Schoonmaaktijd! F. A. TULP VRAAGT jm ZWART Schoonmaak Fa. H. Elzenaar Kantoor en Drukkerij Laugegracht 28, Amersfoort DE EEMBODE verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdag middag. De abonnementsprijs bedraagt één gulden per drie maanden; bulten Amersfoort 11.10, franco per post. Abonnementen kunnen eiken dag Ingaan. Uitgave v i de Katholieke Stichting De Eembode, gevestigd te Amersfoort De Gembode Katholiek Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Vrijdag 20 April 1934 ADVERTENT1ËN 25 cent per regel. Billijke tarieven voor handel en nijverheid bij geregeld adverteeren In den morgen zijn bezorgd. Acht en Veertigste Jaargang - No. 6 Gun een door and'rt •n boos gesproken woord De zege niet, dat het uw vrede stoort. Menschelilke groot heid. De ware grootheid van den mensch bestaat niet in lichamelijke oefening en lichamelijke praestatie's. Wanneer men in onze dagen lichaamsvergoding de wereld eens met een nuchteren kijk beschouwt, dan staat men verbaasd erover, hoezeer in dit punt overdreven en gedwaald wordt. Een grenzenlooze bewondering heerscht er over allerlei praestatie's van licha melijke behendigheid of kracht. De kranten staan vol ellenlange verslagen op het gebied van spel en sport. De 'gesprekken van vele menschen loopen daarvan over. Tienduizenden komen om naar dergelijke dingen te zien en hebben daar groote geldsommen voor over. De namen van sporthelden zijn op aller lippen. Men zou dus haast moeten gaan gelooven, dat dit alles zeer belangrijke dingen zijn en dat iemand, die in lichamelijke behendig heid of kracht uitmunt, een groot mensch is. Nu zullen wij niet ontkennen, dat er een zekere grootheid in gelegen is, vooral ook menigmaal in de wilskracht, de taaie volharding enz. die voor het bereiken van zulke lichamelijke praes tatie's noodig zijn. Maar het blijft toch zeker waar: de ware grootheid van den mensch is daarin niet gelegen. 'A Het liciiaam is het minste deel van den mensch. Dal heeft hij ten slotte gemeen met de dieren. Daaruit volgt al, dat de ware grootheid van den mensch nooit in een of andere licha melijke praestatie kan bestaan. Als dat zoo was, dan zouden de dieren meer ware grootheid hebben dan de mensch, want in lichamelijke praestatie's over treffen zij hen menigmaal verre. Of is het niet waar: Eer. kat is in het hoogspringen (en nog wel zonder pol stok) naar verhouding veel beter dan de grootste menschelijke kampioen op dat gebied. In het vér springen is zelfs een nietig insect (waarvan we den naam ma ir niet zullen noemen) een t grootcr kampioen dan die van de Olym pische spelen. Een hazewind loopt nog sneller dan de winnaar van den Mara thonloop. Een rat zwemt beter dan degene die het snelheidsrecord in zwem men op zijn naam heelt en een os of olifant ontwikkelt meer brute kracht, dan de geweldigste gewichtenheffer. Wie dus de ware grootheid van den mensch in zulke dingen gaat zoeken, toont, dat hij de juiste begrippen kwijt is. Daar kunnen alle kranten niets aan veranderen. Bovendien, zelfs van zuiver natuur lijk standpunt bezien, hebben vele van de lichamelijke behendigheids of kracht toeren weinig of geen nut. Goed kun nen zwemmen kan nuttig wezen om zijn eigen leven of dat van zijn mede- menschen te redden. Maar welk nut steekt erin, dat iemand 5000 Meter kan loopen in een mimimum aantal minuten? Of dat hij in enkele minuten kilometers kan verslinden op wieler- of motorbaan Sommige van die dingen hebben eenige waarde als spel of ontspanning, maar verder reikt hun nut toch ook niet. Een straatveger is b.v. een maat schappelijk heel wat nuttiger wezcr dan een beroepsbokser. Erger nog, de overdrijving in dit dingen is. ook al weer van zuiver na tuurlijk standpunt bezien, dikwijls eer groote schade. Vraagt de dokters eens naar hét nut van veel sportexcessen Verder, hoeveel tijd wordt er