Seizoen-Opruiming F. A. TULP Tel. 1093 Tel. 1830 A Brood- en Banketbikkeri Dt*kk«rii 28, middag C^ahonr8Ch"nt e"ttn Dinsdag- en VrOdatr P« drie maanden; buuRJ*^'3?^ één «SS Abon^en^'^^^nc^r Uitgave v„ <u Katholieke Stichting De Bcabode, ««veaögd e« Wrfoort De €embo<k Katholiek Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Vrijdag 31 Jan. 1936 ADVTRTEfmÊN 29 cent per regel. BfllIJke tarieven voor hacdel en n|verbeld bj geregeld adverteeren Advertenttïn moeten Dtnadag en Vrfdag vóór 8 uur In den morgen rfn bezorgd. Telefoon 314 Bpiatel en Evangelie. 4de Zondag na Driekoningen. Paf-iUi' den j"1?' van dcn H- Apostel Paulus aan de Romeinen; XIII,8—10. BroedersWeest niemand iets schul- u... 41 gi' e,l<ander liefheb); want wie den naaste liefheeft, hij heeft at Wet vervuld. Immers: Oil zult geen overspel bedrijven, gij zult niet dood slaan, gij zult niet stelen, gij zult geene yaische getuigenis geven, gij zult niet otgeeren, en wat ander gebod er moge rl|n, het wordt samengevat in dit woord Gij ruit uwen naaste liefhebben als u relven. De liefde doet niet wat den naaste kwaad is. Derhalve is de liefde de vervulling der Wet. EVANQELIE volgens den H.Mattheus; VIII, 23-27. In dien tijd, toen Jezus in het scheep- je ging volgden Hem zijne leerlingen. En zie, er ontstond een zware storm op de zee, zoodat het scheepje door de golven overdekt werd; Hij echter sliep. En zijne leerlingen naderden tol Hem en wekten Hem, zeggendeHeer! red ons! wij vergaan! En Jezus zelde hun: Wat zijt gij bevreesd, kleinge- loovigen! Toen stond Hij op, beval aan de winden en aan de zee, en ei ontstond een groote kalmte. De men- schen nu waren verbaasd en spraken Wie is deze, daar de winden en de zee Hem gehoorzaam zijn «KANTOORBOEKHANDEL „MET VULPENHUIS" L»n sa lo. KremmMtr. TH- SI ZIE ÉTALA6EI Evangelie verklaring 4de Ion dag na Driekoningen. Er moei wel zwaar noodweer op 't meer gewoed hebben, om de apostelen zóó bang te zien. Dit wil heel wal zeggen voor menschen. die op ze" '1 ware leefden en woonden. De Apostelen waren met Jezus scheep gegaan en, zonder erop bedacht te zijn geweest, kwam een. orkaan over het meer. Ze werden bang: tegen zulk noodweer viel niet te vechten, ic waren verloren, en Jezus, de wonderdoener, sliep. Als ze geen redding meer moge lijk meenden, wekken de leerlingen Jezus: .Heer, red ons, wij vergaan", zoo roepen ze angstig. Jezus berispt hen: .Wat zijt gij be vreesd. klcingeloovigen Hadden de apostelen dan geen reden om bang te zijn? Ze wisten toch, wat voor weer 'twas en wat hun te wachten stond? Beteekende die bestraffing niet, dat ze feitelijk van zee en wind geen verstand hadden? Ze hadden alles gedaan om 't schip op de golven te houden, niets had geholpen, ze moesten naar de bodem. En wat deed de Zaligmaker? Hij stond op, gebood de winden en het meer en 't was aanstonds stil. Niet alleen ging de storm liggen, maar ook 't woeste water werd kalm. Al de re deneeringen van de apostelen, hun be roep op ervaring en voorzorg, waren ineens weggeslagen. De wereld is ook 'n zee en t scheepje is de H. Kerk, de geloovigen zijn 't schuitje. Op de wereldzee heeft al dikwijls gestormd. Onverwacht kwam er soms noodweer en dan scheen 't scheepje te vergaan. De vijanden van de Kerk, want zij zijn 't, die losstormen tegen 't scheepje, hoopten, dat 't zou zinken. Maar dan kwam er plots weer stilte en hoorden ze de bestraffing: Wat zijt gij bevreesd, kleingeloovi- êen". .Zie, Ik zal met U zijn