la Porte Go. Purol bij Ruwe Handen Bel op Telefoon 2001 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG y D EIL S H E P DITIIM VAN DEN BERG Co - Kassiers GEMEENTE-FILM REDACTIE-ADRES: Mr. J. H. VAN D00RNE, LANGE BERGSTRAAT 5, TELEF. 2048, SOESTDIJK N.V. MIDDENST ANDSBANK INCASSO'S - DEPOSITO'S BCILEDINlD^yiPEINl UW HAAR DE SCHOOLKWESTIE. BANK- EN EFFECTENZAKEN SAFE-DEP0SIT VENEMA KLEERMAKERIJ Heeren Mode-Magazijn ALLE BANKZAKEN MIJNHARDT's Garage „MIDDELWIJK" Luxe VERHUUR-AUT0's De Wethoudersbenoeming, voorheen en thans. No. 44 Vijftiende «Jaargang Zaterdag 29 Oct. 1927 BUREAU VOOR ADMINISTRATIE EN REDACTIEV. WEEDESTIiAAT 7, SOEST ADVERTENTIËN WORDEN INGEWACHT TOT VRIJDAGS VOORMIDDAGS O UUR 1NOEKONDEN STUKKEN TOT DINSDAGAVONDS O UUR AAN HET BUREAU UITGEVER: B. VAN OEN BOVENKAMP, VAN WEEDESTRAAT 7, TELEFOON 2062, SOESTDIJK ADVERTENTIËN: VAN 1 TOT .1 REGELS 75 CENT, ELKE REGEL MEER 15 CENT GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE. BIJ ABONNEM. GROOTE KORTING ABONNEMENTSPRIJS 50 CENT PER DRIE MAANDEN FRANCO PER l'OST voor AMERSFOORT en OMSTREKEN Telefoon 2097, Van Weedestraat 37 t.o. den Heer Haremaker Een liefhebbend hart is de echtste wijsh^. Dickens. AI reizen we de heele wereld af. om het schoone te vinden, we moeten het bij ons dragen, anders vinden we het niet. Emerson. Het schiet mij op dit oogenblik niet te binnen, van wie die eenvoudige versregeltjes zijn „Kleine waterdruppe len, kleine korrels zand, vormen saam de trotsche zee en het groote strand". (Of in ieder geval woorden, die van deze strekking zijn). Maar er ligt een diepe gedachte in deze eenvoudige woorden. Er spreekt uit, dat het kleine niet waardeloos is, omdat het klein is, dat al die schijnbaar zoo kleine dingen, samen de grootste en machtigste dingen vormen. Zoo is het ook met de ervaringen in ons dagelijksch leven. Eigenlijk zou men kunnen zeggen, dat ons geheele dagelijksche leven is samengesteld uit „kleine waterdruppels en kleine korrels zand", uit een oneindig aantal kleine gebeurtenissen, kleine gedachten, maar die tezamen toch ons leven vormen. Om het nauwkeuriger te zeggen, de manier waarop we de schijnbaar onbe langrijke, de „kleine" dingen doen, hoe we oogenschijnlijk „kleine" en onbelang rijke vraagstukken oplossen in ons leven, dat bepaalt, hoe we inderdaad zijn, en hoe we, als er zich naar onze meening „groote" problemen aan ons voordoen, deze zullen aanpakken. Er zal misschien iemand zijn, die bij zichzelf denkt „vraagstukken"?, „problemen"? Welke vraagstukken dan Maar in trouwe, doen zich niet den heelen dag „vraagstukken" aan ons voor? Wordt niet den ganschen dag aan ons gevraagd, hoe we over deze zaak denken, of hoe we die kwestie zullen oplossen Elk oogenblik van den dag doen zich, onder allerlei vorm, vraagstukjes voor, wordt er van ons een beslissing gevraagd, in groote en kleine dingen, in ons werk, in ons particuliere leven, overal. Kleinigheden. Maar van kleinigheden is ons heele leven vervuld, opgebouwd. Dat leert ons zien, dat het van het hoogste belang is, ook in schijnbare kleinigheden, ons steeds op een zuiver, eerlijk standpunt te stellen. Er is maar één juiste manier, om groote en kleine dingen te doen, en dat is...ze goed te doen. Er valt ongetwijfeld in dit opzicht in ons land en ook overal elders een op merkelijke groei waar te nemen. Men onderkent die in de steeds sterker door dringende en krachtiger leuze „Eerlijk heid in zaken, waarheid in adverteeren" en meer dergelijke kernwoorden, die een blij-stemmend symbool zijn van wat er voor goeds leeft en werkt in het wereldgeweten. Zeer juist merkte onlangs een confrater van overzee, J P. Janett, op: „De menschen zien in