Schoonmaaktijd!
F. A. TULP
VRAAGT
jm ZWART
Schoonmaak
Fa. H. Elzenaar
Kantoor en Drukkerij Laugegracht 28, Amersfoort
DE EEMBODE verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdag
middag. De abonnementsprijs bedraagt één gulden
per drie maanden; bulten Amersfoort 11.10, franco per
post. Abonnementen kunnen eiken dag Ingaan.
Uitgave v
i de Katholieke Stichting De Eembode,
gevestigd te Amersfoort
De Gembode
Katholiek Orgaan voor Amersfoort en Omstreken
Vrijdag 20 April 1934
ADVERTENT1ËN 25 cent per regel. Billijke tarieven
voor handel en nijverheid bij geregeld adverteeren
In den morgen zijn bezorgd.
Acht en Veertigste Jaargang - No. 6
Gun een door and'rt
•n boos gesproken
woord
De zege niet, dat het uw vrede stoort.
Menschelilke groot
heid.
De ware grootheid van den mensch
bestaat niet in lichamelijke oefening
en lichamelijke praestatie's.
Wanneer men in onze dagen
lichaamsvergoding de wereld eens met
een nuchteren kijk beschouwt, dan staat
men verbaasd erover, hoezeer in dit
punt overdreven en gedwaald wordt.
Een grenzenlooze bewondering heerscht
er over allerlei praestatie's van licha
melijke behendigheid of kracht. De
kranten staan vol ellenlange verslagen
op het gebied van spel en sport. De
'gesprekken van vele menschen loopen
daarvan over. Tienduizenden komen
om naar dergelijke dingen te zien en
hebben daar groote geldsommen voor
over. De namen van sporthelden zijn
op aller lippen. Men zou dus haast
moeten gaan gelooven, dat dit alles
zeer belangrijke dingen zijn en dat
iemand, die in lichamelijke behendig
heid of kracht uitmunt, een groot
mensch is.
Nu zullen wij niet ontkennen, dat er
een zekere grootheid in gelegen is,
vooral ook menigmaal in de wilskracht,
de taaie volharding enz. die voor het
bereiken van zulke lichamelijke praes
tatie's noodig zijn. Maar het blijft toch
zeker waar: de ware grootheid van
den mensch is daarin niet gelegen.
'A Het liciiaam is het minste deel van
den mensch. Dal heeft hij ten slotte
gemeen met de dieren. Daaruit volgt
al, dat de ware grootheid van den
mensch nooit in een of andere licha
melijke praestatie kan bestaan. Als dat
zoo was, dan zouden de dieren meer
ware grootheid hebben dan de mensch,
want in lichamelijke praestatie's over
treffen zij hen menigmaal verre. Of
is het niet waar: Eer. kat is in het
hoogspringen (en nog wel zonder pol
stok) naar verhouding veel beter dan
de grootste menschelijke kampioen op
dat gebied. In het vér springen is zelfs
een nietig insect (waarvan we den
naam ma ir niet zullen noemen) een
t grootcr kampioen dan die van de Olym
pische spelen. Een hazewind loopt nog
sneller dan de winnaar van den Mara
thonloop. Een rat zwemt beter dan
degene die het snelheidsrecord in zwem
men op zijn naam heelt en een os of
olifant ontwikkelt meer brute kracht,
dan de geweldigste gewichtenheffer.
Wie dus de ware grootheid van den
mensch in zulke dingen gaat zoeken,
toont, dat hij de juiste begrippen kwijt
is. Daar kunnen alle kranten niets aan
veranderen.
Bovendien, zelfs van zuiver natuur
lijk standpunt bezien, hebben vele van
de lichamelijke behendigheids of kracht
toeren weinig of geen nut. Goed kun
nen zwemmen kan nuttig wezen om
zijn eigen leven of dat van zijn mede-
menschen te redden. Maar welk nut
steekt erin, dat iemand 5000 Meter
kan loopen in een mimimum aantal
minuten? Of dat hij in enkele minuten
kilometers kan verslinden op wieler-
of motorbaan
Sommige van die dingen hebben
eenige waarde als spel of ontspanning,
maar verder reikt hun nut toch ook
niet. Een straatveger is b.v. een maat
schappelijk heel wat nuttiger wezcr
dan een beroepsbokser.