tot het einde der tijden". Daarom hoeven we ook niet bang te zijn. Van alle kanten wordt Petrus' scheepje bestormd. Toch hoeven we niet bang te zijn, want nog steeds is Jezus met ons. Eens zullen we herademen. .De poorten der het zullen haar niet overweldigen. Evenals Jezus de kerk. het scheepje, beschermt, zoo waakt Hij ook over onze zielen, die kleine scheepjes in de branding van de hartstochten en stor men van bekoring. Zijn we toch onbe vreesd als 't binnen in ons oruaan is. Bidden we vertrouwvol: „Heer, red ons" met Uwe hulp vergaan we niet. En laten we ervan verzekerd zijn, dat we geholpen worden. L,|turtfl»cHe Kalender. Week van 2-8 Februari. Zondag 2. Maria Lichtmis, feesteigen. ShKÏWa. geï v dZond. na Driekon., 3e geb. A cunctls. Of: (Oroen) Mis v.d. 4e Zond. Driekon. zonder Oloria of Credo, 2e geb. H. Blasius, 3e geb. A cunctis, gewone Prefatie. Heden wordt in alle kerken deBla- Sluszcgen gegeven tegen keelziekten. Dinsdag 4. H Andreas Corsini. Woensdag 5- II. Agatha. Donderdag 6. H. Titus, 2e geb. H. Dorothea, 3e voor den Paus. Deus omnium. Vrijdag 7. H. Roraualóus. Of: Mis v. h. H. Hart Cogitationis met eigen Prefatie, Credo. Zaterdag 8. Mis v.d. 5c Zondag Driekon,. 2e geb. H. Joannes de Matha met Oloria, Credo en Pref. H. Drlevuld. De hoop der liefde. Een zeer algemeene en onheilbren gende kwaal is de moedeloosheid. De helft onzer ondernemingen mislukt voudig hierdoor, dat wij den moed liezen. Wij worden moedeloos en 6 om ontbreekt ons de noodige volhar ding. In onze gedruktheid trachten wij ons dan dikwijls op te beuren met wereldsche vermaken, ot ook wel met toe te geven aan onze verkeerde nei gingen. Geen veldheer echter, die den moed verloor, heeft ooit de overwin ning behaald, en geen zondaar, die den moed verloor, is ooit een heilige ge worden, of heeft zich ook maar tot God bekeerd, zoolang hij in zijn moede loosheid volhardde. Ondertusschen is hel niet zoo makkelijk altijd hoop te houden nooit den moed te laten zakken. Onze ondernemingen mislukken zoor vaak en iedere mislukking van verwachtingen werkt ontmoedigend. Wij begaan vele fouten, maar niets brengt onzen moed zoozeer aan het wankelen, dan het be wustzijn onrecht te hebben gepleegd. Dan zijn er altoos nog andere hinder palen en moeilijkheden, welke ons in denj weg worden gelegd, de onverschil ligheid, welke anderen voor ons werk aan den dag leggen, de tegenwerking, die w|j ondervinden, en duizend andere zaken. Dit alles is dikwerf oorzaak van ontmoediging voor hen, die ter eere Gods arbeiden. Wij mogen echter daar door den moed niet laten zakken, want menigmaal is tegenwerking en moei lijkheid het gunstigst teeken van wel slagen in de toekomst. Wat moeten wij nu doen om altoos vol moed en hoop te blijven? De eenige mogelijkheid dit te bereiken, moeten wij hierin zoeken, dat wij God altijd voor oogen hebben en ons zelf zoo veel mogelijk vergeten. Wanneer het eigen Ik den boventoon voeit, verdwijnt langzamerhand de deugd der hoop; wanneer God in ons heerscht, dan groeit en bloeit de hoopwant de liefde hoopt alles Derhalve zullen wij een rotsvast vertrouwen, en een stellige hoop hebben eindelijk te slagen, wan neer de deugd van liefde waarlijk in harten gloeit. De Katholieke Pers. In verband met de wereldpersten toonstellingen het congres der katho lieke pers, welke dit jaar te Rome worden gehouden, laten we hieronder een overzicht volgen van de katholieke pers in Nederland. Op 12 Januari 1822 verscheen voor