Nieuws.
Uitvoering van dit stelsel kan internatio
naal nooit bezwaren met zich ^medebrengen.
Dat het contact met den Minister verloren
is gegaan wordt betreurd; misschien heeft
in opgewonden tijden een A.V.R.O.
vriend wel een» het woord gevoerd of het
woord geschreven en is daarbij een enkele
maal gegaan tot voorbij een punt, waarvoor
beter halt ware gehouden, nimmer hebben
wij echter de bedoeling gehad den Minister
van Waterstaat persoonlijk te grieven en
indien dat geburt is, zullen wij ons niet
schamen om datgene te doen, wat in zulke
omstandigheden van fatsoenlijke menschen
kan worden gevorderd.
Dat van de zijde van één omroepvereeni-
ging, de socialistische, tegen de A.V.R.O.
een toon wordt aangeslagen, die bij de meest
lankmoedige bestuurders van een groote
vereeniging verbittering zou wekken, mag
niet worden voorbijgezien. Trouwens deze
omroepvereeniging veroorlooft zich tegen
de Regeering en de door haar ingestelde
wettelijke organen veel te zeggen en te
schrijven op een manier, die veel en veel
erger is dan wij ooit in zeer opgewonden
tijden hebben geuit door een enkeling.
„Doch wat aan Jupiter veroorloofd is, is
blijkbaar nog niet geoorloofd aan anderen."'
Uitvoerig stond spr. stil bij de kwestie
van het royement van Mr. J. H. van Doorne.
De opstand van deze ging in tegen de meest
elementaire Vereenigingstucht. Wanneer
men iets op "t hart heeft tegen de A.V.R.O.
tegen het beleid van het Bestuur, van de
Directie of tegen wat ook, de vereeniging
betreffend, dan mag dat niet alleen dikwijls
uitvoerig in ons midden worden gezegd,
maar dan eischen wij dit. Doch de meest
elementaire Vereenigingstucht eischt ook,
dat men geen andere plaats voor het uiten
van zijn grieven kiest, dan de wettige orga
nen van de vereeniging: het Dagelijksch
Bestuur en 't Algemeen Bestuur, zoo noo-
dig de Algemeene Vergadering.
Een rebelsche opstand tegen die tucht,
zooals door Mr. van Doorne is gepleegd
door in vóór-vergaderingen onverantwoor
delijke buitenstaanders gelegenheid te ge
ven onrust en verdeeldheid te zaaien onder
de onzen, kan slechts op de meest krachtige
wijze na levering van verpletterende bewij
zen van schuld, den kop worden ingedrukt.
In December 1930 heeft de heer van Door
ne uit de afwijzing van zijn denkbeelden
door het Dagelijksch Bestuur en door het
Algemeen Bestuur de conclusie getrokken,
niet, dat hij het wel eens bij het verkeerde
eind kon hebben, maar dat hij zich als eeni-
ge wijze bevond temidden van 20 dwazen.
Wel eenige zelfoverschatting.
Hoogst betreurenswaardig vindt spr. het,
dat de heer van Doorne zijn poging om
het wettige Bestuur van de A.V.R.O. van
haar Zetel te wippen, heeft laten steunen op
een fel persoonlijken aanval op den heer
Vogt. Zelfs handelingen, die ons in die da
gen het woord „chantage" naar de lippen
brachten, zijn niet geschuwd.
Nadat spr. nog de „Radio-censuur" de
revue heeft laten passeeren en de opmerking
heeft gemaakt, dat de A.V.R.O. naar den
smaak van het Nederlandsche Volk het best
vertrouwd zou kunnen worden met de ver
zorging van den Algemeene» Omroep), doet
hij ten slotte een hernieuwd beroep op den
steun der leden en eindigt met de leuze:
„een eigen zender, arbeidende gedurende
de geheele week!"