aan be steed, die in ieder geval heel wat nut tiger besteed had kunnen worden. Hoe veel verwaarloozing van plichten, van studie, van ontwikkeling enz. Stellen wij ons op een hoogcr stand punt, dan mogen we toch wel eens vragenwelke waarde hebben al die dingen voor de eeuwigheid? Men zal er den hemel niet mee verdienen! Wij moeien dus over die zaken oor- deelen gelijk de H. Apostel Paulus. Het schijnt, dat deze ook wel een lief hebber en bewonderaar was geweest van allerlei lichamelijke praestaties. Zijn brieven bevatten ten minste heel wat zinspelingen, vergelijkingen, ontleent aan de sport en lichaamskuituur zijner dagen. Maar wat schrijft hij aan zijn leerling Timotheus? Een woord, dat in onze dagen met vette letters overal te lezen moest zijn: Corporalis exer- citatio ad modicum utilis est; d.i. de lichaamsoefening is tot weinig nuttig. Daarin bestaat dus de ware grootheid van den mensch zeker niet. Kastpapier KANTOORBOEKHANDEL Lingestr. 65 t.o. Krommeitr. - TEL. 326 I Kentering? De tanden op elkaar! Er zijn in den laalsten tijd onmis kenbaar .enkele symptonen, die wijzen op een zij het nog geringe kentering ten goede in ons zoo donker econo misch leven. Zeker, wij hebben meer van deze opvleugjes gehad, die tot nu toe niet anders, dan op nieuwe teleur stellingen zijn uitgeloopen. Maar als er iels vast staat, dan is het wel dit, dat de aantocht van een nieuwe en betere economische periode, ztfl moeten den aangekondigd door dergelijke vleugjes van een herstel, aldus schouwing in O. N. Het eerste belangrijke verschijnsel op dit gebied viel te constatcercn op de Utrechtsche Jaarbeurs en dit ver schijnsel was des te belangrijker, om dat wij hier te doen hadden met (ac toren die reageerden op andere gun stige ervaringen en degenen die daar op gebouwd hebben, zagen zich niet bedrogen uitkomen. Het bleek n.l. dat de deelneming aan de |aarbeurs ditmaal belangrijk groo- is, dan de laatste jaren het geval De producenten hadden weer moed om aan de markt te komen en dien moed hebben zij natuurlijk geput uit de ervaring, dat de koopkracht hier en daar stijgende was. En nu en dit is zeer belangrijk die verwachting is ook werkelijk ver vuld. Er is ditmaal belangrijk meer ver kocht, dan op de laatste Jaarbeurzen het geval was, zoodat de zakenlieden den toestand wel heel goed aangevoeld hebben. En dat de detailhandel weer wat meer durfde te koopen, bewijst toch ook weer, dat zij in haar branches eer eenige gunstige ervaringen heelt. Enkele dagen geleden hebben we de cijfers gekregen omtrent onze econo mische handelsbalans over de eerste drie maanden van het jaar en voor de eerste maal sinds lange lijden zagen we hier een geleidelijke verbetering. Het zijn nog wel geen groote spron gen, maar ook dit is misschien een voordeel. Tegelijk krijgen we uit Indië bericht, dat ook daar voor het eerst sinds lan gen tijd, het eerste kwartaal weer eens wat gunstiger cijfers geeft. De econo mische balans van IndiB over de laat ste maanden, aldus het Economisch Weekblad, bevat onmiskenbaar ver schillende factoren voor vooruitgang. Het blad maakt melding van eenige heropleving in de cultures, ook door dat nieuwe cultures worden beproefd en niet zonder resultaat. En tenslotte zouden we in dit ver band noch willen wijzen op de hoop volle klanken welke zijn vernomen op de druk bezochte algeineene vergade ring in den Haag gehouden van den Ned. Industrie- en Handelsraad. Het bestuurslid, de heer Schilthuis heeft daar meegedeeld, dat in de periode van achteruitgang ongetwijfeld een stil stand is ingetreden en dat hoewel er geen reden is om uitbundig te juichen, toch r.iet ontkend kan worden, dat et in ons handelsverkeer een bevredigen de opleving valt waar te nemen! We mogen hier intusschen nog wel wijzen op de rede van den heer Blink, voorzitter van den Ned. Industrie- en Handelsraad, die