GEMEENTERAAD
Een sensationeele vergadering
Nieuws- en Advertentieblad
Lsü
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
Corruptie bij Openbare Werken
Justitieel onderzoek gevraagd.
Stoomwasscherij
„DE VLIJT" X
No. 50
FEUILLETON
„Liefhebben zult gij mij"
FRANCO HALEN J
EN BEZORGEN J
Geopend:
Handel in Auto-
Onderdeel en
Achttiende Jaargang
Woensdag 25 Juni 1930
BUREAU VOOR ADMINISTRATIE VAN WEEDESTRAAT 7 S0ESTD1JK
ADVERTENTIEN EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEN INGEWACHT TOT
UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGENS 10 UUR AAN HET BUREAU
UITGAVE: N.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ v.h. G. v. d. BOVENKAMP
ADVERTENTIÈNVAN 1 TOT 5 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MEER 15 CTS.
GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE, BIJ ABONNEM. GROOTE KORTING
ABONNEMENTSPRIJS I 1— PER DRIE MAANDEN, ERANCO PER POST
REDACTIE- EN ADM.-ADRESVAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 - SOEST DIJK
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 15 VAN DE AUTEURSWET 1912 (STAATSE 1 AD NIMMER 380)
De Raad der gemeente Soest kwam
Maandag 23 Juni des namiddags te 2 uur
bijeen ter behandeling van de reeds in ons
vorig nummer gepubliceerde agenda.
Alle 13 Raadsleden waren aanwezig.
Na de gebruikelijke opening door den
voorzitter kwam aan de orde
1. Vaststelling van de notulen der ver
gadering d.d. 30 Mei j.1.
Onveranderd vastgesteld.
2. Mededeeling vaj» ingekomen stukken.
De heer Doorman maakt cr aanmerking
op, dat Zaterdag in de portefeuille voor de
ingekomen stukken niets aanwezig was.
De Burgemeester deelt mede, dat zijn
gekomen:
a. een schrijven van Mej. Westra, waarin
zij bedankt voor de verleende rijwieltoe
lage.
b. een raming van de inkomsten en uit
gaven van de Gezondheidscommissie ie
Baarn, aangevende voor Soest een bijdra
ge in de kosten van 372.86 met verzoek
t.z.t. die post te mogen ontvangen.
c. een schrijven van den gemeente-bode
Beuzel, houdende dankbetuiging voor de
uhvcloppe, hem ter hand gesteld ter gelc-
genhed van zijn 25-jarig jubileum.
d. verschillende besluiten van Gedep. Sta
ten, houdende goedkeuring van verschillen
de begrootingswijzigingen.
e. een proces verbaal van kasopname van
den gemeente ontvanger.
Al deze stukken worden voor kennis
geving aangenomen.
f. een aders van de bewoners van de
Julianastraat met verzoek de verbetering
van die straat vanaf de Spoorstraat tot óc
Anna Paulownalaan ook spoedig uit te
voeren. Zal worden behandeld bij punt 18.
g. verzoek van het Jvjelkcontrolestation te
Amersfoort om subsidie.
h. gelijk verzoek van de vereeniging Pro
Juventute.
Beide subsidie verzoeken zullen worden
aangehouden om te worden behandeld bij
de begrooting voor 1931.
Op een vraag van den heer Busch ant
woord de Burgemeester, dat het adres van
den heer van der Kuilen nog in behandeling
is; te zijner tijd zullen voorstellen betreffen
de die waterleiding worden gedaan.
Punt 3 der agenda wordt nog even aan
gehouden, en eerst wordt behandeld
4. Voorstel van B. en W. tot het treffen
van verschillende maatregelen in verband
met de conveisie van rijksvoorschotten wo
ningbouw (No. 326).
De heer Doorman vraagt of er geen
kans is, dat ook het Rijk zijn rente ver
mindert, welke kans de burgemeester echter
niet ziet, daar het Rijk zelf ook met leenin
gen van hooge rente zit.
EET MEER BROOD
Eerste Soester Electrische Brood- en
Banketbakkerij
C. VAN E E -
Kerkstraat 7 SOEST - Telet. 2144
Soesterbergschestraatweg 15, Telef. 2245
(Hoek Gallenkamppelsweg)
Naar het Engelsch
van
DOLF WYLLARDE.
(10
„Goeden dag, Majoor Agincourt!" zcï
ze schuchter.
O, goeden dag, Miss Falkner."