Nadat de notulen van de vorige Algemee
ne Vergadering, nadat een uittreksel daar
uit door den Algemeenen Secretaris, den
heer F. P. A. van Gheel Gildemeester is
voorgelezen, zijn goedgekeurd» en het rap
port van de Controlecommissie over het
boekjaar 1929 is medegedeeld, komt het
woord aan den heer W. Vogt, Directeur van
het Omroep-bedrijf. Deze deelt mede, dat
in 1930 niet minder dan f 400.000 is over
gehouden. Het aantal luistervinken steeg tot
141.745, die tezamen bijeenbrachten
f 770.207.65. Ook deze spr. ging uitvoerig
na de gevolgen van het Zendtijdbesluit in
den lande. Op de hem eigen wijze door het
maken van vergelijkingen. Hij toonde de le
den een uitzicht door 3 verschillende ven
sters, die tegenover elkander waren gele
gen. Door een der vensters zag men een
landschap zonder afscheiding tusschen de
volksgroepen., maar om dat te bereiken, zou
heel wat strijd en ontbering kosten. Door
het tweede venster werd een landschap ge
toond met een maatschappij, gesplitst en
gedeeld door staatkundige en godsdienstige
levensbeschouwingen en wereldbeschouwin
gen, door den Minister van Waterstaat
„Denkrichtingen" genaamd. Daa|rbij Jcaji
men echter hooghartig beweren: „Wij we
ten drommels goed, wat er in Uw groep
leeft, vertrouwt gij nu maar op ons, dat wij
de uitingen van Uw groep niet achter zul
len stellen, bij die van andere groepen",
doch men kan ook opmerken: „wanneer
Gij onze algemeenheid ontkent, hept gij
dan mede om die algemeenheid onaantast
baar te maken."
De A.V.R.O. zal om harerzijds mede te
werken tot meer bevredigende toestanden
ongetwijfeld bereid zijn de tot standko-
ming van een figuur te aanvaarden, die
mede-bepalingsrecht zou hebben op de sa
menstelling der A.V.R.O. programma's, al
thans indien dat weglaten van zulk een fi
guur een beletsel zou kunnen vormen -om-
de universeele aanvaarding van de A.V.R.O.
als Algemeen Omroepvereeniging. Dat be
ginsel, behoorlijk uitgewerkt, zou de A.V.
R.O. kunnen aanvaarden, doch slechts op
initiatief van de werkelijk-aanzienlijke re-
precentante van de Nederlandsche Denk
richtingen, wier mandaat door die richtin
gen moet worden erkend.
Ook het royement van Doorne werd door
dezen spr. gereleveerd. Volgens zijne mee
ning zal het zelden zijn voorgekomen, dat
een Raadsman de vruchten van zijn advie
zen, 4 jaar later, om poogt te smeden tot
beschuldigingen van zijn vroegeren cliënt.
Een cliënt, die omdat hij vertrouwen in zijn
raadsman stelde, diens raad opvolgde. Het
duivelsche in den aanval was gelegen in de
omstandigheid, dat de sluwe leider van de
operatie der muiters éénmaal was geweest:
Onze raadsman in juridische en notariecle
zaken uit den A.N.R.O.-tijd. Dat de beschul
diger in de „Gcldrlander"1 4 jaar later dus
optrad, is buitengewoon verwonderlijk en
de schrijver van die artikelen klaagde zich
aldus doende zelf aan in mijn persoon, zoo
sprak de heer Vogt.
Na een vergelijking met den grooten
Raadspensionaris Johan van Oldenbarne-
vcldt en cenc met Vondel's beroemd treur
spel „Palamedes", constateert spr. dat op
den beschuldigersbank zaten personen, die
hem vroeger vriendschap en steun geschon
ken hadden en die nu hun best doen om
leugens en laster over zijn daden op te dis-
schen; alleen uit wraak over zijn weigering
nm hun inzicht over de A.V.R.O.-zaken
meer waarde toe te kennen dan dat van hem.
Persoonlijke ijdelheid, die gewond was
door spr.'s weerspannigheid om het A.V.
R.O.-gezag in handen te spelen van mijn be
schuldigers, wilden zij heel en, door de vol
doening van het gezicht op één in scherven
gevallen A.V.R.O. Doch zij vergisten zich
in de kracht van hun mokers. Want omdat
het leugens waren, sloegen zij met de kracht
van een veeren bed.
Van de zaak-van Doorne afstappend,
deelde spr. mede, dat in anderhalve maand
vóór het 2e halfjaar 1931 reeds f 135.000.
aan bijdragen werd gestort. Hij eindigde
met een klemmend beroep op alle aanwezi
gen en verdere leden om te blijven gelooven
in de zuiverheid der oogmerken van de
A.V.R.O. en in het verstand en in de toewij
ding van haar leiders. Door vertrouwen en
gerechtvaardigde hoop is de A.V.R.O on
overwinnelijk.
