Katholiek Orgaan voor Amersfoort en Omstreken
H. ELZENAAR
Bel dan op No. 42
Bij Pijn
L
Abonnementen kunnen élke week ingaan, doch
opzegging van abonnement moet geschieden
voor den aanvang van een nieuw kwartaal. Prijs
per 8 maanden f 1.00. Buiten Amersfoort 1.10
De Gembode
Advertentiën 26 cent per regel. Billijke tarieven
voor handel en nijverheid bij geregeld adver
teer en. Adverientièn moeten Dinsdag en Vrijdag
vóór 8 uur in den morgen zjjn bezorgd.
i inamurht m la imutlmirf t.i.u.- *4a
Kantoor en Drokkeri| Langegracht 28 te Amersfoort - Telefoon 314
Vier en veertigste Jaargang
VersckIJnt eiken Dinsdag- en Vrijdagmiddag - Post-glro na 44234
Woensdag 24 Dec. 1930 - Mo. 77
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
en een bijvoegiel'
EEKSTE BLAD
Het volgend nummer
van De Eembode
verschijnt Dinsdag
30 December a.s.
Epistel en Evangelie.
KERSTMIS.
Welbeminde! De genade van Ood
onzen Zaligmaker is voor alle men-
schen verse! „nen en leert ons, dat
wij, met verzaking van de goddeloos
heid en de wereldsche begeerlijkheden,
matig, rechtvaardig en godsdienstig
leven in deze wereld, verwachtend' de
zalige hoop en de komst der heerlijk-*
heid van onzen grooten God en Zalig
maker Jesus Christus, die Zich zeiven
voor ons gegeven heett om ons vrij
te koopen van alle ongerechtigheid en
voor Zich een welbehagelijk volk te
reinigen, ijverig in goede werken. Spreek
dit en vermaan, in Christus Jcsus onzen
Heer.
EVANGELIE
volgens den H. Lucas; II, 1—14.
In dien tijd ging er een gebod uit
van Keizer Augustus, dat de geheele
wereld moest worden opgeschreven.
Deze eerste opschrijving is geschied
door Cyrinus, landvoogd van Syrië.
En allen gingen om zich aan te geven,
ieder naar zijne eigene stad. En ook
{ozef trok op van Galilea uit de stad
Jazareth naar Judea, naar David's stad,
die Belhlehem genoemd wordt, dewijl
hij uit hel huis en geslacht van David
was, om zich aan te geven met Maria,
zijne verloofde vrouw, die zwanger
was. En het geschiedde, toen zij "daar
waren, dat de dagen vervuld werden
dat zij baren zou. En zij baarde haren
eerstgeborenen Zoon. en wikkelde Hem
in doeken en legde Hem neder in eene
kribbe; want er was voor hen geen
plaats in de herberg.
Er. waren nu in dezelfde slreektier-
ders, die waakten en de nachtwachten
hielden over hunne kudde. En zie, een
engel des Heeren stond naast hen, en
Gods heerlijkheid omstraalde hen; en
zij vreesden met groote vreeze. En de
Engel zeide hun: Vreest niet! want
zie, ik verkondig u eene groote blijd
schap, die voor al het volk wezen zal
dat u heden geboren is de Zaligmaker,
r die Christus de Heer is, in de stad
van David. En dit zij u een teeken:
gij zult vinden een Kind, in doeken
gewonden en nedergelegd in eene
kribbe. En eensklaps vereenigde zich
met den engel eene menigte van het
hemeische heirleger, God lovend er
zeggendGlorie aan God in den aller
hoogste! en op aarde vrede aan de
menschen van goeden will
JOH. DE HEER
varkensmarkt tel, 1309
AMERSFOORT
Piano- en Orgelbandel
den menschen gelijk werd en uiterlijk
als menech bevonden werd.
Straks vooral, in de nachtmis, herden
ken wij, de genadevolle geboorte van
onzen Zaligmaker, dan Irilt ons
hart van blijde verrukking, als de lof
zang der Engelen, het Gloria in Excel-
sis, door onze kerken klinkt; Nu vooral
gaan wij met de herders naar de stat
van Bethlehem, om het goddelijk Kind
aan het ons gegeven teeken te erkennen.
