KATHOLIEK!
MARIA TE CANNE
UIT HET LEVEN VAN EEN
DUITSCHEN VLUCHTELING
Th«orie en practijk van 't commu
nisme aan den lijve ondervonden.
GEVANGENSCHAP.
Toen mijn gevangenschap al twee
maanden geduurd had was ik f
verder. Het is niet te zeggen
daarin geleden heb: mishandelingen,
kwellingen enhonger.
Na en dan kwam er iemand in mijn
eel met brood, worst, thee; n
lolte van mijn aanstaande vrijheid mits
lk wilde bekennen en onderte
papier, dat ik mij misdragen had tegen
bet algemeen welzijn van het Russische
volk. Ik heb altUd volgehouden
geweigerd ondanks de nieuwe martelin
gen en de nieuwe honger.
Op een goeden dag werd er een stuk
touw ln mijn cel gegooid. Wat dat
beteekende wist ik al en anders had lk
het geweten toen een bewaker
deur aan een collega vroeg: „heeft 53
zijn eigen nog niet opgehangen? als het
een beetje wil zullen wij het zelf nog
moeten doen!"
De lezer zal zich afvragen waarom
men dat al niet eerder gedaan had;
waarom al die omhaal van kwellerij;
een menschenleven ls zooals bekend, In
Rusland toch niet in tel.
Neen, dat is het ook niet en lk zou
al lang vermoord zijn als men niet hoopte
van mij meer te weten te komen. Ik heb
later begrepen dat men mij Inderdaad
voor een contra-revolutionnalr aanzag
en dat men meende dat ik in een orga
nisatie was opgenomen, die gevaarlijk
worden kon en waarvan men de kop
stukken niet kende.
Om die reden duurde mijn gevangen
schap maar door. Op een goeden keer
was ik radeloos van het doorstane leed.
Ik riep een bewaker bij mij binnen door
middel van een roodc schijf die ik van
binnen uit naar bulten kon gooien, als
de richtlngswijzer van een auto. Toen de
man kwam, zei ik hem. dat lk alles be
kennen wilde en dat lk afzag van mijn
hardnekkig zwijgen. Een tijd later kwam
bij terug, gaf mij goed voedsel en zelfs
koffie. Terwijl lk at redeneerde hij aan
één stuk door: ik moest alles bekennen
en er niet om liegen, daarmee kon lk
mijn sitaatie alleen maar gevaarlijker
maken. Vooral mededaders moest lk
noemen. Dan zou alles goed voor me af-
ioopen. Als ongewenschte vreemdeling
zou ik uitgewezen worden en daarmee
nit. Ik hoefde niets te vreezen. Mijn op
rechte bekentenis zou beloond worden.
Toen lk gegeten had verscheen er een
paar beambten om mijn verklaringen op
te nemen. Ik zei hun, dat lk alles en
alles bekennen en vertellen zou maar.
bij de behandeling van mijn zaak voor
het gerecht. Als motief gaf ik daarbij
op, dat ik verlangde naar het einde van
mijn hachelijke situatie en dat lk op
doe manier de behandeling van mijn
zaak wilde forceeren. Dat viel natuur
lijk niet in goede aarde Maar vreezende
dat anders waardevolle mededeelingen
hun zouden ontgaan, stemden de man-
Al heel gauw hoorde ik dat 1.
den
verschijnen moest.
De dagen die eraan voorafgingen werd
ik menschwaardig behandeld. Het voed
sel was zelfs heel goed. Op den
dag werd ik uit mijn cel gehaald en 1
Tombolsk gebracht. Over het pi
hadden de kranten geschreven, hoorde ik
later. Het was opgeschroefd tot een
ernstige poging van hoogverraad jegens
de Staat. Volgens de berichten was lk
de man, die het boerenoproer
gelokt en geleld. De foto's in mijn bezit
gevonden bewezen dit zonneklaar.
DE RECHTSZITTING.