Nadat de heer J. H. Textor, accountant
uit Overveen, tot lid der commissie tot het
nazien van de rekening en verantwoording
over 1930 is benoemd, komt de begrooting
voor 1931 aan de orde, die de penningmees
ter, de heer G. de Clercq, toelicht.
Hieruit blijkt, dat het kapitaal der A.V.
R.O. begroot wordt te stijgen in 1931 met
f 2UU.U00. De luistervinken-bijdragen wor
den begroot op f 580.000, de netto baten ex
ploitatie „Radiobode" op f 450.000, terwijl
voor programmakosten f 600.000 wordt uit
getrokken en voor onkosten en propaganda
f 275.000.
In 3 bedrijfsjaren werd overgehouden en
dus op zij gelegd f 1.002.282.30. Het be-
groote overschot voor 1930 ad f 200.000
bleek geworden te zijn f 400 000.
De penningmeester toonde aan de verga
dering de gezegelde verklaring van de Ne
derlandsche Bank, waaruit bleek, dat de
A.V.R.O. in haar kluizen inderdaad aan so
lide effecten voor f 846.581.88 had liggen,
wat gevoegd bij het saldo van kas en kas
sier ad f 360.168.62 en na aftrek Van de
schulden en bijvoeging van andere baten
het kapitaal van ruim f 1.000.000 vormde.
En de penningmeester, de heer G. de Clercq,
zwaaide verheugd met het gezegelde pa
pier: „geen fictie, geen woorden, hier is het
millioen!"
Sinds 31 December 1930 tot op heden is
het belegde kapitaal inmiddels nog gestegen
tot f 1.150.000.
De begrooting voor 1931 sluit met een to
taal cijfer van f 1.075.000. Eind Juli 1931
was het saldo-overschot, dat voor 1931 ge
raamd was op f 200.000 reeds overschreden,
wat dus het volste vertrouwen voor de toe
komst gaf.
Rekening en verantwoording en begroo
ting werden hierna vastgesteld.
De voorzitter stelde hierop voor tot waar
nemend voorzitter voorloopig te benoemen
den penningmeester, den heer G. de Clercq,
daar zijn werkzaamheden als secretaris van
het Koninklijk Nederlandsch Landbouw-
Comité het in dezen voor den Landbouw
zoo critieken tijd, niet toelaten den noodi-
gen tijd aan de A.V.R.O. tegeven Spr. zal
echter lid van het Dagelijksch Bestuur blij
ven. Onder dankzegging en hulde voor het
door den aftredenden voorzitter verrichte,
vereenigt zich de vergadering met het voor
stel.
Hierna kwam de zaak over het royement
van Mr. J. H. van Doorne aan de orde,
waarbij de voorzitter mededeelde, dat de ge
royeerde gebruik had gemaakt van zijn sta
tutair recht om beroep te doen op de Alge
meene Vergadering. De heer van Doorne
had echter medegedeeld wegens ongesteld
heid, bestaande uit een ernstige zenuw-
schokking, niet in staat te zijn persoonlijk
zijn belangen ter vergadering te verdedigen,
iets wat hem trouwens ook uitdrukkelijk
door zijn huisdokter was verboden. Hij ver
zocht zijn belangen te mogen doen verdedi-
den door Mr. van Woelderen, advocaat te
Utrecht, waarin de vergadering toestemde.
Mr. van Woelderen meende, dat de ver
gadering, waarin tot royement was besloten,
niet rechtsgeldig bijeen was geroepen. De
commissie-de Visser heeft de zaak van het
royement ook in het geheel niet onder
zocht; dat royement heeft ook met de an
dere zaken niets uitstaande. De vergadering
was feitelijk ook onbevoegd thans de zaak
tc behandelen, daar zij de stukken niet ken
de en nu geen getuigen kon hooren. Daar
om stelde pleiter voor, de zaak in handen te
geven van een Eereraad, die bereids door
den heer van Doorne op zijn eigen houtje
was ingesteld, en die dan wel met nog 2
A.V.R.O.-leden worden uitgebreid. Deze toe
te voegen A.V.R.O.-leden wees pleiter
reeds met naam en toenaam aan en zelfs
indien de AV.R.O. tot een dergelijke aan
vulling van een niet door haar benoemde
commissie zou zijn overgegaan, zouden de
niet-A.V.R.O.-leden in die eereraad per slot
van rekening toch nog de minderheid vor
men.
