De Eembode
F.A.TULP
52»te JAARGANG NUMMER 26
kreJujk»
kwart. Zg. n
REDACTIE EK ADMINISTRATIE
Langtgrosht RTiLr'
HUggM N.V. Dltgevera MIJ. Nssrlandla
WAARIN OPCENOMEN HET „WEEKBLAD VOOR BAARN"
KATHOLIEK NIEUWS. EN ADVERTENTIEBLAD VOOR HET DEKENAAT AMERSFOORT. ALSMEDE VOOR BAARN EO.
ZATERDAG 24 SEPTEMBER I93S
BewIJsno. 6 et
WOORDEN VAN DEN PAUS
OVER DE CHRISTE
LIJKE OPVOEDING
Wm het noodle, <Ut de B. Veder
rondschrijven orer de opvoeding uit
vaardigde? Br wordt zoovee! orer de
Jeugd geschreven. V*n alle lu
komen raadgevingen, ledereen beveelt
rijn systeem aan. Vooral de Jaren
den oorloc waren daar sterk in. Geen
wonder! Er heerechte Immers verwar-
rlnc op alle cebleden.
ZOO kwam dan de Paus In 1929 te
gemoet aan het algemeen verlan
gen, dot men ln deze onzekerheid en
onrast tot hem richtte; hU gaf ons ln
zijn rondschrijven de richtlijnen voor de
opvoeding van onze Jeugd. Nu mag hl]
ons slechte zijn raadgevingen mededee-
len. doch het geschiedt ln nauwe aan
sluiting bij deze richtlijnen.
Het grootste gedeelte van de Ency
cliek antwoordt op rtc vraag Wie moet
opvoeden. De voornaamste verantwoor
delijkheid rust natuurlijk op de ou
maar ook de Kerk en de Staat hebben
hierin een woordje mee te spreken.
Als staatsburgers moeten wij van onze
kinderen ook goede staatsburgers ma
ken. Aan rechtvaardige vorderingen van
den staat, ln het schoolprogram bUv.
zullen wij gaarne tegemoet komen.
Anders ls het met het recht van de
Kerk ln de opvoeding. Nauwelijks heelt
de kleine cosmopollet het levenslicht
aanschouwt, of hij komt al met zUn
elschen bij ons. Moeder kan vertellen,
welke zorgen hij geeft. Maar hij stelt
een noe veel grooteren elsch: „mijn
ouders zijn kinderen van God, Ik wil
het ook zijn!"
Wij houden het kind niet al van het
H. Doopsel, maar wij nemen het op ln
de familie van het Kindschap van God.
De opvoeding van het kind voltrekt zich
verder binnen de Kerk; onze taak Is niet
enkel voor eten en drinken te zorgen,
enz., WU zUn veeleer voor het kind
Priesters. Vader en moeder ontvangen
door het Sacrament van het huwelijk
de wilding en de zending priesters te
zijn voor hun kinderen. Het kind leert
bidden, spreken met God. WU gaan al-
tUd verder met hem voort op den weg
naar God. Hoe heerlUk waren de uren.
totn moeder ons van Jezus vertelde!
Hoe gelukkig voelt zich het kind, dat
aan de sUde van zUn moeder te Com
munie gaatl
Maar onze krachten zUn niet toerei
kend. Het kind wordt grooter en heeft
van Jaar tot Jaar meer noodlg. De Kerk
ls daarop voorbereid. ZU stelt ons haar
gewijde priesters ter vervanging. Ook
leeken ontvanger, vaak de zending ons
ln het opvoeden van het kind te hel
pen. School en Jeudorganlsatle zUn een
kostbare en noodzakelijke hulp voor ons.
VerantwoordeiUkheld der oudere.
Maar let op: GU vertrouwt uw kind
toe aan vreemde opvoeders, de verant
woordelijkheid voor het kind echter
blUft bU u! God vraagt het kind van u.
vader en moeder. Zeer zeker heeft ook
de vreemde opvoeder zUn verantwoorde
lijkheid voor de ouders, voor de Kerk,
d.l. tenslotte voor God. Wie deze ver-
antwoordelUkheld niet kan of wil dra
gen, blUve verre van onze Jeugd!
WU moeten het kind helpen op den
weg naar Ood of Uever: wij moeten het
ln staat stellen, zelistandlg op dezen
weg te gaan. De verantwoordeiUkheld.
die wU heden voor het kind dragen,
moet eens geheel en al overgaan op
den jongeman of op het meisje. De
vUftienJarlge Jongen staat anders te
genover zUn oudere dan de tleijarlge.
