DE Soes ter Coiiraut voor Soest en Omgeving Nieuws- en Advertentieblad. Verschijnt eiken Zaterdag. Algem. Begrafenis-Ondern. Soest Mej. W. PONTIER Sobwmr RywicHrarxki Veenhuïzerstraat Fa. STRIJKER Brandstoffen en Grint Ze Kochten h<m kinderwagen en rywfcl hy „Bezwaar tegen de tropen" W. P. J. VENEMA Door VAN DIJK'S J MEUBEL-TRANSPORT NEDERL. 00ST-INDIË VAN DEN BERG Co. ALLE BANKZAKEN A. FUGERS - Kerkstraat 3 W. 1). BOS TELEFOON 84 NO. 22 Veertiende Jaargang Adres voor Administratie en Redactie Van Weedestraat 7, Soest Advertentifin worden ingewacht tot Vrijdags voormiddags 9 uur bij den Uitgever. Ingezonden stukken tot Dinsdagavond 9 uur Zaterdag 29 Mei 1926 ADVERTENTIEN Van 1—5 regels 75 ct. Eikeregel meer 15ct. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement groote korting. Abonnementsprijs 50 cent per kwartaal. Uitgever G. v. d. BOVENKAMP Soestdijk Directie: J. KOETS, Tel. 226 en J. Arend WIERSMA, Tel. 86 Eerste aanspreker W. JVAN D1ERMEN, Talmalaan 17, Telefoon 118 Kantoor: Spoorstraat 24, Telef. 226 Vervoer van overledenen door geheel Nederland per trein en per auto. regeling voor crematie enz. Eigen kistenmakerij Veldweg 4. Dit is het „slot dat pakt", waarmee tallooze sollicitanten naar betrekkingen, hun opgave in verschillende vacaturelijs- ten in vereenigingsbladen, arbeidsbeurs- registers, enz. besluiten. Is het gebrek aan energie, of is het onwetendheid, welke tot verkeerde voorstellingen ont vangt het leven in onze koloniën leidt Meestal is het laatste het geval. Wanneer men informeert naar de reden van dat slot: „bezwaar tegen de tropen", dan krijgt men dikwijls een verward relaas over de „hitte" en de „koperen ploert" zooals de zon in den volksmond genoemd wordt, over allerlei gevaren, die den jongeman ginds in tropisch Nederland zouden bedreigen. Neen, men blijft liever in Holland. Als het nu nog Amerika was, ha, dat was wat anders. Maar Indië. Intusschen gaat een deel van ons volk gebukt onder den druk van malaise, deels veroorzaakt door een niet onaan zienlijke overbevolking, triest erfenisje van het oorlogstijdperk. Menschen met goede ervaring in handel en bedrijf, gediplomeerden, bekwame kantoormen- schen, Ioopen rond, of vestigen eigen bedrijfjes, winkels, die de spoeling voor den bona-fide-winkelier dunner maken die dikwijls misloopen, omdat zij de ervaring in deze branche missen. Naar Indië, ho maar. Amerika O, als dat eens waar was, Amerikahet land der droomen, millioenenland Maar wat biedt datfabelachtige Amerika U Momenteel niemandal. Het quotum is al voor de eerste jaren vol. Als ge U nu opgeeft, kunt ge misschien over een jaar of vijf naar het land van de vrijheid vertrekken. Kunt ge zoolang wachten En gesteld dat ge thans kunt vertrekken, wat dan nog Een kantoor- betrekking krijgt ge in 99 van de 100 gevallen niet. Zijt gij vakman, timmerman, metselaar, bankwerker, technicus, inge nieur, bezit ge vakkennis, dan is Uw kans grooter. Maar dan, kent ge de vak termen in het Engelsch? Neen? Dan kunt ge niet dadelijk in Uw vak terecht. Eerst steenensjouwer worden Goed, maar hebt ge 100 over, om lid te kunnen worden van den werkliedenbond Bo vendien is het nog heelemaal niet zeker, dat men dadelijk ook dit eenvoudige werk kan vinden. Dus moet er geld zijn om uit te kunnen zien. Anders dient een baantje gezocht als bordenwasscher o.i, zou graag nog eenige PRIVAATLESSEN ge ven voor L.O. en