dat het voordeelig is, om eerlijk te zijn Geen belegging werpt hoogere dividen den af, dan eerlijkheid. Niets leidt sterker naar geluk en lang leven dan een zuiver geweten en een zuiver geweten is de belooning van eerlijk leven. Om den grondslag te leggen van werkelijk eerlijk leven, moeten we beginnen met eerlijk te zijn in kleine, onbeduidende, schijn baar onbeteekenende dingen. Hij, die oneerlijk is in kleine dingen, zal oneerlijk zijn op grooter schaal in groote dingen. Daarom wees eerlijk in alle dingen". Niet alle „kleine" dingen in ons dagelijksch leven hebben betrekking op eerlijkheid. Er doen zich zoo duizenderlei „kleine" dingen voor, „kleine" gelegen heden om iemand beleefd te behandelen, een vriendelijkheid te bewijzen, een prettig woord te zeggen. O, onbeduiden- den dingen, schijnbaar, die ons niets kosten, maar die een ander zoo dikwijls als een zonnestraal van achter een donker wolkengordijn kunnen zijn. „Kleine" dingen, maar die tezamen vormen ons groote levensgeluk. Een onbekend scribent in een even onbekend blad (Evening Democrat), zei dit dezer dagen heel treffend„In het grabbelen naar stoffelijke winst en rijkdom, ver geten we dikwijls de betere en fijnere dingen van het leven. We zien de kleine dingen die we kunnen doen over het hoofd, en die toch, als ze inderdaad gedaan werden, veel zouden bijdragen tot het geluk van andere menschen. En, of we het nu toegeven of niet, het feit is toch, dat ons geluk bereikt wordt niet in stoffelijk gewin en persoonlijk succes, maar in het goede, dat we in staat zijn voor anderen te doen. Om gelukkig te zijn, moeten we goed doen en goed zijn. Er is geen andere weg". FLORIS C. KAMERKRONIEK De Tweede Kamer op haar praatstoel - De steun aan de Robaver, Finan- cieele verslechtering voor het verlofspersoneel der landmacht, de Hooge Raad van Arbeid wettelijk ge regeld - Het Indische vraagstuk. De Tweede Kamer heeft alle sluizen der welsprekendheid opengezet en door dien golfstroom van woorden moeten we ons met forsche slagen heen slaan. Welaan dan, daar hadden we bijv. het wetsontwerp voor een memoriepost voor „Financiën", waardoor aan de garantie voor de Nederl. Bank ten be hoeve van de Rotterd. Bank een wette lijke basis werd gegeven. Er was nogal tegenkanting van s.d. zijde (het wets ontwerp werd met 57 tegen 23 stemmen aangenomen) en de heer Vliegen (s.d.) haalde de Robaver historie op en sprak harde woorden, verweet gebrek aan openbaarheid enz. De heer Oud richtte zich vooral tegen het feit, dat door deze gevraagde goedkeuring van de Kamer, drie jaar nadat de regeering de stappen deed, werd eengetoond, dat de term „onder voorbehoud van goed keuring door de Kamers", een onding was. Waarmee de minister het natuurlijk niet eens was. En over die gevraagde openbaarheid, merkte de minister op, dat zulks verschrikkelijke gevolgen ge had zou hebben, omdat een algeheele instorting van de Robaver, de Nat. Bank- ver. zou hebben meegesleept en daarmee in totaal 640 fabrieken met 400.000 arbeiders. Daarom was het een nationaal belang, de Robaver te redden. Dan keurde de Kamer met 48 tegen 36 stemmen (s.d., 12 r.k., Arts en 1 comm.) de wetswijziging goed, waarbij de mogelijkheid werd geschapen tot afwijking voor het reservepersoneel van de bezoldiging die voor het beroeps- personeel (bij de Landmacht) geldt. De bedoeling was natuurlijk, de vergoeding voor het reservepersoneel te kunnen verlagen. Op grond van de overweging o.a., dat verlofsofficieren dikwijls tijdens hun diensttijd hun burgerinkomen be houden. Voorts was er de wettelijke regeling van den Hoogen Raad van Arbeid, die in 1919 bij Kon. Besl. werd ingesteld. Het verschil zou dan zijn, dat de