ZILMiT^ Ml. WBSM1IM WILLY VEENENDAAL Toegangskaarten Vuurwerk. Binnenland. Gemeenteraad Hét i ïeuwe GCPO met?al, Vlekvrij door en door. Wij toonen het U zoi dereenigeverplichting Nieuwerhoek, Teief. 2333 Pluimveeteelt. 14e AFDEELING. No. 41. GROOTE ZONNEN COMBI NATIE, bestaande uit vijf groote draaiende zonnen in brillantvuur, waaromheen plot seling vier groote waaiers verschijnen in schitterende sterrenregens. Het geheel ein digende met kanonslagen. 15e AFDEELING. No. 42. 1 signaalbom met bliksemlicht. No. 43. 1 kunstbom met kunstig ge mengde sterren. No. 44. 1 luchtslang in fraaie vonken regen. No. 45. 2 wentelbommen in kleuren. 16e AFDEELING. No. 46. GROOTE CONTRA-BATTE RIJEN VAN ROME1NSCHE KAARSEN, welke bouquetten gekleurde lichtkogels, polyp-, chrysanteum-, Jan. vlinder-, wisse lende spin-, goud- en zilversterrenregens met bouquetten magnesiumlichtslangen op werpen. Eindigende met luid gekraak. 17e AFDEELING. No. 47. Opstijgen van een Italiaansche kunstbom welke achtereenvolgens drie groote schitterbouquetten uitwerpt. No. 48. 3 vuurpijlen met robijn en sma ragdenregen. No. 49. 2 signaalbommen met bliksem licht. No. 50. 1 cobra in glinstervuur. 18e AFDEELING. No. 51. GROOT HORIZONTAAL DRAAIEND VUURRAD, beginnende als een Girandole van brillantvuur met fraaie sterren overgaande in wit magnesiumvuur en opstijgende vuurpluimen met duizenden schelwitte vonken en stralen. Eindigende met kanonslagen. 19e AFDEELING. No. 52. 2 brillantbommen met Goditiën en Malven. No. 53. 3 vuurpijlen met spinsterren en gouden regen. No. 54. 1 magnesiumtourbillon. No. 55. 1 luchtslang in fraaie vonken regen. 20e AFDEELING. No. 56. GROOTE ELECTRISCHE DIAMANTWATERVAL (No. 5) met op stijgende Kroon of springbron, beginnende met schitterende vuurmassa's met duizen den schelwitte vonken en stralen, waardoor het geheele terrein daghelder wordt ver licht. Tijdens het branden stijgt plotseling een magnesiumkroon onder fraaie vonken regen hoog de lucht in. Het geheel eindi gende met zware kanonslagen. 21e AFDEELING. No. 57. Opstijgen van een groote kunst bom met kunstig gemengde sterren. No. 58. 3 vuurpijlen met vallende gou den regen. No. 59. 1 signaalbom met bliksemlicht. No. 60. 1 magnesiumtourbillon. 22e AFDEELING. No. 61. GROOTE SLOTDECORATIE, bestaande uit eenige woorden in bloklet- ters van diamantvuur. No. 62. ONTBRANDING van een grootbrillant decoratief vuurwerk wat zich om de woorden vormt. No. 63. ONTBRANDING van groote mozaiëkvuren waarin groote gekleurde zon nen draaien. No. 64. ONTBRANDING van contra batterijen van Romeinsche kaarsen (No.7) welke een menigte gekleurde staart- en magnesiumlichtkogels over het geheel heen- werpen. No. 65. GROOT SLOTBOMBARDE- MENT EN STERRENREGENS. Extra slotfinale, bestaande uit: 6 luchtslangen in brillantvuur. 6 wentelbommen in kleur. 6 magnesiumtourbillons. Opstijgen van een bouquet vuurpijlen, 25 vuurpijlen stijgen omhoog en werpen schit terende bouquetten lichtkogels over het slotstuk uit. EINDE. Op MAANDAG a.s. kunnen op vertoon van de betaalde kwitantie van „De Soester" of de „Soesterberger" (2e kwartaal) nog toe gangskaarten voor het Vuurwerk worden afgegeven aan onze winkel v. Weedestr. 