U.L.O. en ook een paar Leerlingen plaatsen in haar FRöBELKLASJE. «JULI AN ASTRAAT 19 d., iets, dat den candidaat vrijen tijd Iaat, om een avondcursus aan de Columbia University te volgen, ten einde de zoo noodige technische Engelsche kennis te verwerven. Kent men dat ten slotte, dan heeft men een goede kans, omdat de Europeesche vakkennis in Amerika zeer hoog wordt aangeslagen. Maar wie bezit geld, lust en energie genoeg, om langs dien moeilijken en zeer zwaren omweg, een nog feitelijk in de lucht zwevende positie te gaan veroveren En wat biedt Indië Een snikheet land, van God en alle menschen verlaten Och kom, dit is alles reeds lang voorbij. Behalve het warme klimaat natuurlijk. In snel toene- menden omvang zijn in Indië alle mo gelijke comforts aanwezig, uitstekend verzorgde wegen, telefoon, auto's, sport clubs, ijsfabrieken, radio, bioscoop, gra- mofoon, enz. enz., alle dingen, die het leven aangenaam en geriefelijk kunnen maken. Men zendt Indië geen „onverbe- terlijken"meer, de jongens, waarmee men in Holland niet meer wist wat aan te vangen. Indië heeft flinke, kranige kerels noodig, Indië is nog een land, met een groote toekomst. Wie kracht genoeg bezit, om op eigen beenen te staan, wie mo reel stevig in zijn schoenen staat en genoeg zelfrespect bezit, om zichzelf als de bron te beschouwen om zich te ver heffen (aldus verklaarde ons dezer dagen een Indië-kenner bij uitnemendheid) blijft verstandelijk, moreel en physiek frisch. Maar, de werkeloosheid in Indië Och kom, Indië heeft nog steeds behoefte aan bekwame krachten, menschen, die het vak kennen, waarvoor zij zich uit geven. En al is de vraag naar krachten voor Indië op dit oogenblik nog niet zoo heel groot, deze zal stellig bij het verder verbeteren van den toestand toe nemen. Zelfs van de zijde van den Algemeenen Handelsbond (Bond van Europeesche geemployeerden in den Handel) werd verklaart, dat de verhalen uit den eersten tijd van de malaise in Indië (die reeds grootendeels voorbij is) over menschen met stapels diploma's, die op politiebureaux waren onderge bracht, omdat zij niets meer bezaten; schromdelijk overdreven waren. Bij een onderzoek bleek, dat op een der grootste politiebureaux inderdaad 20 menschen zaten. Maar dit bleek „uitschot" te zijn. De drie besten werden uitgezocht (een suikerchemist een boekhouder en een planter) en hun geval werd onderzocht. De planter wilde liever naar Holland opgezonden worden, dan het nog eens te probeeren. De chef van den suiker chemist schreef, dat als men den man werken kon leeren, het een kranige prestatie zou zijn, terwijl de vroegere patroon van den boekhouder schreef dat als hij nuchter was, de man een zeer geschikte werkkracht was, maar dat zulks zoo zelden voorkwamIs het wonder, dat dergelijke „krachten" zonder werk komen Maar voor wie zijn vak verstaat, en zich behoorlijk van zijn taak wil kwijten, ligt in Tropisch Nederland een toekomst. FLORIS C. J. Th. Voskuilen Burgem. Grothestraat 11a - Tel. 251 6 w Goud en Zilver Horlogerie REPARATIE-INRICHTING Inkoop van oud Goud en Zilver 2 Optiek KAMERKRONIEK De Tweede Kamer op haar praatstoel - Wedden op de renbaan - De Spoorweg overgangen - Het ei van Columbus 7 - Snap-shots. Het is kolossaal, zooals de Tweede Kamer op'haar praatstoel zit. Het is, alsof zij de schade van de gedwongen vacantie van enkele maanden geleden wil inhalen. Nu de begrooting al aan genomen