Zijn blik keerde terug tot haar, of hij, in
eens. haar tegenwoordigheid weer gewaar
werd en hij boog tot haar met een hoffe
lijkheid, zooals hij die iedere vrouw zou
betoond hebben. Maar Winnie besefte nu
eerst, dat zij gewoon was aan meer per
soonlijke oplettendheid; en die had zij
nu verbeurd.
Ze trok zich terug in een hoekje van
het rijtuig en keek met oogen, die niet veel
zagen van de drukte om haar heen.
Zc had immers geen opzettelijkheid ge
meend! en.... was hij belcedigd! welnu,
dan moest hij maar belcedigd zijn; ze zou
praten, met wicn ze wilde!
Dit was het slot van haar overdenkingen.
Zonder dat hij zich dit voorgenomen had,
meende Agincourt toch, dat hij de eerste
was, die, op deu bepaalden tijd, bij the
Savoy stond. Toch bleek dit niet zoo te
wezen, althans uit de schaduw, nabij den
hoofdingang tot het hotel, trad een Ara
bier, die hem op den arm tikte, met een:
„De dame vraagt 11 te spreken, howadji!'
5. Voorloopige vaststelling van de reke
ning van hut gemeentelijk grondbedrijf over
het dienstjaar 1925. (No. 184).
De heer Doorman meent, dat de canon
voor erfpacht-uitgifte te laag is ten op
zichte van de boekwaarde en wil die canon
verhoogen, terwijl de heer Busch die ca
non juist wil verlagen.
Wethouder Endendijk zegt, dat bouwland
wordt uitgegeven tegen een erfpachts-ca-
non van 45 cent per Are en bouwland ver
huurd wordt tegen 35 cent per Are. wat
duur zat is. Voor grond (bouwterrein) bij
een huis wordt maximum 3 Are gegeven
tegen kostprijs maal rente.
De heer Doorman meent, dat de ruim
9000.strop op het grondbedrijf niet
heelemaal strop is. Ruim 8000.is voor
rente van opgenomen gelden, die toch an
ders ook had moeten worden betaald en
de restant-strop geldt alleen voor de niet-
patriarchale gronden. De mislukte admini
stratie heeft echter veel geld gekost.
De burgemeester beaamt dit en deelt
mede. dat de nadeelige saldi van het grond
bedrijf over de volgende jaren zijn:
1925 10.150.—
1926 5.200.—
1927 3.200.—
1928 nihil.
Totaal dus 18.550.
waarvan reeds is gedekt 8.550.uit de
onlangs goedgekeurde gemeente-rekening
1928 uit het batig saldo daarvan, en voorts
zal worden gedekt 2.000.uit rekening
1929 en 2.000.uit rekening 1930, ter
wijl de resteerende 6.000.dan in 3
jaar zullen worden gedekt uit de gewone
middelen, of uit een mogelijk overschot.
De heer Busch: „Ja, maar dat groote ver
liep moet toch gedekt worden tenslotte uit
de belastinggelden, niet?"
De Burgemeester: „Ja, natuurlijk."
De heer Busch: „Juist, dat wil ik alleen
maar vaststellen."
De burgemeester vindt echter het grond
bedrijf toch nog een goudmijn voor de ge
meente en zeker wat het patriarchale deel
aangaat. Alles boven 0.50 opbrengst per
vierkante Meter is winst, alleen kunnen
we er niet aankomen, maar moeten er ef
fecten voor koopen. Die winsten op de
patriarchale gronden mogen echter niet naar
dc reserve worden overgebracht, maar spr.
zal zien van Gedep. Staten gedaan te krij
gen, dat de winsten op de niet-patriarchale
gronden aan het bedrijf direct ten goede
komen. Het effectenbezit der gemeente
wordt echter steeds grooter en in de toe
komst zal de gemeente zeer rijk zijn.
De heer Busch: „Maar wij kunnen voor-
loopig de stroppen uit de belastinggelden
gaan dekken."
De heer Doorman constateert, dat die
schoone toekomst, door den burgemeester
geschilderd, niet is dank zij het grondbe
drijf, maar ondanks dat bedrijf, wat een
heel verschil is.
Dc heer van Doorne wil een compliment
brengen aan den heer Jansen, die zoo
mooi uit de warwinkel van administratie
het noodige heeft opgediept, waarmede de
burgemeester zich vereenigt.
Agincourt zag nu, dat aan den anderen
kant van den weg de roerlooze gedaante
was van een dame te paard. Hrj reed er
heen en werd aangesproken door Madame
Miéville. Zij zag er schooner uit dan ooit
in haar bevallige nauwsluitende amazone
en vroeg:
„Hoe maakt u het, majoor Agincourt?"