Laten wU niet bang zUn hem al bUtUds
verantwoordeiUkheld voor het een en
r toe t
De
woordlng, die een jongen ln de rUPtngs-
jaren voor zijn geweten draagt, ls vaak
oen drukkende last, die ondragelUk zal
ÜJn, wanneer vader en moeder hem
nooit ook maar een kleine verantwoor
deiUkheld hebben toevertrouwd.
WU hebben niet veel op met die amb
tenaren, wier bekwaamheid daarin be
staat. een weg te vinden, hoe zU hun
werk op anderen kunnen laden. ZU zeg
gen dan: waarom moet lk het doen
wanneer anderen het ook kunnen doen.
Dan doet het goed met Iemand ln aan
raking te komen, wiens parool ls waar
om lk het kan? De mensch kan ver
antwoordeiUkheld dragen. Zulk een va
der zal ook zUn Jongen niet gauw werk
afnemen, wanneer hU weet, dat hU het
aelf kon.
Daarom stelt de Paus als doel van
de opvoeding ons niemand minder dan
Christus zelf voor oogen, Een echte,
volmaakte Christen moeten de Jonge
man en het meisje zUn, wanneer zU el
kaar de hand reiken tot de echtelUkc
trouw. GelUkvormlg worden aan Chris
tus, voorwaar een hoog doel. Vele Jaren
gaan wU met onze kinderen samen de
zen weg: wanneer wU hen echter ver
laten, moeten zU dien ook alleen verder
kunnen gaan en weer voor andere men
ie hen een leider kunnen zUn.
Een verheven doell Voor menschelU-
ke krachten haast onbereikbaar. Verge
ten wU echter niet, dat ten slotte Chris
tus zelf de opvoeder ls. WU zUn enkel
zUn helpers, zUn medewerkers. BU het
werk van de opvoeding kan het oru
vaak te moede zUn als aan de Aposte
len. bU de wonderbare broodvermenlg-
vuldlgtng. Voor hen een menigte van
bUna tienduizend menschen en zU
twaalf Apostelen, staan daar met een
halt brood ln de hand. Daarvan moeten
zU aan al die menschen ultdeelen! Maar
Christus heeft het stukje brood geze
gend en Christus heeft hen gezonden
En zU deelt uit In naam van Christus.
En met welk een succes!
Dragen wU het beetje, dat wU hebben,
dat wu zUn, naar Christus! Een stukje
brood voor de groote opdracht oiu
ten en ons kunnen. Onze liefde schUnt
ons dlkwUls buitengewoon groot. Maar
ls er vaak niet veel verkeerds bU?
verkeerde liefde kan groote re schade
aanrichten dan al 't andere.
We brengen ons kleine stukje brood,
onze liefde naar Christus. Christus zal
ons zegenen en zenden. Dan kunnen wU
blUmoedlg en vertrouwvol aan het werk
wU werken Immers ln naam van Chris
tus. Ons kind zal zUn doel bereiken,
waartoe Ood het geroepen heeft. Chris
tus wacht op ons. Het uur van de H.
Mis ls hel uur van de zending De H
Mis en de H. Communie, vooral de dage-
lUksche, zUn ook onze krachtbron, de
krachtbron voor eiken opvoeder, die het
met zUn taak emstlg meent.
Ook dit zal voorbijgaan
DAAR kwam eens een rUke koning
uit een ver land naar den wijzen
koning Salomon, zoo verhaalt
legende, om zich te overtuigen van diens
rijkdom en vooral van diens wUshetd.
HU zag den heerlUken tempel, dien Sa
lomon voor God had gebouwd. hU zag
zUn macht en bewonderde zUn groote
wUsheid.
En toen vroeg hü hem. als souvenir
een spreuk, waardoor hU zoowel ln v
als in tegenspoed zou gebaat zUn.
Salomon liet hem der) volgenden
terugkomen, en gaf hem een gouden
ring ten geschenke, waarin hU een
spreuk had laten graveeren.
De vreemde koning nam den ring
las. „Ook dit zal voorbUgaan."
..Denk altUd aan deze spreuk" zelde
Salomon tot z'n gast. en het zal D
gaan."
In tUden van fortuin, als het leven U
toelacht, als ge ln allee voorspoed hebt.
en overmoedig zoudt worden, denk dan
aan deze spreuk en ze zal U bewaren
voor overmoed, voor verkwisting,
wreedheid, voor hoogmoed.