Ach wij begrijpen, dat het hoog
moedig ongeloof aan dat teeken den
Verlosser niet erkent. Het vleeschge-
worden Woord, den eeuwigen zoon
van God te aanbidden in' „een Kind,
in doeken gewonden en nedergelegd
in een kribbe". neen, dat is te veel
voor het trotsche verstand, dat moet
der wereld eene dwaasheid zijn. Maar
degeloovige Christen schrikt niet terug;
integendeel zijn geloof wordt er door
versterkt en zich verplaatsend in den
stal van Bethlehem, meet hij de liefde
van den mensch geworden God af naar
de diepte van diens vernedering en
spreekt hij met een van dankbare
wederliefde gloeiend hart: Zóó be
minnen kan God alleen.
Aanbiddend knielen wij
het Kindje in de kribbe, Dat Kindje
is de almachlige God, Die ieder onzer
bemint met oneindige liefde, onze
Koning onze Heer, onze Verlosser,
onze beste vriend, de Goddelijke min
naar onzer zielen. Ziet hoe het de
armpjes uitstrekt, ons uitnoodigend om
in teedere omhelzing ons geheel aan
Hem Ie schenken. Liefde om liefde,
hart om hart, vernedering om verne
dering. „Komt tot mij, gij allen die
van goeden'wil zijt", zoo roept het
ons toe, „en ik zal U den waren vrede
schenken. Ik zal uw hart verwarmen
met het heilige vuur mijner liefde, ik
zal u heiligen en zalig maken. Ziet,
hoe ik U bemin, hoe ik verlang om
mij geheel aan U te schenken, kom
dan, kom dan tot mij.O Goddelijk
Kind, Gij zijt de troost onzer zielen,
de weelde des harten, ja, wij komen
tot U uit dankbare wederliefde, wij
schenken ons geheel aan U.en tra
nen van vreugde wellen op in onze
oogen om de oneindige liefde en barm
hartigheid Gods. W.
Kerstzang.
Een Kind is ons geboren,
een Zoon is ons geschonken.
O, wat zon is komen dalen
In den Maeghdelijken schoot!
Ziet, hoe schijnt ze met heur stralen
Alle glanzen doof en dood!
Ay, hoe schijnt dit hemelsch kint,
Aller zielen licht en hoeder.
Zon en maen en sterren blint
Uit den schoot der zuivre moeder.
Englen, daelt van 't Paradijs
Zingt den hemel eer en prijs.
En met vree de harten kroont,
Daer een goede wil in woont.
(Vondel)
Beminnelijk geheim van teedere
liefde, van eindelooze ontferming 1
Wondervol tooneel in die eenzame grot
van Bethlehem, in de stilte van dien
nacht, toen het goddelijk Kind, der
maagdelijke moeder in de kribbe ne-
derlag en, ais mensch, de eerste hulde
der aanbidding van Maria en jozef
ontving.
Dit was het oogenblik, eeuwen te
voren, door den profeet Isaias aan
schouwd, toen hij uitriep„Een Kind
is ons geboren, en een Zoon
geschonken 1 De heerschappij rust op
zijnen schouder en zijn naam zal ge
noemd worden: Wonderbare, Raad
gever, God, Sterke, Vader der toe
komstige eeuw, Vredevorst."
Dat Kind is Hij, „die het geenen
root achtte aan God gelijk te zijn",
maar die zichzelve als vernietigde, de
gedaante van een dienstknecht aannam.
Kerstfeest.
ook voor de Armen.
Ook voor de Armen zij het Kerst
feest een van de Hoogfeesten, niet
enkel kerkelijk, maar met behulp van
KANTOORBOEKHANDEL
F. A TULP Bi
Lsnjestr. 66 to. KrommMtr. TEL SM
Diuiim't Cii|i Fipimi
IilillikMi, IiIiIIhjiii, Simttii
Mlittu iKstiiiinniiiiii
de mildadigheid van vele goede men
schen ookhuiselijk. Want feest
vieren met een hongerige maag en
verkleumde leden gaat moeilijk.
Kerstmis toch, is bij uitstek het feest
>or de Armen. De goddelijkeflHeiland
immers kwam op dien dag tot ons
juist als de Armste der armen en de
eersten, die tot Zijn kribbe werden
geroepen en toegelaten, waren de arme
herders. De gegoeden, de met aardsche
goederen gezegenden en de rijken,
sluit Hij niet uit, maar Hij duldt hen
toch niet in Zijn schamel verblijf, of
zij moeten althans wezen: „Arm van
geest". Wat wil dat zeggenarm van
geest? Dat wil zeggen: zij moeten
zich eerst onthechten aan de goederen
der aarde en hun overvloed bezigen
tot leniging van den nood, waaraan
zoovelen hunner medemenschen zijn
blootgesteld. Daarom werd een eer
zuchtige en hebzuchtige koniijg Hero
des van de kribbe geweerd, maar de
Drie koningen uit het Oosten met
groote vreugde ontvangen. Want zij
hadden van hun rijkdom milde gaven
afgezonderd, die de Koning der Armen
gaarne voor Zich en de Zijnen ontving.