minister niet beslist voorzitter zou hoeven zijn van den Raad, omdat de raad zijn eigen voorzitter zou kiezen, verder dat de Raad voortaan ook eigener beweging de hoofden van departementen van wordt gezond en sterk het krijgt mooier glans het wordt vrij van roos het blijft beter zitten het valt niet meer uit Indien gij des morgens een weinig PUROL tusschen de handen wrijft en dit door de haren uitstrijkt, 't Voldoet iedereen. algemeen bestuur zou kunnen adviseeren terwijl het maximum der leden op 60 (vroeger 48) zou worden gebracht. Er werd zwaar over het nut van den Raad gepraat. De heer Bierema was radicaal, wilde hem maar heelemaal opheffen. Anderen toonden zich ook niet erg gecharmeerd van den Raad. Maar de minister verklaarde toch, dat hij de beide laatste jaren zeer waardevolle adviezen van dit college had ontvangen. En was het met den heer Kortenhorst eens, dat het in de practijk moest uit groeien. De heer Veraart (r.k.) stelde bij amendement voor achter het woord „Arbeid" telkens te lezen „Handel en Nijverheid". Maar dat zou het heele karakter van den Raad veranderen en daarom stelde de voorzitter voor, dit amendement ontoelaatbaar te verklaren, hetgeen de kamer deed, met 42 tegen 29 stemmen. De heer Kortenhorst wilde den ambtenaren in den Raad alleen raadgevende stem geven en dus het stemrecht ontnemen. Maar daarvan wilde de minister niet hooren (en de Kamer, met 54 tegen 14 stemmen ook niet), een eenmaal gegeven recht kon men lastig weer afnemen. Zoodat er van alle amendementen niets overbleef. Door de lang aangekondigde inter pellatie-De Visser (comm.) over de vervolging en massa-interneering van communisten in Indië, kwam het Indische probleem weer op het tapijt. Eerst even kibbelen over den spreektijd. De voor zitter bood één uur. Meneer de Visser wilde „onbeperkt". Ben je van Lotje, kon men den voorzitter hooren denken, en hij bleef op zijn stuk staan, één uur. Doe er nog een uur bij, dong meneer de Visser. Maar de voorzitter was „steenhard" en het bleef op één uur. Maar niet, dan nadat de Kamer zich aldus met 42 tegen 19 stemmen had uitgesproken. De interpellatie zelf: één lange aanklacht tegen het Nederlandsch gezag in Indië. POLITICUS. Door de Vereeniging „School met den Bijbel" alhier, werd de volgende ver klaring aan den Raad der Gemeente gezonden. Aan den Raad der Gemeente Soest. Geven met verschuldigde eerbied te kennen, ondergeteekenden, B. Alkema en J. v. d. Flier, respectievelijk Voor zitter en Secretaris der Vereeniging voor Christelijk Nationaal Schoolonderwijs 'De School met den Bijbel" te Soest, dat de vereeniging bovengenoemd in algemeene vergadering bijeen op Don derdag 13 October 1.1., hun heeftopge dragen zich tot uw Raad te wenden met de volgende verklaring: Dat zij met groote verbazing heeft gelezen in de gemeenteraadsverslagen, dat in de vergadering van uw Raad, gehouden op Donderdag 29 September 1.1., de volgende motie is ingediend De Raad enz., kennis genomen heb bende van de aanvrage van het Bestuur tot stichting van een „School met den Bijbel" gelezen en gehoord hebbende de wijze waarop de noodige bescheiden zijn ver kregen, betreurt dit en keurt dit af, als zijnde van immoraliteit ontbloot en gaat over tot de orde van den dag dat zij met nog grooter verbazing heeft gelezen, dat een dergelijke motie in behandeling is genomen door uw Raad dat wat de Raad „gelezen" heeft, toch klaarblijkelijk in de officieele stukken moet hebben gestaan dat er dus in die stukken beschuldi gingen aan het adres van het Bestuur der Vereeniging voornoemd schijnen voor te komen dat deze beschuldigingen echter niet gebracht zijn ter kennis van het Bestuur dat de bedoelde motie