Voor Kunstaardewerk
Historisch
Nieuws- en Advertentieblad
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
Verbetering van het
Evenredig kiesstelsel.
UITGAVE: M.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ v.h. G. v. d. BOVENKAMP
Bekendmakingen.
Officieel.
De groote beslissing.
Binnenland.
No. 22
Twintigste Jaargang
Woensdag 16 Maart 1932
BUREAU VOOR ADMINISTRATIE: VAN WKEDE8TRjlfAT 7 - 8OE8TDIJE
4DVKRT1NT1KN EN INGEZONDEN 8TUKKEN WORDEN INGEWACHT TOT
UITERLIJK DINSDAG- EN VRIJOAG8MOROEN8 1® UUE AA N HET BUREAU
ADVERTENTIEN: VAN 1 TOT i REOEL8 7* CTS., ELKE REO EL MEER II CT8.
QROOTE LETTERS NAAR PLAAT8RUIMTE, BI] ABONNEM. O ROOTK KORTING
ABONNEMENTSPRIJS II- PER DRIE MAANDEN. PR ANCO PER POST.
REDACTIE- EN ADM.-ADRES: VAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 - SOESTDIJK
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 11 VAN DE AUTEURSWET I»l» (STAATSBLAD NUMMER *81)
KEURING VOOR DEN DIENSTPLICHT
De Burgemeester der gemeente Soest,
brengt ter kennis van belanghebbenden,
dat de Keuringsraad voor de voor den
dienstplicht in deze gemeente voor de
lichting 1933 ingeschreven personen zit
ting zal houden te Baam in het Politiebu
reau aan den Stationsweg op Vrijdag b Mei
en Maandag 9 Mei 1933, van ües v.m.
9.45 uur tot des nam. 14.00 uur.
Ten aanzien van de keuring gelden de
volgende bepalingen, die op het Gemeen
tehuis z\jn aangeplakt.
Soest, 12 Maart 1932.
De Burgemeester voornoemd,
G. Deketh.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Soest
brengen ter openbare kennis, dat op 9
Maart 1932 bij hen is ingekomen een
verzoek van M. Couturier, van beroep re
staurateur, wonende te Soesterbe-g, om
verlof tot den verkoop van alcoholhouden
den drank, anderen dan sterken drank in
de navolgende localiteit: voorlocaliteit van
het te bouwen perceel, kadastraal bekend
alhier in sectie E No. 2014 en gelegen aan
de 'Batenburglaan aldaar.
Binnen twee weken na de dagteekening
dezer bekendmaking kan ieder tegen hel
verleenen van dit verlof schriftelijk be
zwaren bij Burgemeester en Wethouders
inbrengen.
Soest, 10 Maart 1932.
Burg. en Weth. voornoemd,
De Burgemeester, G. Deketh.
De Secretaris, J. Batenburg.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Soest
brengen ter openbare kennis, dat op 9
Maart 1932 bij hen is ingekomen een ver
zoek van F. J. Okhuysen, van beroep ho
telhouder, wonende "te Soest, om verlof
tot den verkoop van alcohol houdenden
drank, anderen dan sterken drank in de
navolgende localiteit: den aan de Zuid-
Oostzijde gelegen voormaligen banketbak
kerswinkel van het perceel, kadastraal
bekend alhier in sectie A. No. 1790,
plaatselijk gemerkt No. 32 en gelegen aan
de Burg. Grothestraat allaar..
Binnen twee weken na de dagteekening
dezer bekendmaking kan ieder te^en het
verleenen van dit verlof schriftehijk be
zwaren bij Burgemeester en Wethouders
inbrengen.
Soest, 10 Maart 1932.
Bnrgem. en Weth. voornoemd.
De Burgemeester, G. Deketh.
De Secretaris, J. Batenburg.
„Onmogelijk" is een woord, dat al
leen in het woordenboek van dwa
zen voorkomt.
Napoleon.
Er is niets zoo fataal voor het ka
rakter als half-afgemaakt werk.
D. Lloyd George.
Het is zoowel de veiligste als de
wijste manier, om weinig te spre
ken en meer te denken.
Joseph Hall.