Wij allen, armen en rijken, meer-
gegoeden en behoeftigen willen op het
a.s. Kerstfeest wederom op waardige
en heilvolle wijze tot den armen Heiland
van Belhlehem naderen. Daarom moe
ten zij onder ons, die met aardsche
goederen gezegend zijn ot behoorlijken
welstand genieten, naar het voorbeeld
der H.H. Driekoningen niet met ledige
handen tot Hem gaan, maar ook van
het hunne naar vermogen afzonderen
en met een edelmoedig hart brengen
aan Hem, Die voor ons de Vertegen
woordiger der armen is en voor dezen
gaarne giften en gaven aanvaardt. Zelfs
zij, die zich tot de mingegoeden reke
nen, moeten zich in dezen niet onbe
tuigd laten, maar het voorbeeld volgen
van de behoeftige Herders, die van
hun schamel bezit toch nog iets wisten
af te zonderen voor het H. Gezin, het
welk nog armer was dan zijzelf. Dan
kunnen ook de Armen en Behoeftigen
met blijheid tot het H. Kerstkindje
gaan, hetwelk hun zoo gaarne de ont
vangen giften en gaven uitdeelt en de
rijkste zegeningen weergeeft voor de
genen, die Hem in den arme dienden.
W.
De 8t Vfncentius-
Vereeniging
en de Jongeren
De wijze van hulpverleening door
de St. Vincentius-Vereeniging, welke
wel eens smalend het vleesch- en
soepbonnenstelsel genoemd werd, is
deze niet uit den tijd?
Vooreerst deze bemerking. De ver-
eeniging wordt te kort gedaan wan
neer men haar voorstelt als de distri-
buante van louter kleine giften in natura.
Welke een enorme sommen kosten niet
de liefdewerken. Alleen in "s Graven-
hage worden jaarlijks kapitale bedragen
geofferd voor de liefdewerken. Boven
dien getroost de Vereeniging zich zeer
groote uitgaven bij de buitengewone
bedeelingen, die echter in zooverre
niets buitengewoons hebben, omdat
zij periodiek terugkeeren.
Maar ook die kleinere giften zijn
van zeer groot belang. De praktijk
leert dat zij al zeer dikwijls het eerste
contact leggen tusschen Vincentiaan
en arme, hetzij dat deze zelf komt
aankloppen, hetzij dat de parochie
geestelijkheid den steun verzoekt voor
een of .ander gezin. Bovendien zullen
die kleinere giften die door de weke-
lijksche uitkeering tot een voor den
arme niet onaanzienlijk bedrag aan
groeien, dikwijls een gunstige sfeer
scheppen tusschen Vincentiaan en arme,
de noodzakelijke voorwaarde om te
bereiken de zedelijke verheffing
bet gezin.
Wil een jongere naast het gewone
Conferentiewerk, nog meerproductieven
arbeid verrichten, in dienst van de
charitas, dat heeft hij in de vele liefde
werken, overeenkomstig zijn eigen aan
leg en karakter, nog voldoende keus.
Al deze liefdewerken te noemen is
onmogelijk. Iedere conferentie, zeer
zeker iedere Bijzondere Raad, heeft
geheel bijzondere.
Enkele der meest voorkomende laten
we hier volgen: het liefdewerk der
volksbibliotheken,derkinderverzorging,
verspreiding van goede lectuur, van
werkverschaffing, van secretariaten der
armen, van patronaten en ambachls-
leerlingen, redding van drankzuchtigen,
dat der stille armen etc. etc.
Wanneer wij, zonder eenig vooroor
deel, de inrichting en wijze van wer
ken der Vincentius-Vereeniging be
schouwen dan wil het ons voorkomen
dat de afzijdigheid der jongeren niet
zoo gemakkelijk te verklaren is, nog
minder te verontschuldigen.
Wanneer ooit de tijd komt dat de
vereeniging bij het ontbreken van vol
doende krachten, haar zegenrijken arbeid
moet staken, dan zal men haar eerst
naar waarde weten te schatten.