De rechtszitting is voor een niet-Rus
eenvoudig onbegrijpelijk. Wat lk hit
meedeel is echter een simpel relaas dc
feiten. Na enkele voorafgaande forma
liteiten werd de acte van aanklacht
voorgelezen. De inhoud kwam hierop
neer: het was maar goed. dat ik „epakt
was, want heel het .Russisch paradij:
zou door mijn toedoen in een ommezien
herschapen tot een gruwelijke hel.
Ik was zoo gemeen en zoo laag, dat er
tusschen mij en mijn medemenschen
geen enkele communicatie mocht be
staan; het was al onteerend voor dc
omgeving waarin lk leefde, dat ze pre-
ht moest inademen als
Schelden en vloeken
Illustreerden dit onbillijk document.
Het was hopeloos en ik had spijt als
haren op mijn hoofd, dat ik aan dit
geval begonnen was. Mijn simpel rcchts-
rvoel had gemeend: wanneer ik maar
ms tenoverstaan van een rechter en
:n eerlijke groep belangstellende men-
schen alles vertellen kan wat me over
komen ls, zal men mij onmiddellijk vrij-
het betreuren dat ik het
slachtoffer werd van een droeve ver
gissing en men zal mij onder betuigingen
leedwezen over het gebeurde in vrij
heid stellen en het geleden onrecht zoo
mogelijk goed maken,
i dc akte van beschuldiging dacht
lk er echter anders over: dat was al
verloren werk voor het goed en wel be
gonnen was. Zoo dacht lk tenminste,
laar nu gebeurde het ongehoorde.
Mijn rechter was hoogstwaarschijnlijk
en man, die noodgedwongen meege-
huild had met de wolven ln het bosch,
die heeiemaal niet uit overtuiging
■mmunistlsche theorie en praktijk
lot de zijne maakte. Wat hij aan me ge
zien heeft of wal hij van me gewetei
heeft, is me onbekend, maar ln alle ge
val gaf hij mij het woord
het mij. Ik begon dan met
ronduit te zeggen, dat ik ten overstaan
de gevangenisbeambten gelogen had,
toen ik hun zei. dat lk bekentenissen
wilde afleggen. Er waren en er zijn geen
bekentenissen te doen. zei ik, want ik
onschuldig.
een welsprekendheid, die geboren
I uit den nood waarin lk mij bevond,
maakt ik toen mijn heele geval op een
duidelijke en cenigszlns roerende wijze
mijn hoorders. Vooral wees
lk op de onmenschelljke behandelingen
eerst volg enden Dinsdag in Tombolsk die Ik had ondergaan. Mijn toehoorders.
Tusschen Ebcu en Cannc steeg een kuische maan:
«I»# is het uur dat Maria moet gaan
over de heuvels in den zuchten val
en witte slaap van het schemerdal.
De peppels trillen, een oeroud lied
zingl de snelle beek tusschen bloemen en riet.
Daar rijst <.ij over de zwarte kling
als een ster die haar eigen slralen ving:
een zilveren vlam voor de mergelgroeve,
een witter droom dan een witte hoeve.
Haar voeten zijn liefelijk in de dalen
als duiven die door den schemer dwalen.
In een slanke band van violieren
laat zij het rijke hoofdhaar zwieren,
liet gelaat leliestil. Op de zuiv're schaal
van haar kleine hand zingt een nachtegaal
en het rankste hert aan een hand van zij
danst voor haar uit op de bloewenwei.
Bij den driesprong kust zij dc vurige wonden
van haar Zoon, die gekruist werd voor mijn zonden:
de nagelgatcn zij worden rozen
die purperdiep in het maanlicht blozen.
Zij schudt de hoornen, een roode regen
van appelbloesem vall op de wegen.