Deze door den heer van Doorne zonder
vrije keuze der Algemeene Vergadering
saamgevlochten eereraad zou dan het roye
ment nog eens uitvoerig moeten onderzoe
ken en een conclusie trekken!
Namens het Bestuur verdedigde het
Bestuurslid Mr. J. Adriaanse, consul der
A. V. Rl O. in de provincie Zeeland, het
royement. De vergadering, waarin het
royement was besloten was wèl geldig
geconvoceerd en daarenboven had het Al
gemeen Bestuur daarna nog eens in een
behoorlijk bijeengeroepen vergadering het
royement van het Dagelijksch Bestuur be
krachtigd. In het rapport de Visser is wel
degelijk de geheele zaak, waarom het gaat,
behandeld. Nogmaals daarover praten acht
spr. geheel overbodig en een Eereraad.
zooals Mr. van Woelderen vraagt, is na
tuurlijk absurd. Deze vergadering is wel
deeglijk tot oordeelen bevoegd en de fei
ten zijn al zoo herhaaldelijk besproken
en beschreven, dat iedereen ze precies
kent. De rebellie en het onorganisatorisch
optreden van Mr. van Doorne, staan vast,
de stukken daarover zijn voorhanden en
liegen niet. Ook zijn vele schriftelijke ge
tuigenverklaringen aanwez'g. Uitvoerig
gaat spr. in op hét gebeurde en toont het
ontoelaatbare daarvan in een geordende
vereeniging aan. Mr. van Woelderen mag
nu het gros der beschuldigingen gerust
fantasie noemen, de stukken spreken voor
zich. De brief, die Mr. van Doorne heeft
geschreven en waarin bij elks rol van de
samenzweerders vast lag en omschreef,
wat er moest gebeuren en wat elk moest
doen, is aanwezig en leest spr. voor.
Voorzitter, secretaris en penningmees
ter moesten verdwijnen, Vogt moest ge
muilkorfd. en andere met name genorf.nde
bestuursleden moesten op de opengekomen
zetels plaats nemen. Een sterke man, een
groot—Nederlander moest de leiding ne
men, diens naam zou later worden mede
gedeeld! Is dat allemaal phantasie, vraagt
spr. met de brtef voor zich?
Uitvoerig gaat spr. nog op andere fei
ten in, doch als een paal boven water staat
vast:
le. dat het lid van het Hoofdbestuur,
Mr. J. H. van Doorne, zonder mede
weten van zijn medebestuursleden een
vóór-vergadering heeft belegd ten zij
nen kantore te Utrecht, waartoe en
kele bestuursleden zijn uitgenoodigd
naast andere buitenstaanders en in
welke vóór—vergadering een voorstel
is behandeld tot omverwerping van
het Bestuur.
2e. dat Mr. van Doorne naar den Minis
ter van Waterstaat is gegaan zonder
opdracht en medeweten van het Be
stuur en dat hij herhaaldelijk perti
nent heeft geweigerd mede te deelen,
wat hij daar moest doen en wat hij
daar had besproken.
Mr. van Doorne heeft zeker de gel eigen
heid gehad zich te verdedigen, maar
heeft van die gelegenheid geen gebruik
willen maken.
Alleen het ontoelaatbare onorganisato
rische optreden van den heer van Doorne
maakt al, dat hij nimmer meer in de ver
eeniging thuis hoort.
Vol vertrouwen wijst Mr. Adriaanse dus
een nadere commissie, als geheel overbo
dig, af en stelt onder daverend applaus
voor het besluit van het Bestuur tot roye
ment te bevestigen.
Na een wederwoord van Mr. van Woel
deren, die beweerde de stukken, niet te
hebben gezien en op behandeling door den
genoemden Eereraad bleef aandringen,
verkreeg de heer de Graaf, voorzitter van
het actie-comité-'s-Gravenhage het woord.