Erger nog, de overdrijving in dit
dingen is. ook al weer van zuiver na
tuurlijk standpunt bezien, dikwijls eer
groote schade. Vraagt de dokters eens
naar hét nut van veel sportexcessen
Verder, hoeveel tijd wordt er aan be
steed, die in ieder geval heel wat nut
tiger besteed had kunnen worden. Hoe
veel verwaarloozing van plichten, van
studie, van ontwikkeling enz.
Stellen wij ons op een hoogcr stand
punt, dan mogen we toch wel eens
vragenwelke waarde hebben al die
dingen voor de eeuwigheid? Men zal
er den hemel niet mee verdienen!
Wij moeien dus over die zaken oor-
deelen gelijk de H. Apostel Paulus.
Het schijnt, dat deze ook wel een lief
hebber en bewonderaar was geweest
van allerlei lichamelijke praestaties. Zijn
brieven bevatten ten minste heel wat
zinspelingen, vergelijkingen, ontleent
aan de sport en lichaamskuituur zijner
dagen. Maar wat schrijft hij aan zijn
leerling Timotheus? Een woord, dat
in onze dagen met vette letters overal
te lezen moest zijn: Corporalis exer-
citatio ad modicum utilis est; d.i. de
lichaamsoefening is tot weinig nuttig.
Daarin bestaat dus de ware grootheid
van den mensch zeker niet.
Kastpapier
KANTOORBOEKHANDEL
Lingestr. 65 t.o. Krommeitr. - TEL. 326
I
Kentering?
De tanden op elkaar!
Er zijn in den laalsten tijd onmis
kenbaar .enkele symptonen, die wijzen
op een zij het nog geringe kentering
ten goede in ons zoo donker econo
misch leven. Zeker, wij hebben meer
van deze opvleugjes gehad, die tot nu
toe niet anders, dan op nieuwe teleur
stellingen zijn uitgeloopen. Maar als er
iels vast staat, dan is het wel dit, dat
de aantocht van een nieuwe en betere
economische periode, ztfl moeten
den aangekondigd door dergelijke
vleugjes van een herstel, aldus
schouwing in O. N.
Het eerste belangrijke verschijnsel op
dit gebied viel te constatcercn op de
Utrechtsche Jaarbeurs en dit ver
schijnsel was des te belangrijker, om
dat wij hier te doen hadden met (ac
toren die reageerden op andere gun
stige ervaringen en degenen die daar
op gebouwd hebben, zagen zich niet
bedrogen uitkomen.
Het bleek n.l. dat de deelneming aan
de |aarbeurs ditmaal belangrijk groo-
is, dan de laatste jaren het geval
De producenten hadden weer
moed om aan de markt te komen en
dien moed hebben zij natuurlijk geput
uit de ervaring, dat de koopkracht hier
en daar stijgende was.
En nu en dit is zeer belangrijk
die verwachting is ook werkelijk ver
vuld. Er is ditmaal belangrijk meer ver
kocht, dan op de laatste Jaarbeurzen
het geval was, zoodat de zakenlieden
den toestand wel heel goed aangevoeld
hebben. En dat de detailhandel weer
wat meer durfde te koopen, bewijst
toch ook weer, dat zij in haar branches
eer eenige gunstige ervaringen heelt.
Enkele dagen geleden hebben we de
cijfers gekregen omtrent onze econo
mische handelsbalans over de eerste
drie maanden van het jaar en voor de
eerste maal sinds lange lijden zagen
we hier een geleidelijke verbetering.
Het zijn nog wel geen groote spron
gen, maar ook dit is misschien een
voordeel.