is, doen deze beschouwingen soms wel eens aan als mosterd na den maaltijd. Volstaan we met een paar snap-shots. Onze minister van Binnenlandsche zaken, van niuu ov. lutp uubU»<, uui hij zoo sportief is, krijgt daarom allerlei sportieve wenschen te slikken. Bij „Land bouw" bijvoorbeeld kwam de heer van Rappard (v.b.) met een motie, om den totalisator weer op de renbaan toe te laten. Want het verbod was zoo schadelijk voor de fokkerijen. Maar de Minister kon niets toezeggen. Want deze kwestie hoorde onder een ander departement thuis. Dan kwam de kwestie van den directeur-generaal van landbouw weer ter sprake. De heeren v. d. Heuvel (a.r.) van Rappard (v.b.) v. d. Sluis (s.d.) wilden, behalve de commissie van advies in landbouwaangelegenheden, een direc teur-generaal, waartegen de heeren Ament (r.k.) en Lovink (c.h.) zich juist kantten. Het zou maar op teleurstelling uitloopen, meende de heer Ament. Nu, de Kamer kan er nog over na denken. De kwestie zal pas bij de begrooting 1927 aan de orde komen, verklaarde minister Kan. De Kamer kende ook oogenblikken van groote vreugde. Dat was, toen de heer Braat (pl.) fulmineerde over de burgemeestersbenoemingen in de kleine gemeenten. Vaak worden personen be noemd, die vriendjes zijn van regeerings- personen, of kinderen uit buiten-echtelijke huwelijken, of die aan een spraakgebrek lijden en nauwelijks spreken kunnen. Het platteland was toch geen bergplaats voor dergelijke menschen! - meende hij. Toen de Kamer weer tot zich zelf was gekomen, besprak men weer ernstige zaken. Verschillende sprekers, o.a. de heeren Vliegen (s.d.), Kampschoër (r.k.) Hermans (r.k.), Schaper (s.d.), bepleitten herziening van de forensenbelasting. De Minister deelde de bezwaren der ver schillende heeren en wees er op, dat nog een wetsontwerp hierover ter tafel ligt, waarover nog nader overleg met HEEREN- EN DAMES- KLEERMAKERIJ Emmalaan 10 - SOESTDIJK - Tel. 169 Afd. Gemaakte Heerenkleeding Blauwe Costuums f 58.- Ragenjassen f32.-, f38.-, f40.- minister de Geer moet worden gepleegd. En een wetsontwerp tot wijziging van de provinciale wet (met het oog op het feit dat door de wijziging van het maat schappelijk leven de taak der provincie is toegenomen) heeft het departement al verlaten, om advies van Ged. Staten. Bij Waterstaat werden heel wat wen schen geuit. Verbetering der Rijkswegen van het pontvcer aan den Moerdijk (Krijger c.h.), spoedige uitvoering van de verbinding van Amsterdam met den Rijn (v. d. Waerden s.d.), beveiliging van het land tegen watersnood, enz. De heer Ketelaar (v.d.) noemde den toestand in het verkeer Amsterdam-Rijn een noodtoestand. Een landsbelang was het. De heeren van Voorst tot Voorst (r.k.), Ament (r.k.) en Deckers (r.k.) bespraken ook uitvoerig den watersnood en de middelen, dien te voorkomen. Natuurlijk kwam de treurige toestand van den Haarlemmerweg (A'dam-Haarlem) ook nog ter sprake, door den heer Boissevain (v.b.). Nu, de minister (v. d. Vegte) zeide overal verbetering toe. De uit voering van het werk der commissie- Limburg (A'dam-Rijn) was even uitge steld, om na te gaan, of nog eenige wijziging in het tracé moet worden ge bracht, dus alleen met de bedoeling, om na te gaan. hoe de hoofdstad het beste geholpen zou worden. Ook komt er dit jaar nog een voorstel in zake de Maas-normalisatie, zei de minister. Mevrouw de Vries-Bruins nam het voor onze tanden en kiezen op, bij