Fa.Lorjé - Amersfoort
MAISON VAN EIMEREN
N.W. EERSTE SOUSTER
EILESTR. DRUKERIJI
B>
TDIJK
TT J
Til
Aanleg van Gas- en Waterleiding
Kunsthandel „De Papaver"
Utr. weg 61-63 - Telefoon 909
I Grafsteenhouwerij J. H. DE BRUIJN
IMMIES HANDWERKEN
Alle soorten Materiaal
Artistieke Geschenken
Wij leveren U in den kortst moge
lijken tijd: Enveloppen, Briefpapier,
Memorandums, Rekeningen, Kwitan-
tiën, enz. enz.
Visite-, Verlovings-, Ondertrouw-,
Geboorte- en Rouwkaarten - Rouw-
circulaires.
Speciaal ingericht voor het vervaar
digen van Bestekken, Brochures en
Reglementen.
VRAAGT PRIJSOPGAVE!
WIJ ZIJN UITERST BILLIJK!
Wijersstraat 14 - Amersfoort
Gegarandeerd blijvende ONDULATIE a f 15.-- (alles inbegrepen).
J. C. KOELINK, Talmalaan 15 - Telefoon 2118
Lood- en Zinkwerteer
TEL. 3
H. J. SMEENK EEIVINES
Kerkstraat 6
Hilversum
E. O. iWEIJERS
FEUILLETON
„Liefhebben zult gij mij"
Alle kantoorartikelen, school-, schrijf- en teekenbehoeften kunt
met vertrouwen koopen bij
Verder zijn aan onze zaak verbonden speciale afdeelingen
Speelgoederen, Platen en Lijsten, Toiletartikelen en
Feest-Artikelen!
HEEFT DE EER U AAN TE BIEDEN:
NATUURLIJK GELEGDE WATERGOLF
GOED VERZORGD TOONEEL-KAPWERK
Bij haaruitval enz, presenteert zij U een haarkuur die absoluut gegarandeerd
wordt. Adviezen worden zonder verplichting gaarne verstrekt.
ACACIALAAN BAARN OPGERICHT 1909
Speciale levering van alle voorkomende
GRAFVERSIERINGEN
in Hardsteen, Zandsteen, Marmer o! Oraniet.
Het oudste en voordeeligste adres voor Baarn en Omstreken.
Eiectro Technisch Installatie-Bureau
Sanitaire Werken
geheel ingericht voor alle voorkomende Auto transporten
voor Binnen- en Buitenland. Berging voor Inboedels.
TELEFOON is dsorverbonden des avonds na 8 uur met Laren (N.H.)
ZEEDIJK 24
PIANO'S/ .ORGELS - VLEUGELS
le klas Reparatie-Inrichting
STEMMEN per keer en
abonnement
Het beste adres voor Reparatiën
aan STRIJK-INSTRUMENTEN
Weklelijks bezoek aan Soesden
Omstreken.
TELEFOON 224 - HILVERSUM
Naar het Engelsch
van
DOLF WYLLAR.DE.
11)
„Zeg, Winnie, denk je, dat je den lei
band zou kunnen velen, als ik dien hield?
Ze liet de handen zakken, of ze door
een schot getroffen was, en keek naar
hem op, met de oogen van een verschrikt
kind.
„Je weet toch wat ik bedoel, is het
niet?" vroeg hg, meedoogenloos. „Zou
je bang zgn, om mijn vrouw te wezen?"
Hij sprak op den zaclit-o ver redenden
toon, die hij ook tegenover een 1 ind zou
hebben aangeslagen; maar toch keek hij
zéér ernstig en wachtte blijkbaar, in' span
ning, haar antwoord af.
Ze huiverde licht, maar zei, peinzende:
„Ik geloof.... dat ik 't wel prettig zou
vinden!"