Tegelijk krijgen we uit Indië bericht,
dat ook daar voor het eerst sinds lan
gen tijd, het eerste kwartaal weer eens
wat gunstiger cijfers geeft. De econo
mische balans van IndiB over de laat
ste maanden, aldus het Economisch
Weekblad, bevat onmiskenbaar ver
schillende factoren voor vooruitgang.
Het blad maakt melding van eenige
heropleving in de cultures, ook door
dat nieuwe cultures worden beproefd
en niet zonder resultaat.
En tenslotte zouden we in dit ver
band noch willen wijzen op de hoop
volle klanken welke zijn vernomen op
de druk bezochte algeineene vergade
ring in den Haag gehouden van den
Ned. Industrie- en Handelsraad. Het
bestuurslid, de heer Schilthuis heeft
daar meegedeeld, dat in de periode van
achteruitgang ongetwijfeld een stil
stand is ingetreden en dat hoewel er
geen reden is om uitbundig te juichen,
toch r.iet ontkend kan worden, dat et
in ons handelsverkeer een bevredigen
de opleving valt waar te nemen!
We mogen hier intusschen nog wel
wijzen op de rede van den heer Blink,
voorzitter van den Ned. Industrie- en
Handelsraad, die op grond van ver
schillende waarnemingen een herleving
van den wereldhandel voorspelde en
zelfs geloofde, dat industrieën, die voor
export werken, binnenkort hun moeite
beloond zullen zien.
Men ziet: wij hebben hier te doen
niet met een enkel toevallig inciden-
maar met een complex vat
teiten, geheel verschillend van aard,
maar toch alle met dezelfde tendenz
van een economische opfleuring.
Zeker, dat wil allerminst zeggen, dat
wij de moeilijkheden te boven zijn en
deze heropleving sluit allerminst de
mogelijkheid in, dat de thans voor
gestelde drastische bezuinigingsmaat
regelen. misschien achterwege zullen
kunnen blijven.
Maar hel feit, dat er eenige kente
ring ten goede Ie bespeuren valt, leek
ons belangrijk genoeg om er eens even
de aandacht op te vestigen.
In elk ziekteproces speelt ook de psy
chologie een groote rol, zoowel ten
goede als ten kwade.
Verschijnselen als we nu gelukkig
eindelijk weer eens kunnen constatee-
ren, kunnen in dagen als deze op ons
volk een goede uitwerking hebben. Zij
geven niet alleen nieuwe hoop, maar
ook nieuwen moed. Ze steken ons weer
riem onder het hart en kunnen
sterke prikkel vormen, om de tan
den nog eens flink op elkaar te zetten
en de kop omhoog te gooien, omdat
het ergste zeer waarschijnlijk geleden
is. De wateren van den economischen
zondvloed zakken, er zijn hier en daar
bewijzen, dat het goede land weer
zichtbaar wordt.
Verdubbelen we ons gebed en onze
krachtinspanning, opdat er spoedig
met Gods hulp weer betere tijden voor
ons zullen aanbreken.
Sproeten komen vroeg
het voorjaar, koop tijdig een pot
Sprutol. Bij alle Drogisten.
Alleen zij, die KING pepermunt
gebruiken, kunnen weten wat de
origineele pepermunt beteekent
voor de gezondheid van den
modernen men'ch.
Binnenland
n de
Straks wordt een aanvang gemaakt
met de werkzaamheden voor den aan
leg van het afwateringskanaal door de
Geldersche Vallei.
Deze mededceling, aldus v. d. B.
De Maasbode, dóet allerminst ver
moeden, dat met de eerste spade voor
dit graafwerk een einde is gemaakt
aan een probleem, dat de eeuwen door
de gemoederen aan beide zijden van
de Utrechtsch-Geldersche grens heeft
bezig gehouden.