En recht op mij aan maar niet voor mij
lachende, zwevende gaal zij voorbij,
den boomgaard in wa
op de helling slaapt e
Zij legt het de lichte handen op,
het kind slaat zingend en stralend op,
voor die zuiverheid houdt zij buigend klaar
de zachte wieg van haar armenpaar
en over de schielbeek, de waterval
voert zij het ijlende uil hel dal.
„Moedermaagd," smeek ik, „die zóó liemint,
zoek in mijn schamelheid naar hel kind."
en loop haar na, een laalsle maal
hoor ik de zang van den nachtegaal.
In de zwarte mond van «Ie mergelgroeve
stuift zilveren licht. Bij de wille hoeve
.1 die haar Zoon bedroog;
ne stijgt de maan omhoog.
JAN ENGELMAN.
die mij eerst onwelwillem
toen de akte van beschuldiging werd
uitgesproken en die
hadden uitgejouwd, werden
naarmate ik vorderde met mijn betoog
ie hun gezindheid. De man,
opgetreden als mijn aanklager
wel aanhoudend ln de rede. en stelde
me telkens opnieuw vi
oh, maar telkens kreeg lk hem vast
in zijn eigen woorden en d<
die mij hoorden, voelden, dat ik streed
>or een rechtvaardige zaak.
Uren en uren duurde de zitting. Ik
>cht met al mijn talenten en met een
taaie hardnekkigheid voor mijn leven
won. Mijn menschelljke en eerlijke
rechter sprak mij vrij!
VRIJ!
Ik geloofde het e
.et was zoo. Wel i
onrechtvaardig, mai
Wegens gebrek aan bewijs ei
beperking: als ernstig
staatsvOandelijkc actie moest lk b
een week Rusland verlaten. Tot mijn
ontzetting werd Ik teruggebracht naar
de gevangenis maar inderdaad, den vol
genden dag werd lk onder politlegelelde
uit dc gevangenis gehaald. Al mijn geld
en goed et was wel niet teel) werd li»
beslag genomen. Daarvan werd een reis
biljet gekocht; dc rest heb ik nooit gc-
heeten morgen, het was rond 1 Augus
tus. werd lk bij een klein Russisch grens-
ploatsjc over de grens gezel bij wijze
van straf! Voor mij was het een feest.
Arm en onderkomen van al de ellende
stond ik in een wereld, die mij vreemd
toekomst, maar.,., ln vrijheid!
Eén ding was ik rijker: een pijnlijke,
vreeselijke ervaring. Ik had de theorie
en de practijk van het communisme aan
den lijve ondervonden en steunend op
die ervaring kan ik zoggen en zeg het
ook: het Russische arbeldersparadljs Is
een hel. Dc Russische heilstaat ls één
groot stuk, erbarmelijk mcnschenleed.
C. ST.
In dien tijde vertrok Jezus van <k
grenxen van Tyrus en kwam door Sldon.
midden door het land der Tien Steden
aan de zee van Gallien En zij brachten
bij Hem iemand, die doof en stom was,
en zij verzochten Hem, dal Hij hem de
hand wilde opleggen. En Hij nam hem
terzijde van het volk, stak zijne vingeren
ln diens ooren en op den grond spuwend
raakte Hij daarmede die;
had wel een steuntje noodig,
doofstommie hier, kon die niet t
eigen komen?
juist zijn
oorzaak, dat hij nooit een
woord over Jezus had te hooren ge
kregen en zonder tusschenkomst zijner
vrienden den grootcn Wonderdoener on
gemoeid had laten passec ren.
Broers: Doch boe kwamen die
vrienden er toe Jezus te vragen dat Hij
hem de hand zou opleggen? Dachten ze
hem misschien door middel van massage
Pastoor: Hadden ze dan niet
haast zcide ik: tot vervelens toe ge
zien hoe Jezus door handoplegging de
zieken genas? Welk gebaar geen zier met
Ephpl
Hij
wordt geopend. En terstond werden zijne
ooren geopend, en werd de band zijner
long ontbonden en hij sprak wel. Toen
gebood Jezus hun om het niemand te
zeggen. Maar hoe meer Hij het hun
verbood, des te meer zU hel verkondig
den en zelden: Hij heeft alles wel ge
daan, de doovon heeft Hij doen hooren,
en dc stommen doen spreken.