Als omgekeerd alles D tegengaat, als
de fortuin O den rug toekeert, als U het
ongeluk vervolgt als ziekte of zelfs
moede en de verachting van die e
Uw vleiers waren. Uw deel worden, be
denk dan eveneens: „Ook dit tal voor-
bUbaan,"
IEDER van ons kan met deze mooie
legende zUn voordeel doen. Want
leder kent tUden, dat alles voor
wind gaat, HU voelt zich gezond en
sterk, hu heeft vrede met leder, hU voelt
zich gelukkig en thuis ln den werkkring
waarin hU geplaatst ls.
Is hU gehuwd, dan ziet hU welUcht
met rechtmatig welbehagen op zUn ge
zin neer en voelt zich „een kleinen ko
ning in z'n grooten plicht" en .Dear op
't schouwke prijkt z'n eenlg kruis" zoo
als het Uedje zegt van „Hemelhuis".
Maar hoe ras ls dat gezin uiteenge
rukt, hoe ras een stoel leeg, waar hel
middelpunt was der hulselUke gezellig
heid.
Omgekeerd, lk heb gestaan aan de
doodsbaar van een moeder, die acht
kleine kinderen achterliet en een Jam
merenden man, die zich hopeloos gesla
gen voelde. „Voor mU Is geen gelukkige
1 de wanhopige
V BIZONDER VLUG JONGMENSCH
De IS-Jarige student uit Amersfoort,
lie ileh san de lltrechUche Unlverrl-
M( kon laten InsehrUvea.
„Ook dit sal voorbUgaan" werd ook
hier waar.
Voor eenlge weken kwam heel onver
wachts dezelfde man bU mU, met een
Jongen missionaris bU zich. vol Idealen
gereed om naar Afrika te vertrekken;
het was zUn zoon. een van die achterge
bleven kinderen. Nu een energieke, ster
ke, Jonge priester, tot veel goeds be
kwaam.
In een van zijn gedichten zegt Her
man Gorter, na de beschrijving van
een troep trekvogels: „Zoo, soc gaat al
les voorbU."
.Ach, we ondervinden het allen op
zUn tUd," zoo moet lk met weemoed
Zult u me gelUk moeten geven, lk heb
het ook uit eigen ervaring. „(Mc dit zal
voorbUgaan" ls een heilzame gedachte
op zoo'n oogenblik. Als men wat iemand
lief geworden ls verlaten moet. als med'
midden ln het spel der dagen opeens
zich de kaarten uit de hand getrokken
voelt, en ze opnieuw worden dooreenge-
schud, en men weet niet wat de volgende
ronde ons brengen zal, dan denke men
maar aan den ouden Salomon met z'n
spreuk, die ons toeroept: „Ge hebt het
te voren geweten: Ook dit zal voorbU
gaan."
En wU welen, dat de Oever der le
vensdagen ook de meester van lede:
oogenblik ls. WU zUn ln ZUn hand en1
daar valt geen haar van ons hoofd',
zonder den wU van den Hemelachen
Vader. Bedenk dat ook, gU zieke, die
daar hulpeloos terneder ligt en geen ge
nezing meer verwacht. „Ook dit zal
voorbUgaan." En daarna krUgt ge een
onverwelkbare kroon van den Koning
der martelaren.
Bedenk dat. gU Jonge man en Jong
meisje, die zoo hard moet strijden om
rein te levtn. „Ook dit zal voorbUgaan."
Ook uw worstelen en uw pogingen wor
den gezien door God, ook uw strUd duurt
niet altUd. Hebt moed. Dat geeft U
kracht.
Ook dit zal voorbUgaan. Dat geldt ook
voor de stormen, waaraan nu de chris
tenen ln vele landen blootstaan. Laat
haat zUn tanden stomp bUten aan de
rots van Petrus, laat de golven van ver
volging het scheepje van Petrus heen
en weer slingeren, troost U. Eén ding ls
zeker:
„OOK DIT ZAL VOORBIJOAAN
A. K.
Kampioenschap.
Wt« "t hardste heeft Bremen.
Draast den naam ren ..kampioen-.
Van de Noordzee-zwcmste? heel het:
„Wie zal haar dat na gaan doen?"
En de snelste snelle-looper
Wordt met lauw'ren ovtfiaan.
Evenals de „kleine keeper-
Van de kransen fflet tan ataan!