Evenmin deed de behandeling van
de Valleikwestie in de Staten van
Utrecht nog denken aan een tijd, dat
rond ditzelfde probleem oorlogen zijn
gevoerd. Er lag nu eenmaal het rap
port Rutgers van Rozenburg, dat twee
voorstellen bracht: een duur scheep-
vaart-kanaal-plan en een veel voor-
deeliger ontwerp voor een afwaterings
kanaal. In de Statenzitling van 1934
werd zelfs geen mondgevecht gevoerd
over de oplossing van het Vallei-vraag
stuk.
Onder de Geldersche Vallei verstaat
en het gebied van ongeveer 900
K.M.2, dat ten Oosten en ten Westen
begrensd wordt door de Veluwsche
en de Utrechtsche heuvelen, ten Zui
den door den Rijn (van Wageningen
tot de Grebbe) en ten Noorden door
het ljselmeer (van het Gooi lot Nijkerk).
Het waren de waterstaatkundige ver
wikkelingen van dit gebied, die de
Geldersche Vallei tot een zorgenkind
van de overheid hebben gemaakt. En
steeds ging het om de afwatering van
een aantal beken, wier stroomgebied
juist door deze streek loopt. Telkens
herhaalde doorbraken van den Grebbe-
dijk, die het Rijnwater uit de Gelder
sche Vallei moest keeren, zetten het
gebied tot in Amersfoort onder water.
Daarom werd omtrent 1652 een „Sla
perdijk" aangelegd, een tweede water-
keering, wanneer de Rijndijk het be
geven zou. Deze „Slaperdijk" belette
echter een goede afwatering voor de
landen, die ten Zuiden van deze nieuwe
waterkeering waren gelegen. Het over
tollige water kon alleen Noordwaarts
worden geloosd door de heulen in den
„Slaperdijk".
Maar zoodra het water bij de Geere-
steinsche schutsluis een bepaald i
bereikt had, moesten de sluizen
dijk gesloten worden en alle landerijen
ten Zuiden raaiden onherroepelijk diep
onder water. En hier zat dan telkens
weer de gerecde aanleiding tot geweld
dadigheden, waarbij de heulen
Slaperdijk werden vernield.
Een hopeloos verdrag in het begin
der Xllle eeuw maakte de zaak alleen
maar slechter, daar er thans een voort
durende strijd werd gevoerd over het
onderhoud der watergangen. Een boer
„veegt" nu eenmaal pas de slooten,
als 't te laat is.
Nu inmiddels reeds met de prilste
voorbereidingen voor het afwaterings
kanaal is begonnen, lijkt het wel op-
voor uw Schilder
en Behangwerk
ook eens prijs bij
SCHILDERSBEDRIJF
Hessenstr. 10
TELEFOON 1451
hoe men zich thans een oplossing
heeft gedacht van de eeuwenoude
vraagstukken der waterloozing in de
Vallei.
Zooals bij iedere poging tot verbe
tering van den bestaanden wantoe
stand is geschied, zocht men ook thans
weer de oplossing in het graven van
een afleidingskanaal van de Luntersche
beek langs de Grebbelinie naar de Eem.
Hierbij rekende men met eenige be
langrijke voordeelen. Immers langs de
Grebbe-linie is reeds een gracht aan
wezig, hoewel die op militairen grond
gelegen is. Amersfoort krijgt het voor
deel. dat het afvalwater van de indu
strieën van Ede en Veenendaal om de
stad wordt geleid. De Luntersche beek
beneden de Bruinenburger sluis en de
Amersfoortsche Singelgrachten worden
zóódanig afgeleid, dat deze watergan
gen niet behoeven te worden ontlast.
Het benedenstroomsche gedeelte van
liet kanaal kan de stad Amersfoort als
een havenuitbreiding beschouwen, daar
het spui- en stuwwerk niet vlak bij de
Eem wordt gebouwd, maar iets hooger
op. Tenslotte zou de Grebbe linie als
een uitermate geschikte waterschaps-
grens kunnen dienen.