ook aan den Raad is voorgesteld op grond van 't geen hij gehoordheeft; dat dit nog minder ter kennis kon komen van het Bestuur voornoemd dat adressant dus daaruit moet con- cludeeren, dat de Raad der Gemeente Soest een motie van afkeuring ten aan zien van personen en zaken in behan deling neemt op groud van wat hij hoort" dat de Vereeniging wie de motie geldt, haar als lasterlijk van zich afwijst en dat zij dit ook doet ten aanzien van beschuldigingen, die t.a. van haar in de officieele stukken schijnen voor te komen dat zij aan den Raad de volle ver antwoordelijkheid laat van het, zonder zweem van bewijs, smetten werpen op personen en instellingen in het midden der Gemeente. Zoo ergens dat is hier van toepassing het spreekwoord, dat wien de schoen paste, dezen heeft aangetrokken. Immers de voorsteller van de motie noch een dor andere raadsleden kon uit de stukken te weten zijn gekomen, in hoeverre het bestuur der Christelijke school al of niet debet was aan, of verantwoording droeg voor de wijze waarop de handtee- keningen waren verzameld. Uit de stikken welke de raadsleden hebben gezien bleek alleen een contradictie eenerzijds worden daar aangetroffen handteekenin- gen van ouders die verklaren dat zij christelijk onderwijs voor hun kinderen wenschen, anderzijds verklaringen van diezelfde ouders, dat zij hun handteeke- ning hebben gezet om geheel andere beweegredenen. Ziehier de contradictie geboren, die op zich zelf een beschul diging inhoudt aan het adres van hen, die de handteekeningen hebben verza meld. Het was tegen hen, dat de motie gericht washet was tegen hen, dat in den raad werd gefulmineerd, gezien de wijze waarop die handteekeningen waren verkregen, namelijk, zooals Mr. van Doorne in den raad uit de stukken aan toonde door leugen, bedrog, en om- kooping. Ieder die deze vergadering heeft bijgewoond, ieder die De Soester heeft gelezen, kan tot geen andere conclusie gekomen zijn dan deze, dat de scherpe critiek gold uitsluitend de wijze waarop het benoodigd aantal handteekeningen was verkregen. Deze critiek gold absoluut niet het Christelijk schoolbestuur, aange zien op het moment dat de motie werd ingediend nog niet bekend was welke rol dat bestuur bij het verkrijgen van die handteekeningen had gespeeld. Dit bestuur kan zich inmiddels de motie gerust aantrekken. Want het heeft getoond aan de, laten wij het op zijn zachtst uitdrukken, onware, chicaneuze wijze, waarop de handteekeningen zijn BEHANDELEN i BAARN KANTOREN TE BUSSUM f SOEST verkregen, ZIJN SANCTIE TE HECH TEN. Laat dit bestuur nu niet met ge maakte verontwaardiging schrijven dat het niet van de „beschuldigingen" heeft afgeweten. Als het bestuur dat durft staande te houden, dan willen wij het even eraan herinneren, dat ten eerste de heer Van Brummelen door den Burge meester is gehoord nopens de waarde der door zijn toedoen verkregen hand teekeningen ten tweede dat de heer Endendijk wethouder van Onderwijs is, en dus de geheele historie van az kendeten derde dat het chr. school bestuur zelve is uitgenoodigd geworden door den burgemeester die handteeke- ningenlijst terug te nemen, en te zorgen voor een nieuwe, waarop geene zooda nige aanmerkingen konden gemaakt worden, wat echter geweigerd weid. Met de grootste verbazing vraag ieder, dit wetende, zich af, waar dit bestuur de brutaliteit vandaan haalt te durven be weren dat het onkundig is gehouden van de bedenkingen tegen de wijze waarop de handteekeningen waren verkregen I Het kan dan ook geen verwondering wekken dat dit bestuur er alles bij de haren bijsleept om zich in de oogen van het publiek voor te stellen als de och- toch - zoo - verschrikkelijk - verongelijkte. Daartoe