op grond van ver schillende waarnemingen een herleving van den wereldhandel voorspelde en zelfs geloofde, dat industrieën, die voor export werken, binnenkort hun moeite beloond zullen zien. Men ziet: wij hebben hier te doen niet met een enkel toevallig inciden- maar met een complex vat teiten, geheel verschillend van aard, maar toch alle met dezelfde tendenz van een economische opfleuring. Zeker, dat wil allerminst zeggen, dat wij de moeilijkheden te boven zijn en deze heropleving sluit allerminst de mogelijkheid in, dat de thans voor gestelde drastische bezuinigingsmaat regelen. misschien achterwege zullen kunnen blijven. Maar hel feit, dat er eenige kente ring ten goede Ie bespeuren valt, leek ons belangrijk genoeg om er eens even de aandacht op te vestigen. In elk ziekteproces speelt ook de psy chologie een groote rol, zoowel ten goede als ten kwade. Verschijnselen als we nu gelukkig eindelijk weer eens kunnen constatee- ren, kunnen in dagen als deze op ons volk een goede uitwerking hebben. Zij geven niet alleen nieuwe hoop, maar ook nieuwen moed. Ze steken ons weer riem onder het hart en kunnen sterke prikkel vormen, om de tan den nog eens flink op elkaar te zetten en de kop omhoog te gooien, omdat het ergste zeer waarschijnlijk geleden is. De wateren van den economischen zondvloed zakken, er zijn hier en daar bewijzen, dat het goede land weer zichtbaar wordt. Verdubbelen we ons gebed en onze krachtinspanning, opdat er spoedig met Gods hulp weer betere tijden voor ons zullen aanbreken. Sproeten komen vroeg het voorjaar, koop tijdig een pot Sprutol. Bij alle Drogisten. Alleen zij, die KING pepermunt gebruiken, kunnen weten wat de origineele pepermunt beteekent voor de gezondheid van den modernen men'ch. Binnenland n de Straks wordt een aanvang gemaakt met de werkzaamheden voor den aan leg van het afwateringskanaal door de Geldersche Vallei. Deze mededceling, aldus v. d. B. De Maasbode, dóet allerminst ver moeden, dat met de eerste spade voor dit graafwerk een einde is gemaakt aan een probleem, dat de eeuwen door de gemoederen aan beide zijden van de Utrechtsch-Geldersche grens heeft bezig gehouden. Evenmin deed de behandeling van de Valleikwestie in de Staten van Utrecht nog denken aan een tijd, dat rond ditzelfde probleem oorlogen zijn gevoerd. Er lag nu eenmaal het rap port Rutgers van Rozenburg, dat twee voorstellen bracht: een duur scheep- vaart-kanaal-plan en een veel voor- deeliger ontwerp voor een afwaterings kanaal. In de Statenzitling van 1934 werd zelfs geen mondgevecht gevoerd over de oplossing van het Vallei-vraag stuk. Onder de Geldersche Vallei verstaat en het gebied van ongeveer 900 K.M.2, dat ten Oosten en ten Westen begrensd wordt door de Veluwsche en de Utrechtsche heuvelen, ten Zui den door den Rijn (van Wageningen tot de Grebbe) en ten Noorden door het ljselmeer (van het Gooi lot Nijkerk). Het waren de waterstaatkundige ver wikkelingen van dit gebied, die de Geldersche Vallei tot een zorgenkind van de overheid hebben gemaakt. En steeds ging het om de afwatering van een aantal beken, wier stroomgebied juist door deze streek loopt. Telkens herhaalde doorbraken van den Grebbe- dijk, die het Rijnwater uit de Gelder sche Vallei moest keeren, zetten het gebied tot in Amersfoort onder water. Daarom werd omtrent 1652 een „Sla perdijk" aangelegd, een tweede water- keering, wanneer de Rijndijk het be geven zou. Deze „Slaperdijk" belette echter een goede afwatering voor de landen, die ten Zuiden van deze nieuwe waterkeering waren gelegen. Het over tollige water kon alleen Noordwaarts worden geloosd door de heulen in den „Slaperdijk". Maar zoodra het water bij de Geere- steinsche schutsluis een bepaald i bereikt had, moesten de sluizen dijk gesloten worden en alle landerijen ten Zuiden raaiden onherroepelijk diep onder water. En hier zat dan telkens weer de gerecde aanleiding tot geweld dadigheden, waarbij de heulen Slaperdijk werden vernield. Een hopeloos verdrag in het begin der Xllle eeuw maakte de zaak alleen maar slechter, daar er thans een voort durende strijd werd gevoerd over het onderhoud der watergangen. Een boer „veegt" nu eenmaal pas de slooten, als 't te laat is. Nu inmiddels reeds met de prilste voorbereidingen voor het afwaterings kanaal is begonnen, lijkt het wel op- voor uw Schilder en Behangwerk ook eens prijs bij SCHILDERSBEDRIJF Hessenstr. 