Het rapport Rutgers van Rozenburg
slelde voor het Vallei-kanaal het vol
gende tracé vastBisschop Davids
Grift, Omleidingskanaal, Waterlossing
(damsluis) in den Slaperdijk), Broe-
kersloot, Luntersche beek (tot onge
veer 100 meter beneden de Roffelaars-
kade), Gracht langs de Grebbe-linie,
Modderbeek, Gracht langs de Grebbe-
linie tenslotte loopt het kanaal op
eenigen afstand van de Grebbelinie
noordelijk om Amersfoort naar de Eem.
Waar noodig zal dus een nieuwe
watergang worden gegraven, de be
staande grachten en beken zullen wor
den verbreed en genormaliseerd, terwijl
een vrij groot aantal nieuwe kunstwer
ken als duikers, stuwen en bruggen
moet worden gebouwd. Een vijftal
waterschappen zal moeten worden op
gericht, mede om het onderhoud van
het nieuwe kanaal te verzorgen. Voor-
loopig zal de provincie Utrecht het
Vallei-kanaal beheeren.
Met een en ander zou de lijdens
geschiedenis van de Geldersche Vallei
naar aller genoegen beëindigd kunnen
zijn, indien er niet nog één factor was,
waarmede niet voldoende rekening is
gehouden, n.l. het behoud van natuur
schoon.
Wat er in onze lawaaitijd nog bleef
aan ongeschonden natuur, dienden we
te bewaken met zorg. En het is juist
onze zakelijkheid, die ons veel van den
eerbied voor de natuur deed verliezen.
We doen aan lintbebouwing en han
gen den zoemtoon der electrische hoog
spanning tusschen stalen masten in de
fluistersnlie onzer bosschen. We doen
aan Heemschut en vergeten meteen
den stelregel, dat de mensch niet zelf
moet gaan wonen in het stuk natuur,
dat hij wenscht te beschermen. We
ontginnen in een roekeloozen cultuur-
honger en verhakken onze mooiste
boomen tot zielige invaliden.
Naast al de practische voordeelen,
die het afwateringskanaal door de Gel
dersche Vallei bieden zal, blijft er één
factor, waarmede men te weinig ge
rekend heeft, de bescherming van be
dreigd natuurschoon. Dit is dubbel
jammer, eerstens om het verloren gaan
van het natuurschoon zelf, tweedens,
wijl het hier een reservaat geldt
een stichting, die al menige sympa
thieke daad heeft gesteld ten bate van
het natuurschoon.
Een der jongste bcheersobjecten
de Stichting „Het Utrechtsch Land
schap", de Grebbe-linie, wordt door
het graven van het afwateringskanaal
bedreigd. De Grebbe-linie, die, een
eeuwen oud verdedigingswerk is, loopt
van Krachtwijk, ten N W. van Amers
foort, om Amersfoort heen tot aan den
Slaperdijk, bij den „Rooden Haan'
den Emmikhuizer Berg, ligt een tweede
stuk van dezen verdedigingsdam, die
loopt tot het oude fort Daatselaar. En
nu dreigt juist het eerste gedeelte ern
stig te worden geschonden door het
graafwerk.
Allereerst immers wordt de bestaande
beek genoimaliseerd en zullen de typi
sche bochten en kronkels ondei prach
tige boomgroepen, die aan weerszijden
de beek overkoepelen, plaats moeten
maken voor een rechtlijnigen water
gang met kanaal-allures. De specie,
die door de verbreeding en afgraving
vrij komt, zal op den oever worden
geworpen en dit beteekent het dood
vonnis voor een flora, die bijna ner
gens in ons land haar weerga vindt.
We hebben hier voornamelijk op het
oog het rechte stuk tusschen den
„Scheelen Duiker" en den „Rooden
Haan", gelegen in den driehoek bij
het kruispunt der spoorlijnen Ede-
Utrecht en Rhenen-Amersfoort. Op den
veenachtigen strook langs het bestaande
water bloeien de nacht-orchideeën en
de wonderlijkste veenplanten bij dui
zendtallen, De Grebbe-linie met haar
oude wallen en grachten is een „staal
kaart" van flora en fauna genoemd.