Hg nam den hoed af en antwoordde:
„We schijnen de eersten te wezen".
„Ja; de Smiths zijn nooit zoo heel op
tijd; maar ze wonen ook zoo ver af. Ik
zag u daar juist aankomen en zond den
man op u af, om u te waarschuwen dat
u toch niet de eerste was, zooals u al
licht zoudt gedacht hebben. Want ik' moest
wel aan den anderen kant van den weg
blijven, omdat ik een nieuw paard heb,
dat nog wat schichtig is".
„Is dit een nieuwe aankoop?"
Met ongeloovigen blik bekeek hij het
vurige Arabiertje, dat zjj echter volkomen
in haar macht scheen te hebben.
,,Ja. Door Prins Said hoorde ik,, dat hij
te koop was; en nadat ik hem gezien en
bereden harl, vatte ik een vurige liefde
voor hem op".
„Ik hoop voor u, dat de Prins den koop
voor u sloot. De Arabieren kunnen gewel
dig overvragen".
„Neen. Ik moest alleen op mijn eigen
gezond verstand vertrouwen hij den koop".
„Toch lijkt het mij, dat u er een goed
rijdier aan heeft. Maar natuurlijk kan ik
er niet over oordeelen eer ik weet wat hij
kan. Het leelijke van een volbloed Arabier
is, dat hg nooit eens kan stilstaan. Rijdt
6. Vaststelling van een besluit tot beleg
ging van gelden. (No. 797).
Vastgesteld.
Hierna komt aan de orde het aangehou
den punt
3. Vaststelling van besluiten tot wijzi
ging der Gemeentebegrooting 1929 en 1930.
(No. 21) en bedr. begrooting. (No. 22).
Een uitvoerige discussie ontspint zich
over de overschrijding der raming van stof-
bestrijding en vrachten van O. W. De hee-
ren Gasille en Busch meenen, dat splitsing
zeer wel mogelijk is en dat alleen de slechte
boekhouding bij O.W. en het ontbreken van
toezicht de oorzaken zijn, dat men niet
een behoorlijk overzicht kan krijgen.
De burgemeester meent, dat de twee on
derdeden, rijden van vrachten voor O.W.
en stofbestrijding door sproeien, moeilijk
goed te scheiden zijn, doch zal zijn best
doen. De heer Gasille wenscht echter niet
alleen hoop op beterschap, maar wil gaarne
zekerheid op beterschap hebben.
Hierna komt bij deze begrotingswijzi
ging aan de orde voorstel 22/13, dat den
raad de volgende uren bezig houdt.
De burgemeester zegt, dat bij bespreking
van dit voorstel personen mede in bespre
king kom, en stelt spr. voor de onderhavi
ge kwestie in het geheim te behandelen.
De conclusies kunnen dan altijd nog in
openbare zitting worden genomen.
Hiertegen verzetten meerdere leden zich
heftig. De heer Grootewal is daar vierkant
tegen cn wil geen geheimdoenerijals we
deze zaak in het geheim gaan behandelen,
zal de bevolking gaan denken, dat er wat
te verbergen valt en daar is spr. nooit voor
Ook de heeren Busch en van Doorne wil
len openbare behandeling.
De heer Gasille zegt, dat het om het ge
meentebelang gaat en nergens anders om
en als de zaken op behoorlijke wijze wor
den gezegd, is - er geen enkele reden om
een en ander in het geheim te gaan bespre
ken. Het gaat cr niet om, om iemand een
hak te zetten of een politieke partij onwel
gevallig te zijn, maar als een ambtenaar
handelt, zooals is geschiedt, dan heeft
ieder raadslid het re<ht om naar eer en ge
weten daarover in openbare zitting te spre
ken en ale uitdrukkingen, die gebezigd wor
den, moeten het dagljcht kunnen velen.
De heer van Klooster wil de zaak eerst
onderling bespreken en eerst daarna in
openbare zitting, iets waarvoor dc heci
Gasille wel is, als dan tenminste later de
zaak toch nog maar in openbare zitting be
handeld wordt.