10 TELEFOON 1451 hoe men zich thans een oplossing heeft gedacht van de eeuwenoude vraagstukken der waterloozing in de Vallei. Zooals bij iedere poging tot verbe tering van den bestaanden wantoe stand is geschied, zocht men ook thans weer de oplossing in het graven van een afleidingskanaal van de Luntersche beek langs de Grebbelinie naar de Eem. Hierbij rekende men met eenige be langrijke voordeelen. Immers langs de Grebbe-linie is reeds een gracht aan wezig, hoewel die op militairen grond gelegen is. Amersfoort krijgt het voor deel. dat het afvalwater van de indu strieën van Ede en Veenendaal om de stad wordt geleid. De Luntersche beek beneden de Bruinenburger sluis en de Amersfoortsche Singelgrachten worden zóódanig afgeleid, dat deze watergan gen niet behoeven te worden ontlast. Het benedenstroomsche gedeelte van liet kanaal kan de stad Amersfoort als een havenuitbreiding beschouwen, daar het spui- en stuwwerk niet vlak bij de Eem wordt gebouwd, maar iets hooger op. Tenslotte zou de Grebbe linie als een uitermate geschikte waterschaps- grens kunnen dienen. Het rapport Rutgers van Rozenburg slelde voor het Vallei-kanaal het vol gende tracé vastBisschop Davids Grift, Omleidingskanaal, Waterlossing (damsluis) in den Slaperdijk), Broe- kersloot, Luntersche beek (tot onge veer 100 meter beneden de Roffelaars- kade), Gracht langs de Grebbe-linie, Modderbeek, Gracht langs de Grebbe- linie tenslotte loopt het kanaal op eenigen afstand van de Grebbelinie noordelijk om Amersfoort naar de Eem. Waar noodig zal dus een nieuwe watergang worden gegraven, de be staande grachten en beken zullen wor den verbreed en genormaliseerd, terwijl een vrij groot aantal nieuwe kunstwer ken als duikers, stuwen en bruggen moet worden gebouwd. Een vijftal waterschappen zal moeten worden op gericht, mede om het onderhoud van het nieuwe kanaal te verzorgen. Voor- loopig zal de provincie Utrecht het Vallei-kanaal beheeren. Met een en ander zou de lijdens geschiedenis van de Geldersche Vallei naar aller genoegen beëindigd kunnen zijn, indien er niet nog één factor was, waarmede niet voldoende rekening is gehouden, n.l. het behoud van natuur schoon. Wat er in onze lawaaitijd nog bleef aan ongeschonden natuur, dienden we te bewaken met zorg. En het is juist onze zakelijkheid, die ons veel van den eerbied voor de natuur deed verliezen. We doen aan lintbebouwing en han gen den zoemtoon der electrische hoog spanning tusschen stalen masten in de fluistersnlie onzer bosschen. We doen aan Heemschut en vergeten meteen den stelregel, dat de mensch niet zelf moet gaan wonen in het stuk natuur, dat hij wenscht te beschermen. We ontginnen in een roekeloozen cultuur- honger en verhakken onze mooiste boomen tot zielige invaliden. Naast al de practische voordeelen, die het afwateringskanaal door de Gel dersche Vallei bieden zal, blijft er één factor, waarmede men te weinig ge rekend heeft, de bescherming van be dreigd natuurschoon. Dit is dubbel jammer, eerstens om het verloren gaan van het natuurschoon zelf, tweedens, wijl het hier een reservaat geldt een stichting, die al menige sympa thieke daad heeft gesteld ten bate van het natuurschoon. Een der jongste bcheersobjecten de Stichting „Het Utrechtsch Land schap", de Grebbe-linie, wordt door het graven van het afwateringskanaal