„Jou klein lief meisje!" lachtte hij en
zuchtte tegelijkertijdwaarom dat
wist hij niet, misschien ook omdat haar
kinderlijke wgze van antwoorden maakte,
dat hij zich zoo veel ouder voelde. Winnie
keek, of ze half in den droom was en
Agincourt vond zelf, dat het verwonder
lijk gauw in z'n werk was gegaan; nog
haast éér hij het zelf wist. Kalm was hij
't eens geworden met zichzelven, betref
fende dezen stap; niet als een jongen, die
;maar overijld handelt, onder den indruk
;van het oogenblik. Misschien ook door het
jflirtpartijtje van den Zondag; misschien
ook door het romantische van heel die met
zilveren-stralen overgoten omgeving;
althans, hij had gesproken en nu was er
niet veel tijd meer, vóór de anderen kwa
men.
„Dank je liefste! Morgen kom ik met
den kolonel spreken. Zorg dan, dat je niet
uit bent."
„Hallo, Agincourt l" riep Gaunt al van
verre, toen de rest van het gezelschapje
ook naderbij kwam. „Het leek wel of er
een cavalcade Bedouinen voorbij stoof, zóó
draafde je! Madame Miéville werd bijna
weer teruggedragen naar het hotel".
„Werd uw paard wild? Het spijt mij,
als wij u moeilijkheden bezorgden", zei
Agincourt, zich tot Madame wendend, met
koude vormelijkheid.
„Neen, hij sloeg enkel maar even ach
teruit. Maar na een paar minuten was hij
weer handelbaar. Kijk maar, hoe kalm hij
nu is!"
„Ja, het is dat Madame zoo verbazend
vast in het zadel zit, maar iedere andere
dame zou zeker een leelijken val hebben
gedaan of het paard zou op hol geslagen
zijn", betuigde Gaunt.
Madamé antwoordde niet, en gaf ook
geenerlei blijk, dat ze het compliment ver
staan had. Ze keek recht tusschen de oo-
ren van het paard met eigenaardig-gespan-
nen blik.
Het gezelschapje had stilgehouden voor
den ingang van de graven van de Pries
ters; en in het zand daar vlak vóór Haar,
leek het wel, of iemand zoo pas een groe
ten rechten hoek had getrokken, in den
vorm van de letter L.. De grond er .om
heen was steenachtig en hobbelig; wel
eigenaardig dus dat er juist zoo'n onge
rept zandveldje was gebleven, waar die
letter in getrokken was.
Haar oogen straalden van een innerlijk
vuur, terwijl ze er naar keek; maar ze
zei niets en liet zich door Gaunt uit den
zadel helpen. Onder het voortloopen wisch-
te ze ongemerkt het teeken met den voet
uit! Het was het pendant van den hoek
op de gouden zon, die zij qin den hals
droeg.
Een groep Arabieren lag aan den in
gang van de Graven; de paarden en de
ezels werden hier zoolang in bewaring ge
geven, en het grootste deel van het ge
zelschap trad binnen.
Madame Miéville was de laatste. Met
groote oplettendheid tuurde ze naar de
gezichten van de Arabieren; ook vooral
naar dengene die hen den ingang binnen
voerde en naar den gids, die met het mag
nesium-licht voorging in de duisternis van
de graven. Maar ze scheen niets opmer
kenswaard te ontdekken en haar hand
trilde, toen ze even naar het sieraad om
den hals voelde. De diamanten „stralen"
schitterden in het maanlicht, dat door de
daklooze ruimte binnen viel. Maar zelfs
de gids schonk geen aandacht aan dit
schitteren van de juweelen, ofschoon Ma
dame heel dicht bij hem liep, als wilde
ze zich niets laten ontgaan van hetgeen
hij zei.
Gelijk Reggie had gezegd, was een wan
deling door de Graven uitstekend geschikt
voor flirtpartijtjes. Hoe makkelijk toch
kon men achter een groot blok graniet
schuilen; ofschoon men wel kans had
op even onverwachte ontmoetingen
diene in herinnering gebracht te worden.