it eerst de Roomsch-Catgolyke Cou rant. Ze was door Le Sage ten Broek gesticht. Daarvoor bestond alleen te Maastricht de „Courier de la Meuse". Het blad was in het Fransch gesteld en werd later door burgemeester Pyls overgenomen. De krant van Le Sage heette later de „Nederlandsche Catho- lijke Courant", weer later de „Noord- Nederlandsche Courant". Het is niet met zekerheid hekend in welk jaar het blad ten onder ging. Het aantal katho lieke tijdschriften was in die dagen reeds legio. Op 1 lanuari 1829 richtte mr. J. B. van Son, een Bosschenaar, de Noord- Brabanter op. Deze kreeg in 1892 Taxi-dienst Nic. Bovée - Het Noord-Brabantsch dagblad" naast rich, welk blad zich in 1910 met „Hel Huisgezin" vereemgde. In 1845 kreeg de toenmalige hoofdredacteur van de Noord-Brabanter, de priester Judocus Smits, ongenoegen met de uitgeefster en stichtte daarom op 17 Juni De Tijd. In 1846 verhuisde dit blad naar Am sterdam. Daar bestond reeds sinds 1825 het Algemeen Handelsblad, door den katholieken Van der Biesen gesticht. Na diens dood echter werd hel blad liberaal. De Tijd werd in 1848 dagblad. In 1842 ontstond de Gelderlander, in 1843 de Limburger Koerier. In 1868 verscheen onder den stu- wenden drang van den heer J. W. Thompson te Rotterdam De Maasbode, aanvankelijk als periodiek, later als dagblad. Sindsdien is de katholieke pers in Nederland regelmatig gegroeid. Momenteel verschijnen in 25-tal plaat sen van ons land katholieke dagbladen. In totaal zijn er 34 katholieke dagbladen Naast de dagbladen bestaan er 60 bladen, die een of meermaal in de weck uitkomen. De katholieke perio dieken betreffende onderwijs, opvoe ding en jeugdwerk bereiken het aantal 66, terwijl tijdschriften van weten schappelijke en cultureele aard tot 31 komen. 18 blaadjes verschijnen er ter behartiging van R .K. charitatief-maat- schappelijk werk en 4 ten dienste van algemeen maatschappelijke organisaties. De publicaties van katholieke stands- en vakorganisaties verschijnen ten ge tale van 39. Dan tellen wij er nog 7 van algemeene aard. De kroon op alles spannen de katholieke periodieken van godsdienstig karakter, die met 128 titels voor de dag komen.; De katholieke journalisten zijn ge organiseerd in de R. K. journalisten vereniging. De katholieke dagblad directies hebben hun organisatie in De Nederlandsche Katholieke Dag bladpers. Binnenland jodenhaat. Het Comité voor Bijzondere Joodsche Belangen gaf een brochure uit, waarin een aantal Nederlanders van verschil lende richting zich uitspreken over de behandeling der loden in Duitschland. Ook twee katholieken komen daarin n het woord, n.l. Prof. Brandsma O. Carm. en Mgr. Dr. H. A. Poels. Eerstgenoemde betitelt zijn beschou wing „De waan der zwakheid" en wijst erop, dat het Joodsche volk, verspreid over de wereld, in de landen waar het leeft en werkt in een machtspositie is geraakt, welke men het meer dan eens benijdt „Men kan in zulke omstandigheden spreken van een dubbele mogelijkheid. Er is een negatieve en een positieve weg. De negatieve is die van het neer slaan, een schijnbaar sterke, in wezen zeer zwakke daad. Het is de daad van den kleine, die hetgeen boven hem uitsteekt, naar beneden haalt om zoo in schijn niet meer klein te wezen, machtig te lijken door het onmachtig maken van wie sterker is.