bedreigd. De Grebbe-linie, die, een eeuwen oud verdedigingswerk is, loopt van Krachtwijk, ten N W. van Amers foort, om Amersfoort heen tot aan den Slaperdijk, bij den „Rooden Haan' den Emmikhuizer Berg, ligt een tweede stuk van dezen verdedigingsdam, die loopt tot het oude fort Daatselaar. En nu dreigt juist het eerste gedeelte ern stig te worden geschonden door het graafwerk. Allereerst immers wordt de bestaande beek genoimaliseerd en zullen de typi sche bochten en kronkels ondei prach tige boomgroepen, die aan weerszijden de beek overkoepelen, plaats moeten maken voor een rechtlijnigen water gang met kanaal-allures. De specie, die door de verbreeding en afgraving vrij komt, zal op den oever worden geworpen en dit beteekent het dood vonnis voor een flora, die bijna ner gens in ons land haar weerga vindt. We hebben hier voornamelijk op het oog het rechte stuk tusschen den „Scheelen Duiker" en den „Rooden Haan", gelegen in den driehoek bij het kruispunt der spoorlijnen Ede- Utrecht en Rhenen-Amersfoort. Op den veenachtigen strook langs het bestaande water bloeien de nacht-orchideeën en de wonderlijkste veenplanten bij dui zendtallen, De Grebbe-linie met haar oude wallen en grachten is een „staal kaart" van flora en fauna genoemd. Zoo ergens, dan geldt dit voor de flora wel op den bloemenstrook tusschen den „Scheelen Duiker" en den „Rooden Haan", Ook de fauna wordt bedreigd. In het houtgewas langs de Grebbe-linie, tusschen Voskuylen en Aschat, ten Z. van Amersfoort, nestelen honderden vogels, die zich hier nog onbedreigd wisten en daarom voor goed hun broze tenten hier hadden opgeslagen. Hier bestaat nog een beek, die de afwate ring zou kunnen waarnemen en de watergang, die hier gegraven gaat wor den, beteekent een radicale opruiming van het houtgewas met de zeldzame vogelsoorten. Het vonnis voor de Grebbe-linie zal wel onafwendbaar zijn, nu het gegeven van het afwateringskanaal er eenmaal ligt. Maar met goeden wil zou er toch nog iets te redden zijn. Het prachtige stuk tusschen „Scheelen Duiker" en „Rooden Haan" zou ten deele gered kunnen worden, wanneer men de uit gegraven specie niet op den bloemen strook liet werpen, doch aan de andere zijde, Het stuk natuur is daar te mooi om het alleen maar uit opportuniteits beginselen onder modder te bedelven. Dit zou een loyale waardeering zijn voor het werk der Stichting „Het Utrechtsch Landschap", die sinds haar oprichting op 9 Maart 1927 steeds op de bres heeft gestaan, als er in de provincie een brok natuurschoon werd bedreigd. Het zou een waardeering zijn voor de stichting, die de beroemde Eikensteinsche bosschen na veel moeite voor den ondergang wist te behoeden die het statige Lockhorster bosch, waar de rijzige boomen zich spiegelen in de Luntersche beek, als eerste pro vinciaal Natuurmonument wist te ver werven die de befaamde buiten plaats aan de Vecht „Over Holland" voor den ondergang behoeddedie een heide-complex van 2000 H.A. onder haar bescherming wist te krijgen, die de Grebbe-linie en „De Zonheuvel" te Doorn onder haar hoede kreeg. Die het niet nalaten zal, als straks een ander stuk natuur met schennis wordt bedreigd, op de bres te staan en gaaf te houden, wat de Schepper zóó groeien liet. Voor wie iets wenscht te weten over deze stichting, zij nog gezegd, dat zij gevestigd is Achter St. Pieter 20, Utrecht. Voor Kastpapier naar Kantoorboekhandel Langestraat 84 TeleL 528 De Lente komt Uw artikelen te kondigen: doet ïze reclamebrieven i daarmee de tijd, ;t nieuwe seizoen :t door middel va ge hebt succes. Verkrijgbaar adressenlijsten van gro personen en instellingen in Nederland. VITESSE KON. WILHELM1NASTR. 