„Uur na uur, dag na dag, komen we al
len van aangezicht tot aangezicht met si
tuaties. waarbij gekozen moet worden tus-
schen het hoogere en het lagere. Het
vraagt slechts weinig gezond verstand en
de wil om het hoogere pad te kiezen
om den heel er» gang van een leven, een
school, een natie, of een eeuw te wijzig-n.
Een beetje meer geloof, een beetjë meër
idealisme, en de verwarring van heden
kan plaats maken voor de schoonste da
geraad, die de wereld nog ooit aanschouwd
heeft". Aldus verklaart iemand in een
vooraanstaand buhenlandsch tijdschrift op
opvoedkundig gebied. En deze ui.laling
duidt op een klaar besef van den nood
van onzen tijd en van een helder inzicht
in de richting, waarin een uitweg is te
zoeken. Want het is heel juist, wat iemand
in dit verband opmerkte: Het gevaar is,
dat juist in tijden als deze, in tijden van
verwarring en ontmoediging en tegen
spoed, We mear al te geneigd zijn om het
lagere te kiezen.... Sommigen memen.dat
het bjjna kettersch is, om van idealisme
te spreken in een tijd van moeite en nood.
Sommigen zeggen wellicht, dat dit een
tijd is voor praktisch denken en prak
tische methoden, meer dan van droomen
over verheven levensbeginselen. Maar...
het is inderdaad precies zooals gezegd
wordt: we werden in onze huidige moei
lijkheden gebracht door geen anaere oor
zaak dan gebrek aan de hooge idealen van
broederschap en goeden wil in de wereld.
We zullen uit onze tegenwoordige verwar
ring en duisternis alleen komen, al|j
ons vertrouwen is vernieuwd en geestelij
ke waarden weer in eer zjjn hersteld. De
behoefte van het oogenblik voor al diege
nen die zich de verantwoordelijkheid be
wust zijn, is hun toewijding jegens de
hoogere en fijnere dingen des levens te ver
meerderen....
En wat is deze toewijding jegens de
hoogere en fijnere dingen des levens, dit
tioogere idealisme, dio grootere gelooi', de
ze vernieuwing, van geestelijke waarden
feitelijk anders dan het kiezen tusschen
het hoogere en het lagere, dat wij allen
elk uur van den dag te doen hebben, of
om het nog eenvoudiger te zeggen: goeo
denken, dat wil zeggen, dat we ons bij
onze overwegingen, in onze gedachten la
ten leiden door het gulden beginsel, van
alle ware geestelijke iueaal: naastenliefde,
oelicbaamd in.de stelling: anderen zóó te
oehandelen, zooals wijzelf door hen be
jegend zouden wenschen te worden. Men
neeft het al meer opgemerkt: de crisis
die uitbrak was geen crisis door over
productie of onderconsump.ie, zooals eco-
uomen trachten aan te toonen, oordeelenu
naar de uiterlijke verschijnselen. Maar he
was een crisis veroorzaakt door egoisme
en wantrouwen, door slecht denken, doo»
gebrek aan broederschap en goeden wil in
a6 werelu. We hebben gemeend, dat we
uit zelfzuchtige overwegingen van grol
eigenbelang en eigenbaat, maar raak kon
den produceeren alle mogelijke producten
en grondstoffen, en toen de prijzen daal
den door het toenemende aanbod, produ
ceerden we stuk voor stuk nog meer, om
toch vooral maar, ieder voor zich, zooveel
mogelijk' winst te benouden, leder vooi
zien.... totdat men eindelijk door den noou
gedrongen, tot samenwerking gedwongen
werd, en tot meer rekening houden met
anderer belangen. Daaruit werd samenwer
king geboren op het gebied van de suiker,
de ruober, koper, tin en nog een aantal
andere werelciproducten. Men had ge
meend idealistische overwegingen en naas
tenliefde uit het zakenleven te kunnen
uitschakelen, ...en men kwam vreeselijk
uit: het ging niet.
En zoo komen we allen weer tot het
groote probleem, de groote beslissing te
scaan, van uur tot uur, van dag tot dag,
of we het hoogere zullen kiezen of het
lagere. Of we nu groote zakenlerders zijn,
dan wel kleine winkeliers of eenvoudige
arbeiders met hoofd of hand. We ontko
men er niet aan. En het hangt van deze
beslissing af, of we ten slotte een werelu
zonder crisis en depressies zullen hebben
of niet. Een groote beslissing dus....