haar 'nterpellatie van de regeering over de voorwaarden tot verkrijging van afzon derlijke bevoegdheid tot uitoefening der tandheelkunst. Ze stelde daarbij een motie voor, waarbij de regeering uitge- noodigd werd, maatregelen te bevorderen, (desnoods een nieuwe wet) waardoor de gevaren voor de volksgezondheid zooveel mogeluk kunnen worden weg genomen. De minister achtte het gevaar niet zoo groot. De Kamer blijkbaar ook niet, want een motie van den heer Oud (v.d.) die 's ministers beantwoording ge heel onvoldoende vond, strekkende tot schorsing van het debat werd door de Kamer met 59 tegen 5 stemmen verwor pen. Waarop de heer Oud de motie stelde, dat de Kamer het antwoord van den minister onvoldoende vond. Het ei van Columbus I Dat kon wel wel eens het voorstel van den heer Kor- tenhorst (r.k.) in zake de onbewaakte overwegen zijn, meende minister van de Vegte. De heer Kortenhorst wenschte namelijk, dat aan de overwegen hekken zullen worden geplaatst, die de overweg- gebruikers zouden moeten openen. On besuisd doorrijden ware aldus te voor komen. De minister zou het met de directies van de^spoorwegen bespraken. Ook zou nog een onderzoek worden ingesteld of weder bewaking van een Publicatiën HINDERWET Burgemeester en Wethouders van Soest maken bekend, dat het verzoek van de Mij. Franco-Egyptienne te Am sterdam, Rokin No. 9-15, om op het perceel Birkstraat No. 14, kadastraal bekend in Sectie H, No. 1342 een ben zinepompinstallatie met ondergrondsche tank van 2000 L. te mogen oprichten door hen is toegestaan. Soest, J21 Mei 1926. Burgem. en Weth. voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, J. BATENBURG. G. DEKETH. JACHTAKTEN Het hoofd van plaatselijke politie te Soest maakt bekend, dat ter gemeente secretarie verkrijgbaar zijn blanco aan vraagformulieren ter bekoming van jacht akten, voor het tijdvak, aanvangende 1 Juli a.s. en eindigende 30 Juni van het volgende jaar. Belanghebbenden worden uitgenoodigd hun aanvragen ter bekoming dier akten zooveel mogelijk vöör 15 Juni e.k. in te dienen. Voor minderjarigen van achttien jaar en ouder worden de jachtakten aangevraagd door hun ouders of voogden. Voor verdere bijzonderheden raadplege men de aanplakbiljetten. Soest, 27 Mei 1926. Het Hoofd van plaatselijke politie voornoemd, G. DEKETH. VANGEN EN DOODEN VAN SCHADE LIJKE GEDIERTE EN SCHADE AANBRENGEND WILD De Burgemeester van Soest brengt het volgende onder de aandacht van belanghebbenden in verband met de 1 Maart 1924 in werking getreden Jacht wet 1923. Volgens art. 60 der wet kan tot wering van schade door den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw aan belanghebbenden vergunning worden aantal onbewaakte overwegen moet wor den ingesteld. De Eerste Kamer 1 Minder talrijke discussies. Bij het voorstel tot wijziging van de Zuiderzeewet en instelling van een fonds voor de drooglegging bestreed de heer Verkouteren (c.h.) het voorstel hsvig. Die goede Zuiderzee moest niet worden gedemp. Ons land zou er zijn financieelen ondergang mee tegemoet gaan. Maar de Kamer dacht er toch an ders over en keurde het voorstal z.h.s. goed. Met aanteekening natuurlijk van tegenstemmen van den heer V. Bij financiën kwam een motie-van Embden over het bezoldigensbesluit, artikel 40, waarbij de minister van fi nanciën uitgenoodigd werd medewerking te zoeken met besturen van ambtenaars- vereenigingen, opdat de staat van zijn