De heer Busch wenscht onder geen en
kele omstandigheid mede te werken om
deze zaak in het geheim te bespreken en
zoodoende maar weer in de doofpot te stop
pen. Ondanks alle pogingen zal hij toch
aljes, wat hij te zeggen heeft, in het open
baar doen en als de burgemeester het hem
tenslotte totaal onmogelijk zou maken om
over deze kwestie in den raad te spreken,
welnu, dan zal spr. weggaan, een groote al-
gemeene en openbare vergadering beleggen
en dan daarin den Soester inwoners mede
deelen, welke viezigheid nu weer is uitge
haald. Nooit zal spr. zich den mond laten
snoeeren.
De burgemeester wil dan geen bezwaar
maken tegen openbare behandeling, mits
de te gebruiken termen in orde zijn cn
geen beleedigingen worden geuit. Dan
krijgt de heer Gasille het woord die Je
bewuste geschiedenis zeer uitvoerig uiteen
zet.
Op 13 Maart 1928 heeft de gemeente aan
den heer Penning de gronden van het com
plex Julianaplein verkocht. In Mei 1930
zijn voor en achter de garage van den heer
Penning mooie tegels aangebracht, maar nu
is gebleken gemeente-tegels en aangebracht
door gemeente-personeel. Tegenover den
heer van Genderen heeft de heer Penning
zich toen uitgelaten, dat hij lekker die te
gels van de gemeente kreeg en daarvoor
den gemeente-architect wel schadeloos stel-
u hem vanavond?"
„Dan zou ik u raden, hem maar heel
zacht te behandelen". Dit zeggende ging
hij zich met anderen van het gezelschap
onderhouden, maar, die enkele ontmoeting
met haar had hem van streek gebracht.
Hij reed naast het rijtuig van de Smiths
voort, en aan het Mena-Hotel zou Winnie
ook een ezeltje zien te krijgen".
„Ja, waarlijk" vroeg Agincourt. „U is
dan wel verbazend gesteld op ezeltje-rij
den. Het verwondert mij nog dat u uw
vriend kapitein Potter niet tot een rit op
dit edele dier overhaalde!"
„Ik geloof, dat u mij Zondag dan al
heel kinderachtig en vervelend vondt!"
maakte Winnie nu van de gelegenheid ge
bruik om met haar excuus voor den dag
te treden. „Maar, kapitein Potter laat mij
altijd lachen".
„Zoo dacht ik er ook heelemaal niet
over. Ik zag alleen maar met welgevallen,
dat u zich amuseerde".
„Maar u amuseerde u anders niet".
„Daar ben ik te oud voor. Ik benijdde
u intusschen uw genot".
Het leek wel, of hij haar verontschul
diging niet van harte aanvaardde.
Vaag volgde haar blik de andere paren.
Lady Jones en kapitein Potter; kapitein
Gaunt en Madame Miéville.
„Ik denk, dat ik niet meega tot aan de
Pyramiden" zei mrs. Smith loom, toen ze
bg het hotel stil hielden. Reggie en ik
zullen ons zoo lang met koffie en likeur
tjes getroosten, terwijl jullie van de
Sphinx geniet en ons benijdt".
M. G. VERSTEEG.
W. van Mechelerstraat 29
AMERSFOORT.
de. Voor wat, hoort wat, zeide de heer Pen
ning. De heer van Genderen waarschuwde
daarvoor, omdat hij een dergelijke transac
tie gemeen vond en de echtgenoote van den
heer Penning zeide nog tegen haar man,
dat die zich daar maar niet mede moest
bemoeien, want dat dat later maar kwesties
gaf, doch de heer Penning wilde de tegeis
hebben ondanks alle waarschuwingen. En
ziet, na enkele weken werden de tegels wer
kelijk aangebracht,e zoowel vóór de gara
ge aan de Anna Paulownalaan als er achter.
De heer van Genderen heeft er toen werk
van gemaakt en zoo is de zaak aan het
rollen gekomen. Het eigenaardigste is ech
ter dat „voor wat, hoort wat." Want wat
er voor hoorde, weten wij nu "ook. De
Directeur van Openbare Werken, of, zoo
als de heer Penning hem nog steeds noemt,
de gemeente-architect, de heer G. T. van
Vliet, wilde zijn huis verkoopen en had
daartoe gaarne advertenties in de Haag-
sche Post. Die advertenties zijn in April
1930 inderdaad geplaatst, in totaal voor on
geveer 70.en zijn betaald door....
den heer Penning. Immers de eene dienst
was de andere waard, had de heer Penning
reeds aan den heer van Genderen gezegd.