DoDe Vluchten over zeeen
Noemen we verrukt „brlllant!-
Bokswedstrijden. vol verschrtcking
ZUn om beurten kampioen.
Vragen aoms heel arrogant nog:
„Zt)n er andren dte dit doen?"
Maar. vergeten tn haar woning.
Vlijtig werkend dag aan dag.
Leeft de moeder voor haar kindken.
Met een bhjde Uefdelac*_
Ongeweten voor de wereld,
leeft en lijdt, bemint «IJ rilt.
Nederig haar hoofd getogen:
Zeg mij. Beer. Uw heüigor, wU
HET VULPENHUIS
Lange**. te. Kremaneatr. - TeleL ttf
SCHAAK.
8CHADA-EN
DAMSPELLEN
DE HELD VAN
MODIN.
hoeveel onheil de dwangregeerlng
Het gewelddadige
de bloedige
n bet kleed op de t»
wen Zijn droefenla uitte de man van
volk en tan bet britlgdom tn aangrijpende
woorden, axale wij deae leren tn het
ate boek der Maccabeeén r» 7Ut
Mathathtaa aoo spoed* gelegenheid krij
gen. oen niet alleen te klagen, maar ook
handelen.
Antlocnus Epiphanm had onder bedrei
ging mee de zwaarste straffen geboden, dat
alle Weden van Ma aan de beSdeorebr af
goden moeeten offeren. Near het actotjnt.
werd dW bevel dan op maanddatun ren
«Jn geboortedog uitgevoerd.
Ook de stad Modin kwam aan de beun
De afgezanten van den koning kwamen bij
Mathatfaiu en aaiden: „OU rijt een aanzien
lijk en boog ambtenaar van dene stad. en
ionen en broeden ataan achter u. Treed dan
a's eerste naar voren en dbe. wat de ko
ning gebiedt, aootüa alle volken deden.. Don
re geeobenkrn zollen u en uw zone
vollen." (1 Msec X O—IX)
een groote volksvergadering
vrije, openbare plaats. Er
de afgeaanten ren dm koning kwame
het bevel van zijne majeateit verkondigden.
Helen velen den moed zinken. Velen, die
Ood hadden vi
AUee acheen glad .an al
Wanneer de geranten deren man konden
overhalen, dan waa alles gered. Heel be
leefd en welwillend went. de lettier van het
gezantschap zich tot de petriarchiale gestal-
OOP*
koning op het altaar ren Modln te offeren.
Toen Mathathiaa dit mg werd hl] v
vaoidigd en WJn binnenste beefde, T
In toorn ontstoken, stortte hij Wc* u
mon en sloeg hem neer MJ bet altaar. T<n
vena doodde hij dm koninklijken ambte
nore, die de menacben tot offeren wilde,
dwingen. Kb hsj verwoeotte 1 share. OeHJk.
«Uneea legen Zombri. den mon ren Be lom.
door aijn hoofd, dot Ood
de wet ren Moaeo had geboden, degenen n
den Doei te Moffen, die Wc* schuldig
maakten aan afgoderij of anderen
aanboorden. Daarom doodde MJ den
dtger en keerde Wc* toen tegen dm gerant
van den konmg en doodde ook hem. Daarna
en vreesden de gevolgen van de» daad. De
woede van den koning aal geen grenren
kennen en vreeeeHjk zal WJn wraak zijn.
De steen was aan het rollen. Mathathlaa
L Mare bier kt Modln kon
:er meer Wijven. HIJ nu op den dour
i stand kunnen houden tegen de
..Toen riep Mathathias met hBde s
„Wie voor de wet IJvert, en trouw i
het verbond, voige mijl" En hij vluchtte
Dat wos de groote dag ren Modin. die b
begin werd van den opetend von het v<
volgde volk Gods tegen
heldhafttgen strijd der Maceabeefn. dv
alle eeuwen been als een van de gtorterijk-
rie perioden van het Oude Verbond
Wanneer Mathathias ach niet had vet
don was het volk Gods totaal uitgeroeid:
geopenbaarde waarheid sou geheet
it trouwens ook de bedoe-
og AnUochus.
n christenvolk geen recht
er? Zou een christenvolk;
zUn christelijk land verpheht zijn. zich.
als weerloost schapen lal en afwachten,
ronder een tak te geven?
De gerohledenia van Modln apreeka
KANTONRECHTER
KAAKTEN EN DAMMEN.