verplichting, om aan de aanspraken (die niet te niet zijn gedaan) te voldoen, ont slagen worde en hetgeen jegens de ambtenaren is verricht, zooveel mogelijk wordt goed gemaakt. Maar daarvan wilde minister de Geer niet weten. We staan in zake artikel 40 nu eenmaal voor een „fait accompli", herstel van den toestand is nu niet meer mogelijk. En hij betwijfelde ook, of dit voorstel wel van materieele en moreele waarde voor de ambtenaren is. De heer van Embden gaf echter geen kamp. Zijn motie kwam voort uit een gevoel van leedwezen over wat hij ziet als recgtschennis. Neen, in trekken deed hij de motie niet. Toen verwierp de Kamer haar met 19 tegen 7 stemmen (voor v.d. en s.d., rechts tegen rechts, vrijh.b. en de Zeeuw s.d.a.p. verleend om op den door hen gebruikten grond en op grond bij anderen in ge bruik wild of schadelijk gedierte te vangen of te dooden of door een of meer bepaald aangewezen, te goeder naam en faam bekend staande personen te laten vangen of dooden. Van deze vergunning mag des Zondags geen gebruik worden gemaakt. Voor verdere bijzonderheden raad plege men de aanplakbiljetten. Soest, 27 Mei 1926. De Burgemeester voornoemd, G. DEKETH. WORDT TJ GOEDKOOP EN NETJES VERHUISD STEENHOFSTRAAT 57 TEL. 69 18. STEDENBOUW. Bij dit onderwerp hebben wij het eerst het oog op de groote havensteden van Java, n.l. Batavia, Semarang en Soerabaija, steden, die reeds eenige eeuwen geleden ontstonden en dan ook ten deele nog de kenmerken dragen van de oude Hollandsche stichters. Één dier kenmerken is de ongezonde ligging op den rand van moerassige kuststrceken. Toch mag men de stichters over deze plaatskeuze geen al te scherp verwijt maken. Picter Both en J. Pz. Cocn, die als de grondleggers van Batavia te be schouwen zijn, moesten zich in dit JULIANAPLEIN 5 KASSIERS TELEFOON 163 SOEST ONDERGRONDSCHE BRAND-INBRAAKVR1JE KLUIS vreemde land wel vestigen op een plaats, waar zij in onmiddellijke gemeen schap met hun basis, d.w.z. met hun vloot, waren. Zoo kozen zij een punt, waar een bevaarbare rivier, de Tji-Liwong in zee uitmondt en de bezwaren van de ongunstige bodemgesteldheid moesten zij wel op den koop toe nemen. Wij zullen over de geschiedenis hier niet uitweiden, doch ons bepalen tot de opmerking, dat de eerst gebouwde stad in vele opzichten geleek op een HoII. vestingstadje, een plaats dus om geven door wallen met poorten, waar om heen een gracht, terwijl ook het stadje zelf door grachten werd door sneden. Die grachtjes zijn nu nog grootendeels in de z.g. „oude stad" van Batavia aanwezig en geven daaraan, ook door de onmiddellijk uit het water oprijzende huizen een zeer schilderachtig aanzien, zulks in tegenstelling met de eigenlijke hoofdstraat, die met zijn aaneengerijde huizen (zooals in alle oude stadsgedeel ten gebruikelijk is), met zijn verdieping woningen (beneden pakhuis, boven kan toor), met zijn in den zon blakerend plaveisel, zonder een enkelen boom, een troosteloozen indruk maakt. Die oude stad was, zooals boven gezegd, ongezond en snikheet, zoodat menige Europeaan daar het leven liet, reden waarom men gaandeweg, toen men zich veilig wist, de rivier opging en eindelijk een nieuwe woonstad bouwde het tegenwoordige Weltevreden, op ongeveer 5 K.M. van zee verwijderd, terwijl de oude stad het zaken-kwartier bleef. Weltevreden werd met zijn groote Europ. huizen, met zijn regeeringsge- bouwen, het paleis van den