FLORIS C.
(Nadruk verboden).
De meening, dat ons thans geldend kies
stelsel niet aan de verwachtingen heeft
voluaan, is vrij algemeen en heeft aanlei
ding gegeven tot de instelling van ver
schillende commissies tot herziening, waar-
fa rj vooral de Vrjjh. Bond zich heeft doen
gelden.
Mr. S. v. Houten heeft in 1923 een
ontwerp-wet het licht doen zien; Mej. Mr.
E. C. van Dorp heeft als Kamerlid een
wetsontwerp ingediend; een „commissie
voor Evenr. Vertegenwoordiging" uit den
V.B. heeft een rapport uitgebracht.
Verder heeft de „commissie van Koets
veld", benoemd door de Ned. Ver. tol
Verbetering van het Kiesstelsel, de zaak
bestudeerd en voorstellen gedaan, uitge
werkt eenerzijds door den Hr. C. E. v.
Koetsveld, anderzijds door den heer Joh.
v. Leeuwen..
"V rij algemeen voelt men het groote be
zwaar, dat de kiezer bij het huidige stel
sel te weinig invloed heeft op de keuze
uit de personen, die eenmaal op de can-
didaten-lijst zijn gebracht.
Wat die candid. lijst betreft, hierop
kan hjj zeerzeker invloed uitoefenen en
het is slechts de aangeboren» laksheid, te?
deele voortvloeiende uit onverschilligheid,
die de kiezers weerhoudt zich te doen
gelden in die vergaderingen der politieke
partijen, waarin de keuze der candidaten
besproken wordt.
Wij weten hoe ons stembiljet er uitziet.
Elke partij heeft zijn eigen lijst en de
volgorde der candidaten wordt nu in de
vergadering der Kiesvereeniging vastge
steld.
Men is op den kiesdag vrij om te stem
men op welken der candidaten men wil
en het is dus mogelijk, dat "No. 3 of 6 of
7 van de lijst de meeste voorkeur-stem
men op zich vereenigt en dus gekozen
wordt vóór No. 1, maar de praktijk leert,
dat dit slechts uitzondering is en dat in
het algemeen het overgroote deel der
kiezers stemt op No. 1 en zulks óf uit
onbekendheid met de verschillende candi
daten, ófuitgaande van de foutieve
meening, dat het toch niets helpt of men
al op een ander dan No. 1 stemt, terwijl
men toch zeker is, dat de stem ten goede
komt aan de partij.
Om hieraan tegemoet te komen is o.a.
reeds voorgesteld de volgorde der namen
niet meer bij stemmen-meerderheid in de
kiesvereeniging te bepalen, maar deze al-
phabetisch te regelen.
Het komt mij voor, dat hierin reeds ee-
nige verbetering zit. Vermoedelijk zullen
de kiezers zich dan meer moeite geven
iom zich eenig oordeel te vormen op wien
fcij hun stem moeten uitbrengen. Verdei
ontloopt men de moeilijkheid, die zich
soms voordoet, dat men uit beleefdheid
een reeds lang zittend lid bovenaan
plaatst, hoewel zich in den loop der tijdeD
Koopt Uw Radiobode bij dt
N.V. EERSTE SOESTER
ELECTR. DRUKKERIJ
Van Weedestr. 7, Soesldijk
een meer geschikt persoon naar voren
neeft gewerkt. En eindelijk voorkomt men,
nat een "toevallige of bijeen.getrommel-at
meerderheid in de vergadering der kies
vereeniging feitelijk de volgorue bedisselt.
De commissie uit den V.B. heeft het
denkbeeld geopperd een rond stembiljei
ce maken.... voor hoogstens 5 candidaten;
vier namen langs den omtrek en één on
geveer in het midden. Die midden-man zou
aan, volgens de voorstellers, toch de lei
der van de lijst zijn.
Hieruit blijkt dus, dat de plaatsen al
lesbehalve gelijkwaardig zijn! Ook in dt
plaatsing langs boven- of onderrand zal
ae kiezer een zekere rangschikking zien.