Deze spr. achtte deze Algemeene Vergade
ring wel degelijk bevoegd, ja, zelfs al»
leen bevoegd. Hij vilde van de door den
heer van Doorne eenzijdig samengestelde
en opgedrongen Eereraad niets weten. De
Algemeene A. V. R. O.-vergadering is mon
dig genoeg om zelf te beslissen aan de
hand van alles, wat zij nu heeft gehoord
en bestaat .gerust niet uit ledepoppen, zoo
als Mr. van Doorne schrijft. Als menofp
dat gekke voorstel van zoo'n reeds be
noemde Eereraad zou ingaan, juist dan
zou men ledepoppen worden. Is de A.V.
R.O. niet meer vrij om een eigenbeslis-
te nemen in eigen zaak, zoo roept N spr.
uit.
Mr. van Dam constateert, dat als we
alles weglaten, wat twijfelachtig is of be
streden of ontkend wordt, er toch nog
meer dan genoeg overblijft, wat bewezen
is, vast staat, erkend is of niet behoorlijk-
is ontkend. De rebellie en de vóórverga,-
dering staan vast, zoo ook de leiddraad-
brief van Mr. van Doorne tot opzet der
revolutie.
Als we al het andere laten loopen, >is
het vaststaande al erg genoeg, om het
royement te bevestigen. Het gros der
beschuldigingen kan gerust onbesproken
blijven, als wij ons bepalen tot dat deelt,
dat onbetwistbaar vast staat en waarvan
de bewijsstukken voorbehouden zijn.
Het Bestuur had trouwens ook alleen
die onbetwistbare punten naar voren ge
bracht en de ontkende en twijfelachtige
punten maar in portefeuille gehouden.
Op een vraag van een luistervink of aan
Mr. van Woelderen die bewuste brief van
Mr. van Doorne bekend wa^. antwoordde
Mr. v. W. bevestigend, waarop deze luis
tervink echter opmerkte, dat hij da»i-
het betoog van Mr. v. W., dat er heele-
maal geen stukken, die hij heeft gezioh,
en tot schuld strekken, ter vergadering
aanwezig zijn, wel in een eigenaardig dag
licht komt.
Trouwens het heele fabeltje over het
niet in de gelegenheid geweest zijn om
van de beschuldiging kennis te nemen,
ging kwalijk op. Mr. van Woelderen was
ter vergadering en aldaar plaatsvervanger
van Mr. van Doorne. Ook nu ter vergade
ring was er dus alle gelegenheid de fei
ten tegen te spreken en er op in te gaan.
Dat deed echter Mr. v. W. niet. Deze wil
de niet over de zaak praten en de be
schuldigingen ontzenuwen, docheen
Eereraad.
En zoodoende kwam er wederom van
des heeren van Doorne's verdediging niets
terecht.
Trouwens de bewijzen waren te tal
loos en te overstelpend.
Alle twijfelpunten in het midden laten
de, was het vaststaande, erkende en niet
weersprokene meer dan voldoende om
een royement te rechtvaardigen om dan
over de zeer waarschijnlijke rest nog maar
het zwijgen te doen.
De stemgerechtigde leden zagen dat
ook zoo in. Zij keurden de geheele hou
ding van het Bestuur in deze volkomen
goed, sancitonneerden alle gepleegde han
delingen en bevestigden na een schrifte
lijke stemming met 58 stemmen vóór en
0 tegen het uitgesproken royement. Als
men nu weet, dat het maximirin aantal
stemmen, dat in verband met het aantal
luistervinken in de verschillende provin
cies, ter vergadering vertegenwoordigd,
kan zijn 64 bedraagt, mag men uit deze
stemming dus wel een verpletterende ne
derlaag van Mr. van Doorne distilleeren.
Het kon ook niet anders.
De voorzitter, Dr. Molhuysen, merkte
nog op, dat men onherroepelijk in deze
zaak het laatste woord had gesproken.
De A.V.R.O. zal daarop nimmer meer
terugkomen, de zaak is thans definitief
voor haar afgedaan.
Na een korte rondvraag, waarbij de
heer Vogt nog mededeelde, dat de bouw
van een nieuwe studio in voorbereiding
is, werd de vergadering te ruim 1 uur
gesloten.
OPENING CONGRES
De Jonge Gids. Onder praesidium van den
heer J. Brandt Corstius uit Utrecht had
Donderdagavond te 8 uur de opening plaats
ten huize van Mevr. Muyzerberg van het 4-
daagsch congres, bezocht door 250 gasten.