Het opschrift van dit verhaal zou u.
de lezer, tot de gedachte brengen dat het
zwartgeloogde driemanschap achter
groene tafel den tijd doodde met
schapsspelletjes. Niets ls minder waar,
voor de verdachten pullden uit van de mas
sale opkomst
Neen. we zaten nog steeds met het geval
van den Eemnesser boer die niet i
Strijbos dat eens zoo mooi zei ha.
ten poerelen Ut de prut om aan de vt
gens van het Waterschap te voldoen.
'i schouw was nog steeds gebleken
■voldoende zijn sloot had schoor,
gemaakt. En behalve de vdbrzltter van het
ster-schap kwamen nu ook. stuk voor stuk.
de heemraden voor het hekje.
De verklaringen waren allemaal hetzelfde:
was onvoldoende aan gedaan.
Maar de verdachte was niet van gisteren:
een der heemraden had een sloot lange
liggen die totaal dichtgegroeid was
De heemraad
herinneren.
.Dan ken JIJ Je eigen plaats
die sl
'aterachap ls zoo groot Dat
in hoofd,
zich ook
Dinges al vUf, zes. zevenmaal gevraagd
choon le maken? Dat ls
een heel arm manneke en die heeft «m land
verkoopen omdat hel geregeld on
derliep.
Heemraad
die kwestie te maken. Toch kt
men hier even tot de ontdekking, dat
eigenaardige toestanden in de Eemnesser
polders schijnen te beenchen.
Maar nu de sloot van verdachte. Daar zou
een tweede dam ln liggen. En wanneer dit
zoo la. Is verdachte niet onderhoudsplichtig.
De cerate dam ls een offlcleele dam en ieder
een was van het bestaan ervan op de hoog-
„WU schouwen van dien dam af," i
n gezag 3 Jaar gs-
r gesproken was
n het O M mr.
rechtmatig door hem U aangebracht De
i luidde 30 gulden of 10 dagen.
I advocate, me), mr. de Boer trok een
somber gericht en meende dat de dag
vaarding onjuist was. Daarin is sprake van
dooien terwijl het maar om twee slooten
val. Vanwege de dammen. Aan schouw
erd ln deze buurt hel weinig gedaan en
et hel slechte voorbeeld van zUn omgeving
wr oogen meende verdachte dat hU al vol
doende deed. Ook die onrechtmatige dam
zat al Jaren zonder dat er aanmerking
een stiliwljdende
hebben. De verdedigster verzoent uite
De fout in de dagvaarding ging niet
want de kantonrechter achtte den verdachte
wel degelijk i
De tweede dam vormde geen argument.
is zijn. E
it den
.Daar laat lk het niet bij ritten!" sri de
..U heeft acht dagen om ln cassatl
gaan' Dan moet U naar den Haag..'
..Naar den Haog?" zei de boer en h<
er naar uit dat bet vooruitzicht op doen
reis hem deed wankelen ln zijn plan
,JN" OT „AAN" DE WINKEL.
Nog een nasleep van de vorige Uiting.
Daar stond het baasje uit Garderen we
HU zou een partij ongeamolten vet niet
een daartoe goedgekeurd perceel aanwea
hebben gehad. Een vorig maal was er e
k bU gi
De kantonrechter las
voor. Het vet sou door den kok zijn gezien
de winkel. Beteekent dat Jn" .1...
il of „bU" de winkel? Verdachte ver
telde, dat hU het vet had getoond toen hU
:"n auto voor zijn zaak stond. En ook de
hotelkok kwam verklaren dat hij. bij de
winkel gekomen, op verdachte moest wach-
„WAARDEERING"
Dat stond op een enveloppe, die da
redactie van „De Eembode" zoo vrij rree.
me vsnsvond ln de brievenbus te depo-
neezen. Ik was van meening, dat er een
of ander douceurtje ln zou zitten al*
vaardeerlng voor mijn schrijfsels onder
deze rtlbrlek, maar mUn verwachtingen
waren helaas te hoog gespannen. Het
8ehrUf nu eens iete over waardeering,
erd me gevraagd, om het in kort*
oorden weer te geven. Uit een nadere
toeUchtlng bleek, dat de redactie bij
harer relaties over de weinige waar
deering had gesproken, die men ln onze
voer elkanders werk pleegt M
zou me al bitter weinig geïnspireerd
hebben gevoeld, wanneer lk niet heel
toevalUg een oud-Haarlf mmcr bU me op
visite had gehad, die zt:h ruim een Jaar
geleden hier had gevestigd en zUn ge
moed over hetzelfde luihtte.