-Daarin schuilt geen ware grootheid. Daar is misbruik van een voor een oogenblik verkregen overmacht. Daar ligt iets in van een laffen overval, van een besluiping uit een hinderlaag, daar is alle fierheid zoek, daar is de zegepraal in schijn van hetgeen niettemin het zwakkere is. Daar is de waan, sterk geweest te zijn en te wezen, terwijl slechts zwakheid is ten toon gespreid. Er is een andere weg, een positieve. De daden van een ander prikkelen lot een zekere jaloerschheid. Er is ge vaar, dat deze overslaat in nijd, maar wapent zich tegen deze onedelste alle ondeugden. De waarlijk sterke, die zich overvleugeld ziet, voelt zijn energie gestaald en geprikkeld. Wat zij kunnen, kan bij ook. Niet in een onbarmhartig neerbalen van wie hooger klom, maar in edelen wedstrijd, hem op zij te komen, te evenaren en voorbij te streven, zoekt hij de plaats In te nemen, welke hem naar zijn meening toekomt. Voelt hij zich waarlijk sterk, sluimert er iets in hem van den groe ten sterken man, dan acht hij het be neden zich, een oogenblik van over macht te gebruiken om wie hem voor- bijstreeide, onschadelijk te maken, maar hij aanvaardt met open vizier den strijd, in het rustig vertrouwen op zijn kracht. Daartoe moet te meer een volk zich getrokken gevoelen, dat er prat op gaat, een groote innerlijke volkskracht te bezi'ten, dat zich als een volk beschouwt, geboren om Uebcrraensch te zijn door de ontwik keling van zijn aanleg en de gaven van zijn ras. Hoe veel edeler en sterker zouden de bestrijders van de Joden zijn, in dien zij, dezer macht niet kunnende of niet willende verdragen, in een edelen wedstrijd zouden beproeven, even goed te doen en beter, wattdeze joden in maatschappelijke uitwisseling van diensten tot heden met zoo groot succes deden. Wat nu tegen de |oden wordt ge daan, is een daad van lafheid. De vijanden en bestrijders der Joden rijn wel klein, dat zij zoo meenen te moeten optreden, zoo optreden. Te meenen, dat zij daardoor de volkskracht openbaren of versterken, is „de waan der zwakheid". Mgr. Poels zegt: De theorieën der N.S.D.A.P. „Blut und Boden" zijn in strijd met elk begrip van recht. Hoe zulke theorieën kunnen worden gehuldigd door een volk, dat zoo graag de drager heet van hooge „Kultur", is voor mij een raadsel. Ziedaar het oordeel van een Chris ten, over de vervolging der Joden in het „Dritte Reich". Is er echter voor de Joden niet et zeer reden tot het uiten van hun ontwaardiging over het gruwelijk recht, dat thans door de N.S.D.A.P. den Christenen wordt aangedaan?" zijn voordcel Geeft dus UW ORDERS Type-en Vermenigvuldiglngswerk aan VITESSE KON. WILHELMINASTRAAT 10 Het beste en voordeeligste adres Uit de „N. S. B." Een ex-groepsleider van de Musserl- parlij, de heer W. H. Baaijens, te 's Hage, verhaalt in de Maasbode zijn ervaringen die organisatie aldus: „Vele Nederlanders, die alle ups and downs der laatste jaren hebben mee gemaakt, krampachtig pogend zich toch op de maatschappelijke ladder te hand haven, weten ten laatste niet meer waar heen. Ook ik was een van hen en rede neerde daarbij zooals andere stuurlui aan de walhet moet zoo en zoo en al de bestaande wetgevers en andere autoriteiten doen het niet goed. In die dagen hoorde ik veel van fascisme, ik bezocht als een drenke ling, die den laatsten slroohalm vast grijpt, de vergaderingen met fascisti sche strekking en daarbij stelde ik mij in kennis met het Italiaansch en Duitsch fascisme en vond daarin zooveel goeds dat ik meende, dat, wanneer daaraan flink werd gewerkt het beloofde land spoedig bereikt zou worden. Doch er kwam iets op in mijn binnenste; kon ik als katholiek er mij wel bij aan sluiten? Maar het gaat daarmede als met elke overtreding die begaan wordt: men tracht zich wijs te maken dat het niet zoo erg is, ja dat het wel mag; dat het zelfs goed is en spiegelt zich daarbij als leek aan voorbeelden en komt op vergaderingen waar zooge naamde katholieken spreken. Men hoort dan„ik ben ook katholiek (ze zeggen Wij^ hebben alles, wat U voor uw kantoor noodig hebt uiiiiiiiu- t icmiiHuciiiiuiiiu h. Elzenaar Langcstraat 101 Tefef. 