Spr. roept allen het welkom toe. Het bezoek
van het congres getuigt van belangstelling
Het spijt spr. dat de Duitsche en Vlaamsche
vrienden er niet zijn. De grondgedachte van
net congres is de beschouwing der jeugd
beweging van heden. Er zal praktisch
iets gedaan moeten worden. Hierop
verkrijgt Jan de Voogd het woord voor
net _e bedrijf van het fragment „Kinderen
van dezen tijd" door B. Rol. Holst. Ver
volgens spreekt Jan Blom over de jeugdbe
weging onder de wereldcrisis. Spr. zegt dat
elk zich volkomen bewust moet zijn van de
geweldige problemen die de aandacht vra
gen. Godsdienst wordt weggevoegd of her
boren» het gaat alles naar boven of naar be
neden; het is de vraag of de Westersche be
schaving zal blijven, of dat er bevrijding
zal komen. De tegenstellingen verscherpen,
de productie neemt toe, er is 'n teveel om
dat er te kort is. In Duitschland moeten de
werkloozen gezinnen van 3 Mrkj. per week
leven en zijn er directeuren die 70000 Mrk
krijgen. Amerika heeft geen afzetgebied.
Europa wordt geknecht door de tolunie,
de democratie-politiek is weggevaagd,
rrankrijk vreest een revanche, in Indië gist
het, in het ontredderd Socialisme ontbreekt
de stem der massa, de vredesbeweging is
machteloos, cultureel leven wordt naar be
neden gehaald» er is geen godsdienst meer
in het hart, de jongelingsschap is gepakt
door fascisme, dancing of bioscoop, er is
levensontvluchting en oorlogsbedreiging,
welke waarde heeft de Mij. nog voor de
jeugd?
Daartegenover staat een nieuwe opbouw
van religieus socialistisch leven, natuurge
neeswijze, betere opvoedkunde, de bewe
ging van Kerk en Vrede met haar 3U0 voor
gangers die dienstweigering proclameeren,
religieus socialistisch leven breekt door bij
de katholieken, de angst voor den komenden
oorlog houdt elk er van af om er aan te
beginnen, de directe actie breekt baan, er is
weer levensbeweging en idealisme onder de
jeugd, daarom strijd het J.V.A. Maar elk
moet zijn taak zien in deze onvoorwaarde
lijk gevechten, er moet komen een rationa
listische jeugdbeweging. Daartoe moet dit
congres mede werken. Nadat door het lid
D. Holthuis een paar liederen zeer schoon
waren verklankt zong men 't vereenigings-
ücd, en werd de kooi opgezocht om kracht
te verzamelen voor de 2e Congresdag.
De 2e Congreszitting had wederom ten hui
ze van Mevr. Muyzenberg plaats evenals de
3e en 4e, waar om 10 uur door de heer Chris
Blom .uit Alkmaar uiteen werd gezet
„jeugdbeweging en jeugdherberg" en door
Leo de Wolf uit Amsterdam .„Trekkersbond
en Jeugdherberg. De eerste bepleit dat de
jeugdherberg twee kanten heeft, n.1. de ma-
terieele en de geestelijke kant. De J.H.
moet zijn een opvoedend millieu voor de
geheele jeugd» de leiding moet niet autori
tair zijn, de herberg-ouders moeten niet
boven maar naast de jeugd staan, de in
richting moet sober zijn behalve op sanitair
gebied, er moet een sfeer van kameraad
schap heerschen, geen partij-kwesties mo
gen op het tapijt komen en er moet iets
in zijn van romantiek, niet van rationalisme.
Noodig zijn jeugdherbergen op elke 15
K.M. maar om er 20 te betrekken en in te
richten is eisch; dat elk een vacantie krijgt
met behoud van loon. De tweede spr. heeft
het over de individueele trekkers en dat de
leiding daarvan moet worden toevertrouwd
aan menschen van dezen tijd, daar de be
weging groeit, en zij hun houding daarna
moeten bepalen. De geheele jeugd moet
achter het werk staan. In de trekkersbond
zitten vogels van diverse pluimage, de J.H.
moet niet beschouwd worden als een goed
koop hotel, de jeugd moet voelen dat de
J.H. een taak heeft. Verder moet elk tegen
over de C.R. zuiver staan, en moet de
jeugdbeweging er bijn zijn als een herberg
wordt op- en ingericht. Het moeten zijn
herstellingsoorden voor geest en kracht, dan
hebben zij een reëele toekomst. Deze beide
toespraken werden zakelijk, en in een reine
sfeer besproken, o.a. door Duc Thomassen,
Jef Last, Rab Limburg, Theo van Driest
e.a., zoodat aan het eind van den dag be
sloten werd een werkcomité samen te stel
len om in overleg met de Controle de uit
eengezette plannen te bespreken en uit te
zetten.