beroepen zij zich zelfs op het woord „gehoord" in de motie voorko mend, en vragen, kwasi verontwaardigd „Hoe durft een raad af te gaan op het geen men van hooren zeggen is te weten gekomen I" Aardig verzonnen, maar wel wat al te doorzichtig I „Gehoord heb bende de wijze waarop de noodige bewijzen zijn verkregen" luidt de motie. Natuurlijk 1 De Raad heeft toch de be sprekingen daarover „gehoord", en door middel van het zintuig genaamd „gehoor" kunnen vernemen dat ook weer blijkens dit optreden van een paar Gereformeerde voormannen, tusschen theorie en praktijk op godsdienstig gebied bij dezen een hemelsbreed verschil ligt. De Vereeniging „School met den Bijbel" heeft haar goedkeuring gehecht aan dit optreden, heeft dat onchristelijk gedoe met haar naam gesanctioneerd, en heeft dus alle redenen zich de motie, welke bestemd was voor de handteekening-colporteurs, hare dienaren en mede-broeders-in-den- Heere, aan te trekken. Hoe zij, nu is komen vast te staan dat aan de wijze van handteekening-verzamelen een heel vies luchtje was, zich nog als de ver moorde onschuld durft aan te dienen, en durft spreken van „laster", daarvoor is het beslist noodzakelijk dezelfde DAMES- EN HEEREN- F. C. KUIJPERSTRAAT10 - TEL. 2169 mentaliteit te bezitten, om dat te kunnen begrijpen. En daarom achten wij ons gelukkig te kunnen zeggen Wij begrijpen het niet I In een ander artikel in hetzelfde num- mer van het Soester Nieuwsblad wordt nog eens van leer getrokken over het zelfde onderwerp. Daarin wordt gewezen op een raadsvergadering in Leiden, waarin eveneens handteekeningen waren teruggenomen, maar waar geen motie werd ingediend „waarin de eer en goede naam van personen en instellingen werd belasterd". Maar de redactie van het Soester Nieuwsblad ziet een kleinigheidje over het hoofd. In Leiden waren alleen maar handteekeningen teruggenomen, maar geen van de raadsleden daar kon bewijzen dat de handteekeningen ver kregen waren op chicaneuze wijze. En dit laatste kan hier in Soest nu juist wel en daartegen is dan ook alle actie gericht, en daartegen alleen. Zouden enkele ouders hun handteekeningen heb ben teruggenomen enkel op grond van veranderd inzicht dan was er geen enkele reden voor eenige motie geweest. Voorts wordt in dat artikel het ge meentebestuur nogmaals verweten dat het schoolbestuur niet op de hoogte is gebracht van de bezwaren tegen de handteekeningen. Dus het is NIET waar dat de burgemeester heeft gevraagd een andere lijst in te dienen met handtee keningen waarop geen aanmerking kon gemaakt worden Wij hebben echter niet de minste reden de woorden van den Burgemeester in twijfel te trekken, en noemen het een sterk stukje dat het Schoolbestuur deze blijkbaar eenvoudig ontkent. Het slot van bedoeld artikel bevat een aanval op den Voorzitter van den raad, die naar meening van de redactie van het Soester Nieuwsblad zijn taak niet kent, wat hij getoond heeft door toe te laten dat op dergelijke „krenkende wijze werd gesproken over personen en in stellingen". Wij willen alleen maar even den nadruk er op leggen dat tot het spreken op dergelijke wijze, de bewuste personen en de bewuste instelling alle aanleiding hebben gegeven, zij alleen en niemann anders. Hadden zij ervoor ge zorgd dat geen aanmerking had kunnen gemaakt worden op de wijze waarop de handteekeningen verkregen zijn, dan had hierover niet het woord kunnen gevoerd worden noch op krenkende noch op eenige andere wijze. De schuld ligt uitsluitend bij hen, doch allerminst bij den voorzitter, die gelegenheid heeft gegeven critiek uit te oefenen op feiten, die uit de den Raadsleden voorgelegde JULIANAPLEIN 5 - SOEST TELEFOON 2163 ONDERGHON'DHCIIE BRAND - IN BKA.VKVRIJI! KLUIS bescheiden bleken, iets wat hij als neu traal voorzitter behoort toe te staan, en waarmede hij getoond heeft de juiste opvatting van zijn taak te hebben. Burgerlijke Stand GEBORENTeunis, z. v. A. Plooij en M. Schouten Jeanette, d. v. J. Olijslager en J. E. Slot. ONDERTROUWD J. Rijke en N. Heuvel. GEHUWDH. J. M. v. Uggelen en M. W. Lensink Th. P. v. Fulpen en A. M. v. Hamersveld. OVERLEDEN Maria Catharina Antonia van Rooijen, 85 jr., wed. v. A. N. C. v. Hees. Hoofdpijn-Tabletten 60 ct. Kiespijn-Tabletten 30 ct. Laxeer-Tabletten 60 ct. Zenuw-Tabletten 65 ct. Maag-Tabletten 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten XL1I. De Christelijke Broeders hadden de vorige week weer een heeleboel vuil in de Aschketel gedaan. Aan dat adres aan den Raad zit een luchtje dat je al op een uur afstand ruikt. De Broeders Van der Flier en Van Brummelen hebben op hun baatje gehad in den Raad, maar het Bestuur van den School met den Bijbel, trekt het zich aan. Nog al gek hè Dan schrijven ze nog een artikeltje waarin de Burgerpa op z'n Edelachtbare vingers wordt getikt. Die had niet mogen toe laten dat genoemde Broeders werden afgekamd in den Raad, vinden ze, en nou-ie het toch gedaan heeft is dat een bewijs dat-ie z'n taak niet kent. Ook daarvan straalt een kwalijk-riekend geurtje af. De Broeders zouden dus willen dat als het er op aan zou komen dat zij aan de beurt zouden komen om eens onder de loupe genomen te worden, de burgerpa zei.^Stop 1 Jullie willen aan de Broeders komen, dat laat ik niet toe 1" Leuk idee hebben die lui toch van on partijdigheid. Jk heb dat al eens meer opgemerkt. Ook op het gebied der consequentie zijn ze hun tijd ver vooruit. En daarom sta ik altijd stom verbaasd dat in de Gereformeerde Aschketel, geredigeerd door drie Gereformeerde Broeders, voetbaluitslagen voorkomen, en aankondigingen van voetbalwedstrij den die op Zondag gespeeld worden. Stel je voor, op Zondag 1 Op den dag dat de meest echte onder de echte Broeders den haan plegen af te zonderen van zijn kippenharem I Hoe hebben ze niet tekeer gegaan tegen Mr. Jan omdat-ie op Zondag in z'n bloote kuiten op het voetbalveld liep te draven En als je de advertentie-rubriek doorleest val je heele maal om 1 Advertenties voor dansen nemen ze opDenkt het U in lezers, denkt het U in. Op den preekstoel wordt tekeer gegaan tegen dat zedelooze dansen, tegen de knievrije rokjes (wat nou juistement voor mijn oude oogen een lust is om naar te kijken), tegen de laag-uitgesneden halsjes, (waarvoor ik, ouwe zondaar, een kwasi boodschap in een winkel verzin als ik zulk een extra aandoenlijk lichaams deel aanwezig weet), tegen het scharrel- tonnen en blikkebokkemme, (waar ik den kriebel van in m'n beenen krijg als ik het aanschouw en bijkans neiging gevoel om mee te doen), tegen de wijze waarop de jongelingen van tegenwoordig de jöngedochteren plegen aan te kijken onder al dat beenen-gewirwar, (men hoort daarbij dan ook niets te zeggen en de oogleden zediglijk neergeslagen te hou den), dat alles wordt van den kansel afgekondigd als zijnde uit den booze, en tochnemen de Gereformeerde Broeders dans-advertenties in hun Ge reformeerden Aschketel op. Maar wat het toppunt is, is dat ze een advertentie van een magnetiseur opnemen, zoo'n moderne kwalzalver die door „natuur krachten" en dergelijke kunstemakerijen de zieken wil beter maken. In de eerste plaats is dat concurrentie tegen den gemeentearts, dus daarom vindt ik het niet netjes zoo'n advertentie op te nemen. Heeft Dr. Rupert jullie ooit een strocthalm in den weg gelegd In de tweede plaats staat er in den Bijbel nadrukkelijk ge waarschuwd tegen toovenaars, en dui