7 TOT UITERLIJK DES AVONDS HALF NEGEN. AMERSFOORT. ONGELUKKEN Het mooie weer bracht Dinsdag veel toe risten aan en dat is stellig de reden van een viertal ongevallen. In den morgen werd ze kere H. op den Arnhemscheweg bij het Laantje aangereden door een motor. H. is doof en hoorde de signalen niet, toen hij plotseling den weg overstak. Hij werd naar zijn logement in de Krankeledenstraat ge bracht, doch later oordeelde de geneesheer overbrenging naar het St. Elisabethszieken- huis noodzakelijk. Des middags botsten twee auto's, w.o. één Duitsche. op den Utrechtscheweg tegen el kander. Hierbij ontstond gelukkig alleen materieele schade, welke onderling geregeld werd. Ernstiger was het ongeval op de B. Wuy- tierslaan, waarbij de heer G. J. E. uit Baarn tegen een vrachtauto opreed. E. reed per fiets huiswaarts en verliet dicht bij de auto plotseling het rijwielpad. Toen hij naar het ziekenhuis de Lichtenberg werd overge bracht, bleek hij, behalve eenige niet ernsti ge verwondingen, een lichte hersenschud ding te hebben. Den chauffeur treft geen schuld. Ten slotte viel een fietsende jongen op weg naar Ede, in de Vermeerstraat van zijn rijwiel en brak een been. Hij is naar het ziekenhuis gebracht. LAREN. EEN WOESTELING. Woensdagnacht omstreeks half een zag de politie zich verplicht P. Sch., wonende te Hilversum, die in beschonken toestand van de Blaricumsche kermis kwam en die tracht te met zijn rijwiel naar Hilversum te rijden, aan te houden en over te brengen naar het politiebureau. De man verzette zich uit alle macht en het gelukte niet dan met groote moeite, den woesteling naar het bureau over te brengen. Ter kalmeering kreeg Sch, op het bureau een glas water, doch in plaats van een ver- frisschenden dronk te nemen, beet hij eenige groote stukken van het glas af en slikte deze in. De politie ontbood dokter Holt- mann, die in den mond en keel van Sch. eenige snijwonden constateerde. Den man werd een medicijn gegeven en hij werd op een krib in een cel vastgebonden, zoodat hij zich niet kon verroeren. Volgens den geneesheer is het niet uitgesloten, dat dit moeilijk verteerbare souper voor Sch. nog ernstige gevolgen zal hebben. Tegen hem werd door de politie proces-verbaal opge maakt wegens dronkenschap en weerspan nigheid. DEN HAAG. ONDERZOEK VAN ONGEVALLEN MET LUCHTVAARTUIGEN. Bij beschikking van den Minister van Wa terstaat is ingesteld de permanente com missie voor het onderzoek van ongevallen met burgelijke luchtvaartuigen, als bedoeld in artikel 154 der Regeling Toezicht Lucht vaart (Staatsblad No. 454 van 1928). De commissie is samengesteld als volgt: le den: E. Th. de Veer, directeur van den luchtvaartdienst, tevens voorzitter; K. W. F. M. Doorman, luitenant ter zee 1ste klas se geplaatst aan het Departement van De fensie, F. A. van Heyst. kapitein-vlieger der Luchtvaartafdeeling en Dr. Ir. E. B. Wolff, directeur van den Rijksstudiedienst voor de luchtvaart; plaatsvervangende leden: Ir. A. G. von Baumhauer, onderdirecteur van den Rijksdienst voor de Luchtvaart, voor Dr. Ir. E. B. Wolff; A. K. Steup, kapitein-vlieger der Luchtvaartafdeeling, voor den kapitein vlieger F. A. van Heyst en W. H. Teten- burg, luitenant ter zee der 1ste klasse van het Departement van Defensie voor den luitenant ter zee 1ste klasse K. W. F. M. Doorman. De Raad der gemeente Soest wordt hierbij in openbare vergadering bijeenge roepen tegen Dinsdag 25 Augustus 1931, des namiddags 2 uur ter behandeling van de volgende AGENDA; 1. Vaststelling van de notulen der ver gadering dd. 29 Juli 1931. 2. Mededeeling van ingekomen stukken. 3. Stemming over het voorstel van B. en W. tot het aangaan eener overeenkomst niet J. Kraaijenbrink tot het verrichten der werkzaamheden en het geven van ad viezen inzake beplantingen voor de ge meente, over welk voorstel de stemmen in de vorige vergadering hebben gestaakt. 