528 Igen moest): „maar ik doe er niets n" en men kijkt naar een man als [raaide M. en zegt dan: „Dte is toch ->k katholiek en ook N.S.B.-er." Ik gaf mij op als N.S.B.-er en gaf mij met hart en ziel. Ik bezocht alle vergaderingen enz.; als organisatieman liet ik wel eens mijn stem hooren en meende men wel organisatorische talenten in mij op te merken. AI spoedig werd ik voor een hoogere functie aangezocht en ont dekte al direct dat bet op papier heel mooi was, doch in jle praktijk een hutspot. Ik ging aan het organiseeren en al spoedig uitgenoodigd om als groeps leider op te treden, na eenlg tegen stribbelen en na gezegd te hebben dat het niet makkelek zou zijn van zoo'n warboel een goed geheel te maken, aanvaardde ik de functie. Al spoedig bleek dat er lijn in kwam een van de hoogere functionarissen, de onderkringteider. constateerde dat de groep, die als de slechtste bekend stond, nu uitstekend functioneerde en r als eet. modelgroep kon dienen. Dit was echter te veel eer voor een groepsleider, die bovendien nog R. K. durfde zijn. Al spoedig kwam de on derlinge afgunst die zóóver ging dat men insinueerdede katholieken willen de macht hebben en de N.S.B. zoo R. K. maken dat het geheel met een slag overgeheveld kan worden naar de R. K. S. P. De vastenbrief kwam en natuurlijk werd deze aan te goeder trouw zijnde N.S.B.-ers juist andersom uitgelegd onze knappe R. K. Graaf de M. had immers gezegd, dat men juist wèl lid mocht zijn. De N.S.B. oogen zijn nu eenmaal zoo fanatiek gesloten, dat ze niet gauw opengaan. Doch eens komt de tijd, en deze kwam ook bij mij, die het eerlijk meende en de fouten aanvankelijk niet zag. Doch toen ik steeds meer met hoogere functiona rissen in aanraking kwam en eens meer onderzocht, waarom men lid van de N.S.B. was Jof werd, gingen mijn oogen open, maar toen ook goed; ik zag de papenhaters, de kankeraars, de ondergrondsche werkers; verder hen, die, zoo gauw er voordeel was te behalen, de N.S.B. vaarwel zegden. Een hoogere functionaris, b.v. een ge- pensionneerd ambtenaar uit Ned.-lndië die alleen maar N.S.B.-er was omdat ze in haar devies voerde„IndiS niet los van Holland", bedankte heel spoe dig toen hij een z.g. semi-overbeids- betrekking kon krijgen met behoud van pensioen. Verder zag ik het voortrekken vriendjes in het benoemen van func tionarissen, en in de uitvoering van het program zag ik zooveel verschillen als er kring- en groepsleiders zijn. De een kende het lidmaatschap der N.S.B. aan eigenaren van de z.g. patent- geneesmiddelenzaken niet toe, terwijl de andere het zoo erg niet vond. De een keurde een lid niet waardig, dat van zijn vrouw en kinderen was weg- geloopen en het met een andere vrouw hield, terwijl anderen, zelfs de hoogste functionarissen het zoo erg niet von denin zulke gevallen heette het dan opvoeding. Enkele volksgenooten die zich opgaven als lid werden geweigerd omdat zij een of ander op hun kerf stok hadden, terwijl tal van functio narissen der N.S.B. personen zijn, wier