De 3e zitting werd door den heer J.
Brandt Corstius ingeleid over jeugbewe-
ging en massajeugd en Roode Kinderre
publieken. en gaat hij uit van de stelling
of het mogelijk is met andere bonden saam
te gaan, om iets voor de massajeugd te
doen. Allereerst wordt behandeld het Duc
rapport en dat ingesteld door het H.B. der
A.J.C. dat handelt over de funeste verhou
ding der gehuwde vrouw in en buiten de fa
brieken en werkpl. Verder wordt gesproken
over den langen arbeidstijd, de slechte ka
meraadschap, 't druk café bezoek, het vele
rooken, bioscoop- en dancing-bezoek, het
vele snoepen en vervalschen der loonzak
jes. Sprekende over het platte land is de
toestand daar al niet veel beter dan in de
steden, de dorpsgemeenschap is zoek. Ver
der bespreekt de inleider de jeugdzang en
zag die gaarne gesteld onder leiding van
oudere personen en vraagt daarna het oor
deel van het congres. Daar men niet in
staat was dit veel omvattend probleem te
benaderen werd dit oordeel opgeschort voor
en alleer Jef Last en Henk van Wijk»
die de zaak aan den zelfden kant hebben
gezien, daarover rapport hebben uitge
bracht. Na die uiteenzetting werd de hou
ding bepaald; daarop werd een flinke wan
deling gemaakt en de kooi opgezocht.
In de 4e zitting sprak Henk van Wijk
over mobilisatie, vóór, tijdens en na den
oorlog en betitelde mobilisatie als een pro
ces dat zich voltrekt en waarvoor de Regee
ring nu at paicit zijn. Spr. laat daarom de
waarschuwing hooren „doe het nu." Men
moet dc oorlog eerlijk bezien. Als Duitsch
land zich voorbereidt staat Nederland daar
aan schuldig door zijn industrie. Het Kellog
Pact is flauwe nonsens, ieder moet den
grond er van kennen, door overproductie
waarvoor geen afzetgebied is, en waarvoor
nieuwe wegen moeten worden gezocht komt
dc oorlog, Spr. geeft als richtslijn aan de
S.D.A.P. en het N.Vi- Maar men moet de
massa bereiken, individueel dienstweigeren
en voorzichtige sabotage plegen. In Kerk en
Vrede is reeds 15 der lccraar-predikers
voor dienstweigering. Dit productie-stelsel
moet vrij zijn. Oorlog is 'n direct gevolg van
productie. Nadat 10 debaters daarover het
woord hadden gevoerd, werd de resolutie
vastgelegd. Vervolgens spraken Patroons
uit Anvers, afgevaardigde van den Vlaam-
schen Bond, welke namens de A. O. Lege
voor onmiddellijke onwapening als inter
nationale overeenkomst opkomt.
Daarop werd dc Centrale Werkgroep
vastgesteld met als:
Correspondent voor de Jeugdherberg-
groep W, Vliegenhart. Correspondent vpor
de Massajeugd Wim Bos. Corr. voor de
Koloniale groep Jac. Engel. Corr. voor de
Vredesgroep Mcnno van Daalderen, en voor
de C.W. en oorlog met de Bonden en de
Redactie J. Brandt Corstius. De hr. J. Muy
zenberg hield een referaat over tehuizen
voor de schooljeugd. Na rondvraag werd
het congres met een dankwoord aan Mevr
Muyzenberg voor de gastvrijheid gesloten»
TUINFEEST IN OCKHUYSEN.