Gouverneur Generaal, zijn kerken, het prachtige stadsdeel, waardoor Batavia den naam verwierf van de „schoonste stad van het Oosten". De reusachtige pleinen, omgeven door heerlijk geboomte, daar langs de vroolijke witte huizen met tot een genot in het vroege morgenuur hier- te wandelen. Toch was men op den duur ook met dit stadsdeel nog niet geheel tevredenmen wilde nog hooger op en zoo ontstond Meester Cornelis, wederom 5 K.M. verder het land in, door het stadsdeel Kramat met Weltevreden aaneen gebouwd, zoodat nu Batavia met zijn voorsteden een eigenaardig lang gerekten vorm heeft aangenomen. Een dergelijk beeld geeft ook Soera baija, aanvankelijk aan een rivier (de Kali-Mas), nabij de monding gebouwd, al mist men hier de oude Holl. grachtjes. Ook hier was de ligging door moerassen en vischvijvers ongunstig en trok men later meer het land in, zoodat de stad van het midden der vorige eeuw onge veer 3 K.M. van zee lag, welke stad zich daarna en ook thans nog, steeds meer zuidwaarts, d.w.z. verder vanaf de zee, uitbreidt. Ook Semarang toont eenigermate het zelfde plan. Moerassige zeekust, een rivier, dan de oude stad en gaandeweg uitbreiding naar het Zuiden, waarbij men hier de gelukkige omstandigheid heeft, dat reeds op ongeveer 4 K.M. van zee het terrein heuvelachtig wordt, op welk lerrein zich thans een nieuwe woonstad, Tjandi, heeft ontwikkeld, waar men betrekkelijk koel woont en van sommige punten een prachtig uitzicht op zee geniet. Waren in de oude stadsgedeelten de straten slechts smal, in de nieuwere wijken werden de wegen reeds veel breeder aangelegd. In plaats van de aaneengesloten verdiepinghuizen zette men nu de huizen geheel vrij in een grooten tuin. Deze huizen, gedurende een eeuw of langer, het standaard type der Eur. woning vormende, waren geheel gelijkvloers, dus zonder verdieping ge bouwd. De sleenen vloer, in deftige huizen meestal van wit marmer ligt 60 c.M. boven het terrein een breede trap brengt ons van den tuin in de ruime, aan de voorzijde geheel open voorgalerij, meestal rijkelijk met planten vcrsieid en des a\oids hel verlicht. Hier worden de gasten ontvangen. Overdag worden de bezoekers meestal geleid naar de hierachter liggende bin- iicngalerij, die geheel ingesloten ligt, daardoor slechts matig verlicht is, maar die het koelste plekje van het huis vormt. De binnengalerij is, wat wij zouden kunnen noemen, de mooie Kamer I Naar achieren doorloopende, komt men nu in de achtergalerij, meestal als eetkamer en veelal ook als huiskamer dienstdoende. Zij is, als de voorgalerij, aan één zijde geheel open, hetgeen aldus moet worden verstaan, dat men de grootste daghitte door rolgordijnen, bij voorkeur van dunne rottan, buiten sluit. Ter weerszijden van dit 3-ledig middenstuk treft men de kamers aan, die als slaap-, werk-, of kindervertrekken dienst doen. De huizen zijn opgetrokken in baksteen en gedekt door een ver overstekend pannendak. De venster-openingen zijn sluitbaar met ramen en met jalouzie-luiken. Van af de achtergalerij voert een over dekte gang naar de z.g. bijgebouwen, d.w.z. een reeks vertrekken bestemd tot spijskamer, badkamer, gemak en bedienden-kamers. Dit alles ligt in een ruimen tuin, in welks achtergedeelte nabij de laatste bediendenkamer de stallen zijn, waarin menig Europeaan vroeger 6 of 8 paarden had staan. Naast het hoofdgebouw vindt men veelal nog een z.g. paviljoen, hetwelk