De heer van Vliet beweert nu wel achter
af, dat die betegeling voorwaarde was bij
den grondkoop, maar daarvan staat niets
in de notarieele acte en daarvan weten
noch den burgemeester, noch B. en W.,
noch de Wethouder ook maar iets af. Toch
zouden dan die voorwaarden reeds twee
jaar geleden gemaakt moeten zijn en zou
den die dan voor het eerst nu op de
proppen komen. Geloove wie het wil! De
zaak is door B. en W. onderzocht, de per
sonen zijn verhoord en daarbij is gebleken
dat de feiten volkomen juist zijn; de heer
van Vliet heeft deze uitdrukkelijk toege
geven, echter alleen aangevoerd, dat die
betegeling indertijd bij den koop was over
eengekomen tusschen hem en den heer Pen
ning. Vast staat dus, dat tegels van de ge
meente zijn aangebracht bij een particulier
en dat niemand van B. en W. daarvoor op
dracht heeft gegeven of er zelfs ook maar
iets van afweet. En dat alles, waar dus
die zoogenaamde afspraak reeds meer dan
twee jaar oud is. Deze zaak heeft twee
zijden, een finantieele en een strafrechter
lijke. De finantieele is, dat de gemeente te
gels en arbeidsloon derft. De tegels waren
geen gewone betontegels, doch basaltine-
tcgels van Betondak Arkel te Arkel en kos
ten 1.6Ü ad 1.65 per vierkante Meter.
Er is 90 maal een vierkante Meter, wat
dus alleen aan tegels reeds 144.maakt
en niet zooals gezegd wordt 67.Wet
houder Koenders zou bij deze afspraak voor
tcgelleggerij tegenwoordig zijn geweest,
doch deze verklaart uitdrukkelijk, daar niets
van te weten en dat niet te hebben afge
sproken. De schijn is dus niet eerlijk en de
zaak kan blijkbaar niet erg goed het dag
licht velen. Reeds meerdere malen hebben
wij dergelijke zaken met den heer van Vliet
gehad en spr. meent, dat het nu maar eens
uit moet zijn.
Daarom stelt hij voor:
De schade door de gemeente geleden, be-
Vergeet niet de graven van de pries
ters", zei Reggie terwijl hij de dames
hielp afstijgen. Die leveren zulke heerlijke
donkere, beschutte hoekjes op waar men
aan aller oogen onttrokken is".
„Miss Falkner u wilde een ezeltje heb
ben, is het niet? Wil ik; er een voor u zien
te krijgen?"
^„Graag", zei Winnie, kleinmoedig.
'En nog kleiner voelde ze zich, toen ze
op den rug van het ezeltje zat, en Agin
court, op zijn paard, nog wel eens zoo
hoog boven haar uitstak.
Hij zond het ezeldrijvertje weg en, goed
moedig, vroeg zij:
„Wilt u hem aan den leiband houden?"
„Ik zou u wel aan den leiband willen
houden", zei hij. „Ik geloof, dat u dit
soms wel eens verdient".
„Toch zou ik het niet willen hebben",
„Niet?.... Onder geenerlei omstandighe
den?"
Achter hen rees de reuzenmuur van de
Pyramiden op. De rest van het gezel
schapje was reeds afgestegen en dacht er
over, om de kolossen te bestijgen.
Madame Miéville en kapitein Gaunt, die
er beiden meermalen geweest waren, ston
den al bij de helling.
Een soort van waanzin maakte zich
meester van Agincourt. Hij boog zich
voorover en nam den teugel van het
ezeltje in de hand:
„Nu, ik heb genoeg gezien van 't monu
ment van Cheops", zei hij. „Laten wij
doorrijden.kapitein Gaunt en Madame
Miéville achterop. We kunnen hier mak-
dragende 144.plus de arbeidsloonen,
te laten betalen door den Directeur van
Openbare Werken en voorts tegen dien Di
recteur een strafrechterlijke aangifte te doen
met verzoek aan den Officier van Justitie
deze zaak te vervolgen en den Directeur
in afwachting daarvan te schorsen.
Als de gemeente deze zaak niet aan de
Justitie zou voorleggen, zal de zaak toch
wel daar aanhangig worden gemaakt, want
dit is nu toch al te erg. Als men de zaak
behandelt, zooals het hoort, zal de rust we-
derkeeren en zal men de bevolking vertrou
wen inboezemen. De eerlijkheid gebiedt on
derzoek en dit is geen kwestie van vriend
jes of partijen, maar een zaak, die daar
ver boven staat. Daarom hoopt spr. ook
op medewerking van alle partijen om zon
der aanzien des persoons een onderzoek uit
te lokken.