Zoo ergens, dan geldt dit voor de flora
wel op den bloemenstrook tusschen
den „Scheelen Duiker" en den „Rooden
Haan",
Ook de fauna wordt bedreigd. In
het houtgewas langs de Grebbe-linie,
tusschen Voskuylen en Aschat, ten Z.
van Amersfoort, nestelen honderden
vogels, die zich hier nog onbedreigd
wisten en daarom voor goed hun broze
tenten hier hadden opgeslagen. Hier
bestaat nog een beek, die de afwate
ring zou kunnen waarnemen en de
watergang, die hier gegraven gaat wor
den, beteekent een radicale opruiming
van het houtgewas met de zeldzame
vogelsoorten.
Het vonnis voor de Grebbe-linie zal
wel onafwendbaar zijn, nu het gegeven
van het afwateringskanaal er eenmaal
ligt. Maar met goeden wil zou er toch
nog iets te redden zijn. Het prachtige
stuk tusschen „Scheelen Duiker" en
„Rooden Haan" zou ten deele gered
kunnen worden, wanneer men de uit
gegraven specie niet op den bloemen
strook liet werpen, doch aan de andere
zijde, Het stuk natuur is daar te mooi
om het alleen maar uit opportuniteits
beginselen onder modder te bedelven.
Dit zou een loyale waardeering zijn
voor het werk der Stichting „Het
Utrechtsch Landschap", die sinds haar
oprichting op 9 Maart 1927 steeds op
de bres heeft gestaan, als er in de
provincie een brok natuurschoon werd
bedreigd. Het zou een waardeering
zijn voor de stichting, die de beroemde
Eikensteinsche bosschen na veel moeite
voor den ondergang wist te behoeden
die het statige Lockhorster bosch,
waar de rijzige boomen zich spiegelen
in de Luntersche beek, als eerste pro
vinciaal Natuurmonument wist te ver
werven die de befaamde buiten
plaats aan de Vecht „Over Holland"
voor den ondergang behoeddedie een
heide-complex van 2000 H.A. onder
haar bescherming wist te krijgen, die
de Grebbe-linie en „De Zonheuvel"
te Doorn onder haar hoede kreeg. Die
het niet nalaten zal, als straks een
ander stuk natuur met schennis wordt
bedreigd, op de bres te staan en gaaf
te houden, wat de Schepper zóó groeien
liet. Voor wie iets wenscht te weten
over deze stichting, zij nog gezegd,
dat zij gevestigd is Achter St. Pieter
20, Utrecht.
Voor Kastpapier
naar Kantoorboekhandel
Langestraat 84 TeleL 528
De Lente komt
Uw artikelen
te kondigen: doet
ïze reclamebrieven
i daarmee de tijd,
;t nieuwe seizoen
:t door middel va
ge hebt succes.
Verkrijgbaar adressenlijsten van gro
personen en instellingen in Nederland.
VITESSE
KON. WILHELM1NASTR. 1
sliepen in het bovenhuis, zijn drie jon
gens sliepen in de „keet" boven de
deel. Voor het overige was de inrich
ting, als die in een boerenachterhuis
pleegt te zijn, stallen, waarboven hooi,
stroo en koren. Den avond voor den
brand was nog een wagen met haver-
garven op den deel gebracht.
Verd. was op den 8en November te
kwart voor vijf reeds opgestaan en, op
de deel gekomen, had hij alles vol
rook gevonden. Onbewust was hij naar
een zijdeur geloopen en had die open
gegooid. Toen hij later terugkwam zag
hij de vlammen reeds oplaaien boven
op de „balken".
Op een vraag van den president, wat
verd.toen had gedaan, antwoordt hij:
„Niks anders als de vrouw en de jon
gens gewekt, ik heb maar staan roepen
*3 staan schreeuwen".
