levenswij geven liet woord alleen al liever meteen door aan de uitzonderlijke minnaars van het beschouwende levenen het is dus niet voor ons. En toch is het wél voor ons. Zeer zeker niet voor allen op dezelfde wijze gestegen tot dezelfde hoogte maar allen, allen moeten wij komen tot het bezit van het witte paradijs in ons, dat paradijs van stilte, waarin de vrede n de rust (o, niet de gezapige, pro- inciale. ver-achter-de-horretjes-uit- glurende rust), veilig en blij ommuurd ligt buiten het bedrog van de groote parade. Maar wie zal zeggen dal het geen itrijd kost, dat er velen er niet toe geraken dan na de ervaring dat er geen paradijs op aarde meer te vinden is (sinds Adam's val) moeilijker te be nken maar ook vreugdevoller te bc- ■onen dan dit paradijs van ons eigen hart, waarin wij, wit en licht, dc Oor sprong en liet Einde van ons leven, ja liet Leven Zelf, zullen wedervinden. Moge deze gedachte U leiden bij de lezing van Pieter van der Meer's bock, waarvan de eerste regels beschre- werden tusschen de besneeuwde bergtoppen aan weerszijden van de Javroz. En ginds, in de onstuimige werve ling van Parijs, leeft nu de apostel de stilte als het levend bewijs de mogelijkheid om trouw en veilig te bewaren „la flamme blanche du paradis" „dans 1c coeur rongede la ville" N. de P. „Het Witte Paradijs" is uitgegeven bij „De Gemeenschap" te Utrecht en,] naar ik hoor, ook opgenomen in de boekerij van de R. K. Leeszaal te Amersfoort. Lezen. Gelegenheid tot ontwikkeling en ontspanning door middel van lectuur is er tegenwoordig te over, hierin ver schilt het heden heel wat mei den toestand een halve eeuw geleden. Toen waren er vereen igingen en andere besloten kringen, waar men, mits lid zijnde, gebruik kon maken van een vaak zeer beperkte en meestal schromelijk verouderde bibliotheek. I Hierin is tegenwoordig veel ten; goede veranderd. In elke stad van eenigen omvang vindt men, meestal gesubsidieerde, openbare leeszalen, waar men tegen een zeer lage jaarlijksche bijdrage naar hartelust lezen en lectuur verkrijgen kan. Aangezien echter met de gelegen heid ook de lust tot lezen grooter ge worden is, kwam liet tot het stichten! van particuliere leesbibliotheken. Hiermede is evenwel tevens een groot gevaar voor het lezend publiek, inzonderheid voor de. lezende jeugd, ingeslopen. Hel houden van een leesbibliotheek is voor menig houder een handelszaak. Hij verhuurt boeken, zooals een ander wagens verhuurt, om er geld mee te verdienen en daarmee uit. Iemand, die wagens, schuiten of maskeradepakken verhuurt, staat niet 'elijk met iemand die boeken verhuurt. )e laatste heeft veel grooter verant woording, omdat het verhuren van; verkeerde boeken, of van boeken aan verkeerde personen een zeer nadeeligenj invloed op de lezers kan hebben. Zoolang particuliere leesbibliotheken gehouden werden door boekhandelaren, die over voldoende vakkennis, belezen heid en bronnen ter oriënteering be schikten, was het gevaar, hierboven genoemd, niet zoo groot. Nu echter meer en meer onbevoegden zich op dezen, blijkbaar lucratieven handel gaan toeleggen, als bijv. een kruidenier of handelaar in huishoudelijke artikelen (dit is geen fantasie, maar helaas, werkelijkheid}, als een welkome bijver dienste, een leesbibliotheek inricht, beschouwen wij dit als een gevaar inr het lezend publiek. Wij achten een kruidenier, wat be treft het uitwegen en waardebepalen van krenten volkomen bevoegd, maar wij ontzeggen hem die bevoegdheid, als het er om gaat de litteraire, cul- tureele en moreele waarde van het boek te bepalen. Kort geleden troffen wij in een christelijke leesbibliotheek, d.w.z. in een leesbibliotheek, die uitsluitend christelijke menschen als cliënten telt, menschen die er niet aan zouden den ken boeken uit een openbare leeszaal te betrekken, twee boeken aan, die de pornografie bedenkelijk naderden en waarover men zelfs aan de bittertafel met eenigen schroom zou spreken. Toen wij den houder dier leesbiblio