Lady Jones en kapitein Potter hadden
zich nu bij Mrs. Dickson gevoegd en een
oogenblik hielden ze Gaunt op, die anders
noode van Madame's zijde week. Madame
zelve talmde wat aan den irgang van een
van de rustplaatsen van de priesters, die
ééns den dienst hadden geleid in den tem
pel van de Sphinx. Het magnesiumlicht
flikkerde even op; toen werd het* onder
schept door de steengewelven en was het
pikdonker waai- Madame stond; de voet
stappen verdwenen om den hoek, maar
gedurende een oogenblik van zichzelve
vergeten, fluisterde ze in de duisternis met
het kleinood in handen:
„Kinderen van de Zon, neemt uw eigen
dom terug!"
Het fluisteren ging verloren in de stil
te. Er was zelfs geen echoenkel het rui-
schen van een vleermuis of een dergelijk
gevleugeld wezen, dat in z'n rust werd
gestoord.
Madame haalde diep adem en keerde
zich toen langzaam om, op den tast haar
weg zoekend naar het groepje, waar zich
nu ook Winnie en Agincourt bij hadden
gevoegd.
„Er wordt beweerd, dat de Romeinen
hier bovenop hebben gebouwd en het oor
spronkelijke bouwplan dus zeer moeilijk
meer uit te maken valt door 'al die veran
deringen en restauraties", zei Mrs. Dick
son op haar luiden, scherpen toon. „Ze
moeten nog niet eens zoo heel lang weer
uitgehold zijn".
Hoe ze dat gedaan hebben gekregen om
die steenbokken in z'n geheel te verzet
ten?" zei Potter. Kijk dien muur daar bij
voorbeeld. Door niets wordt hij gestut,
dan door z'n eigen gewicht!"
„Ze plachten hun doodkisten van de hel
lingen af te schuiven; daar bij den in
gang", zei Lady Jones. „Afschuwelijke
doodkisten moeten dat zijn geweest. Je
kunt ze nog zien, in het Museum".
„Heeft u het Museum al gezien vroeg
Gaunt, en hij en Madame wandelden den
zelfden weg weer terug. ,,Ik hoorde dat ze
hier den ouden Pharao hebben, den werke-
lijken, weet u, die zooveel plagen moest
doorstaan?"
„Pharao van het Harde Hart", zer Ma
dame, langzaam. „Ja, het is een vreemd ge
laat met een verachtelijke, wreede uitdruk
king; en toch lijkt hij, in alles, een koning;
zelfs na drieduizend jaren."
„Dan moet ik hem toch ook gaan zien",
meende Gaunt; maar hij dacht anders in
het geheel niet aan die vorstelijke mum
mies, maar veel meer aan dat schoone
gelaat van de amazone, die hij juist hielp
opstijgen. Het gebeurde zoo dikwijls, dat
de menschen vergaten, wat Madame te
gen hen zei, enkel en alleen door naar Ma
dame te kijken.
Winnie Falkner, die naar behooren reed
in de schaduw van haar nieuwen heer en
meester, kon evenmin nalaten, vol bewon
dering te staren naar het prachtige paard
en zijn schoone berijdster.
„Wat een mooi dier, hè?" riep ze.
„En Madame rijdt ook zoo goed!"
..Ja"-
Dit weinig-geanimeerde antwoord schrik
te Winnie niet af van dit min-persoonlijke
onderwerp: want de verhouding waarin ze
nu pas tot elkaar stonden, maakte haar wat
schuchter voor hem.
„O, verbeeld je: ik heb haar naam uitge
vonden; maar 't is niet Bessie!"
„Neen" plaagde hij. „Dat verwondert
mij!"
„Nu, het is Britomart; ik heb het haar
gevraagd. Vreemd en midden-eeuwsch
klinkt dat, hè?"
„Ja; al uiterst-ontoepasselijk" zei hij
met schamperen lach.
„Ik begrijp niet, hoe je dat nu vinden
kunt! 't Is juist zoo'n ongewone naam, en
Madame is ook boven het gewone peil ver
heven!".
(Wordt vervolgd).