Ook mogen wij hei vraagstuk van
de Jongeren en de Vereeniging van den
Hj Vincentius wel eens van de boven
natuurlijke zijde beschouwen.
Niemand zal ontkennen dat een
jongere sterker onderhevig is aan den
invloed van den tijd dan de oudere.
Onze tijd wordt 'gekenmerkt door
overmatige zucht naar vermaak, die
telkens weer nieuwe behoeften schept
en om sterkere prikkels vraagt.
Wanneer mr. Chr. Ruys de Beeren-
broutfc zegt dat onze tijd van elschen
en behoeften, de epidemische zucht
lering en bevrediging er
van, om tevredenheid roept, d"e rust
en bevrediging brengt, dan denken wij
onwitlekeurig aan de jongeren, meer
ontvankelijk voor het tijd-eigen. Maar
tegelijk wordt het groote nut bewezen
van de Vereeniging van den H. Vin
centius vooral voor de jongeren, wan
neer hij vervolgt: „Daarom kan het
contact met de armoede en
er armen zoo onnoembaar
veel goed doen aan onze eigen zielen,
of zouden we onze lessen niet trekken
uit de wetenschap dat er gezinnen om
ons zijn, die het veel minder hebben,
dan de onze?"
Nog deze bemerking.
Vele jongeren beoefenen de praktijk
der veelvuldige Communie-
Wij geven toe dat verschillende hun
ner vruchtbaar werken in de patronaten
en andere organisaties.
Zijn er echter ook onder hen, die
veelvuldig de H. Communie ontvangen,
niet te veel die uitsluitend leven voor
zich zelf?
Welk een schoone gelegenheid biedt
onze vereeniging om de geestelijke
energie verzameld in de veelvuldige
H. Communie om te zetten in daden
van Christelijke charitas. De liefde tot
Christus moet tot gezellin hebben de
liefde tot den naaste.
Kunnen wij Christus ooit beter ver
gelden de onuitsprekelijke weldaden,
welke Hij ons bewijst bij de veelvul-
e Communie, dan wanner
gestalte van den arme, in
daante van noodruft en ellende, Zelf
om onzen bijstand bedelt?
Tenslotte
In onzen tijd met zijn sociale wetten
wordt het gebied der Christelijke naas
tenliefde meer en meer afgebrokkeld.
Dit kan niet anders dan tot schade
van ons eigen geestelijk leven.
Hoe grooter het terrein is waar de
Christelijke charitas zich kan ontplooien,
hoe schooner gelegenheid ons wordt
geboden dat groote gebod te beoefenen,
waarvan de vervuiling zooveel gewicht
werpt in de schaal van den eeuwigen
Rechter, dat de Evangelist Mattheus,
die op zulk een aangrijpende wijze dit
oordeel beschrijft, alleen spreekt van
dit gebod:
was hongerig en gij hebt mij
gespijsd,
Ik was naakt en gij hebt mij gekleed,
ik was krank en gij hebt uiij bezocht."
Jhr. mr. Ruys de Beerenbrouck heeft
nadrukkelijk betoogd dat er bij al onze
sociale zorgen en voorzieningen, bij
ernstige bestudeering en breede toe
passing van een rijkdom van meenin-
gen en denkbeelden omtrent de op
lossing van allerlei belangrijke en drin
gende sociale vragen, bij ons streven
naar verheffing en lotsverbetering der
te lang achter gebleven groepen
dat er bij al dat sociale werk van onzen
tijd een kostbaar element zal verloren
gaan, dat is, zoo gezegd, „de sociale
liefde van mensch tot mensch".
Waar bij den Katholiek [de wil is
n de christelijke naastenliefde te be
oefenen, daar wijst de Vereeniging van
den H. Vincentius hem den weg.
Zijn hier en daar de begrippen der
Vincentianen verouderd, laten de jon
geren hierin verandering brengen door
een werkzaam aandeel op te eischen,
zij zullen vooral bewerken, dat het werk
der conferenties gericht is naar den
socialen toestand van heden.