4. Voorstel van B. en W. tot kwijt schelding van een gedeelte van de huur- som van het perceel Beukenlaan 15a over 1931. 5. Vaststelling van een besluit tot wijzi ging der gemeente-begrooting 1931. 6. Voorstel van B. en W. tot wijziging van het raadsbeluit van 14 Juli 1930 tot toekenning eener bijdrage in de kosten van aanschaffing en exploitatie eener zieken auto aan de afd. Soest der Ned. Vereeniging E. H. B. O- 7. Voorstel van B. en W. tot aankoop eener nieuwe sirene op het Raadhuis ten behoeve der brandalarmeering. 8. Voorstel van B. en W. tot wijziging van het raadsbesluit tot het verleenen eener bijdrage in de kosten van onder houd der Eem, zulks naar aanleiding van een 2-tal opmerkingen van Ged. Staten. 9. Voorstel van B. en W. houdende ver zoek tot het verleenen van machtiging voor het aanvragen van het lidmaatschap der Onderlinge Risico-Vereeniging van Ned. Gemeenten ten behoeve van het on der de Ongevallenwet vallende gemeente- personeel. 10. Vaststelling van de verordeningen op de heffing en invordering van school gelden wegens verloop van den geldig heidsduur der bestaande verordeningen op 1 April 1932. 11. Behandeling van een aanvrage om aankoop van gemeentegrond. 12. Vaststelling van een ambtenaren en werklieden-reglement. Soest, 19 Juli 1931. De Burgemeester, G. Deketb. Punt 4 der Agenda: Eigendommen. B. en W. schrijven hieromtrent aan den Raad: Zooals U bekend zal zijn, werd bij raadsbesluit van 26 November 193Ö, le afd. no. 726 besloten aan G. H. As£ink met ingang van 1 Januari 1931 en tot uiterlijk 1 Januari 1937 te verhuren het perceel Beukenlaan no. 15a. Ten tijde van de aanvaarding van de huur bevond zich bij de woning een waterpomp. Aangezien evenwel naderhand gebleken is dat de pomp niet meer deugdelijk is, moest wor den overgegaan tot aanleg van waterlei ding. Volgens de bewoordingen van voorwaarde d van genoemd raadsbesluit zullen de kosten wegens verbruik van wa ter voor rekening van den huurder komen. Daarin schuilt evenwel een onbillijkheid, daar de huurder bij het aangaan der huur overeenkomst in verband met de aanwe zigheid van de pomp bedoelde kosten niet kon voorzien. Wij stellen U daarom voor den huurder, die een contract met de Wa terleiding Maatschappij heeft moeten aan gaan voor dit jaar en wel voor het tijd vak van 16 Juni 1931 (aanvang van het contractjaar) tot 1 Januari 1932 schade loos te stellen. Zul^ kan op de eenvou digste wijze geschieden door aan G. H. Assink van de huur over 1931 een bedrag voor waterverbruik over Jj.et tijdvak van 16 Juni 1931 tot 1 Januari 193,2 (minjv- mum contract) op gronden van billijkheid' kwijt te schelden. Voor het jaar 1932 en volgende kan een andere regeling onder de oogen worden gezien, wanneer door den huurder de huurovereenkomst ingevolge het bepaalde bij voorwaarde c van meer genoemd raadsbesluit drie maanden vóór het eindigen van het huurjaar wordt op gezegd. Punt 7 der Agenda: Aankoop nieuwe sirene. B. en W. schrijven hieromtrent aan den Raad: Zooals U bekend is, voldeed de vroegere op het raadhuis geplaatste sirene voor de brandalarmeering niet meer aan redelijk te stellen eischen. Overeenkomstig het advies van den toenmaligen brandraad, hebben wij ons in verbinding gesteld met de firma Groe- neveld Co te Amsterdam, inzake het le veren op proef van eene nieuwe sirene. Bij de gehouden proeven met deze nieuwe sirene is zoowel den toenmaligen als den inmiddels benoemden nieuwen Brandraad gebleken, dat de thans op proef in gebruik zijnde electrische sirene eene grootere geluidhoorwijdte bezit