Ofschoon den geheelen dag Pluvius van
zijn goede? gave deed genieten, was het
's avonds bij uitstek weer, juist geschikt
voor de dancing in de openlucht. Tuin en
zaal van 't hotel waren tjokvol. 150 per
sonen waren present om hun offers te bren
gen aan godin Thalia. De ijverige leeraar,
de heer H. Bouman zwaaide de scepter, het
strijkje uit Baarn, onder leiding van den hr.
H. E. T. van Benthum deed zijn uiterste
best. Alles bijeen liep het op rolletjes. De
tweede avond werd nog opgeluisterd door
de declamatrice, zoodat velen spoedig hopen
op de herhaling van dergelijke feestjes. De
De tuin was la giorno verlicht wat in-
loeg.
UITBREIDING „APOLLO'S KINDER
KOOR."
Naar wij vernemen, zal bovengenoemd
koor worden uitgebreid met een klasse voor
jonge dames van 16 tot 20 jaar.
GESLAAGD.
Voor het eindexamen der Mulo te Baarn
slaagde te Utrecht onze plaatsgenoote
Mej. M. Spaargaren.
MOTORRIJWIEL TEGEN AUTO
GEBOTST.
Vrijdagavond omstreeks 9.30 uur had
ter hoogte van de Talmalaan een vrij
ernstig ongeluk plaats.
Uit de richting Baarn kwam een luxe-
auto aangereden, bestuurd door den lieer
B. uit Amsterdam, terwijl uit de richting
Amersfoort een motorrijder met duorijd
ster aankwam. De heer B. wilde vermoe
delijk benzine innemen b[j den heer Wil
lig, en heeft waarschijnlijk op het al)ar-
laatste moment, althans wat laat, den
richtingaanwijzer uitgestoken, "met het
noodlottige gevolg, dat eene botsing voor
den bestuurder van het motorrijwiel on
vermijdelijk bleek.
De motorrijder zelf kwam er vrij goed
af. Hij kreeg slechts enkele ontvellingen.
Met de duo-rijdster was het echter lee-
Lijker gesteld. Op verschillende plaatsen
had zij ernstige kwetsuren bekomen, zoo
dat zij op advies van den geneeskundige,
Dr. Rupert, die de eerste hulp verleende,,
naar „Mariënburgh" te Soestdijk werd
vervoerd, teneinde nader onderzocht te
worden.
GESLAAGD.
Dé heer H. v. Klingeren te Lage Vuur-
sche, onderwijzer aan een Chr. School te
Soest, slaagde te Utrecht voordehoofd-
acte.
NED. HERV. JEUGDHUIS
De zangvereeniging G. V. K. uit Zeist
directeur de heer E. Bos, gaf voor genoo-
digden in den tuin van 't huis een concert.
Het was heerlijk te rusten onder 't groene
bladerdak en te luisteren naar het Mannen
koor. De zang stond op hoog peil, er werd
zuiver en muzikaal gezongen. De bariton
solo klonk als luid klinkend metaal. Er is
volop genoten, jammer dat Pluvius ook
van zijn gave mededeelde. Het programma
was goed verzorgd. 2/3 was ingeruimd voor
ons mooi Hollandsche lied. Ds. van Schaick
sprak een dankwoord, an de pauze werd
thee geserveerd.
GEREF. KERK SOESTERB.STRAAT.
Tijdens de verbouwing werd dc dienst
gehouden ten huize van Mevr. Muyzenberg
in de Ferd. Huycklaan.
GOEDE TEMPELIERENu
Loge „De Goede Strijd" te Soest hoopt
Woensdag 29 Juli ten 8 uur n.m. een „open
zitting" te houden, Ferdinand Huycklaan 8.
Wie wat wil hooren over dc I. O. G. T. of
over het Jeugdwerk (O.V.J.T.), die korne
Het programma biedt verder aangename ai-
wisseling, t.w. solozang met pianobegelei
ding; voordracht; mandoline-muzick (van
longe Tempelieren uit Amersfoort), blmke
opkomst wordt verwacht, (ook uit Utrecht
en Amersfoort).
GESLAAGD.
Aan de Van der Huchtschool, voorheen
Engendaalschool slaagden,
voor het M.U.L.O. diploma: A. Mud en l-
Smink.
voor de H.B.S. B. Littoov.
voor dc H.S. J. v. d. Witte en O. Nilsson
terwijl M. van Doorne werd toegelaten tot
de le kl. Gymnasium te Amersfoort.