Laten de ouderen hun aanbod niet
afwijzen maar hun tegemoet treden.
uren en een welverdiend stevig noen
maal trok hij thans vliegensvlug naar...
de Utrechtsche Kermis 1
el u gerust, lezer! het was geen
begeerte naar kermisvleren, wat hem
zoo naar de oude Bisschopsstad trok;
bovendien was de kermis nog niet
eens aan de gang, alleen nog maar
hoe ook dit jaar weer het vermaarde
beestenspel van Alpy (de Hagenbeek
van die dagen) zóu komen en dat
altijd zooveel bezoekers uit stad en
land trok. En ziet u, een kinderlijk
verlangen had zich van hem meester
gemaakt om die merkwaardige mena
gerie van Alpy in bezit te hebben.
Zoo trok hij dan op 8 Juli 1808
van zijn Paleis Soestdijk snellijk naar
het Vreeburg te Utrecht, om het ge
noemde beestenpark te bezichtigen en,
't kon, aan te koopen. En inder-
zijn begeerte werd vervuld:
hij keerde opgetogen naar Soestdijk
terug als eigenaar van de verzameling,
en wel voor de somma van f25.000,
die thans wel een ton vertegenwoordigt.
„Zoodra de kermis was afgeloopen",
schrijft een Utrechtsch tijdgenoot, werd
de menagerie onmiddellijk naar Soest
dijk vervoerd op vier lange wagens;
o.a. zag men er „drie leeuwen, twee
tijgers, een panter, een luipaard, twee
zebra's, een struisvogel en drie of vier
De Koning was er zeer mee inge-
schijnt er heel deftig een
wetenschappelijke inrichting v
Althans reeds óp 28 juli werd
te Soestdijk
KantoorbmkhaiHfH
Schrijfmachines
- tsfaï. sar
Speciaal adres voor Uw Karttoor-
School-, Schrijf- en Teekeobenoo-
digdheden. - Advertentie-Bureau
Hebt U een
Taxi of auto ooodig
Amersfoort,
ander niet lang; de koning liet in Mei
1809 vrij plotseling zijn dieren, enz.
naar Amsterdam overbrengen. Doch
ook daar had de instelling geen lang
levenimmers op 10 Juni 1810 be
sloot de koning zijn koninklijke tuin
op te heffen en op 17 Juli werd alles
verkocht ook de dieren; de inventaris
telde niet minder dan 62 dieren, waar
van er 25 op Soestdijk gelogeerd had
den. Maar toen reeds had Lode-
wijk Napoleon als onttroond koning
ons land verlatenzijn kortstondig
koningschap was ten einde.
Ben Menagerie op
Soestdijk.
Door T. PLUIM.
(Spelling Minister Terpstra).
Het was in de namiddag van de
8ste Juli 1808, dat Koning Lodewijk
Napoleon in vliegende vaart van zijn
zomerpaleis Soestdijk wegreed en de
holle zandweg langs de Praamgracht
naar Utrecht insloeg.
Hij had al een drukke dag achter
zich: hij had een Staatsraad bijge
woond en allerlei personen in audiëntie
ontvangen. Na die vier vermoeiende
Koninklijk decreet te Soestdijk een
koninklijke tuin ingesteld, bevattende
een menagerie, kruidtuin en een kabi
net voor natuurlijke historie. Tevens
benoemde hij tot directeur C. G. C.
Reinwardt, hoogleeraar te Harderwijk,
die zich op Soestdijk kwam vestigen
op een salaris van T3000. -
Maar de Professor was niet belast
met de verzorging der dieren; dit
meer prozaische (en gevaarlijke!) werk
was verbleven aan Alpy, den kermis
reiziger en dierentemmer, die mede in
de koop begrepen was. Hij werd aan
gesteld als „gardin" (bewaker) van de
nieuwe menagerie tegen f1600 salaris.
Hij sfchijnt goed voldaan te hebben,
onze Alpy, want- de Intendant van
Soestdijk schreef over hem aan den
Koning (ik zal 't Fransch maar ver
talen: „Mijneer Alpy besteedt de grootst
mogelijke zorg aan de dieren en be
tracht een buitengewone zindelijkheid,
zoodat zij een volmaakte gezondheid
genieten. Hij is ook zeer tevreden over
zijn kamer en over de plaats, die ik
aan de beesten gegeven heb".
Die „plaats van de beesten" zal wel
geweest zijn in hun oude kermishokken,
want van een nieuw gebouw wordt
in de rekeningen niet gesproken. Mis
schien stonden dus die hokken en die
kooien in de stallen, 't Scheen er vroeg
koud te zijn geworden, want reeds in
de nazomer werden groote hoeveelhe
den brandstoffen verbruikt.