dan de oude. Mitsdien stellen wij U voor te beslui ten tot de aanschaffing eener nieuwe electrische sirene, -type G. S. 6 bij voor melde firma, waarvan de prijs, met inbe grip van de kosten van aansluiting, enz. f482.bedraagt. Ten overvloede deelen wij U nog mede, dat de thans opgestelde nieuwe sirene slechts voor demonstratiedoeleinden wordt gebruikt, zoodat deze vervangen wordt door eene nieuwe. Wij stellen U voorts voor, de oude si rene in reserve te houden. Het desbetreffend besluit tot wijziging der gemeentebegrooting voor het dienst jaar 1931, bieden wij U hierbij ter vast stelling aan. Punt 8 der Agenda: Bevaarbaarheid van de Eem. B. en W. schrijven hieromtrent aan den Raad: Gedeputeerde Staten deelen ons blij kens overgelegd schrijven dd. 20 Juli j.1., 2e afdeeling no. 20431164 mede, dat zij niet kunnen aanvaarden de voorwaarde 2d van het Raadsbesluit dd. 24 Juni '31, le afd. nr. 918 tot het verleenen eeiner bijdrage in de kosten van verbetering der Eem en het verleenen eener bijdrage in de kosten van onderhoud dier rivier. Be doelde voorwaarde luidt als voDgt: „dat de kosten van onderhoud der dijken (kaden) en beschoeiing, voor zoover deze gelegen zijn binnen de grenzen der gemeente Soest, nimmer ten laste der gemeetite Soest, noch ten laste van een onder die gemeente gevestigd waterschap, noch ten laste van eigenaren van aanliggende gron den binnen die gemeente zullen komen". Zij merken o.m. op, dat, afgezien toch van het bepaalde in art. 13 der Vaarw'a- terverordening, het onderhoud van de wa- terkeeringen langs de Eem, voorzoover in de gemeente Soest gelegen, bij de water schappen Isselt, de Langeindsche Maten en Middelwijk berust, terwijl de omstan digheid, dat het onderhoud van de Eem met het daarlangs liggende trekpad bij de Provincie is gekomen, daarin geen veran dering brengt. Gedeputeerde Staten ver zoeken derhalve te willen bevorderen, dat punt 2 van het betrekkelijk Raadsbesluit in dier voege wordt gewijzigd, dat voor waarde daaruit vervalt. Voorts achten Ged. Staten het gewenscht in de overeen komst, welke eventueel te dezer zake tus- schen de gemeente en de provincie Utr. zal worden gesloten, het jaar te noemen, waarover het eerst de onderhoudsbijdrage zal worden verleend. Aangezien de Eem op 1 Januari '1930 bij de provincie in on derhoud is gekomen, stellen zij voor een eventueele bijdrage voor het eerst over 1930 te betalen. Wij geven U in overweging gevolg te geven aan de door Ged. Staten te dezetr zake gemaakte opmerkingen, en stellen U mitsdien voor te besluiten: I. punt 2 van het Raadsbesluit dd. 24 Juni 1931, le afd. nr. 918 te lezen als volgt in de kosten van onderhoud en toezicht van de Eem en de daarbij behoorendo werken en in cle kosten van onderhoud en bediening van de pont aan het Zure Einde, zoolang deze pont door de provincie IRr wordt onderhouden en beheerd, aan de provincie Utrecht uit de gewone middelen der gemeente een jaarlijksche bijdrage te verleenen voor het eerst over het jaar 1930 van 2-39 dier kosten, telkens te be talen binnen één maand, nadat de provin cie het bedrag dier kosten over het af- geloopen jaar aan de gemeente zal heb ben medegedeeld, zulks onder de volgen de voorwaarden: a. dat de hierbedoelde jaarlijksche bij- drag alleen zal worden uitgekeerd, zoo lang de Eem scheepvaartweg zal zijn; b. dat het onderhoud in den vorm, waar in het door de provincie Utrecht op zich is genomen, ten laste van de Provincie zal blijven; c. dat de Provincie geen scheepvaart rechten op de Eem zal heffen. II. punt 