Jansen: Ziezoo, voorgelezen, aan
gehoord en voor kennisgeving aange
gaan wandelen. In het Evangelie van
vandaag is geen sprake van gebruike
lijke haken en oogen; er staat geen
woord Fransch ln. Alles laag bij den weg
en simple commc bonjour!
Pastoor: Met alle égards voor
den heer Jansen, heb ik toch een duister
voorgevoel, dat selfs deze eenvoudige
bladzijde uit het Bijbelboek, een Boek
waarvan vierhonderd mlllloen exem
plaren ln omloop zijn, sprekend ln drie
honderd talen tot vier vijfden van het
menschdom, ons nog wel stof kan leveren
tot een paar kantteekenlngen. die tegen
het genot van een wandeling, zelfs met
Jansen, opwegen.. „In dien tyde" staat
er allereerst. Ik vraag nu: waar hield
Jezus zich toentijds op?
Jansen Dit zegt ons de Evange
list met ronde woorden: Jezus vertrok
van de grenzen van Tyrus.
Pastoor: Uitstekend, maar
lioc kwam Hij daar en wat deed Hij
daar.Nu Jansen er Uct zwijgen toe
doet. moet ik wel voor den draad
komen. Mc dunkt, dat dit hier daglicht
geeft. Toen hel liep tegen hel Paasch-
fecst, dat Zijn dood voorafging, wildo
Jezus den .storm, die allerwegen rond Her.i
opging, kaimeeren dn och te ver
wilderen en week Hij voor een tijd uit
Galilea om zich naar het land van Tyrus.
dat is Pheniclc te begeven.
omstanders verzinnebeelden
kranke uitging. Wij, Westerlingen, zijn
gewoonlijk geneigd le vergeten, dat de
ln het Oosten door Oosterlingen en voor
Oosterlingen. Daardoor tv veel wat vol
komen begrijpelijk was voor den een
voudigste, voor wicn het oorspronkelijk
bestemd was. moeilijk verstaanbaar voor
ons. Westerlingen.
Parallel met deze ..handoplegging" is
het zoogenaamde „biazen", welke belden
ln het ceremonieel van den H. Doop zijn
overgenomen. In Palestina en alom in
de Bijbellauden zal iemand, die voor
,,'n heilige" gehouden wordt of voor een
bij uitstek godsdienstig leeraar. op zijn
discipelen blazen, wanneer bij hen
zegenen of grootc liefde bewijzen wil, en
dat met zeer ln het oog loopondc hand
bewegingen. De betoekenis van deze
symbolische handeling it, dat hi) gewil
lig aan zijn leerlingen een deel van den
geest en het leven mededeelt, die hem
bezielen. Dit. klemt te meer. omdat in
hel Arabisch zoowel als in het Hc-
brecuwsch voor „geest" en „adem" slechts
één woord bestaat, In het licht van deze
belangwekkende gewoonte ziel men
nieuwe bcleekenls voor den Oosterling
In de woorden, waarin ons de oorsprong
van mensehen leven beschreven wordt:
„En God dc Heer had den mensrh ge
formeerd uit hel stof der aarde en in
zijn neusgaten geblazen den adem des
alzoo werd de mensch tol een
Het i
send licht op dc merkwaardige hande
ling van onzen Heiland, die op den dag
zijner opstanding voor de eerste maal
aan zijn discipelen verschijnend op hen
blies, onmiddelljk nadat Hij lien begroet
Itad en zcide: Ontvangt den heiligen
«eest.