Trouwens een nieuw gebouw schijnt
et in het plan van den Koning ge
legen te hebben; Soestdijk was meer
als voorloopige bergplaate bedoeld.
Want reeds op 25 Augustus maakte
de Koning in zijn Koninklijke Courant
bekend, dat „de groote kruidtuin, de
verzameling van natuurlijke historie
en de menagerie naar Haarlem zullen
worden overgebracht." Daar had de
Koning het buitenverblijf „Welgelegen"
van de familie Hope aangekocht, 'f
Duurde evenwel nog tot November
eer de overbrenging kon plaats hebben.
Zoo had de Menagerie slechts vier
maanden op Soestdijk een verblijf ge
vonden (de Koning kon het er niet
eens een maand uithouden en daar
voor een uitgave gevorderd van 2391
gld. 16 stuivers 8 penningen, voor
namelijk voor het koopen van vleesch,
brood, graan, zaad, zemelen, lampolie,
itroo, zaagmeeljenlzand. Ook vermeld-
le de rekening nog zwart brood voor
den zwarten Amerikaanschen beer en
graan voor de patrijzen.
Op 26 November werd de instellin)
van Soestdijk naar Haarlem
Binnenland
VREEMDELINGENVERKEER.
Een 40-tal Burgemeesters en afge
vaardigden van verschillende organi
saties, welke belang hebben bij het
Vreemdetingenverkeer, was op initiatief
van de Utrechtsche V. v. V. bijeen
gekomen om te trachten tot de oprich
ting eener provinciale organisatie te
komen.
uiteenzetting van de werking
eener provinciale vereeniging door den
directeur der Alg. Ned. Vereen, voor
Vreemdelingenverkeer, werd den aan
wezigen de gelegenheid gegeven hunne
meening betreffende de oprichting »e
kennen te geven.
Na een korte inleiding door den heer
Hofkamp, werd het woord verleend
aan den heer Van Beurden, die het
standpunt van Amersfoort uiteenzette.
Dit kwam bier op neer, dat een betere
en meer gedetailleerde voorbereiding
en een werkplan vereischt werd, vóór
toetreding kon overwogen worden.
Door den heer Spoel uit Amersfoort
werd daarna betoogd, dat hij vreest,
dat indien de prov. vereeniging ook
de vestiging behartigt dit wel eens
ten nadeele zou kunnen komen van
sommige plaatselijke belangen.
Nadat meerdere afgevaardigden het
gesprokene hadden ondersteund, werd
door den voorzitter uitdrukkelijk ver
klaard, dat de belangen der stad Utrecht
in geen geval zouden voorgaan en dat
hem thans de wenscheiijkheid was ge
bleken, nog niet terstond tot de oprich
ting over te gaan.
Nadat de vergadering hare sympathie
met de oprichting eener Provinciale
Organisatie in beginsel had uitgespro
ken, werd eene commissie van 5 leden
benoemd, die tot taak heeft de oprich
ting voor Ie bereiden en daarbij een
werkplan te ontwerpen.
In die commissie zullen zitting heb
ben de Burgemeesters van Breukelen
en van Jaarsveld, de directeur der
Utrechtsche V. v. V., de voorzitter der
V. te Zeist en de secretaris van
de Amersfoortsche V. v. V.
Deze heeren namen de benoeming
aan en zullen de vergadering weer
bijeen roepen zoodra ze met de voor
bereiding gereed zijn.
De heer Wagner, Soest, richtte een
woord van dank tot den voorzitter
voor de uitstekende leiding der verga
dering, waarna deze gesloten werd.
en wel door den Baarnschen stalhouder
van Leersum, die geleverd had: 26
paarden, drie dagen elk paard 6 gld.
daags, samen 468 gld., welk bedrag
hem reeds op 21 Febr. 1809 werd uit
betaald, een groot verschil met de
meeste leveranciers en ambtenaren, die
soms maandenlang op hun geld moes
ten wachten.
Maar ook in Haarlem bleef een en
in hoofd en ledematen, Rheumatlache pijnen,
Griep en Influenza, Hoofdpijn, Kiespijn, Aan-
gezlchtspijn en vaslzittendeHoestgebrulktmen
Mljnhardi's Poeders
Deze werken genezend ea nemen de pijnen
weg. Prils per poeder 8 cent en m dooien
van 6 stuks 45 ct. Alleen echt wanaeer doos
en poeders voorziea zijn van den naam
Mijnhard!. Let hierop! Vraag ze Uw Drogist