3 van voornoemd Raadsbesluit te lezen als volgt: machtiging te verleenen tot het aangaan eener overeenkomst met de provincie Utrecht, als bedoeld in de bijlage van den brief van Gedeputeerde Staten dd. 20 Juli 1931, 2e afdeeling no. 2043-1164. III. vast te stellen het hierbij gevoegde ontwerp-besluit tot wijziging der gemeen tebegrooting voor het dienstjaar 1931. Punt 9 der Agenda: Ongevallenwet 1931. B. en W. schrijven hieromtrent aan den Raad: Zooals U bekend is wordt voor deze gemeente het risico van de b\j de Ongeval lenwet 1921 geregelde verzekering voor zoover de verzekeringsplichtige bedrijven ZIE ONZE SPECIALE ETALAGE! dezer gemeente betreft, gedragen door de rijksverzekeringsbank, waartegenover de gemeente een vaste premie per jaar be haalt. Verplicht is de gemeente niet dit risjco door de Rijksverzekeringsbank te doen dragen. Artikel 54 der Ongevallen wet 1921 geeft aan de gemeente het recht om het risico van de bij die wet gere gelde verzekering zelf te dragen of over te dragen aan een instelling, die tot over name van dat risico gerechtigd is. Indien de gemeente zelf het risico draagt, dan moeten aan de Rijksverzeke ringsbank de werkelijke kosten der onge vallen worden opgebracht. Indien deze on gevallen 't toekennen eener blijvende rente tot gevolg hebben, dan moeten soms zeer belangrijke bedragen als „contante waar den" van die renten worden opgebracht. In het algemeen genomen is het zelf dragen van het ongevallenrisico dan ook alleen mogelijk voor zeer groote gemeen ten. De overige gemeenten hebben de keuze tusschen aansluiting of bij de Rijks verzekeringsbank of bij een instelling, die tot overname van het bij de Ongevallenwet 1921 bedoelde risico gerechtigd is. Eenigen tijd geleden bereikte ons het verzoek van de Centrale Werkgevers Risi co Bank tot overdracht van het thans voor de verzekeringsplichtige bedrijven dezer gemeente door de Rijksverzekeringsbank gedragen risico op de van haar bank (Centrale Werkgevers-Risico-Bank) deel uitmakende Onderlinge Risico-Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten. Deze laatstgenoemde Vereeniging is in 1906 ge sticht met het doel het risico, dat voor ge meenten uit de Ongevallenwet 1901 (thans Ongevallenwet 1921) voortvloeit, onderling door de aangesloten gemeenten te doen dragen. Het schrijven, waarbij bovengenoemd verzoek tot risico-overdracht werd ge daan, hebben wij voor Uwe leden in de leeskamer (Commis^Lkafiner) ter inzage nedergelegd. Wij achten het niet ondien- stgi enkele passages daaruit in ons prae- advies een plaats te geven. De genoemde Bank schrijft o.m. het volgende: „De bij onze vereeniging aangesloten „Gemeenten dragen naar verhouding van „het totaal premiebedrag, dat zij jaar lijks aan de Rijksverzekeringsbank zou- „den moeten be._a.en, gezamenlijk de kos- „ten der ongevallen, waardoor de werk- „neaen in diensder aangesloten gemeen ten worden getroffen. „In deze zuiver onderlinge organisatie „betalen de aangesloten Gemeenten dus „niet meer dan zij wegens de ongevallen, „die bij de gezamenlijk aangesloten Ger- „meenten zy.i voorgekomen, moeten op brengen; zij betalen de werkelijke kos ten der ongevallenverzekering en niet een „geschat b.u.ag. „Tot we.Ke besparing eene dergelijke „wijze va.i risico-dragen kan leiden, moge „U blijken uit de onderstaande cijfers. „De gemiddelde besparing over de jaren .