theek hierover onze verwondering te kennen gaven, toonde hij zich even verwonderd over onze verwondering. „Hebt ii die boeken gelezen?" vroe gen wij. „Denkt u, dat ik tijd heb, om alle boeken te lezen, die ik aanschaf!" de wedervraag. „Ik heb waarcmpel wel wat anders te doen!" .,Maar hoe komt u er toe, dergelijke boeken aan te schaffen?" vroegen wij weer. doorgebracht cn ik verneem een tij ding, die de maat volmeet van al de beproevingen die ik sedert twintig j. geleden heb. Mijne dochter, mijn eenig kind, is stervende omdat tiaar echtge noot heden ter dood veroordeeld werd." Hoe is Paul du Maine uw schoon zoon?" Ja, mijn vriend, en hetgeen ik ver- nen heb, heeft mij te dieper ge troffen, omdat mijn geheele leven, het welk hij kent, daar is, om hem te leeren, dat men zich naar de omstan digheden moet weten te schikken. Zoo dra ik vernam, dat gij den krijgsraad voorgezeten liadt heb ik niet geaarzeld om tot u te snellen ten einde nai keurige inlichtingen te ontvangen „Mijn beste vriend, het smart mij dubbel, dat ik het doodvonnis heb moeten uitsprekenten eerste omdat hij u zoo na in den bloede bestaat en ten tweede omdat ik persoonlijk' van overtuigd ben van zijn misdadig opzet. Ik ben van gevoelen dat hij hoogst onvoorzichtig is geweest, zie daar alles, maar dit gevoelen heb ik in den raad niet kunnen doordiijven." ,Ach! Philippe, Philippe! welkeen vreugde verooi zaken mij uwe woorden! Maar wat moet er nu gedaan worden om den ongelukkige te redden?" ..Wel, zij hadden zoo'n aardigen titel en er stonden zulke leuke plaatjes op den omslag. Ik dacht, dat het Jeugd lectuur was!" Tableau Wij hebben hem den raad gegeven, ter wille van zijn klanten en zijn ge weten, met deze boeken de kachel aan te maken: zij zouden waarschijnlijk, dank zij het erotisch vuur er in, goed branden en nog van eenig nut zijn. Ouders, die angstvallig trachten te verhoeden, dat hun kroost door het lezen van voor de jeugd verkeerde boeken, moreel nadeel zouden onder vinden, zenden hun kinderen naar een particuliere leesbibliotheek in de mee ning da' daar zorgvuldig selectie wordt gepleegd, terwijl er evenzeer het gevaar om den hoek gluurt, Wij waarschuwen dat niet het etiket, aar de vakkundigheid van een biblio- 4heekhouder de waardemeter moet zijn. Pen man, van wien wij hierboven 'spraken, kennen wij als een consciën tieus cn godsdienstig man, maar deze eigenschappen zijn niet voldoende, om ook een goed bibliotheekhouder te zijn. Ook daarvoor is, behalve liefde voor het vak, kennis en opleiding noodig. Het aan den man brengen van be dorven levensmiddelen is overal straf baar gesteld. Hier gaat het om iets 'eel belangrijkcrs, onsgeestelijk voedsel. Groote zorg is dus niet overdreven, maar plicht. ,Den keizer een verzoekschrift om gratie overhandigen. Ik zal liet onder steunen als gij wilt. Begeef u onmid- delijk tot Zijne Majesteit. Uw zoo eer vol duel te Warschau heeft zijn aan dacht moeten trekken Hij zal u ont vangen, daar ben ik zeker vanO ik begrijp, dat het u veel kost om dezen stap te doen, maar er valt niet te aarzelen." ,Goed! ik zal den keizer gaan spreken." „Uitmuntend: er is juist een officier n mijn regiment hier, die aan het personeel des keizers verbonden is en u vergezellen zal. Ik machtig u alles aan den keizer te herhalen, wat ik tot u gezegd heb." Eenige minuten later begaf zich de graaf Marcel de Tavanes, in gezelschap van een kapitein, naar het hotel van de onderprefectuur, waar Napoleon zijn intrek genomen had. Onder het voortgaan werd de ex- kolonel der lichte dragonders van Lodewijk XVI getrofien door het jeug dige voorkomen van zijn metgezel, hetwelk in strijd scheen met zijn rang en het kruis van het legioen van eer, dat op zijne borst prijkte. Hij gaf hem er dan ook zijne ver KANTOORBOEKH/INDEL Ofl F. TULP LangestriJt 65 t.o. Krommestraat - TEL. 326 KANTOORBOEKEN In alle lioiaturen SCHRIJFMACHINES VULPENHOUDERS onder controle Centrale accountantsdienst