Om het vee te redden was toen geen
tijd meer, want het duurde te lang eer
hij vrouw en kinderen in veiligheid
wist. Het blijkt, dat er geen enkele
poging is gedaan om het vee te redden
alleen een bureau met administratie en
kwitanties is in veiligheid gebracht.
Verdachte geeft eenige mogelijkhe
den kortsluiting in de electrische ge
leiding, de uitlaatpijp van den motor,
die door den graanzolder liep„en
dan, mijnheer de president, door mijn
houding in den gemeenteraad, vooral
ten opzichte van de werkloozen." Een
werklooze heeft verd. reeds tweemaal
bedreigd, de laatste maal nog eenige
weken voor den brand.
Een lange reeks getuigen, wordt hier
na verhoord. De eerste is burgemeester
Westrik van Barneveld, die eenige ver
klaringen aflegt. Hij had deskundigen
gevraagd, omdat het hier een raadslid
gold en tevens, omdat het wel eens een
ernstige zaak zou kunnen zijn, daar
verd. eerder brand op zijn hoeve had
gehad.
Getuige-deskundige dr. Hesseiink
verklaart, dat het brandverloop als ge-
even voor verd. totaal uitgesloten is.
>e eenige reëele mogelijkheid acht hij,
dat de wagen met haver-garven van
onder is aangestoken.
De militair paarden-arts van Vloten
wordt gehoord als getuige-deskundige.
Volgens dezen getuige had een deel
van het vee gered kunnen worden.
Een getuige-Eiectriciteitsdeskundige
vond een buis met een brandgat, waar
uit volgens hem blijkt, dat er geknoeid
moet zijn met de leiding. Bovendien
was de aardleiding ios van de pemp.
De officier van justitie zegt in zijn
requisitoir, dat verd. opzettelijk en met
voorbedachten rade zijn geheelen vee
stapel aan den vuurdood heeft prijsge
geven, alleen om zijn eigen zak te
spekken. Hij noemt het een buitenge
woon ernstig feit. Hij eischt tegen verd.
4 jaar gevangenisstraf met bevel tot
onmiddellijke inhechtenisneming na de
uitspraak.
De verdediger acht in het onderhavige
geval brandstichting niet aanwezig. Hij
verklaart ook. dat het vee niet als stam
boekvee, doch slechts gewoon verze
kerd was; de eenige verklaring van
den brand vindt spr. in wraakneming
door een vijand onder de werkloozen.
Pleiter concludeert tot vrijspraak.
Uitspraak over 14 dagen.
Hoogheemraadschap De Eem.
Tot hoofdingeland van het Heem
raadschap De Eem is herkozen Johs.
Veenendaal en gekozen P. Voskuilen.
portum, zéér in het kort aan te geven, Even ten N.O. van den Slaperdijk,
Voor de balie.
Voor de rechtbank te Utrecht werd
gehoord de 47 jarige landbouwer A.
F. te Barneveld. verdacht van brand
stichting in de door hem bewoonde
boerenhofstede.
Op 8 November van het vorige jaar
zou verd. opzettelijk brand hebben ge
sticht in de hofstede „de Langelaar"
Deze is totaal afgebrand. De inboedel
en ook het vee waren verzekerd. Verd.
woonde nog slechts korten tijd daar,
zes jaar geleden had hij in zijn vorige
boerderij ook brand gehad.
Met een ontzaglijk luide stem vertelt
F. aan den president, hoe zijn woning
was ingericht. Verd. en zijn vrouw
BERICHTEN
UIT
AMERSFOORT
van een gebouwtje bij den hootd-ingang
en het vernieuwen van hekwerk op
het sportterrein Birkhoven.
Voor de benoeming van een direc
teur van het openbaar slachthuis, als
opvolger van den heer Van Haselcn,
wordt den Raad voorgedragen E. A.
Galesloot, waarnemend directeur.