Jansen Was dat om zoo te zeg
gen niet achterop, |>astoo.- dal Jezus
nezlngcn van zon geheimzinnige
Naar hel
mlcn
n den n:
vergezi
terzijde
gaan?
het volk. s
nalcn Joodsehen Godsdienst.
deel uil. van dc Romelnsehe provincie
Syrlr. Aangezien de Inwoners eehler
voluil heidenen waren en de Jood. che
animositeit tegenover Jezus hen linaal
koud liet, kon onze Heer daar veilig
Op Zijn terugtocht naar het vador-
>Un vingers
:>p den grond spuwend daarmee dlci
long aan." De omstanders konden w
reus denken gaan, dat HU een soort va
wonderdokter was. die met
Meestci
mld-
BUna doorgaans bepaalt
a met enkel te scggt
Ik wil. Hord generen! Waarmee
moeilijkheid als sneeuw voor de zon vi
smelt Alvorens dat bevrijdend woord
spreken, placht Jezus evenwel het i
loof van den begenadigde, het geloor
Ileni, de conditio sine qua non voor diens
gem-zlng. op te wekken Was dal ook
hier het geval met onsen doofstomme?
Jansen: Wel natuuriUk niet. dal
zou kloppen aan duovemans deur zUn
Pastoor Daarvandaan moe.si
Jezus dus zijn
e n Kijk, op de m
op we nóg tegen doofstommen spreken.
Pastoor: Eerst ..neemt Hij hem
lerzijde van het volk" om den stakkerd
aan het verstand te brengen, dat ei
bijzonders gebeuren gaat en geeft Hij
hem een stillen wenk tot bidden en tol
overpeinzing.
Meijer: Die manier van doen van
Jezus is misschien dc klem geweest van
onze latere „gesloten retraites"?
Pastoor: Zeker is dat dezelfde
toegepast op geestelijk door
laten we hopen met eei
zelfde heerlijk resultaat.
Met dc twee volgende gebaren
Jezus den patiënt inscherpen, dat t
van zUn twee kwalen genezen wor,
Voor wie doof is, schUnt het alsof zich
in de ooren een verstopping tusschen
trommelvlies en buitenwereld bevindt,
-- met den wijsvinger ln diens ooren
te steken, geeft Jezus te kennen, dat Hij
die belemmering weg zal nemen. Voor
wie stom is, Ujkt het alsof de tong aan
het verhemelte is vastgekleefd. Met
vochtigen vinger raakt Jezus nu die
tong aan, en doet. wat we zelf ook ge-
werp uit den mond te vcrwUdercn. BU
dit alles echter moest de gedachte voor
zitten. dat het hier om een groote Gods-
gave ging, die alleen van God moest
worden verwacht en slecht, door vurig
gebed kon verkregen worden, wat Jezus
uitdrukte door de oogen ten hemel te
Broers: En waarom zuchtte HU?
Pastoor: Om zijn medelijden met
onze lichamelijke en vooral met onze
geestelijke ellende te tooncn. die beiden
voortspruiten uit de zonde.
Broers: En toen eerst sprak Hij
ZUn goddelUk: Ephpheta!
Pastoor: Wat zeggen wil
Broers: Word geopend!
Pastoor: En terstond werden rijn
ooren geopend en de band sijner tong
ontbonden en hij sprak wél.
Gerritsen: Prachtig, maar waai-
om mochten de omstanders daar niet
over spreken? Mij dacht dat daardoor
het voornaamste doel van Jezus' won
deren propaganda voor het christen
dom verijdeld werd.
Pastoor: WaarschynlUk was dat,
omdat de populariteit, die zijn wonde
ren allerwegen wekten, hem den bitteren
haat der Joodsche oversten op den hols
haakte, die er hoe langer hoe meer op
uit waren, zich van Hem te ontdoen.
Aangezien ZUn tijd echter nog niet ge
komen was en Hem nog een jaar te
prediken overschoot, trachtte HU op die
manier de animositeit zUner vijanden
te ontzien.