Bovendien vraag ik mij af: „waarom hoog
stens 5 namen
Het komt mij voor, dat de alphabeti-
sche lijst beter is, waarbij dan nog te
overwegen valt of deze steeds met dezelf.
Je letter moet beginnen. (Loting?)
Thans afstappend van de vorm van 't
stembiljet, willen wij melding makén van
een voorstel om niet slechts één vakje
van het biljet in te vulllen, maar om
meerdere vakjes te bewerken door er de
cijfers 1, 2, 3 enz. in te plaatsen, welke
cijfers dan aangeven de volgorde van
waardeering. Men geeft den voorkeur aan
Jengeen. die men met 1 merkt; mocht
deze candadaat niet genoeg stemmen krij
gen om voor verkiezing in aanmerking te
komen, dan wil men geacht worden te
nebben gestemd op dengeen, die men met
2 gemerkt heeft.
Het is goed bedoeld, maar ik vrees,,
dat de praktijk wanhopig ingewikkeld zal
worden en bovendien acht ik het weinig
denkbaar, dat zelfs maar 1 10 der kie
zers in staat zal zjjn om aldus een waar
deering te geven van een lijst van 10 oi
12 candidaten. De meesten zullen met die
nummers niet verder komen dan tot de
nummers 1 en .2
Ik vermoed dat Mr. v. Dorp zeker ook
hierop doelde toen zij schreef, dat naai
nare meening er geen enkel stelsel deugt,
zoodra het om groote getallen kiezers
gaat.
W(j komen nu tot een ander nadeel der
Evenr. Vertegenwoordiging.. Sedert de in
voering van dit stelsel is het aantal par
tijen in de 2e Kamer en elders steeds
groeiende en men krijgt nu stembiljetten
thuis met 20 of meer partijlijsten!
Van die 20 partijen zijn er verscheidene
die niet genoeg stemmen krijgen om één
zetel te bemachtigen! De daarop uitge
brachte stemmen worden hierdoor waar
deloos.
Verscheidene der 20 partijen brengen
het tot één zetel en het eind van het lied
is een kamer met 14 of 15 partijen.
Is dit nuttig? En is dit noodig?
Ik zie er slechts het teeken in van een
onverstandige verdeeldheid. In plaats van
te zoeken naar hetgeen „vereenigt", zoekt
men klaarblijkelijk alleen naar 't geen
„verdeelt".
Als iemand ontdekt in een kleinigheid
van meening te verschillen met het pro
gramma der partij, waarbij hij eerst ge
meend heeft zich te moeten aansluiten,
dan treedt hij er uit en sticht een nieuwe
partij I
Als wij zóó doorgaan, zouden er in
ons land wel duizend partijtjes moeten1
bestaan, die alle te klein zouden zijn om
één zetel te halen. Gevolg: een parlement
zonder leden.
Deze doorvoering tot het uiterste toont
toch wel het verkeerde van dit gedoe.
Laten die kleine groepjes zich aanslui
ten bij de grootere partijen, zoodat deze
voldoende sterk zijn om minstens 3 of 4
zetels te halen!
In Engeland stort men als candidaat
voor het Parlement een soort „inleggelil",
wat men verbeurt bij niet-verkrijgen van
een zeker percentage van den kiesdeelër.
Dit is bedoeld als rem tegen te veel ver
snippering. Het lijkt mij niet gewenscht
dit beginsel over te nemen, daar het zich
candidaat stellen dan van geld-bezit af
hankelijk wordt.
Kan men de nu voor niet-gekozen
partijen verloren gaande stemmen in
hun geheel overdragen op een andere par-
'ij?
Ook dit lijkt mij in de praktijk moei
lijk, want terwijl het lid A van een of
andere belangengroep zijn stem inge-
val van overdracht zou willen geven
aan de C.H. lijst, zou het lid B van die
zelfde groep misschien voorkeur geven
aan B. of V.D.-lijst.