Ned. Boerenbond Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit dut. 14 Maart 1913, no. 68 De zittingen voor het inleggen en terugbetalen van gelden worden gehouden iri het R. K. Spaarbankgebouw BREEDESTRAAT bij de LANGEGRACHT des ZONDAGS van 12 tot 1 uurWOENSDAGAVONDS van 7 o 8 uur en VRIJDAGS van 10 tot 11 uur. Dadelijk ingaande rente 3®/io pCt. Spaarbusjes gratis verkrijgbaar. KassierAmsterdamsche Bank. R. K. Middenstand. Namens het Hoofdbestuur van „De Hanze" in het Aartsbisdom Utrecht deelt de heer J. P. de Brabander, di- cteur van het Centraal Hanze-Bureau Utrecht, ons mede: Van de in de latere jaren versche- :n bekende praktische boekwerkjes, uitgegeven door „De Hanze" in het Aartsbisdom Utrecht in een bundeltje verzameld, mocht het Hoofdbestuur twee exemplaren aan Zijne Eminentie Kardinaal van Rossum aanbieden, on der verzekering van zijne aanhanke lijkheid, gehoorzaamheid en eerbie digen trouw. Van Zijne Eminentie mocht het Hoofd bestuur thans het navolgend waardevol en vereerend antwooord ontvangen: Mijne Heeren, Uw belangwekkend schrijven, als mede de door U verzorgde uitgave' hebben Wij met dank en ware vol doening ontvangen. Het verheugt Ons :ien, dat U zooveel zorg besteed, den Middenstand onder elk on- zicht te verheffen. Wij beschouwen dit werk als eene daad van zéér ver strek kende en zéér gelukkige gevolgen. Een krachtige Middestand is voor onze hedendaagsche Maatschappij méér dan gewenscht, volstrekt nood- wondering over te kennen hem zoo jong reeds gedecoreerd te zien en zulk rang te bekleeden, en hij onder- g hem naar zijn militaire leven. Aijn loopbaan," antwoordde de jonge officier met eenvoudigheid, „is die van zoo vele anderen. Bij gemis van ouders door brave boerenlieden opgevoed, die mij als hun zoon be handeld hebben, heb ik het geluk gehad bij de loting een laag nummer te trekken; ik zeg het geluk, want ik verlangde slechts soldaat te worden, het eenige middel, dat mij aangebo den werd om van stand te verwisselen het jonge meiste, dat ik beminde, harer waardig lot te bereiden, ik werd eerst naar Spanje gezondendaar ben ik offieier geworden. Later heb ik de veldslagen van Luizen, Bautzen en Dresden bijgewoond. In deze laatste heb ik de epauletten ontvangen en het kruis, dat de keizer mij eigenhandig op den horst heeft bevestigd." „En mag ik uw naam weten?" vroeg de graaf. „Ik heet AlbertAlbert zonder meer," voegde de jonge officier glimlachende bij. Marcel Tavanes ontroerde onwille keurig en zijn gelaat nam een treurige uitdrukking aan. zakelijk. En hoe krachtiger die Mid denstand is, ook onder stoffelijk op zicht, des te meer zal het evenwicht worden bewaard en des te zekerder kan heel het maatschappelijk leven naar waren vooruitgang streven. Maar ook de belangen, welke Ons meer ter harte gaan, worden door de uitbreiding van kennis, van zorg, van werkzaamheid, van liefde, van onder- lingen steun en van krachtiger leven ten zeerste gediend. Deze belangen beoogen op de eerste plaats het blij vende en eeuwige geluk van den mensch maar omdat er tusschen dit blijvende en eeuwige en het tijdelijke een nood zakelijk verband bestaat, zijn Uwe werkzaamheden voor Ons van groot gewicht. Zij brengen vruchten voort, waarvan men zich op het eerste gezicht geen rekenschap geeft en die men alleen leert waardeeren, wanneer men geheel het maatschappelijk leven overziet en tot in onderdeelen leert kennen. Men kan gerust zeggen, dat een Katholieke Middenstand, die onder alle opzichten gezond is, voor het leven en welzijn der Katholieke Kerk in Nederland een bron is van voorspoed en een verze kering voor de toekomst. Wij zegenen dan het aangeboden werk, Wij zegenen Uwe verdere werk zaamheden en al degenen die met U medewerken of U steunen. Volgaarne zullen Wij bij onze eerst volgende audiëntie het tweede exem plaar aan den H. Vader aanbieden. W. M. Kard. VAN ROSSUM. Naast de aansporingen van het door luchtig Nederlandsch Episcopaat, zoo bij herhaling tot den Katholieken