bestemd was voor gasten-verblijf en waarin een voor- en achtergalerij en eenige kamers aanwezig zijn. De inrichting was dus nog al „groot scheeps", maar de iijke tijden van vroeger zijn wel wat veranderd en zoo worden de paviljoens nu meestal ver huurd. De erven zijn veelal gesplitst en er verrezen nieuwe huizen in de eertijds kolossale tuinen, de stallen werden kleiner of verdwenen geheel. Toch bleven de Europ. kwartieren nog ruim, luchtig .GAZELLE" RIJWIELEN De inlandsche woningen staan in wijken bijeen. Het zijn, zooals wij vroeger beschreven, op den beganen grond staande, meestal uit hout en bamboe gebouwde, met pannen gedekte woningen met kleine erfjes. De rivier dient den inlander tot waschplaats en ook voor andere doeleinden en op welk uur van den dag of men daarlangs loopt, steeds rói.citp nrnner /üu'ui'wsu water. Ook de Chineezen hebben eigen woonwijken en wel in hoofdzaak in de oude Europ. stadsdeelen, waar zij dicht opeen zijn behuisd. De oude steden op de buitenbezittin gen toonen een heel ander aanzien. Wij hebben nu vooral op het oog plaatsen langs groote rivieren, zooals Bandjer- masin, Samarinda, Poutianak.Palembang. Hier bewoont de oorspronkelijke bevol king in hoofdzaak den eenen rivieroever, terwijl op den anderen wonen de Euro peanen, Chineezen en Arabieren. Nagenoeg degeheele bevolking woont langs de rivier, die vroeger vrij wel den eenigen verkeersweg bood. De inl. huizen zijn paal- of vlotwoningen, de Chin. huizen meestal zeer lage paal woningen, terwijl de Arabieren veelal onder hun woonhuis hun pakhuis hebben. De Eur. huizen zijn hier meestal ook op palen, of liever op steenen neuten (blokken) gebouwd en vaak in hout opgetrokken. Plaatsen als Padang en Makassar, die niet op moerassigen bodem liggen, toonen een type min of meer liggende tusschen de beide hiervoor beschrevenen. Tegenover al deze oudere plaatsen, maken steden, die eerst in de laatste 30 of 40 jaren zijn opgebloeid, een heel anderen indruk. Ik heb nu het oog op Medan en vooral op Bandoeng. Deze steden zijn meer stelselmatig ontworpen met mooie indeeling en zeer ruime wegen. Ook de bouw der huizen heeft hier, vooral in de laatste 15 jaren, een verjongingskuur ondergaan. De oude algemeene vorm wordt vaak verlaten en architekten van naam hebben ook hier volgens nieuwere denkbeelden ge werkt. Tientallen van jaren heeft men vastgehouden aan het één-verdieping- huis, wellicht grootendeels met het oog op aardbeving-gevaar. Door toepassing van ijzer-geraamten (R.K. Kerk te Wel tevreden) en gewapend beton heeft men dit gevaar als overwonnen beschouwd en zoo verrezen er vele groote gouver nementsgebouwen en handelskantoren in verdieping-bouw. De grootste dezer plaatsen hebben electrisch licht, de oudere ook gas en verscheidene hebben een bron-water leiding, doch eenige er van op de buitenbezittingen behelpen zich nog met petroleum en zijn verstoken van eenige waterleiding. Wij zouden nu nog kunnen spreken over de vele kleinere plaatsen, over Buitenzorg, Soekaboemi, Garoet, Djok- jakarta, Soerakarta enz. op Java, over Ambon, Menado, Kota-Radja en vele anderen, doch deze zijn behoudens natuurlijk enkele plaatselijke kenmerken als navolging der geschetste steden te beschouwen, zoodat wij hiermee dit onderwerp meenen te mogen besluiten. W. D. KERKSTRAAT 20 JULIANASTRAAT 7

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1926 | | pagina 1