Het lijkt mij het best om de kansen der
kleine partijen te besnoeien en aldus te
dwingen tot vorming van alleen grootere
partijen. Zulks door het land te verdeel-en
m eenige zelfstandige kieskringen 4,
5 of 6 die elk 16 tot 24 kamerleden
kiezen. In die getallen 16 tot 24 zit
ruimte genoeg voor Evenr. Vertegenwoor
diging van 8 of 10 partijen. Daarom sprak
ik dus van een klein aantal kieskringen
in tegenstelling met wijl|:n Mr. v. Hou
ten, die er 18 voorstelde..
Wat zal nu het gevolg zijn van diezeliT
standige kringen?
Stel, ons land heeft 4 millioen kiezers
In kring I zijn 720.000 kiezers of 18 pCt.
van het totaal; dan kiest men hier 18 Ka
merleden.. Waren er ook 720.000 geldige
stemmen uitgebracht, dan is de kiesdee-
ler gelijk 40.000, evengroot dus als wan
neer de 4 millioen kiezers samen 100 le
den kiezen.. Maar de kleine partijtjes
die meestal nog verdeeld zijn over meer
dere kieskringen zullen hun kansen
sterk zien dalen!
Is dit nu onbillijk? Met het oog op de
mogelijkheid tot vorming van een bruik
bare meerderheid in het parlement en
dus met het oog op de praktijk, moet ik
de onbillijkheid voorbijzien. Men sluite zich
dan jnaar aan bij een grootere partij.
Een voordeel, ten slotte, van de zelf
standige kieskringen is nu m.i. verder,
dat op deze wijze streekbelangen beter
behartigd zullen kunnen worden. De kies
kring, waarin eenig streekbelang naar vo
ren treedt, kan nu zorgen eenige pleit
bezorgers naar de 2e Kamer af te vaar
digen, wat misschien niet zou lukken, zoo
'net heele land beraadslaagt over de can-
didatenlijst, zooals nu.
Het vorenstaande heeft in hoofdzaak
betrekking op de Kamer-verkiezingen, hoe
wel enkele behandelde punten oo*k gel
den voor de keuze van prov. staten en
gemeenteraden..
Naar aanleiding van een onlangs in de
2e Kamer gestelde vraag, heeft de Min,
van Binnenl. Zaken geantwoord, dat een
voorstel tot wijziging der Kieswet binnen
kort te wachten is.
Met belangstelling zullen wij afwachten,
welke verbeteringen de regeering ons zal
voordragen.
W. H. C. DOORMAN
WEINIG ROOSKLEURIGE TOESTANDEN
In een van de eerste dagen van deze
maand heeft het lid van de Tweede Ka
mer Hiemstra, van de S.D.A.P., een in
terpellatie gehouden over de werkloosheid
in ons land. Door den minister Verschuur
is daarop een antwoord gegeven, dat wij
zoo belangrijk vinden, dat wij dit hier In
zijn geheel laten voligen.
Dit antwoord is in tweeden termijn nog
nader toegelicht, maar ook de Minister
weet niet, wat de toekomst ons nog bren
gen zal. Wij zijn overtuigd, dat onze le
zers ook hierin belangstellen. Wegens de
humanitaire strekking, die er uitgaat
van een aanzienlijk deel der werkloozen-
en armenzorg, mag en kan daarop niet veel
bezuinigd worden. Wel moet men waken
tegen overheidssteun, die hetzij kunst
matige handhaving van een op menig ge
bied te hoog loonpeil, tengevolge heeft,
en is het misschien raadzaam de controle
op de werkwilligheid van hen, die onder
steund worden, te verscherpen.
Het antwoordt luidt:
„Wanneer men nu eens niet al te veel
in bijzonderheden gaat, maar wanneer men
zich alleen naar ruwe schattingen reken
schap geeft, dat ons nationaal inkomen
volgens sommigen op het oogenblik kan
worden gesteld op 60 tot 70 pCt. van wat1
In 't Noorden van Noord-Holland,
Ligt een stadje, LIEF EN OUD;
Want dat mooi, HISTORISCH stadje
Werd, VOOR EEUWEN, daar gebouwd.
In dat stadje wonen Ouders.
Met hun kinders, jong EN RAP;
Kinders, die VEEL willen leeren,
Om te worden: GROOT EN KNAP!
Om het onderwijs te volgen,
Dat die GROOTE TOEKOMST biedt,
Moeten zij naar 't NAASTE stadje,
Want HUN woonplaats heeft dat niet.