Die weinige waardevrtng schijnt een
feit te zUn, waar menJge vreemdeling,
die zich ln onze stad komt vestigen, zich
lichtelijk over ergert.
„Men zit hier vol crltlek," werd ma
ronduit verteld. „Men kan niets verrich
ten of de goégemeente staat direct met
een oordeel klaar dat van geen of weinig
waardeering getuigt voor de goede be
doelingen van den medeburger. KUk
maar eens naar het vereenlglngsieven.
Een enkeling of een bestuur zwoegt om
een goed programma op te stellen. Het
meent er elndelUk ln geslaagd te zUn
Iets behoorlijks voor elkaar te hebben
gebracht endaar barst de critieb
..Ook de personen die werkelUk Iets
hebben gepresteerd of die aan het hoofd
staan eener onderneming of organisatie,
genieten niet de waardeering waarop zU
recht hebben krachtens hun functie
En onze nieuwe medeburger besloot ZU»
relaas aldus: „Ik heb cog nooit een
Amersfoorter eens Iets goeds over een
anderen Amersfoorter hooren zeggen."
Dat was wel een beetje kras uitgedrukt
en ik meende enkele tegenwerpingen ta
moeten maken. Ik noemde namen van
menschen, die volgens mU ln hoog aan
zien ataan, zelfs van een overleden
Amersfoorter, dien ik als voorbeeld van
pllchtsbetrahctlng en zelfverloochening
kende en die ln het gemeentelUk katho-
leven een vooraanstaande paeitla
Maar mijn gast was niet van gisteren.
HU noemde feiten en daartegen valt
moeilijk te redetwisten. Den overleden#
had hU niet gekend, maar hU had al'
zooveel over hem gehoord veel goed*
iaar óókveel crittekl
Die crltlek en die waardeertng vormen
;n moeliyk probleem!
Het kan zUn dat wU, ouderen, alreeda
io vergroeid zUn ln den dageUJkschea
gang van zaken, dat het ons zelf niet
opvalt dat er iets hapert aan onsa
levenshouding. Crltlseeren wU te veelt
Oevoelen wU te weinig waardeertng voor
hen die boven, onder en naast ons staan
die krachtens functie en arbeid recht
op waardeering hebben? Zeggen wU wol
Iets goed van een medeburgert
past een oogenblik van zelfonder
zoek.
Ik heb eens ln een Engeiaoh boek eeri
plaatje gezien van een monster van een
dame. Het was een raar creatuur dat re
hoogst onsympathiek uitzag. Het hod S
kinnen, lange oorplggels en rookte
clgaretten tusschen lippen, die door eaa
overmatig gebruik van de stilt wel «ri
geprononceerd waren. En een on
derschrift luidde: „Zelfs hierin valt neg
procent aan goeds te ontdekken!"
En nu was het de kunst, die process!
te vinden.
Wanneer wU ons wat meer op (boe
kunst gingen toeleggen, oouden w|j ons
waorachUnlUk ln de goede richting be
wegen die mUn gast op het oog bad.
Want wanneer een vreemdeling mm
naar mij meermalen bleek niet allee*
ln zijn meening zich zoo kras
uitlaat over gebrek aan waardeertng en
teveel aan crltlek, wel, dan *11 dare
zelfs wel S procent waarheid ln!
dat ls vUf procent te veel....
tend ln oTi wogen, h
L rit-
„aan" ook Jn" beteekende, durfde hU
it bevestigen.
.Hoe ls u eigenlijk san dit saakje geko
men?" vroeg de ambtensor, maar de veld
wachter vertelde dat liever niet omdat ver
dachte er bU stond.
Maar het antwoord kwam al tn levsnder.
UJve totn de laatste getuige verscheen, de
dorpesioger die het vet ln hst
Va was geweest. Ds hotelkftk had hem rest
rid wie bet vet had geleverd.
„Heeft u dat vet ook in de winkel gewen?"
roeg de kantonrechter.
„Nee," zei getuige. t
Daarmee was bet pielt beslecht. „Ik kan
let andere dan vrijspraak elschen" zei ds
mhtenaar en men kon Ben dat hel hem
ui 't hart ging.
„Vrijspraak dan." zei de kantonrechter.
>ze keer ontspring Je dus nog den dans!*
En de vrljgesprokene, zich houdend aan
deze woorden, maakte een luchtsprong toen
den kachelplaat struikelde van ls*