De heer van Doorne ziet hierin verband
met het zoogenaamde stille magazijn, dat
tal van gemeente-goederen bevatte, waar
van de wethouder niets wist. Daardoor zijn
zulke practijken mogelijk. Eerst bij het
derde onderhoud, toen de zaak al zoo'n
beetje aan het rollen was is het praatje van
de oorspronkelijke afspraak te voorschijn
gekomen. as dat waar geweest, dan had
dat natuurlijk direct gezegd geworden. Ook
op den avond, dat de koop tot stand kwam,
en bij welke gelegenheid die afspraak dan
zou moeten zijn gemaakt, is niets bespro
ken; wethouder Koenders verklaart dat uit
drukkelijk. De schade is niet 144.—, maar
het bedrag, dat de gemeente thans derit
doordat zij de tegels NU mist, d.w.z. be
rekend naar de marktwaarde der tegels
momenteel en dat is veel meer. Ook heeft
de heer van Vliet volgens zijn zeggen al
leen order gegeven voor het leggen van te
gels vóór de garage. Toen de opzichter
Meurs met de tegels kwam, heeft Penning
gezegd: „Ja, maar achter de garage moeten
ook tegels komen, dat is zoo afgesproken
met den heer van Vliet." Opzichter Meurs
heeft toen zonder den heer van Vliet ie
vragen ook de tegels achter laten aan
brengen, aldus maar direct aannemende de
juistheid van hetgeen de heer Penning zei
de. Spr. kan in deze zaak niet anders dan
kwade trouw zien. Vast staat, dat in elk
geval voor de tegels achter geen af
spraak is gemaakt en die tegels wil spr.
dan ook in elk geval onverwijld laten terug
halen en, bij niet medewerken daartoe dooi
den heer Penning, gerechterlijk laten op-
eischen.
De heer Grootewal wijst erop, dat reeds
op 24 December 1928 de Commissie op dat
stille magazijn heeft gewezen, waar goe
deren geboekt waren als te zijn verbruikt,
die echter in werkelijkheid niet verbruikt
waren. De koop is gesloten op 13 Maart
1928 en dat is wel heel vreemd. In het
magazijn was toen voor niet minder dan
lü.400 aan materiaal. Spr. is voor zich
zelf overtuigd van het verband tusschen de
advertenties en de tegels. Maar zelfs al zou
er heelemaal geen verband bestaan, dan
was de heer van Vliet nog ongerechtigd om
over gemeentetegels te gaan beschikken en
hij zal ze dus in elk geval moeten betalen.
Daarenboven is een nader onderzoek strikt
noodzakelijk.
De heer van Klooster zegt, dat de tegels
uit het geheime magazijn afkomstig waren
van hetgeen is overgebleven van den aan-
Aanbevelend, JOH. KOSTER.
Heerenstraat 20 - Telef. 2706
HILVERSUM
•••••••••••••••••••••••••••e
keljjk voorbij, ze rijden maar langzaam.
Kom!"
„Maar Majoor Agincourt! 't Is uw eer
ste bezo'ek. U moet naar de Pyramiden
kijken. Wilt u ze dan niet beklimmen?"
stamelde Winnie.
„Neen. Op den terugweg zal ik ze wel
bekijken. Kom!"
Hij gaf zijn paard de sporen en 't ezel
tje moest wel volgen, of het -wilde of niet.
„Gaan we... op de vlucht?" hijgde ze,
toen ze Madame en haar cavalier voorbij-
gestoven waren en de vurige Arabier be
gon te steigeren. „O, wacht toch even!
We hebben Madame's paard zoo'n schrik
bezorgd!"
„Dat is in orde... Zij is hem baas", zei
Agincourt, eens even achterom kijkend.
„Ben je buiten adem? Nu zullen we het
wat langzamer aanleggen".
Ze reden om den heuvelrug heen, die het
uitzicht geeft op de open ruimte, waarin
de Sphinx ligt. Agincourt haalde de teugels
in; en Winnie's ezeltje werd onmiddellijk
kreupel, 'van het oogenblik af, dat het
stil mocht staan; en hij zette een diep-
deernis-waardig gezicht!
„Arm beestje! Hebben wy 't zód bont
gemaakt?" troostte zg. „Maar myn haar
ook half los".
En ijlings begon ze het vast te steken,
wat nog niet zoo'n heel gemakkelijk werk
bleek te zijn.
Agincourt zat een oogenblik van haar te
genieten. Toen legde hij zijn hand op haar
arra en vroeg met vaste stem:
(Wordt vervolgd.)