Mid denstand van Nederland gericht om zich toch eindelijk allen te scharen onder het vaan den Nederlandschen Middenstandsbond, zal zoo vertrouwt het Hoofdbestuur thans toch zeker wel het gezaghebbend woord van den eenigsten Nederlandschen Kardinaal den doorslag geven om de katholieke Middenstanders die niet, of niet goed georganiseerd zijn te bewegen in de rijen der Katholieke Middenstandsor ganisatie plaats te nemen. Kantoorboekhandel Kantoormeubelen Schrijfmachines Langestraat 84 - Telef- 528 Speciaal adres voor Uw Kantoor- School-, Schrijf- en Teekenbenoo- digdheden. - Advertentie-Bureau MIJHHARDT'S werken zonder kramp of pijn. Doos 60i Als ik die naam hoor, ontroer ik altijd," sprak hij, „want hij was die van een zoon, dien ik het ongeluk ge had heb te verliezen Hier werd bet onderhoud gestaakt, daar zij de deur van de onderprefec tuur bereikt haddden. De kapitein Albert verzocht de gr-at in de voorzaal te wachten tot hij de noodige stappen gedaan had on verlangde audiëntie te verkrijgen. Een kwartier uurs later keerde hij terug en verzocht den graaf de Tavanes Item te volgen. Weldra stond de voormalige uttge- wekene voor den man, die den troon der Bourbons bezette. XXI. Den graaf ziende ging de keizer hem tegemoet en drukte hem met warmte de hand. „Graaf V reel de Tavanes," sprak hij, „ik ken al de familiën. al de man nen, die Frankrijk, in alle tijdperken, edel en dapper gediend hebben, ik ken derhalve de geschiedenis uwer familie, ik ken de uweDikwijls heb ik het betreurd uw dapper zwaard in de schede te zien blijven rusten^ ik zou er een beroep op gedaan heb ben, had ik niet het gevoelen geëer BBRICHTEN LTIT AMERSFOORT UITSPRAKEN KANTONGERECHT. Verwekken van nachtelijk burenge rucht: A. F., Barneveld f5 of 2 d. Dronkenschap: J. A., Amersfoort f 10 of 5 d.; J. M„ id.; W. W., Nijkerk id.; W. j„ Baarn f 15 of 10 d. Op verboden grond loopen: G. K., Hilversum f 15 of 10 d.; D. v. V., id.; H. A. v. d. L., id.; M. v. d. B., id. Leerplichtwet: A. H. M. W., Amers foort f3 of 2 d.P. K., Bunschoten id.; G. V-, Eemnes f5 of 2 d.; G. V., id.; G. T., Amersfoort f2 of I d. Arbeidswet: H. W. v. D., Soest 2 maal f 10 of 2 maal 5 d.; H. C. K„ Amersfoort f5 of 2 d.; M. v, d. L., Leusden f3 of 2 d.; L. v. Z., Baarn f20 of 10 d. Autorijden links van den weg: A. F. B., Amersfoort f 5 of 2 d.J. K„ Baarn f 5 of 3 d. en f 13.35 schavergoeding. Autorijdend op kruispunt den door gang niet vrijlaten: J. A. G. J., Utrecht f 10 of 5 d. Autorijden zonder voorgeschreven remmen: E. N. B., Barneveld 15 of 2 d.; C. v. H„ Epe id.; H. B., Gro ningen id; A. L.t Harskamp id. Met auto te snel rijden in Soest: J. B„ Amsterdam f20 of 10 d.; H. Th. v. M., Baarn id.; A. J. C. J. T. R., Velp f10 of 5 d.; D. de B., Amster dam f 15 of 10 d.; A. J. W„ Amers foort f 7.50Jof 5 d.; H. M„ Utrecht f 40 of 20 d. Idem in BaarnL. A. C. L., Amster dam flO of 5 d.; G. M, J. B„ Baarn d.; M. B. id. Idem in Hoevelaken: W. F., Lonne- ker f10 of 5 d. biedigd, dat u van mij verwijderd hield. Graaf, wees welkom. Kapitein Albert heeft mij al van het doel van uw be zoek verwittigd, en zie, ik heb de gratie van uw schoonzoon, ridder Paul dit Maine reeds onderteekend, Ik zal het bevels-hrift terstond afzenden." Napoleon schelde en de kapitein Albert verscheen. „Weet graaf," ging de keizer met een weiwillenden glimlach voort „dat uw schoonzoon een weisprekenden advocaat gevonden had in den kapi tein Albert, in wien ik zeer veel be lang stel. Hij heeft mij vetslag gedaan van de indrukken van den dapperen kolonel de Sévan, den voorzitter van den krijgsraad. Beschouw derhalve de gunst, welke ik u verleen, als een daad van loutere gerechtigheid en niet als een poging om u aan mij te ver plichten." „Sire," antwoordde de graaf, met een takt, welke de keizer terstond vatte, „een groot hart kan slechts groote en edelaardige gevoelens bezit ten. Heb dank, heb dank!" (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1929 | | pagina 1