Jansen Maar hoe neer Hij bet
ban verbood, des te meer rij het ver
kondigden.
Pastoor: In hun eenvoud kondeil
die heidenen dc ware reden kwalijk gri
se» en schreven dit verbod aan Jesus'
overgroote bescheidenheid loc. Dank
baar zagen zij tot Hem op en zeiden?
Hij heeft alles welgedaan! Een lofspraak;
die in den volsten en meest volstrekten
zin alléén aan God toekomt. De vijandig
gezinde Joden onder dc toeschouwers
konden dit getuigenis ln den zak steken,
want 1" t sloeg letterlijk op dc beroemde
propht.ie van Isaias op den Messias,
(XXXV, 4—6) die luidde:
Wecst sterk en vreest niet.
Ziet, nlicder God zal ter wrake komen
met dc vergelding Gods.
Hy zal komen en u verlossen.
Alsdan zullen der-blinden oogen open
gedaan worden.
der dooven ooi m zullen geopend
dan zal de kreupe. - springen als
Et'H vergiftig tl publiek.
De veel beluisterde spreker
van de Zalordagavnntl-overpcin-
zingen heeft verleden jaar eens
een hartig woordje gesproken
onder liet motto: een vergiftigd
publiek.
Wij eileeren uil «Ie inleiding
hel
jende:
is. luisleraars. een typisch
verschijnsel, «tal. zoodra Katho
liek ol' iels Katholieks" of Ka
tholicisme. waar ook ten too-
ncele verschijnt, bij zeer velen
ecu ..heilige afkeer lol uiting
komt."
Ilij vertelt dan verder hoe hij
zittend in een autobus getuige is
van een merkwaardig gebeuren.
Twee nonnetjes van de welbe
kende .liilianiiljes kwamen de
lien of een gemompel begon. 1 Iel
was een bombardement van
minderwaardige
twc«
niets anders dan goed doen in
arme gezinnen. Ken ..dame", lel
vooral op tie aanhaliugsleekens.
permitteerde zich zelfs de vrij
heid om half luid le verklaren
dal „dergelijke lui, de kal in hel
donker knijpen".
Man de Greeve voegt daar dan
bij:
„Iedereen, «lie wil. kén weten
«lal dét wal hier d«mr een vul
gaire, slechte fantasie werd be
doeld. uitgesloten is hij hel /.eci
sterk gedisciplineerde klooster
even der zusters. Ik wil «le me-
rouw. «tic deze gemeene ver
onderstelling uitte, nog niet eens
lastig vallen met haar slechte
taal. om alleen «leze conclusie
onfeilbaar zeker Ie trekken, dat
zij blijkbaar vergiftigd was door
stelselmatig verspreide leugens
ai lasterlijke propaganda. Deze
propagamla moet noodzakelijk
legen een bepaalde groep Katho
lieken en hun instellingen ge
ld zijn. Niemand anders denkt
aan om van e.en willckptirigeu
bekende in tram of bus te zeg
gen: die knijpt de kaf in liet
donker. Men bemoeit zieh er
uvotidig niet mee. Waaraan
itleeul men bel reeht om vau
deze zusters, van wie met! in
ieder geval niets positiefs kwaad
weet. gemeenheden te zeggen en
'e veronderstellen?"
Verder gaande zegt de spreker
lan dal «lil geval met duizenden
li- vermeerderen Tvpccreiid is
I' v. uil al «Ie dingen «lie luj op-
I«'l volgende: bij .vu delilé
«le Koningin bij gclcgcn-
i beid van tie verloving van l>riM.
ana werden in "t publiek
Katholieke leekeuverpleeg-
slers met dczelfih' uniform als
andere leekeuverpleegsters uit
gejouwd.
Nog «'en ander «ling: men per-
millcer! zieli om van ons te zeg
gen dat we stommeriken bij
Gods genade zijn. We zijn ach
terlijk, dompers, donkere mid
deleeuwers, donkere Zuider-