opneming in een andere heel gewone vereeniging op zijn minst twijfelachtig zou zijn. Komen dan de daden van zulke personen aan het licht, dan wordt nog alles gedaan om het te ver doezelen als het eindelijk al te bar loopt, dan wordt te kennen gegeven, dat het maar beter is dat ze weggaan. Hoewel ik strijdlustig ben aangelegd, kwam ik gelukkig nog tijdig tot de ontdekking, dat ik mijn krachten beter kon besteden dan in dienst van de lk besloot dan ook in Sept. 1.1. mijn groepsleiderschap neer te leggen en later ook mijn lidmaatschap; ik vroeg eervol ontslag, nam in eenoffi- cieele vergadering afscheid van de groep en gaf mijn leiderschap over. Hoewel een groepsleider officieel aan gesteld wordt en ontslagen, zijn waar schijnlijk de administratieve beslom meringen zóó groot, dat ik nog steeds wacht op mijn ontslag. Al mijn geloofsgenootefl zou ik wil- n toeroepenpast op uw zaak, gij boort niet bij de N.S.B., gij helpt medegraven aan uw eigen graf en gij helpt mede dat de R. K. vrijheid, die onze voorouders met zooveel moeite en na langen strqd verkregen hebben, verloren gaat. lk ben dankbaar dat mij de oogen tijdig opengingen. •TÏOTIIJ ,0^7 EVEN 1210 OPBELLEN .VOOR GEBR. RIJS SOESTERWEG 29 htiikutjH 31 tul pi kill in InililkNliu It ct in kill pond biiliiM, utri tiji 8 cm! Dividendboekjes opaanvr. beschikbaar Zondags vao 4—8 uur Geopend TELEFOON 2054 Kloosterschatten 1 In het Voortoopig Verslag der Eerste Kamer betreffende de Begrooting van Financiën wordt er op gewezen, dat dat de heffing van de belasting op de goederen in de doode hand in 1935 slechts 1.8 millioen gulden heeft op gebracht bij een raming van 3 millioen gulden. De belasting heelt dus in geenen deele aan de verwachting be antwoord en eenige leden bepleiten, dat tot afschaffing van die voor hen onverdedigbare belasting worde over gegaan in stede van haar tot den afloop van den aanvankelijk aanvaarden ter mijn van vijf jaren te handhaven. Als men bedenkt, hoe er jarenlang allerlei fantastische voorstellingen zijn geweest omtrent de opgestapelde kloosterschatten, die men maar eens flink moest aanpakken, om ons land uit den fïnancieelen brand te helpen, als men herinnert aan de ophitserij, welke daarmee bedreven werd, dan is het in zekeren zin goed, dat de heffing van de belasting op de goede- n in de doode hand eens is beproefd. De raming der opbrengst was eigen lijk ai een klap in hel gezicht voor de ophitsers. Drie millioen zou er verkregen worden, doch dat niet alleen van „de kloosterschatten", doch ook van |de bezittingen der Protestantsche Kerken, van allerlei liefdadige instellingen, vakvereenigingen enz. De werkelijke opbrengst is echter >g meer beschamend voor de kloosterschatfan tasten. Want de twee millioen werden nog et eens bereikt. Als men daarnaast bedenkt, welke geweldige hoeveelheden werk voor het vaststellen en innen dezer belasting noodig zijn geweest, dan wordt, ook louter zakelijk bekeken, de doelmatig heid ervan zeer problematisch. Amersfoort Geldcrsche Credietvereeniging.1 Procuratiehouder Reddingius van de Geldersche Credietvereeniging, is be noemd tot directeur van het kantoor Meppel. Uitbreiding. De Gemeenteraad besloot tot uit breiding der Kantoor-ruimten voor Arbeidsbeurs en Centrale Boekhouding. Door een bewoonster van Laan 1914 is bij de politie aangifte gedaan, dat een bedrag van ca. f 10.— uil de keuken is gestolen.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1936 | | pagina 1