„1918 t.m. 1925 beliep 20 pCt. der Rijks bankpremie, terwijl de over de jaren „192o, 1j27, 1928, 1929 en 1930 gemaak te besparing respectievelijk 27 pCt, 25 „pCt, 2 j p,Ct, 25 pCt en 18 pCt der Rijks bankpremie heeft beloopen. „\vij voegen hieraan nog toe, dat blij- „kens het verslag, de balans en rekening „en verantwoording over het boekjaar .,1930 het verzekeringsplichtig loon der „aangesloten Gemeenten heeft bedragen! „ongeveer f 30.800.000.terwijl over dat „loonbedrag volgens de door de Rijksver zekeringsbank toegekende gevarencijfers „aan de Rijksverzekeringsbank een premie „zou moeten zijn betaald van ruim „f363.600.De totale kosten der onge vallen (inclusief de administratiekosten) „hebben bedragen plm. f296.500.De „besparing in geld omgerekend beliep dus „ongeveer f 67.000.overeenkomende „met plm. 19 pCt. der Rijksbankpremie"r Vermits op grond van de door de Cen trale Werkgevers Risico-Bank gedane me- dedeelingen met reden verwacht mag wor den dat de desbetreffende risicor overdracht op de Onderlinge Risico-Ver eeniging van Nederlandsche Gemeenten voordeeliger zal zijn dan de tot nu toe door deze gemeente gevolgde gedragslijn van risico-overdracht op de Rijksverzeke ringsbank, verzoeken wij U ons wel de noodige machtiging te verleenen tot het aanvragen van het lidmaatschap der reeds meeraangehaalde Onderlinge Risico-Veree niging van Nederlandsche Gemeenten er zulks wel met ingang van 1 Januari '32. Het daartoe te nemen besluit bieden wij U hierbij in ontwerp aan. Wij merken nog op, dat de gemeente bij toetreding tot de bovengenoemde instel ling verplicht is voor éénmaal een entréé- geld en een bijdrage in het Reservefonds der Risico-Bank te storten. Het entreegeld bedraagt 10 pCt. der Rijksbankpremie., ten hoogste f 1.per volwassen werk man en f 0.50 per werkman onder de 16 jaar. Dit entreegeld wordt en blijft het eigendom der gezamenlijke werkgevers. De bijdrage in het Reservefonds bedraagt 40 pCt. van de Rijksbankpremie. Die bij drage wordt echter door de gemeenten, aangesloten bij de meergenoemde Risico- Vereeniging, niet gestort. De Risico-Ver eeniging heeft n.L bij de Risico-Bank een leening gesloten tot het beloop van de door hare leden verschuldigde stortingen in het Reservefonds. Door de gemeenten wordt alleen betaald de over die teening ver schuldigde rente. Ter beoordeeling van de financiëele voordeelen die uit de toetreding tot de Risico-Vereeniging voor de gemeente kunnen voortspruiten, deelen wij U mede, dat blijkens de gemeenterekening 1930 de over dat jaar betaalde premie ingevolge de Ongevallenwet bedroeg f2.017.13. Tenslotte brengen wij in verband met het hiervoren gedane vooorstel nog onder Uwe aandacht, dat deze gemeente ook voor het onder de Ziektewet vallende perso neel, waarvoor aansluiting of bij de zie kenkas' van den Raad van Arbeid of bij de ziekenkas van een bedrijfverzekering mogelijk is, krachtens uw besluit van 3 Maart 1930, 4e afdeeling No. 585 is aan gesloten bij de Algemeene Bedrjjfsveree- niging voor ziekengeldverzekering te Am sterdam (groep Nederlandsche Gemeen ten). De Raad der gemeente Soest; Gelezen de voordracht van Burgemees ter en Wethouders dd. 28 Juli 1931, 4e afdeeling No. 2081; BESLUIT: I. Burgemeester en Wethouders te machtigen tot het aanvragen van het lidmaatschap bij de van de Centrale erkgevers Risico Bank deel uitmakende Onderlinge Risico Vereeniging van Ne derlandsche Gemeenten en zulks met in gang van 1 Januari 1932; II. aan het College van Burgemeester en Wethouders dezer gemeente op te dragen de uitvoering van dit besluit met inachtneming van de artikelen 78 en 120- 122 der Gemeentewet. Gedipl. Pianoleerares Spreekuur: Maandags 23 uur. v. Weedestraat 