velbezweerders en zulk soort tuig. Maar De Broeders maken er reclame voor 1 En dan genezing door „natuurkrachten", leder mensch die iets van de wereld in z'n tegenwoordigen vorm gezien heeft weet wat dat beteekent. Alles wat gods dienst betreft, alles wat geestelijk is, wordt uitgeschakeld enkel met de natuur willen die heeren duivelbezweerders te maken hebben Nou vraag ik je 1En daar maakt de Aschketel propaganda voor. En nou denk ik nog niet eens aan wat achter dat woord „natuurkrach ten" kan verscholen liggen en ook mo gelijk hier wel achter verscholen ligt. Ik bedoel dat dat woord wel eens een aanlokking kan zijn voor iets héél anders, zooals een ouwe vrind van me eens ondervond,dieopzoo'nnatuurkrachtelijke advertentie afging en allerliefst werd ontvangen door een magnetiseuze die 'm z'n portemonnaie ontfutselde, en waarna hij door een sterke natuurkracht .He trappen af en de deur uitgesmeten werd. Men denke zich eens in de ons Ghristelijk blad daaraan z'n medewerking verleende 1 Werkelijk het is beslist noodig dat de redactie van dat blad voortaan eerst grondig onderzoekt wat er bij die advertenties eventueel kan achter zitten, zulks tot lichamelijk en geestelijk heil van hunne lezers. Het is hun christenplicht dat op zich te nemen, en daarbij alle natuurkrachten te trotseeren, zelfs al werden dezé door de aanminnigste mag- neüseuses ter wereld opgewekt. Breng het in de eerste volgende redactiever gadering in stemming. Ik wed dat Broeder Aandendijk de eerste is die zich wenscht op te offeren tot heil van de gemeenschap. BRANDNETEL. het aller goedkoopste adres voor en overtuigd U Ingezonden Buiten verantwoordelijkheid der Redactie. Soest, October '27. Den Heer Redacteur van „de Soester, Soest. M. de R. Naar aanleiding van mijn per 4 Oc tober '27, ingezonden stuk over de Gastoonkamer verkoopen en de daarop gegeven inlichtingen aan de Redactie v.h. Soester Nieuwsblad, dat onderge- teekende niet op de hoogte zou zijn, verzoeken onderstaande Installateurs en Winkeliers hiermede te verklaren, nim mer één order via de Toonkamer te hebben uitgevoerd. Onderstaande personen hebben dit alle schriftelijk verklaard, waarvan on- dergeteekende inzage kan verleenen. P. Ekel, Torenstraat. Gebrs. Gielen, v. Weedestraat. Th. van Kalleveen, v. Weedestraat. C. J. van Hengstum, Middelwijkstraat. Fa. Kerkhof Co., Steenhofstraat. C. Radstok, Beukenlaan 21 dd. Jac. Waal, Veenhuizerstr. 9b. G. Reijerse, L. Brinkweg 46. H. v. Herwaarden, Heuvelweg 6. U dankzeggend voor de verleende plaatsruimte. Hoogachtend, U Ed. Dw. A. W. P. VISSER Bosstraat 21e. Aan de Redactie van „de Soester". Mijne heeren. Bij de voorlaatste benoeming, vier jaren geleden, heb ik mijn stem verheft tegen het in het bezit nemen van een zetel door Broeder van den Bergechter zonder gevolg hij bleek te zeer op dat baantje gesteld te zijn en de daaraan verbonden inkomsten kon hij ook best gebruiken. De tijd heeft me aardig in het gelijk gesteld, zelden zag ik een grooter fi asco, en de retraite zoowel uit het College, als uit den Raad —nogvóór het verstrijken van zijn tijd, was lang niet eervol. Bij laatste benoeming heeft zich on geveer hetzelfde voorgedaan, toen Broeder Endendijk ziel geroepen ge voelde een zetel in te nemen, niette- gende de firma van Klooster, Endendijk en Batenburg nog niet is geliquideerd en die Heeren ook niet zijn gerehabi liteerd. Ook hier zullen de verdiensten wel een woordje meespreken 100n/„ weekloon meer of minder is heel wat, maar mag het Gemeentebelang daaraan opgeofferd worden? Temeer had deze Broeder dit niet mogen doen, waar hij bij voorbaat al

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1927 | | pagina 1