1 sliepen in het bovenhuis, zijn drie jon gens sliepen in de „keet" boven de deel. Voor het overige was de inrich ting, als die in een boerenachterhuis pleegt te zijn, stallen, waarboven hooi, stroo en koren. Den avond voor den brand was nog een wagen met haver- garven op den deel gebracht. Verd. was op den 8en November te kwart voor vijf reeds opgestaan en, op de deel gekomen, had hij alles vol rook gevonden. Onbewust was hij naar een zijdeur geloopen en had die open gegooid. Toen hij later terugkwam zag hij de vlammen reeds oplaaien boven op de „balken". Op een vraag van den president, wat verd.toen had gedaan, antwoordt hij: „Niks anders als de vrouw en de jon gens gewekt, ik heb maar staan roepen *3 staan schreeuwen". Om het vee te redden was toen geen tijd meer, want het duurde te lang eer hij vrouw en kinderen in veiligheid wist. Het blijkt, dat er geen enkele poging is gedaan om het vee te redden alleen een bureau met administratie en kwitanties is in veiligheid gebracht. Verdachte geeft eenige mogelijkhe den kortsluiting in de electrische ge leiding, de uitlaatpijp van den motor, die door den graanzolder liep„en dan, mijnheer de president, door mijn houding in den gemeenteraad, vooral ten opzichte van de werkloozen." Een werklooze heeft verd. reeds tweemaal bedreigd, de laatste maal nog eenige weken voor den brand. Een lange reeks getuigen, wordt hier na verhoord. De eerste is burgemeester Westrik van Barneveld, die eenige ver klaringen aflegt. Hij had deskundigen gevraagd, omdat het hier een raadslid gold en tevens, omdat het wel eens een ernstige zaak zou kunnen zijn, daar verd. eerder brand op zijn hoeve had gehad. Getuige-deskundige dr. Hesseiink verklaart, dat het brandverloop als ge- even voor verd. totaal uitgesloten is. >e eenige reëele mogelijkheid acht hij, dat de wagen met haver-garven van onder is aangestoken. De militair paarden-arts van Vloten wordt gehoord als getuige-deskundige. Volgens dezen getuige had een deel van het vee gered kunnen worden. Een getuige-Eiectriciteitsdeskundige vond een buis met een brandgat, waar uit volgens hem blijkt, dat er geknoeid moet zijn met de leiding. Bovendien was de aardleiding ios van de pemp. De officier van justitie zegt in zijn requisitoir, dat verd. opzettelijk en met voorbedachten rade zijn geheelen vee stapel aan den vuurdood heeft prijsge geven, alleen om zijn eigen zak te spekken. Hij noemt het een buitenge woon ernstig feit. Hij eischt tegen verd. 4 jaar gevangenisstraf met bevel tot onmiddellijke inhechtenisneming na de uitspraak. De verdediger acht in het onderhavige geval brandstichting niet aanwezig. Hij verklaart ook. dat het vee niet als stam boekvee, doch slechts gewoon verze kerd was; de eenige verklaring van den brand vindt spr. in wraakneming door een vijand onder de werkloozen. Pleiter concludeert tot vrijspraak. Uitspraak over 14 dagen. Hoogheemraadschap De Eem. Tot hoofdingeland van het Heem raadschap De Eem is herkozen Johs. Veenendaal en gekozen P. Voskuilen. portum, zéér in het kort aan te geven, Even ten N.O. van den Slaperdijk, Voor de balie. Voor de rechtbank te Utrecht werd gehoord de 47 jarige landbouwer A. F. te Barneveld. verdacht van brand stichting in de door hem bewoonde boerenhofstede. Op 8 November van het vorige jaar zou verd. opzettelijk brand hebben ge sticht in de hofstede „de Langelaar" Deze is totaal afgebrand. De inboedel en ook het vee waren verzekerd. Verd. woonde nog slechts korten tijd daar, zes jaar geleden had hij in zijn vorige boerderij ook brand gehad. Met een ontzaglijk luide stem vertelt F. aan den president, hoe zijn woning was ingericht. Verd. en zijn vrouw BERICHTEN UIT AMERSFOORT van een gebouwtje bij den hootd-ingang en het vernieuwen van hekwerk op het sportterrein Birkhoven. Voor de benoeming van een direc teur van het openbaar slachthuis, als opvolger van den heer Van Haselcn, wordt den Raad voorgedragen E. A. Galesloot, waarnemend directeur.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1934 | | pagina 1