40a SOESTDIJK Punt 10 der Agenda: Schoolgelden. Verordening op de heffing en invordering B. en W. schrijven hieromtrent aan den Raad Bij besluit van uwen Raad van 26 No vember 1930 werden op onze voordracht vastgesteld de verordeningen op de hef fing en de invordering van schoolgelden. De heffingsverordening werd daarna bij Koninklijk Besluit van den 9en Maart 193i no. 16 goedgekeurd tot 1 April 1932. De motieven welke er toe hebben ge leid om de goedkeuring te begrenzen tot 1 April 1932 zijn ons niet officieel be kend, doch het is ons gebleken, dat deze zijn gelegen in de voorbereiding van wet telijke bepalingen ten aanzien der school geldregeling. Op grond van het vorenstaande is het noodzakelijk, dat uw College de verorde ningen, zooals die door U reeds waren vastgesteld, opnieuw vaststelt. De ontwerpen bieden wij U hierbij be leefd aan. Uit Alg. Ned. Landbouwblad. HOUDT UW JONGE HENNEN APART! Het gebeurt mij dikwijls, dat ik op een boerderij kom, en daar de jonge hennen tusschen het oude pluimvee zie stappen, wat natuurlijk heelemaal niet is zooals het behoort. Jong pluimvee moet gescheiden blijven van de oude dieren, wil men in het komende legseizoen de grootst mogelijke inkomsten ervan trekken. Niet alleen dat men, door de jonge hen nen tusschen de oude te laten loopen, deze direct in aanraking brengt met mogelijke smetstof-draagsters, dus oude kippen, welke niet gestorven zijn aan één of andere be smettelijke ziekte, pullorum of coccidiosis en welke toch in de mest en in hare eieren, bacteriën voeren welke in hooge mate be smettelijk kunnen zijn, doch tevens komen die jonge hennen steeds op de slechtste plaatsen terecht. Met het op stok gaan, zijn de oude hen nen den baas, en rekenen de beste plaatsjes in, door de jonge dieren weg te pikken. Met het voeren hetzelfde; de meeste boe ren hebben nog te kleine droogvoederbak- ken voor hun pluimvee, en wanneer jong en oud hieruit moeten eten, is het een feit, dat de jonge hennen lang niet voldoende gele genheid krijgen voldoende droogvoeder op te nemen. Eventnin als men eraan denkt om jong en oud vee tegelijk op te voeden, moet men trachten jonge hennen tusschen de oude leg-dieren groot te brengen. Zet een hok apart, reken per M 3 inhoud op 4 kippen; kunt gij geen apart hok ne men, schut dan een gedeelte van Uw oude hok met gaas af, spuit, voor de hennen erin te doen, alles terdege met een Pulvex-op- lossing uit, leg er wat stroo en turfmolm in, zoodat de dieren in een schoonen stal komen. Als het weer erg regenachtig is, en het buiten het hok voor Uw jonge hennen af gezette gedeelte niet bijster groot is, zoodat het spoedig erg drassig kan zijn, houdt ze dan binnen totdat het buiten wat beter is. Indien Uw hok ruim genoeg is, en er steeds veel frissche lucht toegang heeft, is het beter de dieren droog binnen, dan nat buiten te hebben, mits er een goede droog- voeder-bak in het hok staat, liefst gevuld met Stanaard N. P. F. Voer Uw jonge hennen voorts zooveel graan als ze lusten, hoe zwaarder ze wor den, hoe beter, totdat ze aan den leg gaan, daarna geve men naar omstandigheden. Zij, die nog niet hun jong pluimvee ge ënt hebben, maken wij opmerkzaam, dat hoe spoediger men thans ent, hoe beter het is, eveneens met het oog op het gelijkmatig aan den leg komen. Koud en nat weer is juist zeer bevorder lijk voor het optreden van snot en diphte- rie; hoe eerder men de dieren ent, des te minder kans heeft men dat er ziekte onder komt. B.

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1931 | | pagina 2