Nu staat in „DE WET" te lezen;
Daér geeft men „VERGOEDING" voor;
Om ZOO tegemoet te komen,
In de kosten; bus of spoor.
Daarom vroegen dus die Ouders
Zulks dan ook aan B. EN W.
Van dat lieve, oude stadje;
En De Raad IN DE PUREE!
Maar WAT BOF de Wet zegt toch
niet;
Die „vergoeding" GROOT OF KLEIN;
En zóó had daar in dat stadje
Toen „DE RAAD" DE MEESTE „GEIN"!
Zoo werd, na de eerste „stemming"
Van den „RAAD", aldra bekend,
Dat er meerd're „leden." waren
Voor vergoeding: 's JAARS EEN
CENT!
DAT kon toch niet „door den beugel"
Vond die brave, wijze „RAAD";
TOEN kwam er een BETER' VOOR
STEL,
Na een ellen-lang gepraat.
Ru DAT werd toen aangenomen;
Héél de „RAAD" was „OPGELUCHT",
Dat men ZOO WIJS had besloten;
Niemand vond zich zelf EEN KLUCHT!
Welk „VERGOEDING" nu die Ouders
Van die brave kinderschaar?
Schrik niet! -— ELKE MAAND EEN
CENTJE;
TWA-LEF centen in een jaar!
(Nadruk verboden).
ADREM.
het geweest is, dan ware het, dunkt mij,
,te verwachten, dat uit deze Kamer de
aandrang zou komen om met het verlee
nen van steun de noodige matigheid te
betrachten, in plaats dat men zoude aan
dringen op uitbreiding van steun. Wanneer
men zich rekenschap geeft van denenor
men omvang van den steun, zooals diezicb
in verschillende vormen heeft ontwikkeld,
en dit stelt naast het verzwakte draagver
mogen van ons volk; dan is in die ver
gelijking alle reden gelegen tot ernstige
bezonnenheid. Ik heb eenige cijfers voor
mij, waaruit blijkt, op welk niveau zich
beweegt, gedurende de maand Januari, het
systeem van steun verleening in zijn ver
schillende vormen.. Ik kom dan tot de
conclusie, dat de Overheid zoowel als kas-
NAAR DE BOEKHANDEL VAN DE
le SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ
Vtn Weedestraat 7 Telefoon 20«4
sen uitgeven aan steun voor de werk
verschaffing en aan verzekeringsuitkee-
ringen en aan steun aan de werklozen
kassen een bedrag van ongeveer 12 mil
lioen per maand. Als dat niveau wordt
volgehouden, dan beteekent dit ongeveer
150 millioen per jaar. Behalve dit is er
ook de gewone armenzorg en het maat
schappelijk hulpbetoon. Als daarvoor in
een min of meer normaal jaar als 1929
is uitgegeven 95 millioen, dan is het zeer
bescheidenlijk geschat, wanneer men het
thans zou stellen op 1.5 maal zooveel, of
op ongeveer 150 millioen. Ik kom dan tot
ïle conclusie, dat met het geven van vol
komen oneconomisch en steun, hoezeer ook
humaan en sociaal te verantwoorden, bij
voortgaan op het huidige niveau en gelijk
blij venden nood een bedrag van 300 milli
oen per jaar ware gemoeid. Een econo
misch verzwakte samenleving zal een der
gelijk niveau op den duur niet kunnen vol
houden en daarom moge deze interpella
tie de gelegenheid zijn om aan de Kamer
mede te deelen, dat de Regeering zich
afvraagt, op welke punten het mogelijk
zal wezen dit donker opdoemende gevaar
te bestrijden. Ik heb gemeend, dat de
eerlijkheid gebiedt deze gelegenheid të
benutten om de ernstige vrees van de Re
geering te dezen aanzien aan de Kamer
Jienbaar te maken en dat de geachte in-
terpellant het toch wel als een enorme
prestatie van onze samenleving moet be
schouwen en als een uiting van goeden
wil van de Regeering in sociaal opzicht,
wanneer zij er in zal slagen de thans gel
dende, in geen enkel land geëvenaarde re
geling ten aanzien van den steun te hand
haven op het peil, waarop deze zich op
'net oogenblik bevindt"..